KENNISGEVING.
daar vertrekt de Koning; met een extra spoortrein naar Brülilhoudt het
middagmaal op het Sloten keertover Bonn P.emagen en Andernach
naar Stolzenfels terug.
Te Kleef zal de maaltijd dien de Koning en Koningin van Pruissen hou
den in de diergaarde gegeven worden.
De Groothertog van Baden is den lsten dezer van Karlsruhe naar Stolzenfels
afgereisdom den Koning en de Koningin van Pruissen te gaan begroeten.
Naar men te Goblenz weten wilzal Lord Aberdeende Secretaris van
Staat voor Buitenlandsclie ZakenKoningin Victoria op hare reis naar Duitsch-
land vergezellen.
POSEN, 30 Julij.
Bij gelegenheid der eerste godsdienst-oefening door de Duitsch-Katholijke ge
meente gisteren alhier gehouden, is de rust op eene ergerlijke wijze gestoord,
door de boerenwelke tot het houden eener processie door hunnen Bisschop
naar de stad geroepen waren. De nieuwe gemeente is door de gewapende magt
moeten beschermd wordenen eenige boeren zijn in hechtenis genomen. Des
avonds hebben zij de met twee compagnien bezette hoofdwacht aangevallen,
om de gevangenen te bevrijden, doch zijn teruggedreven; velen hunner zijn
gewond en anderen gevangen genomen.
Door het buitengew oon wassen der rivieren hebben in de laatste dagen van
Julij in Silezië Hongarije en Polen zware overstroomingen plaats gehad
waardoor aanmerkelijke verwoestingen zijn te weeggebragtonder anderen zijn
in de Hongaarschc stad Miskolez een groot aantal huizen ingestort en ver
scheiden menschen verdronken.
WURTEMBERCr.
STUTTGARDT, 30 Julij.
De Provinciale Synode van Afgezanten der Duitsch-Katholijke gemeente van
het zuidelijk en westelijk Duitschland is thans vastgesteld tegen den IS116" j
September aanstaande. Bij onze Regering is aanzoek gedaan om het houden
dier Synode in deze onze hoofdstad te vergunnen.
FRANKRIJK.
PARIJS, 7 Augustus.
De veldtogt tegen de Kabylen van Dellys is door de Regering toegestaan
en daarvan berigt aan den Maarschalk Bugcaud gezonden. Eene bijzondere
strafoefening zal ook plaats hebben tegen den stam der Sheahs, welke op eene
verraderlijke wijs op eenen met Frankrijk bevrienden stam der Seadjes is
aangevallen, op het oogenblik dat de Aga zijne schoondochter bij bare ouders
ging afhalen, om haar in de bruidswoning van zijnen zoon te brengen.
Uit Mulhouse schrijft men van 27 Julij: De grootste bedrijvigheid hcerscht
op dit oogenblik in onze stad. De uitvoer van gesponnen garen gaat onafge
broken voorten dit artikel wordt gedurig meer gezocht. De calicots worden
ook door de Zwitsers en Duitschers zeer gezocht; men spreekt van aanmerke
lijke aankoopen dezer dagen door huitenlandsche huizen hiervan gedaan. De
laatste beurs is zeer levendig geweest.
TOULON, 3 Augustus.
Een brand die van eergisteren morgen ten half twaalf ure tot heden ge
duurd heeftheeft een gedeelte van het rijke en prachtige magazijn van het
materieel onzer zeemagt even buiten de stad vernield. Er zijn twee groote
loodsen met scheepstimmerhout verbrand, de schade wordt op 3 millioen frs.
begroot. De brand is op verscheidene punten uitgebarsten, en men heeft lonten
van vlas en harst tusschen het bout gevonden. Er zijn redenen om de oor
zaak aan galeiboeven toe te schrijven. De policie meent de aanleggcrs op het
spoor te zijn.
Tc Thenezay Dep. Dcnx-Sèvres is eene naaister gestorvenin den ouder
dom van 115 jaren met name Marie Mallet. Eerst op haar 110de jaar is zij
stil gaan leven. Zij was zeer werkzaamen had daardoor een klein vermogen
verzameld. Zij ging immer op hoosblokken; slechts tweemalen in haar leven had
zij schoenen laten maken. Zij was zeer matig, steeds vrolijk, heeft nimmer een
bril gebruikt en bleef tot het laatst, in het volle genot barer verstandelijke
vermogens. Haar ligchaam was letterlijk vel over been. Zij was nimmer
gehuwd geweest. Acht ongehuwde vrouwen droegen de kist, een van 70 jaren
droeg de offerkaars en honderd gingen mede in het wit gekleed achter het
lijk. Haar zuster was in 1844, 2 maanden vóór de 100 jaren overleden.
