klaring der Regering, dat de begronringën voortaan waarheid znllen be. vatten." Ook zijn nog eenige andere vraagpunten niet deze voordragt in verban^ gebragt. Ten opzigte van de vraag, betrekkelijk de verbindende" kracht dez contracten met de Handel Maatschappij aangegaan, herhaalden vele leden hUD vroeger gevoelen, dat zij die contracten als niet wettig aanmerkten. (Vervolg en Slot hierna.") Aanstaanden Maandag zal de Centrale afdeeling van de Tweede. Kamer der Staten-Generaal eene bijeenkomst houden met HH. Excs. de Ministers van Financiën en van Justitie, over het ontwerp van wet betrekkelijk, de hypothecaire inschrijvingen. Dingsdag aanstaande zal de Kamer naar men ver» neemt weder eene zitting houden. In de afdeelingen zijn thans de meeste aangebodene ontwerpen en voorstellen onderzocht. Men verzekert, dat de Kamer weldra beraadslagen zal over verschillende aanhangige onderwerpen en dat het nieuwe reglement van orde der Kamer een der eerste punten zal zijn, waarmede zij zich zal bezig houden. Men verneemt tevens met het grootste genoegen, dat de heer M. H. Je Graaft', die laatstelijk benoemd is tot tweede commies op het postkantoor te Leeuwarden, een werk, netwelk hij sedert eenigen tijd voornemens was het licht te doen zien, en hetwelk voor het algemeen, maar vooral voor den handelstand van een zoo groot nut zal zijn, mede dienstig te maken tot leniging der vreesselijke ramp, die Dnitschlands voornaamste koopstad heeft getroffen, waarmede zoo vele handelskantoren, hier te lande, in eene naauwe betrekking staan. Het bedoelde werk is een Handboek der Nederlandich Brie venposlerij tn alle andere middelen van vervoer te Land en ter Zee, en zal bevatten: i°. alle bepalingen wegens de BinnenlandscheBuitenlandsche en Overzeesclte Cortespondentien2°. registera van de vrijdommen van brief, porrwaarop de verschillende antorrteiten collegien, bestoren, arimitmtra. tien en alle Rijks ambtenaren aanspraak hebben; 30. reglement op de dienst der openbare middelen van vervoer te lande; 40. afstandswijzer voor de stations der Koninglijke Nederlandsche paardenposterij50. reiswijzer, langs eenige der voornaamste postwegen des Rijks, nevens opgave van den afstand lusschen de onderscheidene wisselplaatssenwelke zich op die wegen be vinden; 6°. eene kaart, waarop de afstanden in posten genoteerd zijn, vol. gens de rigting der groote wegen door geheel Nederland, Belgie en een gedeelte van Hsnover en Duitsclilandzijnde de afstandi.aanwijzer van het laatste land in mijlen berekend. De verzamelaar van dit Handboek verdient een meesten lof voor de vervaardiging van dit werk, waardoor in eene in dit Rijk, sedert lang bestaande behoefte, wordt voorzien; terwijl zijn arbeid te gelijk tot een schoon, menscblievend doel atrekkeo zal. Een en ander doet cp een ruim vertier hopen. Het Journal du Limbourg verzekert, dat er laatstelijk besloten Is, dat het oataillon, hetwelk LtmDurg aan den Duicschen Bond zou moeten leveren, niet samengesteld zal worden; dat het bondgenootschappelijk con. tingent van Luxemburg en Limburg eene nieuwe inrigting zal ondergaan; en dat, ter gemakkelijkmaking dier nieuwe zamenitelling het aan de offi cieren, die vroeger aangesteld waren, om bij die bataillons te dienen, ia overgelaten, hetzij om in de rangen, die zij vroeger bekleedden, bjj het Nederlandsche leger weder in dienst te treden, hetzij hun ontslag te ver. zoeken. In het Journal du Limbourg treft men eenen brief aan van den heer /lug. Ciavareau, waarin deze met roem bekende dichter mededeelt, dat Hij voornemens is, eene verzameling zijner dichtstukken ten behoeve der nood. lijdennen door den brand te Hamburg in bet licht te geven. Dezelve zal ten titel voeren: Echos Limb ourgeeit. De prijs zal niet zeer hoog zijn, ten einde het geschrift voer een ieder verkrijgbaar te doen zijn. De naam der inteekenaren zal voor het wetk geplaatst worden. De opbrengat zal, uit naam der Limburgers, aan den Senaat van Hamburg aangeboden worden. De