E Y D S C II E
'IV
C O IJ ft A IV T:
Het ij
en én d,
elen det
lira id
I-arbeid i:
net dloeiii,
'ren word;. VJ
'de t nidi.
oMfeiidojj
en berg,
•et de klg:
re vo0.,
enddie:
ilde, eg,
In brand,
irand1 aIcq,
i°. ism
MAANDAG,
Vidadi teygGEMEESTER EN WETHOUDERS n,?R STAD LEYDEN, brengen mits deze'
van de ttciiiiisse van de heiaiishebi>enden dat hij ilun Ed, Achtb, van den Heer Controleur
directe Belastingenis ontvangen het derde gedeelte van het Kohier der Patenten
welke op den 3osien Augustus jongstleden is executoir verklaard.
aflrr In Zit 1843 en IÖ44
««1 ia off duiven aau den Heer Ontvanger is verzonden.
in dei
rseljjk gi
ill gebrul
én ook
ttpignieZ;
len# dotr
>dic nog
e orde dn
deze g(|
1 Aden, den Sfepteiuuer 1&4.3.
'Burgemeester en Wethouders voornoemd
DU R. I E
Ter ordonnantie van dezelve,
v. putTkammer.
N.
NEDERLANDE
Leyden, 3 September,
zij nieie^e B^ede Kerkeraad der Nederduitsche Hervormde Gemeente alhier,
ïUMT ingf.fc uit het vroeger gemelde Drietal van Predikanten, eergisteren het
oep uitgebragt op den Weleerwaarden Zeer Geleerden heer C. Krabbe,
fjtant te Zuiphen.
Óp deri spdorweg zijn,,in de maand. Augustus vervoerd 59*395 perso*
van deze stad 8,178, van Voorschoten 8,688, van Haa.lem 17,548,
aetdam 21,960, de overigen onder weg ingenomen, hetgeen met
reizigers oer vorige maanden van dit jaar maakt 309,632; one
gen is in dezelfde maand f 4194630!} totaal ontvangst in dit jaar
i deb
tingeti,
Id het verslag over 1841 ten aanzien van d»n staat der hoogescholen*
rdt met betrekking van die van onze stad nog het volgende gezegd:
)e saovtfinsten, welke de Bibliotheek van de Hoogeschool dit jaar deed,
'''Lu hoofdzakelijk in werken van politieke geschiedenisde staathuis-
?fdkDnde en de philologie betreffende.
d Je arbeid aan den nieuwen catalogus der Oostersche handschriften werd
j -Tijver vervolgd, en is zoo verre ten einde gebragt, dat de geheeïe
rSt jwstöff?welker verzameling aan de redactie zelve van den catalogus
er ontvl!;s[ voorafgaan s reeds gedurende net jaar 1841 in gereedheid is gekomen.
.)e studie der Oostersche letterkunde schijnt bij voortduring de belang-
ling van velen te trekken, zoodat zelfs geheel onverpligte lessen in dit
A ®et ^ver werc*en bijgewoond;
n0, JeAkademische^Kruidtuift heeft eene aanmerkelijke verbetering ondergaan,
nd6/?'] de meer doelmatige inrigting van eene warme kast. Ook heelt dezelve,
oetrhet ontvangen van vele merkwaardige gewassen, belangrijke aanwinsten
rlteiregen. Onder andere wordt bijzonder gewag gemaakt van eene bezending
,n wei gewassen uit de Oost-Indische Bezittingen van het Rijk, waarvan de
e«%thst ditmaal gunstiger geweest is dan wel vroeger, doordien dezelve
aar Vale
l vemK
ui
9\
8/1
6
8
«i
gj'001
Hidere zi
tio de
de vereischce zorg en naar de beste door de ondervinding beproefde
WiCnrtUcti is geschied. De hortos wordt dan ook vlijtig bezocht aoor de
dentendie bij voortduring vee) werk van de kruidkunde schijnen
token,
f toejuüd van hei Rijks-herbarium is mede in bet jaar 1841 grootelijks
trd, als zijnde, door middel van het Akademiseh fonas van 1836, de
;e maatregelen genomen kunnen worden, om het gevaar voor bederf der
voorwerpen geheel te doen verdwijnen,
jwel de theoretische als de practische lessen in de sterrelnr.de ign
"lig bijgewoond, en het observatorium is verrijkt geworden met een door
heet Wenckebach te Amsterdam vervaardigden prismencirkeleen vader-
"lacb voortbrengsel, dat, als eeD wezenlijk kunststuk, zeer merkwaa.dig
ebt wórdt.
