te belasten personen, welke hunne waren ter verkoop, hetzij In *tgroot, te water of te lande met zich voeren, alsmede de óndernemers van openbare vermakelijkheden, in tabel N°. 15 genoemd, voor zoo verre alle die Patentpligtigen in de algemeene beschrijving voor 1841 zuilen moeten worden begrepen, gehouden zullen zijn zichgedurende de gehcele tnaand Mei, ter bekoming van hun patent, aan te melden ter Secretarie dezer Stad, ps voormiddags van 10 tot 12 ure, de Vrijdag, Zaturdag en Zondag uitgezonderd'; zulleiide er na dien tijd geene aanvragen meer worden aangenomen, behalve van de zopdanigen, die hun beroep of bedrijf na dien tijd aanvangen en alzoo in de bijzondere beschrijvingen worden begrepen welke gehouden zijnzich dadelijk bij dien aanvang van patent re voorzien. Waarschuwende Burgemeester en' Wethouders voornoemd de belanghebbenden en wel bijzonder de schippers of schuitenvoederskramers en de debitantcn van loterijbriefjes alsmede de ondernemers van spelen en vermakelijkhedenzorg tc dragendat zij hun be roep niet uitoefenen, ten zij voorzien van hun patent, en dat hetzelve niét zUl^worden afgegevendan nadachetzij voor het geheel of voor de verschenen, termijnnaar mate de patentpligtigen daartoe volgens de wet gehouden zijn, gebleken, zijdat de be lasting is betaald, ten einde hetzelve, bij den eersten eisch daartoe gedaan wordende, terstond te kunnen vertoonen. En opdat niemand hieromtrent onwetendheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt alonunewaar zulks te doen gebruikelijk isterwijl een exemplaar zal wor den medegedeeld aan den Ontvanger der Directe Belastingentot deszelfs informatie. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op dén 29-sten April 1841, J. G. DE M Y. Ter ordonnantie van dezelve, V. PuTTKAMMER. NEDERLANDEN. Leyden, 2 Mei. Woensdag I. 1. hield het Genootschap Mathesis Scientiarum Cenitrix, alhier sedert vele jaren gevestigd en steeds meer en meer in bloei toenemende, deaielfs algemeene vergadering en prijsuitdeeling, aan die jongelieden, welke zich belooningen door gemaakte vorderingen en verdiensten hadden .vaardig gemaakt. De plegtigheid werd geopend door den heer S. van der Paauiv, Voorzitter van het Genootschap, welke bij die gelegenheid eene historische rtjededeeling deed van de uitvinding en volmaking der stoommachines tot op omen tijdNa deze gepaite voordragt werd er overgegaan tot het uitdeelen van loffelijke getulgsthrifrenboekgeschenken, platen en medailles. Getuigschriften ten bewijze van gemaakte vorderingen en goed gedrag ont. vingen FasseuK, J. J. Be:uzemai;er, W. Bosman H. Az.J. L. Topee It, H. P. Beens, J. Bekooy, J. L. Crrygthon, P. H. Steenhauer, J. C. W. van der Hart, J. Valentgoed, J, Leusvei.dJ. Mubder, J. Chou- poer, J. j. van der VELDEN, J, noest Hz. H. J. selierJ. P. AaLBER Se, van Dyk, W. Eigeman, A. H. Eigeman, A. G. Mulli, A. van Hóerssen, P. van der Vis, J. S. Meerburg, J. C. Bernard, P. L. Sneyers, J, W. van der Steen, N. J. Goedeljee, H. Flippo Jz.J. J. van. Zelst Zaadberg, W. van Weerrn, P. Herfst, B. van Dried, M. L. Sluymers, F. E. Noest, J. H. Bernard, N. Koomans, P. van der VeddEn en J. van der Tas; aan C. B. R. van Gedder een Getuigschrift b» het verlaten der Scholen. Eereprijzen ontvingen In de Rekenkunde: W. F. du Croix, H. Secreve, W. Garrer, W.Bos man, J. E. Zirkzee, C. Ryk, C. P. van der Ark, N. W. Beuzemaker, f. A. van Dissed, Z. A. E. van Eddik en P. A. van Moerkerken. In de HandteekenkundeJ. H. CornedisseL. S. Madras, W. H. F. Bdöte, F. H» Keyzer, W. J. van Campen, J. P. Wyting, P. A. A. de Vrind, J, de Hekker, J. H. Bdommendaad, A. J. Ryshouiver en A. J. Kouweds. In het Bouwkundig Teekenen: D. de Sauvage, P. Reiners W. F. van IJartrop, A. J, Boucher, H. van Romburgh en J. Schreuder. jn liet Bouwkundig ReekenenA. A. Jesse, W. F. Arbouw, A. M. Turion, J, Ryk, A. Verhoog en H. J. Giezen. In de Meetkunde B. L. Vries. In de Algebra: W. G. L. Topee. In de NatuurkundeJ. W. F. Couvee, A.J. Reynvaan en J. van Leeuwen. In het Werktuigkundig Teekenen: M. Couvee, W. van Benten en M. P. Meerburg. In de DoorzigtkundeC. Bdansjaar en G. van Hartrop. De gewone Medaille in het Pleisterteekenen ontving: E. C. Hobolt en het accessit P. C. Hadebos. De gewone Medaille in de Bouwkunde: J. D. Ryk, het accessit J. de Sauvage. De groote Medaille in de Bouwkunde L.