drukker, die zich met hec drukken van dit geschrift belast heeft, beoogt geer. voordeel, en zal alzoo enkel <fe onvermijdelijke kosten in rekeningbren. gen. Het Journal du Limbourg noodigt alle dagbladen nir, aan dit mensch» bevend en weldadig doel de meeste openbaarheid te geren, waaraan men gereedelijk voldoet. Uit Harderwijk meldt men "van den i8aen dezer het volgende: Nadat reeds voor eenige dage-ti binnen de stad door het oprlgten van eerepoorten, en het decoreren der huizen en straten, voorbereidselen wa ren daargesield om Zijne Maj. den Koning, bij het aangekondigd bezoek in deze stad, op eene waardig-e wijze te ontvangen, heeft deze heugche. lijke gebeurtenis op heden piaa'.s gehad. Dezen morgen ten half elf ure arriveerde, onder herhaalde toejuiching eener talrijke menigte. Koning Willem II, met bijhebbende adjudanten en verder gevolg. Bij het aankomen werd Zijne Maj. door den Burgemees. ter dezer stad, Mr. H. F. van Meun, aan het hoofd van het stedelijk bestuur, bij eene aan de Smeepoort sierlijk geplaatste eerepoort plegtig ontvangen, en op eene gepasie wijze aangesproken en verwelkomd, waar voor Zijne Maj. op het minzaamst dank betuigde. Daar ter plaatse bevond zich reeds vroegtijdig de stedelijke schutterij en het militaire garnizoen op den weg, langs welken de stoet naar het Stadhuis trok. Onder het gejuich der menigte begon de optogt naar het Stadhuis, voorafgegaan door de Hoornmuzijkde stedelijke schutterij en het stedelijk Bestuur, vervolgens de Koning met deszelfs Adjudanten, wiens rijtuig met zes paarden was bespanneo, aan welks eene zijde de Colonel Dittlinger en aan de andere zijde de Majoor Barre zich te paard bevonden, gevolgd door het garnizoen. De stoet toog door het voornaamste gedeelte der stad, overal wapperde de nationale vlag, en waren de straten met groen en bloemen versierd, en onderscheidene eerepoorten opgerigt. Aan het Stadhuis gekomen zijnde, bevonden er zich een 24.-tal kinderen, onderwijs genietende op de Stads Armenschool alhier, welke eene welkomstgroet aan Zijne Maj. zongen, hetwelk daarna door een der kinderen met een bloemen-ruiker aan Zijne Maj. weid overhandigd, voor welk een eo ander de Koning zijnen danz betuigde. Ten elf ure verleende de Koning gehoor aan de civiele en militaire auto rlteiten, bij welke gelegenheid door den zoon van den Burgemeester, de student P. van Meun, een door hem vervaardigd vers: Hulde der Stad Harderwijk, aan Zijne Maj. Koning Willem II, bij Hoogst dcszelfs komst bin nen onze muren in 1842, aangeboden, en door Zijne Maj. welwillend aan. genomen werd. Na den afloop der audiëntie, bezocht Zijne Ma), het Oude Mannen- en Kinderhuis, de Kazerne, welke prachtig versierd was, prijkende met de woorden: Hulde aan den Held van Waterlo, Hasselt en Leuven. Vervolgens onder het gejuich en gejubel van Leve de KoningI bezocht Zijne Maj. de Haven, waarna de Koning de schutterij en het garnizoen, hetwelk voor het Stadhuis geschaard stond, inspecteerde, onder het aanheffen van eenige volksliederen door het corps Hoornblazers; vervolgens defileerde het garni- zoen voor Zijne Maj., waarover Hoogstdezelve zijne tevredenheid te ken. nen gat. - Waarna door het stedelijk Bestuur een luisterrijk en keurig dejeuné is aan. geboden, waarbij onderscheidene toasten voor het welzijn van Zijne Maj. en het geheele Vorstelijke Huis werden ingesteld, na welks afloop de Ko ning de stad ten half één ute heeft verlaten, op dezelfde wijze uitgeleid wordende als zulks bij Ztjr.er Majs, ontvangst heeft plaats gehad, Harder, wijks ingezetenen de aangename herinnering achter latende van Zjjne Maj. Koning Willem II binnen hur.ne muren te hebbett gehad. Uit Kampen wordt van den i8den gemeld: Heden is eindelijk de langverwachte plegtige dag aangebroken, op welken Zjjne Maj. onze geliefde Koning deze stad met een bezoek vereerde. Reedi vroeg in den morgen vertoonde de stud allerwege een feesteliik aanzien, Eerejsoprten waren opgerigt asn de Veene- en