LEYDSCHE
COURANT
N°, 67.
WOENSDAG, 4 JUNIJ.
BINNEN LANDSCHE BERIGTEN.
De Courant wordt Maandag, Woensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
Zaturdag avond uit.
De Prijs der Courant is f 13 in het jaar;
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
LEYDEN, 3 Junij.
Bij besluit van 31 Mei jl., heeft Z. M. ter zamenstelling van de Commissie,
bedoeld bij art. 2 van liet besluit van 23 Mei 1845tot afneming van het
examen om te worden toegelaten op de rolle der Studenten aan ecne Hooge-
school of aan het Athenaeum te Amsterdam of te Deventer, voor het tegen
woordige jaar benoemd
tot Hoogstdeszelfs CommissarisLid en Voorzitter der gemelde Commissie
den Heer Mr. F. de GreveRaadsheer in den Hoogen Raad
tot verdere Leden van dezelve de Heeren
J. Bake, Hoogleeraar in de faculteit der bespiegelende wijsbegeerte en let
teren alhier;
R. van Rees, Hoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkundige weten
schappen te Utrecht
J. W. Erinerins, Hoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkundige
wetenschappen te Groningen
C. BaxRector van het Gymnasium te 's Gravenhage
G. A. Schneither, Rector van het Gymnasium te Rotterdam;
Th. Verwaijen, Rector der Latijnsche Scholen te Breda.
Heden hebben zich langs den spoorweg van Amsterdam en van daar tot
Arnhem naar Berlijn begeven HH. KK. HH. Prins en Prinses Frederik der Neder
landen om vervolgens naar Swinemnnde te vertrekken, waar cene Russische
stoomboot hen naar Peterburg zal overvoeren. Zij zullen in Rusland zich 3
maanden ophouden.
De Arrondissemcnts-Rcgtbank alhier heelt dezer dagen eenc lijst van
Candidaten opgemaakt voor de betrekking van Regter-Plaatsvervangcr bij de
zelve Rcgthankopengevallen ten gevolge van het overlijden van Jhr. Mr.
E. J. van der Goes. Op deze lijst zijn geplaats: 1°. de Heer Mr. N. Olivier,
Advocaat hij gemelde Regthank 2°. de Heer Mr. J. II. Goudsmid, Advocaat
hij dezelve Regtbanken 3°. de Heer Mr. Fl. Ohrcen Notaris alhier.
'sGRAVENHAGE 3 Junij.
Z. M. de Koning heeft Zaturdag jl. de Tentoonstelling van Schilderijen met
veel belangstelling bczigtigden zich met onderscheidene kunstenaars, in de
zaal tegenwoordig, onderhouden: en onder anderen ook met den Heer Geerts,
beeldhouwer van Leuven, die juist een fraai marmer beeld had doen plaatsen,
toen de Koning de zaal binnen trad. Ook daarover onderhield Z. M. zich
geruimen tijd met den kunstenaar en betuigde hem zijne bijzondere tevredenheid.
Z. M. de Koning is heden morgen in deze Residentie teruggekeerd van
H. D. togt naar Vlissingenwerwaarts H. D. zich begeven hadom bij het
vertrek van den nieuwen Gouverneur-Generaal van Neêrlandsch Indië, den
Heer Rochussentegenwoordig te zijn.
De Regering heeft thans geantwoord op de bedenkingen ten aanzien
van het ontwerp van wet wegens de Domaniale Steenkolenmijnen te Kerkrade,
in de afdeelingen der Tweede Kamer gemaakt. In het algemeen wordt daar
omtrent aangemerkt dat de ijzeren spoorweg van Maastricht naar Aken zal
worden aangelegd in een gedeelte van het Rijkwaar minder vervoer van
reizigers en goederen is te verwachten dan elders en derhalve minder gun
stig zal zijn. Niemand heeft dan ook tot dus verre eene concessie van dien
weg aangevraagduitgenomen de associatiewaarvan in de Memorie van Toe
lichting wordt gesproken. Het aanleggen voor rekening der schatkistvan
een zijtak of spoorweg, van de domaniale steenkolenmijnen tot aan dien van
Maastricht en Akenten einde die mijnen ten voordeele der Regering te be
nuttigen acht men niet raadzaam omdat de regering van den handel in
steenkolen niet dat voordeel zou kunnen genieten hetwelk particulier beleid
daaruit kan trekken.
De Regering was er reeds op bedachtom de domaniale steenkolenmijnen in
het openbaar te verkoopentoen zich de gelegenheid heeft opgedaanom de
zelve in verband met het aanleggen van eenen ijzeren spoorweg in de provincie
Limburgmeer bijzonder in het algemeen belang te benuttigen. Te vergeefs
is een afstand in koop aan de onderneming van dezen weg beproeld. De
voorwaarden der oprigting van de associatie betrekkelijk denzclvebeletten
dien aankoop.
