r. 2. A0. 1842. LEYDSCHE V R IJ D A G COURANT. JANUARI), KENNISGEVING. rjr uIirl5!P van n Me en pen iegelijk wien zulks zoude mogen aangaan, dar a Burgemeester en Wethouders der Stad Lk»«, bren?en het bedrag der Ste '.olijke Opcenten van den Rijksaccijns op het Gemaal, Ingevolge Koninklijke aomons-ue van den 16.J)-cemoer 1841. N .5 en diensvolcens de heffing der Steael^ke Opcenten voorde alhier me\ den 6. Januarij ,842, za. verminderen met Tien Tan bf.ften Tngevo'dtbïood beschuit, meel, gebak ene. van oten r.jd af ter maling aangegevene Granen, alsmede der Stedelijke BeLsting op B Zal geschieden overeenkomstig het navolgend, bij Koninklijk besluie goe geteut TAR1E F. Maat, gewigt en sterkte, waarnaar de belasting zal worden geheven. Van elke Honderd Nederlandiche Ponden. Hoegrootheid der be lasting per hoeveel heid m de neven staande kolom uit- gedrukc. Idem bij invoer der belaste voorwerpen. Van de tarwe, met rogge spelt of an der graan vermengd, twee honderd i gentig Opeentenop de principale Rijks Accijna. Van de rogge of van rogge- mét ander graan dan tarwe ot spelt verttiéngd;/w«j honderd en veertig Opcenten, op de principale Rijki Accijns. Van iedere vijftig ponden ongebnlld tarwentneel .ƒ3,90 Gebuild-3.75 Roggenmeel ..-0.72 Gebuild tarwenb. -3,94 Huisbakkenbrood -3,53 Kropbrood of krop uit de zak -2,01 Roggenbrood -0,54 Hard Scheepscar- wenbrood - 3,29 Hard Scheepsrog- genbrood - 0,77 Koek-0,54 Fijne beschuit en Kleingoed - 3,75 Van elk tarwenbrood van 5 ons -o,o2j^| Vanejti roggenbrood van 15 ont - o.oLjf Bedrag der restitutie, bij uitvoer van de belaste voorwerpen te verleenen. |Van iedere vijftig ponden ongeouild tarwenmeel ƒ2,90 Gebuild-3 75 Roggenmeel ..-0,72 [Gebuild tarwenb.-2.94 Huisbakkenbrood -2,53 Kropbrood of krop uit de zak .-2,01 [Roggenbrood .-0,54 Hard Scheepstar- wenbrood .-3,29 Hard Scheepsrog- genbrood .-0,77 Koek-0,54] Fijne beschuit en Kleingoed. .-3,75 Minimum der hoeveel heid belaste voorwer pen, waarvoor resti tutie zal verleend worden. Maatstaf ter berekening der voorhanden voorwerpen, bij visitatie of peiling of bij in- en uitvoer. Voor alle tarwe en rogge-meel,1 brood, koek en beschuit, zonder onderscheid door gepatenteerde Meelver. koopers of Bakkers, naar elders ter consum- tie uit te voerenhon derd ponden. Bij visitatie of peiliog, alsmede I bij in- of uiLvoer, te bere kenen van een mud 75 pond. ongebuild tarwenmeel. 58 gebuild tarwenmeel. 68 roggenmeel. 74 week gebuild tarwen- brood. 86 week huisbakken brood. 108 week kropbrood. 89 week roggenbrood, 66 hard scheepstarwen. brood. 60 hard scheeparoggen* brood. 89 koek. 58 fijne beschuit. Aanmerkingen, De hetfiog dezef belasting geschiedt overeenkomscig het daartoe gearres teerd Reglement, goedgekeurd bjj dispositie van H.H. Gedeputeerde Sta* ten van Zuid-Hol land, van den 34. Maart 1840, N°. 29. Voorts, dit, ingevolge Koninklijke magtiging, bjj besluit van den 12. Novembei 1841, N°. 93 verleend, met den 6. Januarij 1842 alle vochten of dranken, onverschillig van welke vruchten toebereid, die eene meerdere of mildere hoeveelheid Alcohol in zich bevatten, binnen deze Stad aan geinke piaayselijke belasting zullen onderworpen wezen, ais volgens her Regleme't, goedgekeurd bij iiOJiinklUk besluit van_dnn u. r— 'N°. 83, ter dezer Stede van den bnitenlandschen Wijn wordt ingevorderd. £n zai deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk ja. Aldus gedaan en afgekondigd door H, H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 3, januari} 1842. J. Go de M E Yj Ter Ordonnantie van dezelve, V. PUTT KAM MER, MÉfliim NEDERLANDEN. Leyden, 6 Januarij. Het onderstaand herige, ons door den heer J. Kneppelhout alhier, met ver zoek om plaatsing, toegezonden, hebben wij niet gemeend te moeten terug houden, hoewel wij veider geene redetwisten over Rembrant's genocrteplaats zullen opnemen, en dan slechts de zaak nog eenmaal zouden aanroeren, indien de daopacte van der Sabiider, waartoe de inzender van liet eerste berigt alle moeite doetgevonden, werd. Het bedoelde berigt is het volgende: In het Algemeen Handelsblad van Dingsdag 11, leesc men, overgenomen uit de Staats-Couranteene wederlegging van het vrodger medegedeelde uit Leiden, door wiens vriendelijke tusschenkomsc is mij onbekend, dat Rembrandt binnen die stad zou geboren zyn. Deze wederlegging doet intusschen volstrekts niets af. Het gezag van den onlangs overleden 1m- mkrzeel, op hetwelk men zich beroept, is van geene waarde, al steunt mei het ook met de woorden: „dat zijne aanteekeningen overal bewijzen dragen dat de schrijver zich buitengewone