A0. 1842. leydsche WOENSDAG, SCHUTTE R. IJ, t U 13 L I C A T I E. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, brengen by deze Ter Kennis Van'de belanghebbenden, dat de Commissie, volgens art. 15 der Wet opde Sciuntei ïjen Van den 11. April 1827, benoemd tot het onderzoeken vAn, en beslissen omtrent de redenen vin vrijstelling en uitsluiting, zal vaceren op het Raadhuis dezef Stad, op Donderdag den 21. Jul ij aanstaandes namiddags teh vijf are. En worden diensvolgens opgeroepen: i°. Alle de zoodanigen, welke aan de loting van dit jaar deel genomen hebben. a°. Degenen, die sedert de vorige inschrijving alhier zijn konien >Vonen, en gebo* ren zijn in de jaren 1808 tot 1816 ingesloten. Zij, die ambtshalve zijn ingeschreven* en eenige redetien tót vrijstelling ver- meenert te heboen. „,a Deaenen die *ia hubne Indienststèllirtg Bij de Schutterijregt op vrijstelling hebben verkregenalsmede die by het Bataillón om ligchaaiilsgebreken tijde lijk zijn vrijgesteld en "JÊk Dcgenèn dié volgens L. en M. der Wet, als tot de NacTit- 1 3°. als tot de NlCTSt- of Brandwacht behoorende, lijf- of huisbedienden zijnde of bedeeld wordende, vrijstelling kuii- nen erlangen. Om ziéli voor gemelde Commissie, óp bovengemelden dag, al waré het dat by dezelve geen oproeping-biljet was ontvangen, tesisteren, ten einde over derzei ver reclame uit spraak worde gedaanterwijl zij, die alsdan niet comparerengeacht zullen worden geene redenen tot vrijstelling te hebben, en mitsdien, overeenkomstig art. 16 van Zijner Majesreits besluit, van den 28. Junij 1828, voor zoo verre ztf dienstpligtige Nummets getrokken hebben, bij de Schutterij zullen worden ingelijfd. Aldus gedaan en gearresteerd bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 11. Julij 1842. J. G. de ME Y. Ter ordonnantié vah dezelve, v. PUTTRAMMER. BtYrgrmbestfr r& Wethouders der Stad Leyden, brengen mits deze ter k eti- ■nisse van de belanghebbenden dat bij Hun Ed. Achtb. van den Heer Controleur der 'Directe 3elastingen\ is ontvangen het eerste gedeelte van het primitieve Kohier der Pa tenten dienst 1842 en 43, welke op den i2dcn dezer maand is executoir verklaard, en dat dezelve afati den Heer Ontvanger is verzonden. ■Leyden. den 19 Julij 1842. y J A - J. G. DE ME?, Ter ordorindntiè van dezelve, v. PUTtRAMMER. t—- M 1. -iw NEDERLANDEN. Lsyden, 19 Julij* Zyne Maj. heeft een eervol ontslag verleend als aden Luiteiiant bij dé schutterij alhier aan Jhr. J, J, E, -van Bommel en in zijne plaats benoemd JMr. A, Six. Vervolg en slot van het verslag, gedaan door de Gedeputeerde Sta. ten, aan de Scacen der Provincie Zuid-Holland, in derzelver gewone vei", igbdering, gehouden te 's Gravenhage op Dingsdag den 5 Julij 184a: Armwezen enz. Ten dien aanzien houdt het versiag onder anderen in dac de ongunstige staat van hetzelve in het vorig verslag aangestipt, de burger lijke Bescuren noodzaakt, om de subsidien voor de armen der verschillende gezindheden raec iéder jaar te verhoogen. De sommen, die daarvoor op de bearootihgen van al de Zuid Hollandsche steden en landelijke gemeenten over 1856, werden uitgetrokken, bedroegen tóen reeds een totaal van ƒ722,563. De jaarlijksche toeneming blijkt uit de volgende opgave1836 722,563 1837 730.461.46IS38 736,884.201839/758,742.95}1840/762,325.50 1841 789,990.26^; 1842 f 826,331 45ji derhalve is, voor 1842, ruim 104,768 meer dan voor 1836, en bij gevolg in slechts zeven jaren eene verhooging van meer dan 1/7 gedèelte des geheels, tot bovengemeld einde, 'op de begrootingen gebragc en toegestaan geworden. En nog is doorgaans -maar een gedeelte ingewilligd, van hetgeen door de armbesturen gevraagd 'werd, niettegensiaande dezelve geenszins van ruimheid in de bedeeiingen zijn te beschuldigen. Höt blijft* naar het inzien van Gedeputeerde Statensteeds teen vraagstuk der overweging van de hooge Regering en van alle verlichte wel denkenden in den lande waardig, of niet, met behoud der diaednieneen ■algemeen