De Regering herhaalt voorts in deze antwoorden de verklaring, over ecnigen
tijd door den Minister van Binnenlandsche Zaken in de vergadering afgelegd
dat de voorwaarden van concessie van ijzeren spoorwegen aan particulieren
haar, bij een voortdurend toezigt, ook genoegzame zekerheid geven, dat de
maatregelen van politiede tarievenhet getal treinenin één woord alles
waarbij de Staat en deszells ingezetenen belang hebbenovereenkomstig haar
verlangen zal worden geregeld.
Ten slotte der antwoorden wordt gezegddat de afstand niet zal worden
gedaanalvorens de concessionarissen eenen reëelen waarborg zullen hebben
gesteld, en het bewijs geleverd, dat zij van de Pruissische Regering, welke
reeds hare medewerking daartoe heeft toegezegdvergunning tot aanleg van
den spoorweg op Pruissisch grondgebied tot Aken zullen hebben bekomen.
Verder is daarbij gevoegd een gewijzigd ontwerp van wet, bepalende dat
de afstand zal plaats hebben voor 99 jaren op voorwaarden dat de conces
sionarissen jaarlijks zullen uitkeeren zooveel als de zuivere opbrengst van die
mijnen elk jaar meer dan ƒ60,000 bedraagt, tot een bedrag van ƒ5,000, en
verder de helft van de zuivere opbrengst boven de ƒ65,000dat voor de
vaststelling der zuivere opbrengstde ingebragte kapitalen de aflossingen
en renten derzeivemet de kosten van daarstclling van nieuwe gebouwen
stoom- en andere werktuigen, buiten berekening blijven; en dat, na verloop
van den vermelden termijn, de steenkolenmijnen aan den Staat zullen terug-
keeren, met al de voor de dienst derzei ve aanwezige gebouwenstoom- en
andere werktuigen, materieel en voorraad steenkolen, en dat tevens de zijtak
van den spoorweg naar de gezegde mijnenmet alle de tot de dienst dcrzelve
behoorende gebouwenstoom- en andere werktuigenvrachtwagens en verder
materieelaan den Staat zullen overgaaneen en ander in goeden staat en
zonder eenige vergoeding.
De afdeelingen van de Tweede Kamer der Siaten-Generaal hebben zich
heden met het onderzoek van bovengenoemd gewijzigd ontwerp bezig gehou
den. Men verwacht weldra het algemeen verslag en daarna spoedig de be
raadslagingen over deze voord ragt.
Uit ecne nota van wijzigingendoor de Regering alsnog gebragt in liet
ontwerp van tarief van regten op den in-, uit en doorvoer, blijkt, dat ook
de artikelen boonenwikken en erwten met Ncderlandsche schepenmet de
daarvoor uitgetrokken regtenter voldoening aan het deswege door de meer
derheid der Kamer te kennen gegeven verlangenvervallen. Voorts is het
uitvoerregt van haard-asch gesteld op ƒ0.50allerlei ongezaagd hout niet
afzonderlijk belast, maar de waarde, invoer 2ipCt.uitvoer vrij en doorvoer
pCt.allerlei gezaagd geheel of gezaagd of niet de teerling of kubiek
el, invoer ƒ1.50; uitvoer vrij; en doorvoer 0.25 tabak liet invoerregt
op de eerste rubriek op 0.70.
Men verneemt met genoegendat de Schevcnigsche visscherswelke
zich dit jaar te Vlaardingen en Maassluis hebben aangeboden, om de groote
of liaringvisscherij te helpen uitoefenenzonder eenige moeijelijkhcid te ont
moeten zijn aangenomen geworden. Zoo wij wel onderrigt zijnzoude men
zulks vooral te danken hebben aan de tusschcnkomst van den Gouverneur
van Zuid-Holland, die het collegie van gezegde visscherij zoude hebben aange
schreven om eerst dan buitenlanders op de haringschepen te plaatsen, als het
getal Ncderlandsche visschers ontoereikende mogt bevonden worden om de
schepen behoorlijk te bemannen.
Voor eenige dagen werd alhier, in zijn familie-graf op de groote be
graafplaats ter aarde besteldhet stoffelijk overschot van den Vice-Admiraal
C. J. Wolterbeek een man die van zijne jeugd af aanzijnen geheelen le
vensloop uitsluitend aan de dienst des Vaderlands wijdde, aan hetzelve in
vele moeijelijke omstandigheden, in de aan hem opgedragene betrekkingen,
gewigtige diensten beweesen die bij het corpswaartoe hij de eer had te
behoorenin algemecne achting stond. De eigenschappen die tot het voeren
van bevel worden gevorderdbezat hij in ruime mate. De springveren der
goede krijgstucht maakten een hoofdbestanddeel van zijn militair karakter
uit. Warsch van pralen of schitterengaf hij door vastheid en naauwgezet-
heid in zijne handelingen, door zucht tot orde, regtschapcnheiddegelijkheid
en eene bijzondere gehechtheid aan al wat eerzaam, behoorlijk en pligtmatig
is, steeds het voorbeeld aan zijne ondergeschikten, die daardoor gedrongen
werden soms zelfs huns ondanks, die naauwgezetheid te huldigen daarbij
voegde hij de gaaf eener meestal zeer juiste beoordceling van mcnschen en
derzelver karakter, alsmede van de omstandigheden. Goedwilligheid en ge-