BELGIE.
BRUSSEL, 7 Augustus.
Een schrijnwerker vond onlangs in een kelder van een door hem in huur
bewoond huis 2400 fr. in fransche munten. Hij wilde de helft aan zijnen
huisheer uitkeerenwien hij met de vond bekend maakte; doch deze eischt
ook het ander deel, zeggende dat hij wist dat het geld er lag, daar hij het
in een oogenblik van slaapwandeling gezien had. De zaak dient nu voor het
gerigt.
BRUGGE, 5 Julij.
De Stadsregering heeft een prijs uitgeloofd van 700 francs aan den schrijver
der beste verhandeling over het leven van Simon Stevinvermaard wiskun
dige en leermeester van Prins Maurits, en zulks in de Fransche taal, om
dat eene maatschappij binnen deze stad reeds eene lofrede op Stevin, in de
Vlaamsche taal heeft uitgeschreven.
Een gedeelte zal bijzonder moeten gewijd zijn aan eene waardering zijner
werken, derzelver wetenschappelijke strekking, verdienste van de eerste te zijn
geweest, en zijnen invloed op den verderen voortgang der wetenschap, waarbij
de schrijver zich niet bij algemeene uitdrukkingen of herhaling van hetgeen
door anderen gezegd is, zal kunnen bepalen, maar aan het wetenschappelijk
gedeelte van zijn onderwerp eene duidelijke ontwikkeling zal moeten geven.
Eene bijzondere Jury zal de stukken beoordeelen of zoodanige voorstellen
aan den Raad doenals zij oorbaar zal achten in gevalle liet haar voorkwam
dat geen der stukken den prijs verdiende.
De inzenders moeten hun werkmet eene spreuk geteekendaan den
Secretaris der Stad indienen vóór 1 Mei 1846, in verzegelde briefjes met
dezelfde spreuk geteekend, hunnen naam en woonplaats opgeven.
De prijs zal worden toegewezen op het tijdstip van de inwijding van bet
standbeeld van Stevin.
STADS BERIGTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Leiden, gelet hebbende
op het 2e en 3e Hoojdsluk van liet Reglement voor het Bestuur dezer Stad
gearresteerd bij Z. M. besluit van den 4den Januarij 1824, N°. 108, brengen
bij deze ter kennis van derzelver ingezetenendatten einde bet Kies-
Kollegie voor het, ingevolge Art. 22 van genoemd Reglement, op den 30sten
September aanstaandeaftredende een derde gedeelte der Kiezersweder
aan te vullen, op den 31stc" Augustus aanstaande, aan de steingeregtigden,
biljetten ter invulling zullen worden rondgezonden, benevens eene naamlijst
der personen, die de vereischten bezitten om tot kiezers te kunnen worden
benoemdwelke stembiljettenna behoorlijk te zijn ingevuldeigenhandig
geteekend en geslotenop den vierden dag na de rondzendingvan wege
dit Kollegie, door de Stads-boden, aan de buizen zullen worden opgehaald in
eene geslotene kistterwijl degecnwelke zijn biljet niet gereed ter afgifte
zal hebben gehouden wordt, ditmaal te hebben afgezien van de uitoefening
van zijn stemregt.
Dat gemelde naamlijstzoowel als die der stenigeregtigdenvan lieden
tot den 15deu Augustus aanstaandede Zondagen uitgezonderd's morgens
van 10 tot 1 ure, ter visie zal liggen ter Secretarie dezer Stadten
einde aan een' ieder, welke vermeenen mogt ten onregte daarvan te zijn
afgelaten, gelegenheid tot doleantie te geven, en alzoo zijn naam nog op
dezelve, of op eene van beide zoude kunnen worden geplaatst; doch welke
lijsten op den gemelden 15den Augustus finaal zullen worden gesloten.
En opdat niemand onwetend zoude zijnzoo van hetgeen vercischt wordt
om stemgeregtigd te zijn, als om tot kiezer benoemd te kunnen worden, wordt
bij dezen herinnerd aan de navolgende artikelen van meergenoemd Reglement:
Art. 2. Voor stemgeregtigden worden gehouden zijdie ten minste gedu
rende het laatstverloopene jaar ingezetenen der stad of van derzelver grondge
bied geweesten nog werkelijk op het oogenblik zelve ingezetenen daarvan
zijnde, den ouderdom van 23 jaren hebben vervuld, jaarlijks in de verponding
en verdere beschrevene Rijksmiddelen, buiten het patent-regt, betalen niet
beneden de zeven en twintig guldens aan de wettelijke verpligtingen aan
gaande de nationale militienaar aanleiding der grondwetop ben gelegd
tot op het oogenblik toehebben voldaanen niet vallen in de termen van
uitsluiting, bij het volgende artikel bepaald.
