A'. 1841. LEYDSCIIE 7 JP WOENSDAG, NEDERLANDEN. Leydbn, a Rlaart. Men meldt uit 's Gravenhage van den iscen dezer: Zijne Maj. heeft aan den officier van gezondneid der Iste klasse van de afdeeling curassiers N°. 3, den heer P. D. Krol, het non-activiteits trac tement toegelegd. Tot Burgemeester der gemeente Heilo en Oesdom is, naar men ver. neemt, door Zijne Maj, benoemd Jhr. Mr. G. C. Fonteyn Verschuiren zulks in plaats van wijlen jhr. IV. D. van Foreest. Men verneemt, dat Zijne Maj. aan den heer P. A. van Rossum eervol ontslag heeft verleend als Plaatsvervanger van den Kantonregter te Delft, en aan den heer Mr. H. Baron Collo1 d'Escury alt Regter-Plaatsvervanger bij de Arrondissements-Regtbank te Alkmaar. Zijne Maj. heeft aan den aden Luitenant bij de dienstdoende schutterij te Middelharnis (Zuid-Holland,) J. Hulst, een eervol ontslag verleenden bij dezelve aangesteld tot Kapitein J. Meyer Veerman, tot isten Luitenant J. J. van IVetl, lot nde Luitenants L. C'. C. Kolf van Oost er wijk en C. de Vriet, en tot officier van gezondheid, 3de klasse, A. Kortweg. Men meldt, dat bij een onlangs genomen Koninglijk besluit eenige be. palingen zijn vastgesteld, betredende het beheer der kerkbesturen der Israëli tische gemeenten in Limburg. Daarbij is, onder anderen bepaald, dat er eene Israëlitische Hoofd-Synagoge te Maastricht zal bestaan, waaronder alle Isra ëlitische gemeenten in Limburg zullen behooren; dat het ressort van deze Hoofd-Synagoge in zoo vele onderdeelen of kerkgangen zal worden verdeeld, als de belangen der Israëlitische gemeenten mogten vorderen; terwijl verder aan Zijne Exc. den Minister van Staat, belast met de zaken der Hervormde Kerk, enz., na de Hoofd-Commissië tot de zaken dèr Israëltten te hebben gehoord, de zorg is opgedragen, dat derzelver bestuur aan daartoe geschikte personen worde gedefereerd, Bij eehe aezer dagen genomen resolutie van Zijne Exc. den Minister van Financien, is bepaald, dat de ontvangers van's Rijks belastingen, die accijns quitantien of andere biljetten, door huisgénooten of personen, daartoe onbevoegd, laten teekenen, of die documenten geheel ongeteekend afgeven, zullen worden gestraft met eene boete van tien gulden voor ieder aldus afge. geven biljet. Bij eene circulaire is aan de gemeenre-Besturen kenbaar gemaakt, dat ofschoon bij art. 196 der wet van 8 Januarij 1817 (.Staatsblad N°. 1) uit. drukkelijk is vermeld, dat de attesten model V (art. 97 dier wet) door de geremplaceerden ten behoeve van derzelver plaatsvervangers bij de militie, raden over te leggenaan het regt van zegel en registratie onderworpen zijn, echter meermalen is opgemerkt, dat ten aanzien van vele dier attesten de bedoelde formaliteiten niet behoorlijk worden in acht genomen. Uit dien hoofde zijn de gemeente-Besturen verzocht, om op de hun meest doelmatig voorkomende wijze, aan de belanghebbenden het verbindende van de aange. haalde wetsbepalingen te willen herinneren. Zijne Exc. de Gouverneur van Zoid-Holland heeft dezer dagen eene circulaire toegezouden aan de plaatselijke Besturen in de provincie, betref, fende het voor voldaan teekenen van betaalsrollen, wegens verlies van vee door de longziekteenz. Op last en van wege Zijne Maj. Koning Willem FrederikGraaf van Nassauen van H. K. H. Prinses Albert van Pruissen zijn gedurende deken winter onderscheiden uitdeeliigen van brandstoffenlevensmiddelen, klee ding- en liggingstukken aan de behoeftige ingezetenen der Residentie gedaan. Uit Dordrecht meldt men van den isten dezer: Zaïurdag morgen omstreeks 9 ure is alhier van de werf van den scheeps. bouwmeester Jan Schouten met het beste gevolg van stapel gelaten het fre gatschip Osiris, gebouwd voor eene reederij onder directie van de heeren A. Kist En., Herman van der Sando Hz., Florent van WdgeningenHenri Vriexendorp en J. van fVageningen Dx., zullende gevoerd worden door Ka. pitein J. H. Haxewinkel, en zijnde bestemd voor de vaart op Oost-Indië. Onmiddellijk daarna is de kiel opgehaald voor een schip, genaamd Juno. In de maand Februarij 1841 zijn op den Haarlemmer spoorweg vervoerd 10,600 personen, en is ƒ5,107.35 ontvangen, hetgeen met de ontvangst van Januarij maakt f 9,819.90, en het aantal der vervoerde personen 20,376. Men schrijft uit Amsterdam van den