(nder de overige Akademische verzamelingen, welke in goeden staat zijn
ouden, en waarvan de meeste zelfs eenige uitbreiding hebben erlangd,
bon nog genoemd te worden het munt- en penningkabinet, aan hetwelk
olijke geschenken te beutt zijn gevallen. Onder anderen heeft de Baron
'dpeminck van der Oijedestijds Gezant van Zijne Maj. aan het hof
Si. Petersburg, aan het Kabinet bij herhaling een aantal vreemde, voor
gedeelte Russische en Siberische munten vereerd, waaronder
zeer zeldzame stukken gevonden worden,
belangstelling van gemelden gezant (vroeger Minister-Kesidenc
ptlttohe) in de Leidsche verzameling, ia het almede te danken, dat,
io bet laatst van bet voorgaand jaar, van wege den Groothertog van
kn, san het kabinet een fraai geschenk is geworden, bestaande in eene
liueling van in bet Groothertogdom geslagen medailles.
Itt getal lijders, dat in het Akademiseh Gasthuis wordt opgenomen,
6ht jaarlijks toe te nemen. In 1841 is het bijna tot 400 gcklomtfien,
krom ongeveer 126 meer dan in het vorige jaar.
k letien over de scheikunde, toegepast op de nijverheid, zijn onafge
len gegeven en door een aanzienlijk getal toehoorders bijgewoond. Vol-
betberigt van heeren Curatoren heeft deze inrigting al meer en meer
gunstige werking, niet slechts op de nijvere klasse, maar zelfs in
)f Willende opzigten op de Hoogeschool. De stedelijke regering gaat dad
soort het laboratorium en de localen voor dit onderwijs benoodigd in
Mo itsat te bonden,
Jvea 100 zijn almede de lessen, die, volgens het Koninglijk besluit van
dijken 1^"" 1840, in de landhuishoudkunde kosteloos aan niet studerende per-
moeten worden gegeven, in 1841 met goed gevolg voortgezet, heb-
75 toehoorders, en dos 4 meer dan in het vorige jaar, die lessen
«vermoeiden ijver en lust bijgewoond.
1 Onder andere Koninglijke besluiten, welke de Staats-courant van
liig bevat, is ook het navolgende!
Wij WILLEM II, enz.
bemerking nemende, dat bgj art. 592 van het Wetboek van Burgerlijke
ordering, aan schuldeischers de verpligting is opgelegd, om bij de
lining van lijfsdwang, iedere dertig dagen voor te schieten eene toerei-
iom tot onderhoud van den schuldenaar, volgens een door Ons vast-
t tarief;
tie voordrage van Onzen Minister van justitie, van den 27s;en Julij
,1 N°. 60;
APPAI
e Stat
met R
tegeno1
Raad van State gehoord (advies van den Ilden Augustus 1843, N°. 3)
Vofaj 'let nader rapport van Onzen Minister van Jus itie, van oen 2isten'
fo%T 't843' N°- 395
fFNEAÏ "esloien en besluiten
ïfk1' De kosten van onderhoud, te betalen aan de cipiers van huizen,
I fEiC fie&']ze'de schuldenaren worden opgenomen, worden bepaald 00 70
y Por dag, gedurende de maanden AprilMeiJut,ijJulijAugustus
J 'fmber, en op 80 centen per dag, gedurende de andere maanden.