burgerlijk armenbeheer zou kunnen beraamd eb althans de verzör ging der armen meer in ve'rhonding tot élks behoeFten zöu kunnen verzekerd worden. Misschien zou dan ook het openbaar gezag meer invloed erlangen op het gebruik der uit de publieke kassen verstrekt wordende gelden. Het is eene verblijdende opmerking, dat de voorvaderlijke deugd der wel dadigheid steeds op verschillende wijzen beoefend wordt en dat* zoo ergens* dan hier, het schitterend voorbeeld des Konings en der leden van het Koning, lijk geslacht door de onderdanen hetzij in gemeenschappelijke vereehigiti. gen, hètzy in beperkte kringen of afzonderlijk, treilend wordt nagevolgd. Onder de legaten, aan liefdadige gestichten ten deel gevallen, heeft de •aandacht getroffen een legaat ter somma van f 10,000 door mevrouw de weduwe it an Poeljen van Nulandaan de Hervormde Öiakonie-Arnièn te Dordrecht, en twee elk van f 5000 door de weduwe Schutzleraan het Armbestuur der Gereformeerde Nederlandsche Gemeente te Rotterdam, en 'ain het Gereformeerde Weeshuis aldaar gemaakt. De bevolking der gevangenissen van Zuid-Holland bedroeg óp i Jan. 1842* «en getal van 1676, waaronder 586 militairen. Betrekkelijk den Handel en Scheepvaart bevat het verslag het vólgende: De voornaamste artikelen werden gedurende het jaar 1841in de volgende lioeveelhedeh aangevoerd: koffij (.Oost-Indische) 369,300 balen600 vaten, circa 17,615,000 ponden; Icofïij (West-Indische) 18,500 balen, 16 vaten, circa 1,387,000 ponden; suiker (Oost. Indische) 113,733 collis, dito (West-Indische) 2,627 vaten, 2,601 zakkenen (Havanab) 2,632 kistente zatnen citca 25,736,000 pondensuiker doorgevoerd 5,460 kisten470 vatén801 kranjangs en 691 zakken, indigo 4,636 kisten, tin (Banka-) 32,980 blekken, peper 16,350 balen, rijst 112,400 balen, 860 vaten, circa 6,959,000 pondenarak 1142/1 en 91/2 leggers, thee 2720/4 kisten. Te Rotterdam liggende, werd door de Nederlandsche Handel.-Maatschappij in 1841 geveild: 375,607 balen en 703 vaten koffij, 98,384kranjangs, 1095 Zakken, 951 kisten suiker, 3459 kisten indigo, 344 vatèn notenmuskaat, 192 vaten foelie, 240 varen nagelen, 550 Collis java-kaneel, 30 kisten noten zeep. Deze belangrijke quantiteiten werden gereedelijk verkocht, ofschoon grootendeels tot dalende prijzen, en zonder dat de koopers hunne moeite en risico beloond zagen. Behalve de muskaatnoten Hie niet in de najaars-veiling voorkwameneri daardoor eene kortstondige rijzing onder vonden, zijn bijna allé producten steeds dalend gebleven. Dit jaar zijn de prijzen nog verder achteruit gegaan, eti tegenwoordig is er bijna geen artikelwaarvoor geregelde kooplust bestaat, niettegenstaande vele tot eene bijna ongekende laagte zijn ge,daald. Dit is vooral het geval met suiker. Derzelver gedrukte staat is grootendeels aan de mededin ging der bnitenlandsche beetwortel-fabrieken toe te schrijven, welke echter, naar het iflgemeeil gevoelen, den kampstrijd tegen de rietsuiker niet lang nieer zullen kunnen volhouden. Intusschen verkeeren, ten gevolge dezer Worsteling en door het verbodstelsel in de Duitscbe Staten, alsmede door de overproductie der binnenlandsche fabriekenonze «uikerraffinaderijen in eenen zeer óngunstigen toestand. Het afgeloopen jaar was voor baar op nieuw zeer nadeelig. .'n 1841 zijn in Zuid-Holland ingeklaard: te Hellevoetsluis 1574,. Brielle 379, Maassluis 3; te zamen 1956 schepen; uitgeklaard: Hellevoetsluis J301, ünelle 298, Maassluis448 IN". SO. courant. sa JULIJ. te zamen 2047; binnengekomen P Rotterdam t.Jdo, Dordrecht 363, Schiedam 213, I-Ielté voetsluis 2, Brieile 4, Maassluis 7. Dclfshaven 20, Vlaardinsen 49; te zamen 2138; uitgevarenRotterdam 1450, Dordrecht 468, Schiedam 210, Hellevuetsluis 3, Bridle3. Maassluis 3, Dclfshaven t8, Vlaaidingen 49; te zamen 2204. Door den overtnatigen aanbouw van groote koopvaarders, geschikt voorde vaart op de Oost-Indiënen het tegenvallen van den oogst van 1840 op Java, liggen vele dier schepen thans nog