isten Maart: Heden middag is van de werf de Walvisch, door den scheepsbouwmeester J. Nuveen, met goed gevolg te water gelaten het voor rekening van den heer Angelkot Willink gebouwd barkschip Sirius, groot circa 300 lasten, gevoerd zullende worden door Kapitein H. Mulder, en bestemd voor de vaatt op Oost*Indiën. Naar men verneemt, hebben de heer P. Oberg en een twaalftal leden van het corps de ballet zich geëngageerd bij het verdienstelijk gezelschap pantomimistenonder directie van den heer Lehman, om met hetzelfde ge. durende den aanstaanden zomer de voornaamste kermissen te bezoeken. Uit Utrecht meldt men van den *7 Februarijdat men zich gereed maakte, om de schipbrug tusschen Vreeswijk en Vtaneo weder te leggen, en nret 1 Maart daarvan zou kunnen worden gebruik gemaakt. Volgens particuliere brieven van Paramaribo, loopt aldaar het gerucht, dat Zijne Exc. de Gouverneur-Generaal der kolonie Suriname ten sterkste bij het Gouvernement van het Moederland op het weder in werking brengen der Bank blijft aandringen, en men eerlang van de wijze en krachtige pogin gen van Zijne Exc. ter weder-opbeurlng der gezegde kolonie gunstige ge. volgen verwacht. ITALIË. Van dë Itallaansche Grenzen schrijft tnen van den 16 Februarij: Als officiéél wordt nu uit Rome gemeld, dat de Pausielijke Stoel Inge. wiltigd heeft, dat de Aartdloecese van Kenlen door een' Suffragan-Bisschop zou bestuurd worden, en de Paus zelf zou aan den Aartsbisschop Droste den raad gegeven hebben, de Kardinaals-waardigheid of ergens eene andere ker. kelyke bediening te Rome aan te nemen, die hem op eene eervolle wijze van zijnen Bisschoppelijken zetel zou verwijderd houden. Buiten dit bewijs van welmeenende bereidwilligheid zou de Paus aan den Graaf Brühl nog andere vriendschappelijke verzekeringen gegeven hebben en men weet reeds, dat de Pruissische Regering daarmede in den hoogsten graad te vreden is. De vraag blijlt nu nog overig, of de Bisschop Droste zich zoo ligt naar den wenich van de Pausielijke Curia zal voegen? echtgr schijnt men van zijnen kant geene groote zwarigheden meer te vrëezen te hebben. COURANT. 3 MAART. DUITSCHLAND. Uit Berlijn Wordt gemeld, dat, naar men vernam, het buis Rothschild, bij hetwelk de Fransche contributie-gelden, tot aanlegging van versterkte plaat.» sen in Duitschland bestemd, sedert 1815 tegen rente uitgezet zijn, zich bereidde tot aanzienlijke uitbetalingen aan het Duitsche Verbond. Ooit zou het bepaald zijn, ast in dit voorjaar de bezetting der Bonds-vestiogen zou* den versterkt worden. Nog meldt men tut die plaats van den I5den Februarij: De Koning heeft bevolen, dat bet ontwerp van het nieuwe strafwetboek aan de onderscheidene Provinciale Stenden ter voorloopige goedkeuring zal worden voorgelegd. Deze maatregel kan als van groot belang voor het toe. komstig gewigt onzer Provinciale Stenden worden beschouwd. Tot nti toe was er alleen sprake van geweest, om de wet aan de Stenden der Rhiju. provinciën voor te leggen. Dezen hadden daaromtrent eene bijzondere toe zegging erlangd, omdat voor hun gewest het strafwetboek geheel nieuw zou zijn, Intusschen wordt door den thans genomen maatregel de invoering van de nieuwe strafwetgeving voor verscheidene jaren verschoven; want aan dé Provinciale Landdagen, die den isten der volgende maand bijeenkomen, kan de voorlegging niet meer plaats hebben, en die Landdagen komen, volgens de bestaande verordeningen, slechts om de drie jaren bijeen. Voor dit doel alleen eene buitengewone vergadering van al de Provinciale Stenden bijeen te roepen, zou even kostbaar als buitengewoon zijn. Intusschen hebben wij aan eene spoedige verbetering onzer strafwetgeving behoefte. Welligc draagt deze overweging er toe bij, om als de noodige voorbereidende werk. zaamheden afgeloopen zijn, een anderen doelmatigen en afdoenden maatregel aan te grijpen, namelijk „het bijeenroepen hier te Berlijn van een bepaald „aantal Afgevaardigden van al de Provinciale Landdagen tot het houden van „gemeenschappelijke beraadslagingen." Hoe gewigtig en nuttig toch de Koninglijke verordening zij, om eene zaak van zoo groot belang, als de in voering van een nieuw strafregt, vooraf aan de Stenden voor te leggen, moet men toch evenzeer toestemmen, dat waar het de invoering eener nieuwe