|Cornet, en het accessit J. C. Ryk. Deze aangename verrigting voor de jongelieden werd afgewisseld door ge, paste toespraken van den Voorzitter bij de verschillende afdeelingen, welke bekroond werden en hartelijke dankbetuigingen door ennige leerlingen. Deze dankbetuigingen werden uitgesproken door: J.E. Zierekzee, A. J.Ryshouwer, B. L. Vries, A. Verhoog en L.Cornet. H. C. van Dorsten, tot adsistent Onderwijzer aangesteld bij de Reken, kunde, heeft mede op eene zeer gepaste w(jze eene aanspraak tot het Be- stuur gerigt. Zoo liep deze plegtigheidwelke vereerd werd met de tegenwoordigheid van een der heeren Wethouders, daartoe gecommitteerd, alsmede door eene Commissie van de Maatschappij: Tot bevordering van Nijverheid, tot aller, genoegen af. Het Genootschap mag zich steeds verheugen over het nut door hetzelve gesticht, hetwelk ook algemeen wordt erkend, en waarvan zoowel lp den fatzoendelijken burgerstand als in lagere kringen zoo menig sprekend bewijs voor handen is. Uit's Gravenhage meldt men van den 3osten dezer: In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden, zijn ingekomen twee adressen van de heeren Quarles van Uffiord en Elink Sterk, beide geplaatst aan het Ministerie van Financien, die verzoeken, bij het opmaken van de Hjst van Candidaten tot aanvulling der betrekking van lid der Algemeene Rekenkamer, iH aanmerking te komen. Hunne namen zul len op de lijst der sollicitanten worden geplaatst. Aan de Kamer werd hulde gedaan van twee geschriften, als: 1 Eerzame ling van officiële stukken enz., betrekkelijk het Concordaat-, en II. Proeve eener wet betrekkelijk de onteigening ten algemeene nutte, door Mr. D. A. H alra ven, S. P. Lipman, A. Ringmans en B. Donker Curtius, Advocaten te Atn- sterdam. Plaatsing in de boekerij. Zijn ingekomen onderscheidene verzoekschriften betrekkelijk de in het tarief van regten op de in- uit- en doorvoer te brengen veranderingen, nopens hec ontwerp van wet op het personeel en ten aanzien der regteriijke indeeling van het Hertogdom Limburg in arrondissementen en kantons. Onder de petitien tegen de wet op het personeel heeft men er eene van van Peelers en andere stalhouders, verhuurders van rStnigen en paarden, enz., te Haar lem. Ook is er nit Noord-Braband een request ingekomen, waarbij klagten worden aangeheven over den gemeente-omslag. Verzending aan de C DtTcommissie tot de verzoekschriften doet, bij monde van de heeren van Heioma en van Panhup, verslag op onderscheidene in hare handen ge- stelde stukken, als, onder anderen: i° Van fabrikanten in zwart aardewerkdie zien over den kwijnenoen toestand hunner fabrijken beklagen; 20. van verveeners te West-Stellingwerf, in Vriesland, en van verveeners in de provincie Drenthe, die hunne bezwa ren doen kennen over den bestaanden accijns op den turf; verzoekende laatstgemelde, dat de accijns op de brandstoffen in Drenthe bij admodiat.e of hoofdelijken omslag worde gelteven; zij beroepen zich, tot ondersteu njng van bon verzoek, op de beraadslagingen, welke er in de Kamer ge. houden zijn over de invoering van het Nederlandsche belastingstelsel in Lira. burg, en waarvan het gevolg geweest is, dat de bij dienaangaande vastgestelde wet. de bedoelde accijns ook in Limburg bij admodtatie worde geheven; 3°. van Surig en andere stalhouders en verhuurders van paarden en rijtuigen re Amsterdam en andere plaatsen, die hunne bezwaren doen kennen over de bij het ontwerp van wet op het personeel voorgestelde bepalingen, betrek, kelijlt de belasting op de paarden, voor zooveel dit geldt de