buiten gebruik. Ten gevolge daarvan, is de scheepsbouw op de wervén van particulieren ver- miiuicrjaldaar", en bij 'de fabriek op feijcnoörd, zijn in het najaar vele werklieden afgedankt. De Rijnvaart en houthandel van den Rijn wordt als bloeijend, de Noordsche houthandel als herlevend geschetst. De vooruitzigten tot verdere uitbreiding van dttl Rijnliande! zouden voor de stad Dordrecht niet ongunstig zijiibijaldien de daarscelling van het toegezegde Rijn-fcntrepêt mógt worden verwezenlijkt. Fabrieken eh Trafieken. Nopens deze worde in het verslag gezegd, dat zij, hoe heilzaam ook werkendeover het algemeen de gewensebte voordeelen niet opleveren. De klagten uit Leiden, Schiedam, Delfshaven en Gouda, zijn bekend. Ten aanzien van de meest gedrnkte dier steden (Delfshaven)en van den staat der branderijen aldaar eti elders zijn de vëreischte voorstellen aan Zr. Ms. Ministers gedaan. Groot is het verlangen naar eene opbeurende beslissing. De zijde-fabriek te Gorinchem is kwijnende. Aldaar is eene tweede azijnmakerij en eene zout-raffinaderij in werking gebragt. Van de in 1841 onder Hof van Delft gebouwde zoutziederijzijn nog weinige resultaten bekend. Te Lekkerkërk is eene nieuwe azijnmakerij te Zoeterwoude eene fabriek van aardewerkte Voorburg eene vetsmelterij en te Naaldwijk eene mangelwortel-ciroop fabriek opgerigt. In iaatstgemelde zijn, in het afgeloopen jaar, meer dan 1,000,000 ponden wortels gebruikt. Het getal der te 's Gravenhage aanwezige fabrijken is vermeerderd met eene fabrijk vare zuivering van moutwijn, gevestigd in een gedeelte van het gewezen lokaal van Vermeulen aan den Scheveningschen weg. en eene fabrijk van vernist en gelakt doek, ouder de Uilebootbenterwijl in de uitgebreide inrigtiug van Maritz Camp.aan het Zieken ook het fabriceren van zoogenaamd theelood, van zeer goede hoedanigheid, is tot stand gebragt. Landbouw. Nopens dit wordtin het verslag gezegd, dat, ofschoon verschillende 'omstandigheden, zoo als de nog hier en daar met minder hevigheid voortdurende long ziekte, de zoogenaamde klingziekte, hooge waterstanden cn veelvuldige regens, nadeelig waren voor landbouw en veeteelt, over de gesteldheid vati een en ander niet bijzonder geklaagd wordt, hetgeen ongetwijfeld aan de doorgaans gemaakte goede pr ij zen en aan de verleende schadeloosstellingenmoet worden toegeschreven. Van het jaar 1837 af tot ultimo 1841* is door het fonds voor den landbouw, in Zuid-Holland, aan schadevergoe ding betaald niet minder dan f 1.007,588,25, voor een getal van 42,593 runderen. In 1841 zijn ter waag van de stad Delft gewogen 442,630 Nederlandsche ponden boter, waarvan de middel pry's is geweest 97 h 98 cents per pond, en 18,267 Ned. ponden kaas, waarvan tie middelprijs was, f 15 per 100 pond. Te Leiden zijn, gedurende 1841, ter waag gebragt 373,222 Ned. ponden boter, en 38,672 Ned. ponden kaas. In dien zelfden tijdkring is ter waag van .Oudewater gewogen eene hoeveelheid van 1,415,069 Ncd. ponden kaas, dus 15,845 Ned. ponden meer dan in 1840. Aan de hoedanigheid en hoeveelheid der inlandsche gewassen, kan, wat 1841 betreft, slechts de naam van middematig ge geven Worden, De boomkweekerijenhet voorname bestaan der gemeente Boskoop, breiden zich meer en meer uit. Het gewas van den tabak, waarmede in 1841 onder Ouddorp de eerste proefis genomen, heeft veel door den hagel geleden. De paardenfokkerij jevert. (ook volgens de berigten der Commissie van Landbouw), voortdurend redenen van tevredenheid op. Pissclicryen. Betrekkelijk dit houdt het verslag het volgende inDe staat der visscherijen in het algemeenmaar inzonderheid die der kabeljaaüw- en kustvisschergen 4 laat veel te wenschen over. Het is uit ingediende adressen en andere offlciele stukken uit de publieke bladen, en ook uit de deliberatiën der Staten-Generall overvloedig be. benddat verschillende oorzaken van dien min gunstigén toestand worden opgegeven j terwjjl er tevens uit af te leiden is dat het raadzaam