harts togten ontketenen, bitteren haat tusschen bondgenooten voortplanten de zedelijkheid des volks bederven en liet aanzien van bet gezamenlijke vader land in het buitenland deen dalen. Zoo veel te meer is deze rigting van den strijd te verwerpen, naar mate onze ligt veranderlijke staatsregelingen meer middelen aanbiedenom onaangenaam geworden wetten of magistraatperso nen te verwijderen. Even als in monarchien de Koningzoo behooren in republieken de staatsregeling en de wet heilig en onschendbaar te zijn; worden deze eenmaal door ziedende drilten in het stol vertreden, zoo is het moeijelijk ze weder tot dat aanzien te verheffen dat zij behoeven om grondzuilen van den Staat te vormen." In den verderen loop zijner rede spreekt de burgemeester ook van de jongste bcmoeijenissen der vreemde Mogendheden met de aangelegenheden van Zwit serland, en geeft daarbij te kennen: dat men alleen dan verwachten kan, dat die Mogendheden zich in de inwendige zaken der republiek niet zullen mengenwanneer men daar alles te keer gaat wat de rust van naburige Sta ten zou kunnen versloren en men de regeringloosheid met kracht bedwingt. De partij der beweging in Zwitserland toont zich over de behoudende be ginselen geërgerd, die in deze openingsrede doorstralen. De Afgevaardigden van Lucern zijn op eene verregaande wijs door het gemeen bcleedigd, zoodat de Landdag hun militaire bescherming heeft moeten verlecnen en bun eene wacht heeft toegestaan. PKÜISSEN. KEULEN, 11 Julij. De mildadigheid van den Keizer van Oostenrijk ten gunste van de Kathe drale kerk alhieris door Z. M. den Koning der Nederlanden nagevolgd welke ƒ1000 geschonken heeft, zoodat de Koning Groot-Hertog de eerste Vorst is van het Duitsch Verbondwelke op eene zoo waardige en edelmoedige wijze het voorbeeld van den Keizer gevolgd heeft. SAKSEN. LEIPZIG, 8 Julij. De Vereeniging van het Gustaaf-Adolph-Genootschap heeft aan al de hoofd- vereenigingen brieven gezonden, waarin gemeld wordt, dat aan de Duitsch- Katholijken geen geldelijke bijdragen moeten worden gegevenomdat zij de Protcstantsche Kerk als verwerpelijk beschouwen, en dus tusschen beide geene punten van aanraking kunnen bestaan. MECKLENBURG. Te Neukalden droeg men den Burgemeester geen goed hart toeen bij alle klagten bij de Hooge Regering over hem ingediendging men over tot de orde van den dag. De Neukalders begrepen nu verpligt te zijn om zichzel- ven regt te verschaffen. Dertig hunner sloegen op eenen dag der vorige maand in 't stadhuis de handen aan den burgervader en bragt.en hem, goedschiks kwaadschiks, over de grenzen van het staatsgebied. De banneling beklaagde zich bij de Regering en onmiddelijk kwam er uit Schwerin een Com missaris en een crimineel lid te Neukalden, onderzochten de zaak en lieten ettelijke Burgemcesterdrijvers door de gendarmerie achter de traliën zetten. Op den 27sten Junij 11. is de Burgemeester, onder krachtig geleide van eene brigade gendarmen en van een detachement infanterie, plegtig op nieuw geïnstalleerd. FRANKFORT. 10 Julij. Omtrent de katoen-industrie in de Duitsche staten in 1844 wordt bet vol gende berigt: Van ruwe katoen werden ingevoerd 391,138 ccntrs.daarvan wederom uitgevoerd 84,407 cntrs. Daarvan afgetrokken 25 pCt. voor afval en watten, is tot garen versponnen geworden 230,048 cntrs., of 173 pCt. meer dan in het jaar 1834. Ongebleekt ééndraads- en tweedraads-katoenengaren en watten werden ingevoerd 428,248 cntrs., of 65 pCt. meer dan in 1834. De geheele voorraad van katoenengaren in het Tolverbond bedroeg 658,296 cntrs., waarvan 65 pCt. vreemd, en 35 pCt. inlandsch. Van