paarden, die zij moeten bezitten. Zij vreezen, dac, bij eene aanneming dier bepalingen, bun middel van bestaan aan geheelen ondergang zal worden blootgesteld 4°, van ingezetenen uit Noord-Holland, die almede eenige bezwaren over dezelfde wet doen kennen, voor zooveel daarbij de belasting op de paarden, uit weelde gehouden, te ver wordt gedreven. Huns oordeels hebben zij mede aanspraak op het bekomen van vrijstelling voor de belasting voor de paarden, die zij gebruiken. Zij houden die geenzins uit weelde, maar nit behoefte; 5°. van kooplieden en winkeliers te Groningen, die hunne smart betuigen over het steeds toenemend groote aantal inlandsche en vreemde kra. mers, die hunne waren rondventen en den nijveren handelaar en koopman, die in de stad woont en er zijn verblijf houdtde grootste schade toebren. gen. Eene toeneming van dit getal opent, zeggen zij, voor de ingezetenen een treurig vooruitzigt; 6°. van een 5otal ingezetenen, die allerlei beroepen uitoefenen, en die hunne bezwaren tegen de voorgestelde wetop het per. soneel in het midden brengen. Deze verzoekschriften znilen ter griffie nedergelegd en de meejte gedanet verslagen gedrukt worden. Daarna wordt de vergadering gescheiden. Vóór de zitting zijn de afdeelingen der Kamer andermaal vergaderd ge. weest over de ontwerpen van wet, betrekkelijk de Algemeene Rekenkamer en de Hoogheemraadschappen. Zij zullen dat onderzoek morgen voortzetten, De Erf-Groothertog van Mecltlenburg-Schwerin heeft, nog gedurende zijn verblijf in deze Residentie, de praalgraven te Deift beschouwd, en is oen 28sten naar Haarlem en den Helder vertrokkenom vervolgens Amster. dam te bezoeken De Dordrechtsche Courant meldt onder dagteekening van den 30 April Gisteren hadden wij bet genoegen den Koning in onze grijze wallen te ontvangen, gevallig op denzelfden dag en datum, waarop hij elf jaren gele- den tot ons kwam om als Colonel-Generaal der schutterijinspectie over hec Dordrechtsche bataljon te nemen. Was toen de vreugde groot, waar. mede hij door de ingezetenen werd ingehaald, niet minder ondubbelzinnig was de geestdrift, welke thans de bevolking bezielde, nu zij hem als Ko ning in haar midden mpgc bezitten. De vlaggen, welke uit alle huizen wapperden, de pogingen door velen aangewend om hunne woningen op te sieren, en de vrolijke stemming) in de straten gaven daarvan het onweder- sprekelijkste bewijs. Reeds vroeg was elk in de weer, en stroomde het naar den Maaskant om daar Zijne Maj. te verbeiden. Niet lang werd hec ongeduld der bevolking op de proef gesteld, daar weinige minuten na acht ure hec eerste schot het teeken gaf dat Zijne Maj. te Zwijndrechc was aan. gekomen. Onder het onophoudelijk vuur van de drie ter reede liggende met vlaggen versierde Oost-Indische schepen de Zwijger, de Osiris en de Isis, begaf zich Zijne Maj. met de tot dat einde gereed liggende stoomboot, aan boord waarvan zich ook de Burgemeester benevens de Wethouders en Secre. taris dezer stad en de Commandanten der schutterij en van het garnizoen be geven hadden om Z. M. te verwelkomen, naar het beneden-einde der stad, en vervolgens de stad in hare geheele lengte langs varende, terwijl het corps muzijkanten der schutterij eenige fraaije muzijkstukken uitvoerde, naar het Groothoofd, alwaar van stadswege een fraaije eerepoort was opgerigt. Zoo. dra Zijne Maj. aan wal was gestapc, heeft hij zich in een aldaar gereed staande open landauer geplaatst, en met de Regering, in orde bij het programma be. paald naar het raadhuis begeven, onder het aanhoudend gejuich der menigte welke, zoo veel de plaats maar toeliet, den stoec volgde. Op het raadhuis aangekomen, heeft Zijne Maj. audiëntie verleerd aan de leden van het ste delijk Bestuur, aan onderscheide Commissien, de kerkeraden, en verder aan alle particulierendie zich hadden aangemeld. Na den afloop daarvan begaf Zijne Maj. zich In hetzelfde open rijtuig waarmede hij gekomen was met den Burgemeester naar het