A0. 1841. N\ 144. LEYDSCBB WOENSDAG, COURANT. i DECEMBER. NEDERLANDEN. OOST- en WEST-INDIE. KENNISGEVING. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, brengen bij deze ter kennis Van de belanghebbendendat aangezien de zoogenaamde StNicolats-avond dit jaar op Éondag den jjden December aanstaande is invallende, de viering van denzelven od Zaturdag avond bevorenszal plaats hebben. Leyden den 29 November 1841. Burgemeester en Wethouders voornoemd j. g. de me y. Ter ordonnantie van dezelve v. puttkammer. Leyden. 38 November. Uit 's Gravenhage meldt men van den sprcen dezert Bij Zijne M«j. besluie van den ijrden dezer, N°. 70, is vergund bet bestaan van eene Christelijke afgescheidene gemeente te Heerde, bestuurd volgens de bepalingen van het reglement voor de bereids toegelaten Chris, lelijke afgescheidene gemeente te Groningen. Men verneemt, dat Z. K. H. de Prins van Oranje, door tusschen- komst van Hoogstdeszelfs Secretaris, den wel edel gestr. heer Bronkhorst eene zeer vleijende missive atn de vereenigde Cotnmissien van Amsterdam en *a Gravenhage. Tot oprlgting van een standbeeld voor Rembrandt beeft gezonden, strekkende, om aan dezelve te.kennen re geven, dat die ontwerp de meeste goedkeuring en toejuiching bö Z. K. H. vindt, vooral •ook, omdat de uitvoering, een geheel nationaal karakter dragende, evenzeer het Vaderland als de kunst vereeren zal. Het heefc Z. K. H. tevens behaagd •Is een bewijs van Hoogstdeszelfs ernstige belangstelling in deze onderne ming de aanmerkelijke som van vijf kenderd gulden ter beschikkiog der commissien ce stellen. Z. K. H. de Prins van Oranje heeft onlangs aangekocht het nabij Hoogst* deszelfs paleis gelegen huis iu de Houtstraat, coebehoord hebbende aan den keer van Hoegenstraten. De Ministers van Binrenlandsche Zsken en Financien, zijn den 97sten uit Maasmchc vertrokkenden a8sten dezer over Ancwerpen te Rotterdam aangekomen en vervolgens naar *s Gravenhage teroggekeerd. Laatstleden Donderdag morgen heeft alhier plaats gehad de jaarljjksche vergadering van de Commissie der Maatschappij van Weldadigheid, onder het voorzitterschap van Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden. Des middags heeft Z. K. H. met Hoogstdeszelfs tegenwoordigheid vereerd den vriend- schappelijken maaltijd, welke door het lid dier Commissie, den heer Mr. J. C. Faber van Riemsdjkte zijnen huize gegeven werd, en die bijgewoond werd door de verdere leden dier Commissie en door eenige der Commissie van roezige. Het berigt, omtrent het verongelukken van eene Schevenlugsche pink, bevestigt aich gelukkig niet. Volgens Scheveningsche visschers', die Yar. mouth dezer dagen verlaten hebben, was de bedoelde pink onder de vloot gezien, en werd er niet eeneenkale vermist. Den «i««er i* alhier, na eene langdurige ziekte, overleden, de heer A. Ie Clercq, Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw, Com* mandeur der orde van het Legioen van Eer, van Karei III van Spanje, en van de Nichan Iftihar van Turkye, Secretaris-Generaal van het Departement van Buitenlandsche Zaken; een man, die wegeus zijneregeschapenheid, uitgebreide kennis en door langdurige ondervinding verkregene bekwaamhe den, algemeen geacht was. De Koning en het Vaderland verliezen in hem eenen geitouwen en verdienstelijken ambtenaar. Er is wederom een nieuw dsgblad ce 's Grsvenhsge bij F. Desterbecq in het licht verschenen, onder de» titel van Le SpectateurJournal dei Theatres, de la Litterature et des Beaux-Artthetzelve zal tweemaal per week ,'Dingidags en Vrijdags, worden uitgegeven voorden prijs van/9 jaarlijks. Te Amsterdam ia in den nacht van den a8sten dezer het huis van den tapper H, P, Harmten, Warmoestraat, hoek van de St. Annastraar, eene prooi der vlammen geworden. Aan den voet van de Velzer-Zeeduineo is het Ijjk van een zwaardvisch of labeldolphyn aangespoeld, van bet allergrootste soort, zijnde ruim 35 voet liog. Men melde van Utrechc van den s8sten: Utrechts verlossing van de vreemde onderdrukking, welke wel nimmer uic het geheugen zal gaan van hen die dezelve ondervonden hebben, wordt heden met blijdschap herdacht door het uitsteken van de nationale vlag van den Doornoren, van de publieke