T U R K Y E. GRIEKENLAND. elk lid gevoelen bij nota mogt te kennen geven. Dit zegt art. 73 vin bet reglement, doch uit die mededeeling kan niet worden afgeleid, dat de centrale afdeeling gedwongen zou zijn de nota's te doen drukken. Wil de vergadering nu terugnomen op hetgeen bij het reglement bepaald is, en eene ampliatie aan art. 73 geven, dan staat het haar vrij; doch dezelve ia nu in strijd met het bestaande reglement. De heer van Dam geeft toe, dat de bedoeling van het reglement is, om het gevoelen der meerderheid aan de Regering kenbaar te maken Doen Indien het dikwijls waar is, que te bon sens est du cfti de la minoritidan is het ook van belang de individuele meening der leden te kennen. Volgens hec geopperde gevoelen, zou het dus de minderheid verboden zijn, haar gevoelen te doen kennen. Dit kan niet in een geest zijn van het lid uit Zuid-Holland, dal de vrijheid des lands en zijne individuêle vrijheid op zoo hoogen prijs stelt. Moge liet in oe bedoeling van het reglement zijn, dan betreurt bet de redenaar, dat hij daarvoor gestemd heeft. De heer Luzac ziet met genoegen terug, dat hij zijne stem tegen het re glement uirgebragt heelt, juist omdat hij voorzag, dat het daarbij aangenomen stelsel te ómslagtig was. Hij had voorgesteld: individnële gevoelens terzijde te leggen; dat is echter niet aangenomen. Door aan alle leden het regt toe te kennen om eene nota in te dienen, zou het centraal rapport niet kunnen worden dan een sttilt, samengesteld uit een aantal nota's. Men zou daardoor wederom achteruit gaan.' Öcch in allen gevalle wil men zulks, dan zou men op het genomen besluit moeten terug komen. De héér van Rechteren ondersteunt den heer van Dam De heer van Dam zegt: dat zijne gemaakte bedenxtng dadelijk tot beslis sing kón gebragt worden. Het is niet noodig, daartoe een bepaald voorstel te doen. Eene verandering in het reglement is onnoodig, daar hetzelve vol gens den redenaar, op dit punt te duidelijk is. Werkelijk zouden al de leden het regt hebben om eene noia in te dienen doch alleen de minderheid wordt door de centrale afdeeling te kennen gegeven. Bovendien, zegt de spreker, is er hiér geen quaestie van het algemeen centraal, maar van liet voorloopig verslag. De heet van Rappard meent dat het hier een belangrijk vraagstuk geldt. Hij herinnert, oat men, bij het uitstellen van het nieuwe reglementvan het beginsel uitgegasn is, om zoo veel mogelijk de ontwikkeling van de indlvi- j Jduele begrippeo of gevoelens te vermijden. Hij oordeelt, dat bi] het regle ment'niet bepaaldelijk vastgesteld is, hetgeen de heer van Dam thans voor- selt, ie weten, het drukken van nota's van enkele (eden. Hij verlangt derhalve dat er niet dadelijk over het gedane voorstel gestemd worde, maar dat daar overwordt dit gewenschtnader eene beraadslaging plaats hebbe. De voorzitter stelt voor, op dit oogenblik de zaak niet uit te maken. De heer Lujbfn meent, dat aan de vergadering ter beslissing behoort te worden onderworpen de vraag, of de centrale afdeeling bevoegd is, op eigen gezag, het al dan niet drukken van nota's te bevelen? Hij ondersteunt 'ten sterkste het voorstel van den heer van Dam. w De heer van Dam merkt op, dat hij eigenlijk geen voorstel aan de Ka mer gedaan heeft. Het geldt hier alleen de beantwoording der vraag, welk het regt verstand van art. 73 van het reglement is. Begrijpt de centrale afdeeling dat 'art, goedziedaar waar het hierop nederkomt. De heer van Rechteren deelt volkomen het gevoelen van den heer van Dam. Het is geene verandering in het reglement, welke voorgesteld wordt, flet betreft alleen de vraag, of de nota's van bijzondere leden zullen wor den gëdtukt? De vergadering heeft allezins het regt, dat punt uit temaken. De heer Bruce oordeelt, dat het hier de vraag geldt, of aan de centrale afdeeling de verpligting zal worden opgelegd, om de nota's, van enkele leden, die haar worden medegedeeld, in haar verslag op te hemen. Hij vereenigt zich met hetgeen door den heer Luzac is aangemerktdat namelijk die vefpligiing volgens het reglement, niet op de centrale sectie berustart. 