LEYDSCHE
COURANT.
1844.
VRIJDAG,
N°. 60.
15 NOVEMBER.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
De Courant wordt driemaal in de week uitgegeven, des MaandagsWoensdags en Vrijdags. De Maandagsche Courant wordt, uit
hoofde van den ZondagZaturdag avond verkrijgbaar gesteld, en de Advertentiën voor dat nommer worden Zal ar dag vóór drie ure verwacht
De prijs van deze Courant is ƒ3.voor de 3 maanden.
X-Y
LEYDEN14 November.
Het Journal de La lintje spreekt officieel tegen, dat het slot Locvcstein
geheel of gedeeltelijk zal afgebroken worden.
Van den 18dcn tot den 30stc" zal er te Parijs eene boekverzameling wor
den verkochtwelke 'meer dan duizend Elseviersche en andere llollandsche en
Belgische drukken in kl. 12° bevat, en waarvan de katalogus zich door een
overzigt omtrent de geschiedenis dier drukken onderscheidt.
De Utrechlsche Courant bevat een uittreksel uit een' brief van Para
maribo van den 30slcn Augustus 11., waarin de schrijver beweert dat de kolo
nisatie niet zal gelukken zoo lang de Heer Elias Gouverneur-Generaal is, uit
hoofde der tegenwerking welke Ds. Betting van hem zou ondervinden, daar, niet
tegenstaande de grond Voorzorg lang gereed is, omtrent de woningen voor de
50 buisgezinnendie volgens bet reeds voor lang ingeleverd bestek van den
stads Architect in twee maanden konden worden opgebouwdnog niets is be
slist, en de Gouverneur-Generaal in zijn besluit volhardt, om de overkomst
der kolonisten tot een volgend jaar uit te stellen; dat een Duitsche geluk
zoeker, eerloos door meer dan een gewijsde, doch huisvriend van den Gou
verneur-Generaal een plan van kolonisatie door Duitschers heeft gevormd
waarom het bestaande wordt tegengewerkt.
Indien, zegt de schrijver, de Ilooge Regering, tegen den hier uitgedrukten
wensch van alle weidenkenden, van allen die belang hebben bij de welvaart
der kolonie, en bij het behoud van rust en orde, den Heer Elias in zijn post
van Gouverneur-Generaal wil handhaven, dan zal de Hooge Regering het plan
van kolonisatie boe eerder zoo beter dienen op te geven, want hetzelve zal
alsdan nimmer gelukken, en men zal, met opoffering van veel geld en vele
menschenlcvens niet anders bereiken dan het bevolken der kolonie met
eenige ellendige menschcn meer. Raad het dus aan iedereendie eenig voor
nemen beeft zich met de kolonisatie in te latenten ernstigste afwant zoo
lang de Heer Elias Gouverneur-Generaal is, zal de onderneming mislukken,
en het lot der kolonisten allertreurigst zijn.
Mogt echter de Hooge Regering er toe besluitenom den Heer Elias terug
te roepen, en in zijne plaats eene gelukkige keuze kunnen doen, dan ja, is
er wel hoop, dat het plan van kolonisatie slagen zal. Maar wanneer de zaak
goed wordt aangevatwanneer de kolonisten goed worden behandelddan
zullen, ondereen' anderen Gouverneur-Generaal, ook de ingezetenen van Su
riname, die algemeen zeer met het plan van kolonisatie zijn ingenomen', de
handen ineen slaanen er zich voor de kolonie een verblijdend verschiet
openen.
Z. Exc. de Minister van Oorlog heeft, bij besluit van den 16den der vo
rige maand, de volgende dispositie genomen: «Vermits er zich eenige moeije-
lijkheden hebben opgedaan ten aanzien der verbandenwelke in der tijdbij
het aangaan van huwelijken door Officierendoor de ouders of andere betrek
kingen van eene der aanstaande echtgenooten, op zekere bun in eigendom toe-
beboorende vaste goederen zijn gelegd geworden, tot zekerheid van door hen
aangegane verbindtenis tot het doen van eene jaarlijksche uitkeering van zes
honderd gulden aan een der belanghebbende, heb ik goedgevonden te bepa
len, dat van nu voortaan, geene dergelijke verbindtenissen meer te dezer
zake zullen worden toegelaten, maar dat de Officieren, die een huwelijk wen-
schen aan te gaangehouden zullen wezenoiningeval zij niet kunnen
bewijzen, dat op een der grootboeken een genoegzaam kapitaal is ingeschreven,
waarvan het genot der renten ten behoeve der aanstaande echtgenooten speciaal
verbonden isalsdan bij het door hen in te dienen verzoekschriftzoodanige
stukken te produceren, waaruit stellig blijkt, dat een van beide of wel te
zamen vaste goederen in werkelijkcn eigendom bezitten, of wel voor zoodanig
bedrag als voldoende is, om na aftrek der lasten, de gevorderde som van
zes honderd gulden op te brengen, terwijl bij die gelegenheid door de belang
hebbende aan het daarbij betrokken kantoor van hypotheken op de bedoelde
goederen eene hypothecaire inschrijving ten behoeve van het Departement
van Oorlog zal moeten worden genomen
's GRAVENIIAGE13 November.