Vischpoorteh en op de Onda straat bij tfie Breésteeg. De straat van de Veenepoort tot aan de Zwanen, brug was ter weerszijden mee dennen beplant, terwijl de huizen langs den weg dien Zijne Maj. moest passeren, gelijk ook elders, met groen en vlag. gen waren versierd. De bevolking stroomde in feestgewaad iangs straten en pleinen. In den voormiddag werd Zijne Maj., komende van Harderwijk» aan de herberg den Eikelboom, op twee uren afstands van de stad, door den (Jouverneur der provincie en den provincialen Commandant ontvangen, ver. welkomd en hertyaarts begeleid. Zijne Maj, ofschoon tegen een ure ver» wacht, is eerst ten half vijf gearriveerd, en kwart over zes ure vertrokken. Heden avond zullen de IJsselbrug, hec Stadhnis en de Nieuwe Stads-Herberg luisterrijk gejfllumineerd worden. Het schoonste lenteweder heeft dit feest, hetwelk lang in hec geheugen zal blijven, begunstigd. Hec mttzijk-corps van het 8ste regement infanterie, alhier uit Amsterdam overgekomen, om aan de ontvangst van Zijne Maj. des te meerder luister bij te zetten, is na den afloop der plegtigheid naar Amsterdam teruggekeerd. Zijne Maj. is daarop naar Zwolle gereden, en ook aldaar mee de meeste gees drift ontvangen, heeft den ipden audiëntie gegeven, eenige inrigtingen en des avonds den Stads skhouwburg bezocht, na vooraf een diner. Zijne Maj. door de Stad gegeven te hebben bijgewoondH. D. reed toen de s ad rond, welke geïllumineerd was. Zijne Maj. zou tot den 2iscen te Zwolle vertoeven. T U R K Y E. Konstantinopel den 27 April. De laatste post nlt Beyrut brengt de tijding aan, dat de aanval der Drusen op het sterke slot Bet-el-Dm, waar Ower-Pacha zich ophoudt, mislttkc is. De oorzaak van deze nieuwe bewe- ging, waarbij wij nu de Drusen in den Libanon de wapenen zien voeren tegen den Turkschen Gouverneur, is deze: de Drusen hadden zich, bij gelegenheid hunner gevechten tegen de Maroniten, meester gemaakc van de kas van het bestuur, die onder bewaring was van den later gevankelijk weg gevoerden Emir el Kassim. Hunne scheiks verdeelden onder elkander deze zoo men zegt, eenige millioenen piasters bevattende kas en weigerden aan 0;»<r-Pacha, niettegenstaande zijne herhaalde bevelen, de uitlevering der geplunderde gelden. Dit bewoog den Turkschen Gouverneur de hoofden der Drusen toe eene bijeenkomst uit te noodigen, ten einde omtrent dit geschil eene schikking te treffen. Er verschenen echter slechts zes of zeven van hen, welke Omer gevangen nam en naar Beyrut zond. Twee dagen daarna stelden de Drusen pogingen In hec werk om het water, waardoor Bec-el-Din omringd is, af te leiden, ten einde het alot stormenderhand aan te kunnen vallen; zij werden evenwel veralagen en verstrooid door de Al- banesche troepen, en door eene afdeeling Drusen, die onder het bevel van eenen Naplusischen scbeik atonden en die zich tegen hunne eigene landge nooten aan de Turken aansloten. De gisting onder de be wonera van hec gebergte is door de geledene nederlaag veel heviger'geworden en in verschil lende streken trekken er Drusen bijeen, met het doel om aan de Turken wederstand te bieden, die zich overigens sterk genoeg achten om hun zelfs in hec gebergte de spits te bieden. Te vergeefs trachten de opperhoofden der Drusen en Maroniten tot oproer aan te zetten en tot deelneming aan de vijandelijkheden tegen de Turken te bewegen. De herinnering aan de vroe. gere vijandschap en den bloedigen krijg, die nog voor korten tijd tusschen hen woedde, doet de Maroniten iedere gemeenschap met de thans sterk be- dreigde Drusen versmaden: zij schijnen deze aan hun noodloc te willen overlaten, zoodac van nu af hec lot der Syrische bergbewoners daadwerke lijk schijnt beslist te zijn. Bij de onder hen heerschende oneenigheid znllen zij onvermijdelijk voor de Turksche overmagc moeten bukken. De zaken met den Protestantschen Bisschop van Jerusalem wareo oog niet op eenen goeden voet. DUITSCHLAND. Het volgende is een volledig en kort verslag van. hec ontstaan en dn