73 houdt alleen int dat de nota's der leden aan de Rapporteurs worden ter hand gesteld, die dezelve aan de centrale afdeeling mededeelen. Dat zij gedrukt moeten worden is nergens bepaald. De centrale sectie maakt van de haar medegedeeld wordende nota's dat gebruik, als zij nuttig en oorbaar acht. Verlangt 'men nu dat aan de centrale afdeeling de verpligting opge legd worde, om ze alle ie doen drukken, dan diept art. 73 eene wijziging te ondergaan, en dan behoort men tot dat einde een voorstel te doen. De heer Luzdc herinnert hetgeen er, ten vorigen jarëin comitié-gene raai, bij ue vaststelling van het reglement, is voorgevallen Er werd vastgesteld, dat er geene processen-verbaal meer in de afdeélingen zouden woiden opgemaakt, maar, daar de rapporteurs soms met het behandeld wor. dende onderwerp minder bexend konden zijn, Werd aan de leden de be voegdheid gelaten, hen nota's ter hand te stellen, die de rapporteurs aan de centrale afdeeling zouden mededeelen, ten einde zij zoti kunnen beoor 'deelen, of die nota's al dan niet in het centraal verslag zouden kunnen wotden opgenomen. Hij erkent, dat de vergadering allezins geregtïgd is om eene uitlegging aan eenig art, van het reglement van orde te geven. De redenaar geeft te kennendat hij er verre af iszich meerdere magt toe te eigenen, dan hem toekomt. Te meer daar hij lid der centrale afdeeling li, wil bij zich in deze zaak geene partij stellen. Hij laat derhalve gaarne aan de vergadering de beslissing over, welke magt aan de centrale afdeeling moet worden toegekend. De heer van Dam van Isselt zegt: dat het thans, uit hetgeen door den heer BrUce is aangeypërd, gebleken is dat de centrale afdeeling art. 73 Wan het reglement derwijze Opvat, dit er van de nota's der leden zoodanig gebruik gemaakt wordt, als zij goedvindt. Hij meent, dat de Kamer inder daad moet waken, dat er in de vergadering geen imperium in imperia ontsta. Alle ledeo zijn, gaat de heer van Dam voort, volmaakt gelijk; k'tlen hebben hetzelfde regt; elk mag er aanspraak op maken, dat zijn ge voelen behoorlijk Worde mededeeid. Hij oordeelt dat de werking der "centrale sectie reeds iheermalën eenen nadeeligen invloed op de beraadsla gingen der Kamér heeft uitgeoefend. Zij heeft soms aan de Regering denkbeelden, als van de meerderheid afkomstig, medegedeeld, die later gebleken zijn, geenszins het gevoelen van de meerderheid te bevatten. Hij is niet bevreesd, dat de redenaar uit Leiden zich eenige meerdere magc zal toeëigenen dan hem volgens het reglement toekomt. Maar dit neemt niet weg; dat men behoort te waken, dat de centrale afdeeling niet een stroom worde, waardoor de vrije loop der beraadslagingen zou kunnen worden gestremd. De heer Perwej-Mejan vit art. 73 in den geest van den heer Bruce op. De fiota's der leden worden slechts aan de centrale afdeeling medegedeeld. Nu Urenscht men haar eene andere verpligting op te leggen. Het geldt dus ëenè wijziging of verandering van hec reglement, die heden niec aan de örde van den dag ia. Dë heer BrUce ontwikkelt nog nader zijn boven opgegeven gevoelen, en 'tracht Wit onderscheidene artikelen van hec reglement te doen zien, dat daar naar het drukken van atnkkeh verlangd werd,,dat stellig is bepaald, en dat dit het geVal mét de nota'i der leden niet is. Wil men de bevoegd held der centrale sectie beperken, men stelle dan eene verandering in art. 73 van bet reglement voor. En dan zal de Kamer overwegen, of daartoe kermen zijn. Op dit oogenblik komc de behandeling van die punt niet te pas. Dit la zeker, dat ieder het regt heeft, eenig art. van het reglement op te vatten, zoo als hij meent, dat