de in het tolverhond voorhanden 658,296 cntrs. katoenengaren, werden uilgevoerd 29,429 cntrs., aldus werden verweven 628,867 cntrs., of 109 pCt. meer dan in 1834. De invoer bedroeg 8652 cntrs.; 30 pCt. minder dan in het jaar 1834. In 1844 bedropg de uitvoer 74,752 cntrs., of 3 pCt. minder dan in 1834. In het tolverbond werden vervaardigd 628,867 cntrs.; daarvan uitgevoerd 74,752 cntrs.; er werden alzoo van eigene fabrikaten in het tolverbond verbruikt 554,105 cntrs.; 148 pCt. meer dan in 1834. Daartoe gerekend de vreemde katoenen waren 8652 cntrs. Dus was het totaal bedrag der verbruikte fabri katen 562,757 cntrs.. waarvan dat der katoenen waren van het tolverbond 98J pCt. en dat der ingevoerde IJ pCt. beliepen. Daaruit blijktdat van den geheelen voorraad van katoenen garens in het tol verbond 65 pCt. vreemde en 35 pCt. inlandsche zijn, en dat de voortbrengse len der spinnerijen, in de jongste tien jaren 173 pCt. zijn vermeerderd, in weerwil van het toltarief, hetwelk men thans voor te laag wil verklaard hebben. Verder blijkt daaruit, dat van al de katoenen waren, die in het Tolverhond verbruikt zijn, 98J pCt. inlandsche en 1| pCt. builenlandsche waren en derhalve het verbruik van vreemde katoenen waren zeer onbeduidend is. De Hoogleeraren von Sijbel en Gildemeister, van de Hoogeschool te Bonn welke in eene strenge historische kritiek met zooveel scherpte de echtheid van den H. Rok te Trier hebben bestredenzijn beide te gelijkertijd naar de Hoogeschool te Marburg beroepen. Men zegt dat deze beroeping op verlangen van den Keurprins, mede-regent, zei ven geschied is, ENGELAND, LONDEN, 12 Julij. In het Lagerhuis is een voorstel met 116 tegen 108 stemmen verworpen, bevattende om alle eeden, de godsdienst betreffende, op de Hoogescholen van Schotland af te schaffen. Er zal een spoorweg worden aangelegd uit de City tot aan het west-einde van Londendienende tot het vervoer van reizigers en koopwaren die van an dere plaatsen worden aangebragt om op de Theems ingescheept te worden. Men rekent dat er dit jaar te Londen, Liverpool, Glascow, Bristol en andere havens van Groot-Brittanje 200 ijzeren stoom- en zeilschepen zullen te water gelaten worden. Te Londen staan er op eene enkele timmerwerf 44 zulke schepen. Ook in Engeland heerschen dergelijke woelingen als in Ierland. In beide zijn vereenigingen die tot leus voeren gelijkheid voor allen en het wel zijn van allen. Die vereeniging houdt wekelijksche vergaderingen, bij welke, in de daad welsprekende redenaarsmet veel duidelijkheid de vraagstukken behandelen van staatshuishoudkunde, in betrekking tot eenen vrijen handel tusschen de natiën. Allen leggen er zich op toe, om aan te toonen hoe veel kwaads het tegenovergestelde stelsel al berokkend heefthoe veel kwaads het nog gedurig aan de nijvere klasse brouwt, en hoe het eindelijk alle voordeelen, als zoo vele uitsluitende voorregten aan de enkele groole eigenaren verzekert. Om de uilgestrektheid dier voorregten te doen uitkomen, merken zij aan, hoe de grondbelasting nog altijd blijft, zoo als dit ten tijde van Koningin Anna, 17021714, terwijl de belastingen op bet verbruik, die grootcndeels door de nijvere klasse worden opgebragt, tienvoudig verhoogd zijn en ook zelfs de onbeschreven middelen, in evenredigheid, veel zwaarder op de be hoeftige, dan op de vermogende klassen drukken, en dat eindelijk nog de aristokralieten gevolge der bestaande graanwetten, jaarlijks eene ontzet tende belasting op de voeding van het volk heft. De redenaars der vereeniging doorkruisen gansch Engeland en Schotland tot het houden van