gebouwen en uic vele parcicu- liere huizen, en door het bespelen van het klokkenspel, terwijl de leeraars van onderscheidene gezindheden dankgebeden voor die verlossing hebben opgezonde». Daar Zijne Maj. Koning Willem Frederik, Graaf van Nassau, Hoogstdes. celfi regering met zoo vele bescherming op alle nuttige instellingen, als fabrijken van allen aard, thans nog in ons Vaderland bloeijende, heefc doen gepaard gaan, zoo is het met hec grootste genoegen, dat men van goeder band verneemtdat Zijne Maj. deze bescherming ook uitgestrekt heefc over de belangrijke rijtuigfabrijk van den heer Soedertte Maarteen, welke door de krachtdadige hulp vu den geëerbiedigden Vorst, weder de werkzaam, heden beeft kunnen hervatten, met eene bijdrage van vijf duixeud gulden. Bi) deze gelegenheid kannen wij niet nalaten onze lezers opmerkzaam te rniken, boe de beschermende weldadigheid des Konings zich, zelfs n» Hoogstdeszelfs troonafstand, over Nederland uitstrekt; en dat hec ce wen- schen is, dat Nederlander»dien naam waardig, ito eene inlandsche met tile buitenlandichein zijn vak gelijk staande fabrjjkde voorkeur zullen doen erlangen, danr het buiten zijne schuld Is, dsc de arbeidzame fabrjj. kant Stedert zijne werkzaamheden eenigen tijd heeft moeten doen staken doch die thans geheel hervat lijn. Batavia den 31 Julij, Den a4»ten hebben de officieren te Batavia een feest gevierd, dat waardig is vermeld te worden. De Koning den Generaal-Majoor F, D. Cochius, Commandant van Zijne M»j. leger in Nederlandsch Indië, den Colonel Directeur der genie Jhr. C. van der Wijek en den Colonel A. 'F, Michieh, civiel en militair Gouverneur van Sumatra's Westkust, tot Hoogstdeszelfs Adjudanten in buitengewone dienst benoemd hebbende, zoo hebben de officieren, een bewijs willende geven van de algemeene toejuiching, welke deze hooge onderscheiding in het leger verwekc heefc, aan 's Konings Adjudanten een feestmaal aangeboden, hetwelk zij hebben aangenomen, en dat vereerd is geworden met de hooge tegen- woordigheid van den waamemenden Gouverneur-Generaal P. Merkui en met die der Raden van Indië, Jhr. J. C. Reijnst en J. van Schooralsmede van het Hoog Geregtshof en de Algemeene Rekenkamer, benevens de hoofden van departementen en collegien van algemeen bescuorterwijl het aanwezeu van den Schout-bij-Nacht Lucat, Commandant van Zijner Majs. zeemagt in Indië, en dat der Bataviasche schutterij, door eenige barer officieren vertegenwoordigd, en nog andere aanzienlijke civiele en militaire genoodig. den, den luister van het feest hebben verhoogd. Het gebouw der militaire sociëteit de Concordia, zoo uitmuntend geschikt voor feeitvieringen van zulk eenen aardwas voor deze gelegenheid zeer doelmatig ingerigten het geheel leverde een tafereel op, hetwelk van den goeden smaalt der Commissarissen van het feest, den Colonel Peril, Luite nant-Colonel van Swieten en Majoor Suthcrbandbqgescaan door den heer Reigers, Ingenieur van den waterstaat, ten volle getuigde. De waarnemende Gouverneur-Generaal en de beide Generaal-officieren traden binnen het gebouw, onder de aan hunne waardigheid verschuldigde militaire honneurs. Men ging aan tafel onder het harmonisch geluid der militaire muzijk en het decorum daarbij en gedurende hec gansche ieestmaal in acht genomen gaf aan hetzelve al die plegtigheid, welke in hec oogmerk lag van het corps officieren. Eene doelmstlge vermenging bjj het plaats nemen aan tafel, verhoogde de harmonie en deed de vrolijkheid met hec ceremouiëel voortreffelijk te zamen vloeiien. Ten gepasten ure wekte het roeren der trom en hec presenteren der ge weren door de eerewacht, elks aandacht. Een iegelijk stond op, want hec gold den feestdronk van dien plegtigen dag. Door den Colonel Penning Nieuw land, chef van den generalen staf, werd de toast van hec leger uit. gesproken. Een nerhaald Leve de Koning! het bazuingeschal en hec steken der trom. pet, bij de krijgsmuzijkwelke hec oude volkslied aanhief, en een salvo uit het geschut, den Koning gewijd, gaf aan dezen oogenblik dien indruk, weike moeijelijk ce beschrijven is. Het salvo nam een einde, en de Generaai-Majoor Cochius hec woord, die, bedankende voor den toast atn 