deszelfa bedoeling ia, en dat de centrale kectie het in den, door hem opgegeven zin heeft opgevat. Voldoet dit aan de vergadering niet, zij verandere hec art,, maar men biede dan een bepaald voorstel aan. De heer Warin beaamt hetgeen door den heer Bruce is aangemerkt, dat bet onvoorzigtig zou zijn, om reedt na hec voorstel vin den eersten spreker ia oamage te brengen. Hij meeat; dat de vergadering op dit oogenblik niet genoeg voorbereid is om het vraagstuk, dat re herde gehrsgr i«, te h«- ns'-Helen, Na de omnewirapelde verklaring m den heer Bruce, ho' art. 73 door de centrale afdeeling wordt opgevat, komt het den heer HR.iria voir, dat de heer 1 an Dam een voorste! dient te doen, om dit verschil op te los sen. Wat üc zaak zelve betreft, deelt hl] volkomen hec gevoelen van deh heer van Dam, dit de Kamer waken inoet, dat er geen imperium in imperil ontsta en meent'hij: dat eenige leden z-ch niet van de geheele vergadering behooren meeste' ie maken; da.r niet alle nota's zonde' onderscheid behoorei te; worden gedrukt, en er alzoo een óaj,ert van verwarring ontsta. De bee' Moddirman begrijpt, dai zoo lang hec reglement bestaat, het ook tnoet worden gehandhaafd. Hij verstaat art. 73 insgelijks in oen geest der .centrale sectie. Hij gelooft, dat, wil men het art. veranderen, er een voorstel Jtent te worden gedaan. Thans Drengt de Voorzitter in omvrage, of er heden over het punt in ge schil lot eene stemming zal worden overgegaan. Met eene meerderheid van 37 tegen p stemmen worde die vraa.» ontkennend beantwoord. Poor eene dadelijke steminirg. hebben zien verklaard de heeren: van Luybenvan NetBruceGouverneurvan Rechterenvan den BoschRomme en Mutsaers, Daar het our reeds ver verstreken is, wordt het uitbrengen van versla, gen door de Commissie tot de verzoekschriften tot eene volgende zitting uit. gesteld* Hierna gaat de vergadering uiteen. Aanstaanden Maandag zal de centrale afdeeling over het ontwerp van wet, nopens de grondbelasting, bijeenkomen. Daarna zullen de afdeeiingeti over het ontwerp van wet omtrent de personele belasting vergaderen. Te Amsterdam js den ^den dezer overleden de Hoogleeraar in de Geneeskunde aan het Athenaeum aldaar F. van der Breggenhij had hec Hoogleeraarsambt meer dan 25 jaren met roem beuleed. In de maand Januarij zijn langs den spoorweg vervoerd 17,438 reiziger*. als: van Ams erdam vertrokken 6,951 van Haarlem 5.965, van Leyden 3,344, onder weg ingenomen 1Ó78en is ontvangen f 12926.35. In 1842 zijn in de onderscheiden havens van ons Rijk ingeklaard 6094 schepen, waarvan 5709 geladen met 873,893 tonnen en 385 met ba' last; van deze waren onder Nederlandsche vlag 2796. Uitgeklaard zgn 6189 schepen, waarvan 3720 geladen met 550,689 tonnen en 2469 met ballast; van deze waren 2828 onder Nederlandsche vlag. Op den aardbol bestaan 3,065 talen en tongvallen, van deze vindc men er 487 in Europa, 846 in Asie284 in Afrika, 1282 in Amerika eb 164 in Australië. AMERIKA. De President der Vereenigde Staten, Tyler, is bijna door zijne tegen- standers, die hij in groot getal in bet Congres heeft, in groote moeije- lijkheid ingewikkeld geworden. Een hnnner namelijk, de heer Bettsheefc den 10 January, in het Huis der Representanten, eene aanklagc regen hem ingeleverd, en op grond daarvan de benoeming eener Commissie van negen leden begeerd, die onderzoeken zou of de heer Tyler niet in staat van be. schuldiging behoorde gesteld te worden. Maar door de vergadering is, mee 127 tegen 83 stemmen, ontkennend hierop besloten De aantijgingen van den heer Botts komen hoofdzakelijk op het volgende neder: misbruik van magt en verbreking der wet, door pogingen tot hec uitoefenen van ongeoorloofd gezag over de ambtenaren der schatkist afzet ting van brave en getrouwe ambtenaren, alleen omdat hij hen verdacht hield van met Zijne politieke denkwijze niet in te stemmen, en hunne