«ydo>
*t%
4 SEPTEMBER'.
Art, 2, In geval van ontslag of overlijden van eenen gegijzeldegedtvend^
2ijn verblijf in de gevangenis. is de c.pier verpligt tot teruggave van hecgeenj,
ten gevoige van het vroeger on:s!ag T overlijden, oij voorschot te veel
be aala is.
Ar:. 3.. De bepalingen van die besluit koróen met den jscen September
1843 in werking,
-He: Staatsblad N°. 34, bevat een bes;uit van Zijne Maj, van 17 Aur
gustüs 1843* houdende hep;; lingdat-na? ;.ractaat van handel en scheepvaart^,
hetwelk op den 10/2 Februari) ce Athene tus6Cheu Nederland en
kenland is .gesloreu in- het Staatiblad scai worden geplaacsf
Èijt e Maj* beeft den Officier vaq ge.zotid.he.id der zde klasse hij bet
Willems Hos Ttaal re 9s Gravenhagevan der Grijpbenoemd tot Ridder
der Orde van den- Nederlandschen Leeuw.-
Z. K. H. P. ins Frederik is van he.: Loo naai Noord-Brabant vertrok
ken., van daar dtn isieu dezer in de Residentie, teruggékeerd en vertrdlc
den 2den weaerora naar het Loo, om van daar met B. D. gemalin en kin
deren naar -Berlijn te reizen., 5
Mevrouw de wed. Falck is benoemd toe Grootmeesteres van het huis
van HH. KK. HH. den Prins,en. Prinses van Oranje
Sedert de laatst gedane bekendmaking, zijn door de belanghebbenden?
geligt» de navolgeqde door Zijne Maj. verleende octrooijen:
Een octrooi in dato 23 Julij 1842, voor den tijd van tien jaren verleend
aan S. Carpmealwoonachtig te Londen, domicilium verkozen hebbende bij
1S, Preston te Rotterdam, óp de invoering van verbeteringen in het za»
raenstellen Van Zekere gedeelten van schepen en vaartuigen, ceti einde derj
voortgang van brand te kunnen stuiten, en den graad van warmte te kunneó
regelen.
Een octrooi in dato 26 Maarr 1843, voor den tijd van tien jaren verleend
aan IV AScholtente Hoogezanu, op de invoering van eene verbeterde
wijze om sagu-flores te fabriceren. t
Een odtrooi in dato als voren, vöor den tijd van tien jaren verleend aai*
ACollinswoonachtig te Bramfbrdin Engeland, domicilium verkozen
hebbende bij H, Kerckhoffy te Aaisteidara, op de invoering van verbeteringen
in het vervaardigen van dakpannen, klinkers, tigéhelsteenen enz.* eu van
een' bijzonderen coescel, daarioe dienende; en octrooi in dato 28 Junij 1843*^
voor den tijd van tien jaren verleend aan fFtJic Henry Ritschiewoonachtig
te Londen, domicilium verkozen hebbende bij Au S. Preston te Rotterdam,
op de invoering van zekere verbeteringen in hec voortbrengen van licht.
Een cctrooi in dato als voren, voor den tijd van tien jaren veleend aatr
J» BuJoanniy woonachtig te Parijs, domicilium verkozen hebbende bij j. van
Dachne Comp te 's Gravenhage, op de invoering van eene nieuwe wyze
om papier te vervaardigen uit de plant Liane van het geslacht Cissusen op
derzelver verdere toepassing tot het maken van kussens, matrassen, touw*
werken<.
Een octrooi in dato 29 Julij 1843, voa: den tijd van tien jaren verleend
aan L, Vassellewoonachtig te Pa-ijs, domicilium verkozen hebbende bjj
O, Fuhrif te 's Gravenhage, op ae invoering van eene nieuwe soort van
pomp, onder de benaming van pompe hydrobulisce. Voorts is voor den
tijd van vijf jaren verlengd geworden, het op den 25 Julij 1838 voor deri
tijd vSn vijf jareü aan J. P. Trousselot te Rotterdam verleend occrooi, op
de uitvihging van verbeteringen in de zameustelling van brandkasten en
brandkisten.