Ter aanvulling van ons bcrigt omtrent de avondzitting van 11. Maandag, in
ons vorig nommer gemeldstrekke nog de volgende mededeeling van den
hoofdzakelijken inhoud van het gesprokene door de overige ledenwaarvan
wij toen alleen in het algemeen melding konden maken.
Nadat de Heer Scheers van Harencarspel het woord had gevoerdsprak de
Heer Gouverneur, welke meende, dat indien het voor de Tweede Kamer zoo
mocijelijk is, haar besluit terug te nemen, dit evenzeer de Eerste gebit, llij
schetst de moeijelijkhcden, die voor de Kamer en de Kroonuit eene afzon
derlijke aanbieding van ècn Adres te vrcezen zijn. Dit Zou de Grondwet
herziening vertragen en tot misverstand aanleiding geven. Er bestaatvol
gens den spreker, dus geen andere weg dan bet Adres afzonderlijk aan te
bieden, of de kennisgeving der andere Kamer voor notificatie aan te nemen
en de zaak te laten berusten.
De Heer Duymaer van Twist acht het oneerbiedig jegens de Kroongeen
antwoord op het Adres te geven. De Tweede Kamer is wel degelijk een zelf
standig ligchaamen kan dus ook een afzonderlijk Adres aan den Koning
aanbieden. De Staten-Gencraal bestaan uit twee Kamers. Het reglement
van orde der Tweede Kamer spreekt van Adressen, dat van de Eerste
Kamer, in geenen deele. Hij verklaart zich voor een afzonderlijk adres.
De Heer de Man spreekt in gelijken geest. Rloote kennisgeving is ook daarom
af te raden, omdat de zaak daardoor niet eens voor altijd beslist, maar slechts
verschoven wordt.
De Heer van Panhuys herinnertdat de wensch nopens de Grondwet-her
ziening niet onberaden in het ontwerp-Adres is uitgedrukt. En nu moet de
Kamer toonen dat zij ook wil wat zij wenscht. Dit is gepast, om den in
vloed der Kamer naar buiten te bevestigen. De spreker is dus tegen eene
bloote kennisneming. Het is niet verbodende Kroon afzonderlijk te nade
ren tot uiting van eenen wensch.
De Heer Mutsaers beschouwt de bestaande Grondwet wel als gebrekkig, en
betreurt daarom zoo zeer als iemand de gebrekkige herziening van 1840; maar
hij vindt eene herziening geenszins eene zoo gemakkelijke taakhij vreest daar
van schadelijke gevolgen, als zij niet door behoorlijke zamenwerkingalthans
van de voornaamste staatsmagtenwordt ondernomen. Het constitutioneel
leven is hier nog zoo weinig doorgedrongen; honderdduizenden roepen om
eene herziening der Grondwet, en weten niet wat eene Grondwet is.- Spreker
verklaart zich tegen afzonderlijke verzending. Hij wil liever de zaak laten
berusten.
De Heer van Rechteren acht de Grondwet-herziening eene nationale be
hoefte, een nationalen wensch. Men kan niet voegzaam de Troonrede onbeant
woord laten. Kan de Eerste Kamer zich niet met de wensehen der Tweede
vereenigen, dan blijft er niets over, dan elk een Adres aan de Kroon te rig-
ten. De vooronderstelling, dat Z. M. de Commissie uit deze Kamer of het
aangeboden Adres niet zou ontvangen, behoort geen invloed uit te oefenen op
haar besluit. Zij is verpligt het Adres op de troonrede te beantwoordenuit
eerbied voor den Koningals vertegenwoordigende het volken ten einde on
geschonden de achtbaarheidde eer en de regten dezer Kamer te bewaren.
De Heer Luzac zegt hoofdzakelijk, dat hij de deliberation dezer dagen heeft
bijgewoond met een gemengd gevoelvreugde had hij over de stappen van
vooruitgang in deze kamer; betreuren moet hij den achteruitgang bij de Rege
ring, sedert een geruimen tijd. Verleden jaar is reeds dezelfde wensch door
de Kamer uitgedrukt; toen heeft de Eerste Kamer zich er mede vereenigd
de Regering gaf geen afwijkend antwoord, en de hoop op herziening der Grond
wet bleef bestaan; als hij dan zich herinnert, hoe de Regering bij de aanbie
ding der drukkende financiële maatregelensoms eenige wenken liet door
schemeren, dat, nadat die maatregelen tot stand zouden zijn gebragt, men
daarover zou kunnen handelen, dan vraagt hij: wat is daarop gebeurd?
De Natie heeft het vertrouwen op de Regering geredende eerste beloo
ning daarvoor was, dat de Troonrede zweeg van hetgeen in het voorjaar met
zoo veel aandrang en gemoedelijkheid gevraagd werd. Desniettemin besloot
de Tweede Kamer numaar op de zachtst mogelijke wijze, dien wenssh nog
maals uittedrukken. En nu zend de Eerste Kamer het Adres terug; dit weet
de Regering en laat de Tweede Kamer aan zich zelve over. Ik geloof, zegt
Spreker, dat de Ministers hier hadden behooren te zijn, opdat, wanneer wij
spreken over eene herziening der grondwetde Regering zou kunnen opgeven
om welke redenen zij die herziening thans niet geraden oordeelde. Verder zal
Sprekerna de ontwikkeling door zoo veel kundige mannen, zich alléén be
palen tot eenige opmerkingen.