vervanging door minder geschikte personen; het in hunne betrekkingen handhaven van andere ambtenaren, die sedert maanden door den Senaac hunner bediening onwaardig verklaard waren; het willekeurig terughouden zijner toestemming aan wetten, die voor den goeden gang des bestuurs onmisbaar waren, en het daardoor sluiten der wettige bronnen van *s lands inkomsten. Het bestuur der Vereenigde Staten heeft bekend gemaakt, dat er toe wering der slavernij, volgens het vijfvoudig tractaat, naar de Afrikaarsche kust 2 sloepen en 4 brikKen, met 700 koppen bemand, stevenen zouden. Uit Mexico woitft »an 19 December berigt, dat aldaar weder eene omwenteling had plaats gehad, daar Santa Anna de ontbinding der Cort-s had afgekondigd en verklaard, zelf eene constitutie aan het gemeenebest te zullen geven. Het Congres evenwel heéfc verklaard onwrikbaar te olijvea voor de bedreigingen van eiken militairen bevelhebber en zijne zittingen voort te zullen zetten, tot dat bet door geweld vao wapenen uit de vergaderzaal zóu worden gedreven. Men schrijft uit Philadelphia van "35 December: Nog nimmer is de toesianu in oe Vereenigde Sta en bedroevender geweest dan op het tegenwoordige: oogenblik. De meeste onzer fabrijken zijn s>esi«»« ten, de handel verkeert in volslagen stremming, de granen en andere leven*, middelen zijn geheel beneden allen prijs, Philadelphia, deze anders zoo bloeijende stad, telt duizende goede werkliedendie geene bezigheid hebben en dit helaas ook niet spoedig kunnen verwachten. Dat in dezen staat van zaken roof en moord aan de orde van den oag zijn, kan men gemakkelijk, begrijpen. Men kan juist niet zeggen, dat deze gruwelen uit honger worden bedreven, maar wel daardoordat zoo vele menschen, die vroeger in wel vaart verkeerden, thans door het noodlot vervolgd en in verarmden toestand gebragt zijn, Hoe deze staat van zaken nog eenmaal ten goede keert, is den Heinel bekend. Berigten nit. Konatantinopel tot u Januarij meiden, dat in hec begin dier maand óp de kusten zware stormen gewoed en vele schipbreuken door dezelve hebben plaats gehad; onder anderen was een Grieksch schip, mee 90 Turksche soldaten bemand, met man en muis vergaan. Den 3 Januarij is te Alexandria de gewezen Groot-Admiraal der Turk. sche vloot, ate dezelve voor eenige jaren aan Mehemed-Ali had overgege ven, plotseling, na het gebruiken van het middagmaal gestorven, zoodac men teregt aan eene vergiftiging moet denken. Hij leefde niet alleen in eene slechte verstandhouding met de Porte, maar ook met den Pacha zelveft en was door iedeten Turk veracht. Mihemed had hem een maandgeld van I200 toegestaan en hem daarenboven hec vrij gebruik van eene grootë streeks land in de Delta gegeven. Uit Athene wordt van den ia Jannarij gemeld, dac Zijne Maj. de Kó- ning den fiden deD eersten steen gelegd had van eene nieuwe kerk, welke op kosten van den Staat in den Byzantijnschen stijl zal gebouwd worded. De kosten voor de bouwing zouden 360,000 drachmen bedragen, om welke te dekken, 70 odde én 'vervallen kloisten en'kerken voor afbraak verkocht zouden woraen, ofschoon de geestelijkheid daartoe met moeite hare toestem ming heeft verleend, vooral omdat op de plaats der afgebrokene kerken eft kloosters, huizen zullen gebouwd worden. De Bnantiele staat was hij voortduring alles behalve gnnatig; geldge brek deed zich algemeen gevoelen en in de openbare dienst ontstond daar door gro'ot'e belemmering. Hetgeen vooral tot bewijs verstrekt van de ver warring. waarin de iinantiën zijnis, dat men nog geen Minister van Finan cien heeft kunnen vinden en dit departement thans door dat van Justitie worde waargenomen. De dagbladen laten wel luide hunne stem hoorendoen dit he.pt niets, daar dezelve menigvuldig in beslag genomen en me: eene geld-» boete gestraft tiiordetf.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1843 | | pagina 3