Men verneemt, dat de bedenkingen, welke laatstelijk in de afdeelin.
gén van de Tweede Kamer der Staten Generaal gemaakt zijn, ten aanzien
van de ontwerpen van wet, uitmakende de Staatsbegrooting voor 1844 eb
1845» wederom aan de Regering zijn medegedeeld en dezelve op nieuw een
onderwerp van overweging bh haar uitmaken.
De Regering heeft thans geantwoord op de bedenkingen, welke in'
de afdeelingen van de Tweece. Kamer der Staten-G.eneraal gemaakt zijn, ten
aanzien van het ontwerp ;an wet tor regeling van uitgaven ten laste van hec
speciaal fonds der gevangenissen. I11 die antwoorden worde onder anderen
gezegd:
De Regering wensebtdat uit de tegenwoordige, geheel op zich zelve
staande voordragt, geenszins worde afgeleid dat de regeling van andere
spectale fondsen onbepaajd zoude zijn uitgesteld.
„Integendeel bestaat het voornemen, om hec onderwerp der onderscheidene
rijtta-fondsenwaaromtrent wettelijke bepalingen gevorderd worden, opvol,
gende geheel te behandelen en te regelen.
Onverminderd iniusschen de verdere maatregelen te dien aanzien te nenren,-.
bestond er eene bijzondere aanleiding, om de aangelegenheden van het spe
ciaal fonds der gevangenissen reeds dadelijk, bij eene geheel op zich zelve
staande voordragt, wettelijk af te doen, vermits dat fonds bereidswer
kelijk is opgeheven, nit Krachce van het Koninglijk besluit van den 18 Junlj
1841, N°. 10"
Bij deze voordragt wordt in geenen tJeele beoogd eene vermenging van.
ontvangsten en uitgaven van vroegere diensten, met die van een later tijdvake
Bij deze antwoorden is gevoegd een afschrift van het besluit van Zijne
Maj. van 1841 houdende de volgende bepalingen:
Art. 1. Hec speciaal fonds voor de dienst der gevangenissen, d'aargestelcf
bij Koninglijk besluit van den 20 Mei 1825, N°. 113, zal met den afloop
van hec dienstjaar 1841 ophouden te bestaan, en worde mitsdien bij deze
mee dat tijdstip geheel opgeheven.
Art. 2, Ten einde voor bet vervolg de dienst van den arbeid in de rijks*
gevangenissen te verzekeren, zuilen de kosten deswege voortaan als gewone
uitgaven van den Staat te beschouwen zijn, en die kosten dienvolgens aan»
vankelijk met die dienst van den jare 1842, en vervolgens, in de afgemeene
staats-begrooting van uitgaven werden opgenomen en aangewezen.
Art. 3. Gelijker wijze zal, te rekenen van hetzelfde tijdstip, in de •staats^
begrooting van oncvangsten onder de middelen tot dekking der uitgavenv:
worden uitgetrokken liet geldelijk bedrag, zoo van de presumcive opbrengst
van opgemelden arbeid, als van de verdere onderscheidene baten en opkom-"
sten, thans aan het speciaal fonds toevloeijende.
Art. 4. O'nvermfnd-erd de bepalingen, in de vorige artikelen vervar, wor*
den bij deze gehandhaafd de voorschriften, bij hec besluit van 20 Mei 1825*.
N°, 113, en bij het nader besluit van 18 November 1827, N°. 34, gegeven^
nopens hec opmaken en inzenden van jaarlijksche rekeningen, een einde de
geldelijke resultaten wegens de kosten en de opbrensc van den arbeid in de
rijks-gevangenissen ce doeo kennen; zullende, mitsdien op de bepaalde.tijd'*
stippen rekeuingen, uitsluitend den .arbeid betreffende, over elk dienstjaar,
aizondeiiyk door ue zorg van het Departement van Buinenlandsche Zake5.