groote Kerksplein, ten einde de schutterij ce: inspec. teren, over welker houding en evolutien het Zijne Maj. behaagde aan den Commandant derzelver met zijne hem eigene minzaamheid blijken van zijne bijzondere goedkeuring te kennen te geven, Na den afloop daarvan heeft de Koning de nabijgelegene magazijnen bezigcigd en vervolgens wel gelie. ven aan te nemen het dejeuner dinacoir, hetwelk Zijne Majesteit aoor den Wei-Edel Achtbaren heerjhr. Jantzon van Erffircnten van Capelle, ten huize van zijnen zoon Jhr. Jantzon van Erffirenten vanBabijlonienbroek, aangeboden werd. Bij dezen maaltijd, gekenmerkt door de gulste vreugde, werd de eerste toast door den Burgemeester aan den Koning toegebragt, hetgeen Zijne Maj. beantwoordde met eenen dronk op de stad Dordrecht in tc stellen. Daarna werden achtervolgelijk verscheidene toasten ingesteld en met geest, drift gedronken, in de eerste plaats die op de Koningin, door den heer Wee. houder van der Linden ingesteld, en welke achtervolgd werd door eenige toepasselijke dichtregelen van den Edel-Acbib, heer Jan Schouten. Ook het corps muzijkanten der schutterij, hetwelk in den turn eenige toepasselijke stukken uitvoerde, bragt niet weinig toe om den luister van dezen maaltijd te verhoogen. Hoogst voldaan over de hartelijke ontvangst in deze stad genoten stapte Zijne Maj. omstreeks twee ure in zijn rijtuig om zijne reis naar Tilburg te vervolgen, begeleid wordende door de dankbare liefde der ingezetenen, en onder het gebulder van het geschut der ter reede liggende schepen. Het heeft Zijne Maj. behaagd gedurende zijn verblijf alhier, den Colonel Mr. Matthijs BeelaertsCommandant der stad Dordrecht in 1813, tijdens den aanval der Franschente autoriseren om bij alle gelegenheden het uni- loim der schutterij, aan dien rang verknocht, te dragen. In de maand April zijn op den Haarlemmer spoorweg vervoerd 19,303 perionen en is ontvangen ƒ9,337.70; in het geheele jaar ontvangen/27,256.55 en vervoerd 56,078 personen. Te Amsterdam ontstond in den nacht van 1 Mei brand in een vodden, pakhuis in de Joden Houttuinen, welke zoo spoedig toenam, dac door den. zeiven 8 loodsen en 5 huizen in de asch zijn gelegd; eerac in den loop dei voormiddags was men den brand meester. Uit Groningen meldt men van den 29 April, dat den 2gsten te Sloch. teren eene arneiders-woning afgebrand ii, waaruit niets in kunnen gered worden. Den 2Ósten brandde te Katmis een korenmolen af. Van beide bran, den was de oorzaak niet bekend. De schade door den brand te Borger, vroeger medegedeeld, veroorzaakt, beloopt f 18,248er was slechts voor 6,800 gewaarborgd. Uit Koevorden meldt men van den 19 April, dat er in den vorigen nacht brand was ontstaan in de bouwmanswoning van J. Bos, welke eerst ontdekt werd toen de bewoners reeds lang sliepen, waardoor zij nieti hebben kun. nen redden, en al hun vee, bestaande in 4 koeflen en 16 schapen eene prooi der vlammen geworden is. Het huis wai voor brandschade verzekerd. Uit de Oude Tonge, op Flakkée, berigt men van den 26 April, dat de epidemische zenuwzinkingziekte, welke aldaar in den laatsten tijd dermate woede, dat zij op enkele dagen meer dan 20 personen ten grave rnkte, en waaraan ook de heide aldaar wonende Geneesbeeren gestorven zijn, eindelijk tot staan was gekomen. De geneeskundige Commissie van Dordrecht had bereids naar omstandigheden In de behoefte dier plaats aan geneeskundige hulp voorzien. Uit Noord-Braband meldt men van den 298ten April: Heden namiddag ten half drie nre betrad Zijne Maj. Noord-Brabands grond, gebied, aan den Moerdijk, waar Hoogstdezelve door den heer deGrez, diitrlcts-Coramissaris van het 4de district dezer provincie, alsmede door de gemeente-Besturen van Klundert en Hooge en Lage Zwalawe, en den Pre» dikant en Kerkenraad der Hervormde gemeente van Moerdijk, werd opge. wacht, van welke de eerstgenoemde Zijne Maj., in eene zeer gepaste aan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 2