moeite gegeven heeft om -uit echte bronnen levensbijzonderheden nopens zijnen held op te zamelen daar het den eerste den.beste, eenigzins met de levensgeichiedenis van Rem brandt vertronwd, niet veel moeite zou kosten, op dit punt althans, het tegendeel te bewijzen. De steller van het artikel in de Staats-Conrant zou S)ij. verder bijzonder verpligten door mij eens op te willen geven wie die verscheidene schrijvers" zijn, die geboeki hebben, dat Rembrandt op den Kpr^nmolen,. tusichen Leiderdorp en Koukerk, is geboren, misschien zou Ik dan van mijfnen kant in staat zijn hem daartegen andere schrijvers aan te wijzen, die het tegendeel beweren en met meer regt gehoord mogen worden. Men verneemc dat hei Koninglijk Nederlandsch Instituut van Marine te Medemblik, dezer dagen, van wege den Schout-bij-Nacht du Petit Thouars, Bevelhebber van het Fransche station in de Zuidzee, een prachtig geschenk heefpoptvangerihetwelk. »an den Commandant van dat Instituutden Schout bij-Nacht Koopman, gerigt was, en hetwelk door den Generaal-Majoor Nahujs van Burgst is overhandigd. Dienaangaande zijn tnsschen de twee Schanteipibjj.-Nzcbt de volgende brieven gewisseld: „Parijs, 11 November 1841. „Mijnheer de Commandant! „Verscheidene jaren in Holland doorgebragt hebbende, alwaar ik, ten tijde onzer vereeniging', onder de bevelen van de Admiraals de Winter, Verhuell en Ruysch gediend heb heb ik eene hoogst dierbare herinnering, behouden aan de goede bejegening, welke ik van de zijde uwer Vlootvoog. den Heb ondervonden, en ik brenge mij nog altijd met genoegen mijne oude wapenbroeders voor den geest. „Als een zwak bewijs mijner erkentelijkheid en mijne gehechtheid aan mijne voormalige wapengenootenbiede ik u, Mijnheer, een exemplaar aan van mijne Rijs. rond de wereld- op het fregat de Venuswaarvan ik aan de Bibliotheek van het instituut voof-dé Zeevaartte Medemblik-, hulde brenge. Uw zeer onderdanige Dienaar (Ge/.) A. du Petit Thouars, Schout-bij-Nacht." To1- hiertoe hebben slechts' de twee eerste deelen en de daarbij behoo-, rende Album met afbeeldingen het iieht gezien; vóór dat ik weder ondef zeil ga, zal ik de noodtge beschikkingen nemen, dat de volgende deelen, naarmate dezelve worden uitgegeven, 11 worden toegezonden. Ik verzoek u, Mijnheer de Commandant, wel de verzekering te willet» aannemen van de gevoelens van hoogachting en bijzondere onderscheiding waaruiéde Ik ben Aan den Heer Commandant van hei Militair Instituut voor de Zeevaat t te Medemblik den Schout-bij-Nacht J, C, Koop man. Medemblik, 31 December 1841, Mijnheer de Admiraal! „Met innige erkentenis .hjb ik. uii.handen van den Geqejxal Nahujs vat» Burgsthet kostbaar werk ontvangen, hetwelk u voor het Koninglijk ïnsti. tuut voor de Zeevaart te Medemblik wel Hebt gelfe'vetf te bestemmen, Het zal met groote belangstelling bij ons gelezen en in waarde gehouden, «rorrien. De brief ten geleide van dat geschenk kon niet nalaten, daaraan nog fiooeexe waarde bij te zetten. Uwe voormalige wapenbroeders uit Holland achten zich gelukkig en'vereerd door de herinnering-, die gij te hunnen aanzieo.be» houden hebt, en door de getuigenis, die zij daarvan thans hebben ontvangen. Zij zullen n met hunne wenschen vergezellen op de schoone loopbaanwelke gij met zooveel waardigheid betreedt. „Het strekt hun tot een groot genoegen een zoo roemrijken naam, als den uwen, zoo wel te zien voeren. „Wat mij betreft, Mijnheer de Admiraal, die de eer heb gehad met n op hetzelfde smaldeel, onder de bevelen derzelfde Scheepsvoogdenj te dienen, ik verheug mij opregtelijk van mij den aangenamen last te zien opgedragen u de verzekering aan te bieden van de dankbaarheid mijner wapenbroeders, waarbij ik u de mijne kenoaar make. „Qntvang, Mijnheer de .Admiraal,de uitdrukking der gevoelens van hoogs onderscheidingwaarmede ik de eer heb te aijn Uw teer onderdanige en zeer toegenegen Dienaar, Aan Mijnheer den Sehptftrbij-i Get.j Koopman, Nacht du PeTit Thóuars Schout-bij-NachtComntdndant van hei Commandant vat), fret Fransche Koninglijk Instituut van Marine" station.op de Zuidzee'. De Raad van'Administratie der Hollandsche IJzeren SpbörWegtfiait« schappij-, gevestigd-te-Amsterdamzal op den a8sten dezer, in het locaal het Wapen van nmstctdambuiten de Willemspoort te Amsterdam bij inschrijving op gezegelde biljetten en opbod, aanbesteden het mtke.n van eene brug met vijf openingen over djn Rhijn, in de nabijheid, van de herberg de Fink', nabij onze'stad, ter dienste van den ijzeren spoorweg van deze stad naar Rotterdam,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 1