Art. 3. Van de uitoefening van bet stemregt zijn uitgesloten zijdie in
dienst zijn, of pensioen genieten van eenige vreemde Mogendheid, buiten au
torisatie des Konings die zich in staat van geregtelijke interdictie bevinden
alsmede die, aan welke geregtclijk een raadsman is toegevoegd; die in staat
van faillissement zijn, die cessie van hunne goederen gedaan hebben; die een
crimineel vonnis hebben ondergaan door geene nadere uitspraak of beslissing
krachteloos gemaakt; die ten tijde van stemopneming nog in staat van crimi
nele beschuldiging zijn.
Alt. 4. In de beoordeeling der al of niet bevoegdheid tot uitoefening van
het stemregt, naar gelang der betaald wordende jaarlijksche som in de boven
gemelde belastingen, zal alleen in aanmerking worden genomen het montanl,
waarop men in die belastingen is aangeslagen, onverschillig, of de goederen
in de Stad zelve, of elders binnen bet Rijk gelegen zijn, en of de daarvoor te
betalene belasting alof nietin eene andere gemeente wordt voldaanzul
lende echter diegenenwelke derzelver belasting betaling in eene andere ge
meente ten deze zullen willen doen gelden, vcrpligt zijn, om daarvan vooraf
aan het Stedelijk Bestuur kennis te geven, en des gevorderd, aan dat Bestuur
de bewijzen van die betaling te vertoonen.
Art. 5. De belasting wegens panden, in compagnieschap bezeten, opgebragt
wordende, zal aan ieder eigenaar voor zijn aandeel worden toegerekend, mits de
personen, welke daaruit hunne stemgeregtigdheid of bevoegdheid tot het ki«-
zersehap zouden willen ontleenen, werkelijk als mede-eigenaars van zoodanige
panden op de registers der Ontvangers van de directe belastingen bekend staan.
Art. 6. Wat aangaat liet bedrag van belastingen wegens verhuurd wordende
buizen, of andere eigendommen, waarvoor de eigenaars zijn aangeslagen, doeh
door de huurders aan hen restitutie geschiedt, zal dit bedrag onder de opbrengst
der eigenaren blijven, als alleen daarvoor bij de Ontvangers bekend staande.
Art. 7. Zij, welke gehuwd zijn, het zij in gemeenschap van goederen, of
daar buiten, met vrouwen, die de bepaalde somme in de bovengemelde be
lastingen opbrengen, zullen, ofschoon ter zake van hunnen eigen aanslag niet
bevoegd, niettemin ter uitoefening van het stemregt worden toegelaten, wan
neer zij de overige vereischten in zich vercenigen zoo als ook de vader van
een minderjarig kind, hetwelk de bepaalde somme in de belastingen opbrengt,
wanneer bij uit eigen aanslag niet reeds tot het stemregt mogt bevoegd zijn
tot de uitoefening van hetzelve zal toegelaten worden, indien bij de overige
vereischten bezit, hetgeen evenzeer het geval zal zijn ten opzigte van een'
meerderjarigen zoon, of eenen der meerderjarige zoons van eene moeder-weduwe,
welke zich in gelijk geval bevinden mogt.
Art. 8. Zoodanige moeders-weduwen, welke verlangen zouden, dat die uit
oefening geschiedezullen verpligt zijn dengenen van derzelver zoonsdoor
wien zij, bij voorkomende gelegenheden, de uiloefening tot weder opzeggings
toe zouden begeeren verrigt te hebbenaan het Stedelijk Bestuur kenbaar te
maken, om daarvan de noodige aanteekening te kunnen houden tot narigt
terwijl bet voorschreven Bestuur de moeders-weduwen voor zoo verre die aan
hetzelve mogten bekend zijnof door hetzelve ondersteld worden in de termen
te dezen te verkeerenmet de vorenstaande bepaling zal bekend maken.
Art. 9. Het zal onverschillig zijn, of de opgegevene zoon gehuwd of onge
huwd is, en al, of niet, bij de moeder-weduwe inwone, mits hij den ouder-