schijnt, om, bij de beoordeeling van deze aaneeleeenheid. het vraaestuk. in hoe verre het naijverig België hier te beschuldi gen en aoor het bezwaren van oeszelfs producten te treffen ztjvooralsnog onbeslist te laten. Wenschelijk komt het echter Gedeputeerde Staten voor, dat een bepaald onderzoek mogt werden ingesteld naar de beste middelen, om voormelden tak van nijverheid in stand te houden, en den blofci daarvan zoo veel mogelijk te verzekered. Voor 1842 zijn er 129 haringschuiten uitgerust, van welke tot Zuid-Holland behooren Viaardingen 81Delfs haven 2, Zwartewaals, Middelharnis 3 Scheveningen 1Pernis I, Schiedam 1 en Maas. sluis 16. De versch-harihgvisscherij is in het afgeloopen jaar met 100 en de beug- of hoek want-visscher ij met 132 schuiten uitgeoefend geworden.-* Tien slotte van het verslag wordt gezegd: De Voorzienigheid schrage alle pogingen ten goede, verjeene licht en kracht aan allen, die. geroepen zijn om de Vaderlandsche takken van welvaart en volksbestaan te helpen opbeuren en bevestigenen zegene ook. daartoe rykeljjk de thans (toen) door UE. G. A. aan te vangen werkzaamheden.'* De Staati-Courant van heden bevat de wetten op het Notariaat, en die tot Wijziging en aanvulling der wet van 30 Mei 1840, houdende eenè belasting op de runderen enz, Uit 's Gravenhage meldt men van den i8den dezer; Zijne Maj. Koning IVillcm Frederik Graaf van Nassau, verleent dagéu lijks audiëntie. Gisteren woonde de Graaf, benevens Zijne Maj. de Koning^ de Ptins en de Prinses van Oranje, en Z. K, H. Prins Alexander, de vroeg, preek bij. onder het gehoor van Ds, Timmers Verhoeven, die den Aimagtige niet warmte dankte voor het geluk, aan de gemeente geschonken, den grij zen Votst, hersteld en in welstand, in haar midden te mogen zien. Naar men zegt, zal Koning IVillem Frederik in den loop dezer week wederom de Residentie verlaten, Zijne Maj, heeft tot Rector Magnificus van de Hoogeschool te Gro ningen voor 1842 en 1843 benoemd, den Hoogleeraar L. G. Pareau, ■- Zijne Maj. heelt benoemd tot Gouverneur-Generaal van de West- Indische bezittingen, den heer B. J. Elias, Secretaris-Generaal van het Mi nisterie van Koloniën. Zijne Maj. heeft benoemd tot Broeder der orde van den Nederland, schen Leeuw F. van der Veen, openbaar schoolonderwijzer te Wassenaar. Heden vertrekt de Generaal Nepveu, Adjudant des Konings, naar Pa. rijs, om de deelneming van Zijne Maj, te gaan betuigen aan Zijne Maj. den Koning der Franschen en de verdere Koninglijke familie, wegens het treuW rig afsterven van wijlen Z. K. H. den Hertog van Orleans. Uit de nu afgeloopene verkiezingen blijkt', dac van de 19 te verkiezen leden voor de Scaten-Generaal10 aftredende en 9 nieuwe leden verkozen zijn; 5 aftredende leden hadden echter verzocht mee wederom herkozen te worden. Het Provinciaal Geregtshof van Overijssel heefc den iödenden per. soon van J M. Vidon, dié den landman H. Oosten van Dijk vermoord had, door hem onder water met het hoofd te houden tot hij gescikt was, veroor deeld tot de straf des doods, en zijne medepligtigen P. van der Veen, IV. V. van der IVeide en H. IV. van der Weide, rot 15, 8 en 2 jaren gevangenis en de beide eersten tot geeseling en brandmerk. De tentoonstelling van voórbrengselen van Overijsselsche nijverheid, zal den 25sten dezer door den Gouverneur, President der Comniiisie van beoordeeiing en regeling, te Deventer geopend worden. -.Het provinciaal Friesch Genootschap ter beoefening der Friesche Geschied- Oudheid- en Taalkunde hield den nden dezer, te Leeuwarden, hare 42ste vergadering. Het jaarlijksch verslag, bij deze gelegenheid voorgedragen, droeg blijken van den toenethenden bloei des genootschaps, en van den aan. houdenden ijver der leden voor alles, wat ten voorwerp hnnner nasporingen strekt. Eene voorlezing over de krijgs- en staatkundige verdiensten van Sicco van Goslinga zette aan deze vergadering niet weinig luister bjj.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 1