voortgang van den brand te Hamburg s Het wat even na één ore in den nacht van 4 Mei toen de slarmklokken het ontstaan van eenen brand aankondigden. Over het algemeen is dat hij ons niets zelJzaam; maar behalve in de naaste buurten maakt het gewoonlijk geen bijzonderen indruk, omdat tot dusverre b(j elke gelegenheid de voor. treffelijkheid onzer bluschinrigttngen gebleken ia: en toen men ditmaal ver. nam dac de brand in de Deichstraat was, bleef men re geruster, omdat daar schier alleen massive huizen staan. Daarbj) kwam, dat het weder in dien nacht zeer stil en zacht was: en zoo kan het niet bevreemden dat zelfs de donlcerroode tint, die zich in de)lucht verspreidde en de hevi-heid van den brand aanduidde, in het eerst geene groote bezorgdheid deden ontstaan. Maar de ure, die de Almagtige voor onze beproeving vastgesteld had, bad gesla. gnn en dus moest alles vetvuld worden, wac Hij besloten had. Om de coedragc der zaak duidelijk te maken, zal hec voor alles noodig wezen de plaats te beschrijven, waar de brand zijnen oorsprong nam. In da Deichstraat, geljjk in de meeste onzer aan de grachten of fleeten gelegen stralen, staan de huizen in eene betrekkelijk geringe breedte bij eene aan. zienlijke diepte naast elkanderzoodat men de eerate in hec algemeen op 35, de diepte op 150 voet kan schatten. Het acnterste gedeelte der grondstnkkee aan de grachten, is meestal roet pakhuizen bebouwdterwijl de woonhuizen voor aan de straat staan. Hier woonden nu naast elkander een timmerman, een cigaren-fabrijkanteen bierbrouwer en een koopman. De eerste, die met ruim 50 knechts werkte, had van zjjn pakhuis voor werkplaataen en voor berging van hout gebruik gemaakt. Dat van den tweeden was beneden met tabaken in de bovenverdiepingen met lompen en ond geteerd touw. werk gevuld, waarvan groote hoeveelheden uitgevoerd worden. De zolders van den brouwer lagen vol graan en mout, terwijl het pakhuis van den koop man aanzienlijke partijen arak, schellak en olie bevatte. Misschien ten gevolge van eene onvoorzigtige poging, om van eenen zolder des brouwen tien vermoedelijk eerst gebrand hebbende zolder van den tabaks-fabrijk-anc te blusschen, vatten het mout op eeratgemelden vuur, waardoor onmiddellfli de geheefe zolder in brnnd geraakteen toen de steeds aanwakkerende wen» wind den gloed ook naar het pakhuis des koopmans voortdreef, toen ga«n de aldaar geborgen brandbare voorwerpen niet alleen nieuw voedsel aan ii gedurig vreesselijker woedende vlammen, maar zij vloeiden ook voor een groot gedeelte in de gracht, en vermengden zich met het daarin nrroomende water, waarvan het gevolg was dat in plaats van water een verderfelfl mengsel opgepompt en in de vlammen gesproten werd. Intusschen zou het, niettegenstaande deze ongunstige omstandrghedet, misschien nog gelukt zijn de verdere verspreiding der vlammen te stuit», indien niet bijna gelijktijdig de achtergebouwen van de Rödingsroarkt111 de overzijde van de slechts zeer smalle gracht, in brand geraakt waren de helende voorhuizen aangestoken hadden, toen men er nog altijd in ge slaagd was, de woonhuiaen van de Deichstraat te bewaren. Nu moest «et van twee kanten strijden, op eenen afstand, die alle zaraenwerking onman lijk maakte, en tegen eenen vijand, die, naat buiten beschermd door dete» hooge steenen huizen, achter dezelve met de snelheid van den wind voas gestuwd werd, en aan den eenen kant slechts terugweek, om aan den en* ren kant nieuw voedsel te zoeken en te heviger te woeden. Al moeijeljW en moeijelijker werd het blnsschen; want de uitgestrektheid, waaroverW vtiur zich verspreidde, werd gedurig breeder, en de straten die deif|,e doorsneden, zoo als b. v. de Sceintwiete, waren zoo smal en digt bebes"J< dat het onmogelijk was, zich met spuiten daarin te wagen. Ook gem'111 de beide rijen halzen in dezelve bijna op hetzelfde oogenblik in brand. Zoo stonden de zaken ,tus$cheu 7 en 8 ure des morgens, toen de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 2