volksbijeenkomsten, in welke zij aan duizenden de voor deelen van eenen vrijen handel prediken. De vereeniging bezoldigt vier Hoog leeraren om hare stellingen onder het volk te verbreiden en het bestierend comité doet wekelijks duizende exemplaren uitdeelen van werkjes, in welke de voorgestelde vraagstukken op alle mogelijke wijze en in alle mogelijke vor men worden behandeld. Vrijwillige bijdragenin Hollandsche munt bere kend, zijn ingekomen in 1841 voor ƒ100,000, in 1842 voor nagenoeg ƒ300,000, in 1843 voor nagenoeg een half millioen en in 1844 voor om streeks een millioen. Gretna-Greenhet toevlugtsoord van vermetele schakerswaar de oude smid zoo inenigen huwelijksband geklonken heeft, wordt, althans wat dezen industrie-tak betreft, met een' harden slag bedreigd, want Lord Brougham heeft het voorstel uitgebragt, dat, te rekenen van 1 Januarij 1846, alle al daar gesloten huwelijken zullen nietig zijn, indien niet de jonge luidjes mins tens gedurende drie weieen zich aldaar hebben opgehouden vóór den dag, op welken de feestelijke handeling wordt voltrokken. Het schip Chance, hetwelk den U'lcn op de hoogte van Darmouth is aangekomen, heeft den gezagvoerder en 11 man dpr equipage aangebragt van bet Nederlandsche schip Jan Hendrik, Kapt. Eickclberg van Rotterdam naar Bataviain zee verongelukt. De Chance had hen niet ver van de rotsen van S'. Paul opgenomen, een eiland in den Atlantischen Oceaan, 12 mijlen ten Zuid-Oosten van het eiland Amsterdam. De Heer Fortune, afgevaardigde van de maatschappij van kruidkunde te Londen, doorreist China om voor de botanie nieuwe bronnen op te sporen. Hij is onlangs uit het noorden van het Hemelsche rijk te Hongkong teruggekeerd, voorzien van eene zeer belangrijke verzameling levende planten en zadenzoo mede van gedroogde voorwerpen van natuurlijke historieal hetwelk reeds op weg is naar Engeland. Deze verzameling bestaat uit 17 glazen kisten met levende planten, zoo mede in een aantal pakken met zaden, gedroogde plan ten enz. De kisten waarin zich de levende planten bevindenzijn zeer net bewerkt en aan den achtersteven van het schip geplaatstde deugdzaamheid dezer kisten is voldoende bewezen door die welke in het vorig jaar naar En geland verzonden zijn, zijnde toen gebleken dat de planten daar te lande bijna alle even frisch en weelderig zijn ontvangen als toen zij van hare oor spronkelijke bergen zijn weggenomen. De dagbladen deelen den uitslag der handelsbeweging van de Vereenigde Staten mede, gedurende het jaar, eindigende 30 Junij 1844. Gedurende dat tijdvak heeft de uitvoer der Vereenigde Staten bedragen 111,220,046 dollars, waarvan 99,715,179 aan nationale en 11,484,867 aan vreemde voortbrengse len de invoer over datzelfde tijdvak heeft het cijfer van 108,435,035 dollars beloopen. Onder deze sommen bedraagt de uitvoer naar Engeland 61,721,876 dollars, en de invoer 45,459,122 dollars. Over Sidney, hoofdstad van Nieuw-Zuid-Wallis, heeft men tijding ont vangen, dat het Engelsch schip Hazard en de Engelsche troepen met de inboor lingen der Islandsbaai, in Nieuw-Zecland zijn handgemeen geweest, en dat de nieuw gestichte stad Kororarika in de asch is gelegd. Een 100-tal men- scheneters eD 20 Engelschen waren gedood. De Kapitein van den Hazard was gevaarlijk gekwetst. Na deze gebeurtenis waren al de Engelsche planters naar Auckland verhuisd. De Stoomboot Caledonia was den 19den te Boston aangekomen. Eene zware brand, welke den I3den Junij te Fayetteville uitgebroken is, heeft ge noegzaam de halve stad in den asch gelegd,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1845 | | pagina 3