's Konings Adjudanten gebragc, hec leger die vereerende betuigingen deedwelke het zoo gaarne hoorc uic den mond van deszelfs bevelhebber, in wiens behoud het hoopt zich nog lang ce mogen verheugen. De Generaal was gelijktijdig indachtig aan de vereerende tegen, woordigheid van den waamemenden Gouverneur-Generaal. En nu volgde een toast, die mee veelvuldig gejuich en daverend handge. klap, in allen eerbied, beantwootd werd. Des Konings vertegenwoordiger, zijne deelneming betuigende in de eervolle onderscheiding, welke het leger in Indië is ten deel gevallen, gaf dat leger de eer die het toekomt, en >Avo.ri^d« ni« «lachte det .het 15 het ple^tenker der koloniemaar dat beC bezit van dezelve en de uitbreiding van onzen rijkdom in Indië,oorspronkelijk atn het beleid, den moed en de crouw van den krijgsman verschuldigd is. De waarnemende Gouverneur-Generaal strengelde land- en zeemagt in zuster, ljjke eendragt, voor liet belang van het vaderland werkzaam, treffend ineen, en was den roem indachtig, welke zij op de Moluksche eilanden, op Ceie. bes, te Palembang, op Java en Sumatra hebben iugeoogst. Geen wonder dit deze toast de geescdriit wekte: hij verhief het hatc en schonk belooning op edelsardige wijze. Ook de Schout-bij-Nacht Lucas gaf een tafereel van de deelneming der 1 Zeemagt in Indië. Een toast eindelijk door den Colonel Penning Nieuwland aan de schutterij van Nederlandsch Indië gebragc, werd door den heer Bik, Resident te Bataviabeantwoord. Nu nam) het eigenlijke eeremaa! een einde. De waarnemende Gouverneur. Gehertal, gevolgd door de beide raden van Indië, en geleid door de Com. missarlssen van hec feest, deed eenen omgang lil de zaal, bezigtigde van nabij de tropheën, en verwijderde zich voorts, inet zich nemende de, bij het uitgaan door een drievoudig hotrah! aangebodene overtngiingdat zijne tegenwoordigheid bij het feest het corps officieren op het hoogst had vereerd. Ook de Raden van Indië begaven zich huiswaarts, behoorlijk uitgeleid, onder dankbecuiging voor hun vereerend bijwezen. Den 7den heeft de plegtigheid van het leggen van den eersten steen van eene Christenkerk te Cheribon door den Resident Smissaert plaats ge had. De Predikant van Hocveil hield bij deze gelegenheid eene gepaste toespraak. Den 31 Julij is er op Buitenzorg In de Chinesche kamp brand oncstaan, welke vreesselijk scheen te zulten worden; door spoedig aangebragte hulp zijn slechts a; huizen verbrand, vele andere hebben echter schade geleden; de geheele schade wordt op 30,000 begroot. Bjj bet algemeen verslag van den staat van Landbonw in Nederland, in 1840 uitgegeven op last van de Ncderianische Maatschappij ter bevorde ring van Nijverheid, is gevoegd een verslagnopens den toestand van hec •iland Cara pao, gednrende genoemd jaar. In hetzelve'komt voor, dat groot gebrek aan tegen den toestand dezer, door den loop der omstandighe. den verarmde kolonie, voor het oogenblik wel weder heeft verergerd, maar dit de toekomst bemoedigend is, vooreerst, uithoofde de nopal-cultuur, waarop hec kostbaar chochenille insect tiert, ailezins schijnt te znllen gelnk. ken, daar de afzetsels van de 60 ontvangene nopal-bladen eene ontzagge. Iljke aanwinst van planten hebben geleverd, en dit gewas geene betere dan de drooge luchtsgesteldheid des eilands schijnt te vereiichen; anderdeels, omdat de aloë, waarnit de bekende bittere harstsoort wordt getrokken, den planter rijkelijk schqnc te znllen beloonen. Ook de zont-prodnccie neemt steeds toe. Deze heeft in 1840 bedragen 45,000 vaten; een beloop, het. welk meu eerlang op 300,000 vaten hoopte ce brengen. Arnba bevat ge. wisselijk nog goud, en er wordt nog veel van dac metaal, hetwelk in den alluvialen grond verspreid ligt, opgedolven. Om echter de goudvoerenda kwartsaders, die tusschen de lagen groensteen liggen, naar eiscb en met voordeel te bewerken, zouden er meerdere kennis en middelen worden ver. eischt, dan tot dos verre daar te lande kunnen worden aangewend. Van Bonaite zijn in 1840 uitgevoerd 51,942 vaten zout, welk beloop men toe 100,000 hoopt te brengenen ook aldaar schijnt de aloë-cnltuur bij uitstele wel te slagen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 1