algemeene landswet geldt, slechts de gemeenschappelijke beraadslaging vaD al de Stenden tot eenen goeden en veiligen uitslag leiden kan. Volgens nadere berigten uit Berlijn heeft de Nederlandsche Gezant de Graaf Perponcher niet als getuigen gestaan bij het huwelijk van Koning Wil tem FrederikGraaf van Nassauzoo min als iemand der in active dienst zijnde Nederlandscne Staatsambtenaren; niemand is er bij tegenwoordig geweest. Zijne Maj. zou met zijne nieuwe vrouw, welke bereids den titel van Gravitl van Nassau heeft aangenomen, zoo men meldt, eerst naar Nederland over. komen, vervolgens naar Silezie terugkeeren, en dan, om zekere reden, naar Italië reizen. De Pruissische Regering heeft bepaald, dat bij de behandeling van regt- zaken in Posen, de Poolsche taal gebruikt zal worden in dat gedeelte van het land, waar dezelve nog de landtaal gebleven is. Het uitsluitend gebruik der Duitsche taal had tot vele klagten en ongeregeldheden aanleiding gegeven, De bevolking van de Stad Pose» was in 1840 38.000 zielen, van welke 17,000 Katholijken, 11,000 Protestanten en 9000 Joden; in 1835 telde men aldaar slechts 25,000 inwoners. Volgens besluit van Zijne Maj, den Koning van Beijeren, is'de wet, waarbij nepaaid werd, dat het onderwijs in het Franscb op de schooien ver bindend was, met dit jaar buiten werking gesteld. Den 20 Februarij hebben de Oostenrijksche troepen, die, namens de drie beschermende Mogendheden, Rusland, Oostenrijk en Pruissen, de vrij. stad Krakau bezetteden, die stad verlaten, nadat een paar dagen te voren de wachtposten door de in den laatscen tijd georganiseerde stedelijke kiijgs- magt, waarop de beschermende Mogendheden zeer hadden aangedrongen, betrokken waren geworden, Ten gevolge van de tusschenkomst der Pauselijke Regering, houdt men zich in de Oostenrijksche Staten bezig met de inzameling van liefdegiften, ten behoeve der Maroniten, wier kerken, kloosters, hospitalen en scholen, bij het aftrekken van Ibrahim-Pacha uit Syrië, door de ./Egyptische soldaten grootendeels vernield zijn gewerden. Naar men in Duitsche bladen wil weten, zon de Fransche Regering zich aan de Oostenrijksche aangesloten hebben, om in Aargau het status quo v6ór de afschaffing der kloosters te doen herstellen en zouden zelfs Pruissen en Rusland zich aan genoemde Mogendheden tot dat doel aangesloten hebben. Te Bremen heeft men de proef genomen om het ijs in de Wezer door kruid te doen springen, hetgeen volkomen gelukt is, zoodat de scheepvaarc dadelijk open is geworden. Te Riga is de handel en scheepvaart in 1840 veel minder geweest dan in 1839, hetgeen men toeschrijft aan het misgewas in het binnenland, waar. door bijna geene granen zijn uitgevoerd. Er waren in 1840, 600 schepen minder in- en uitgezeild, dan in 1839. GROOT-BRITANNIE. Londen den 27sten Februarij. Hare Maj. de Kcningin en Z. K. H. Prins Albert, haar gemaal, hebben van Zijne Maj. den Keizer en Z. K. H. den Gtootvorst Troonopvolger van Rusland, hunne afbeeldsels ten voete uit ten geschenke ontvangen. - Den s6sten dezer is het in het Lagerhuis over de Iersche kiezers-wet tot eene stemming gekomen en is het Ministerieel ontwerp slechts met vijf stemmen aangenomen, namenlijk met 299 tegen 294. Tot de sprekerswelke zich bij deze gelegenheid weder op nieuw hebben onderscheiden, behooren O'Connell en Sir R. Peel. De eerste trachtte te betoogen, dat het bestaan van vier millioen armen in Ierland het voldingendsc bewijs opleverde tegen alles wat tot lof der groote Iersche landeigenaars gezeg"1 werd. Hij zeide verder, dat de meerderheid der bevolking van dat land er niet langer in toe kon stemmen, zoo zware lasten op te brengen ten behoeve eener Kerk, waartoe slechts een achtste gedeelte der inwoners be hoorde. Hij zou niet alleen voor het ontwerp stemmen, maar wenschte de bepalingen daarvan ook tot Engeland uitgestrekt te zien. Indien, dus voegde hij er bij, het Rijk met Frankrijk ot Noord-Amerika in oorlog ware, dan had Lotd Stanley zijn ontwerp niet ter tafel durven brengendewijl hij over- tuigd moest ziin hoezeer de aanneming daarvan in staat zou wezen om de Ieren tegen het Gouvernement in het harnas te jagen. Sir R. Pee! zeide op zijne beurt, dat de heer O'Connell zich te veel aan matigde, door zich zeiven als den vertegenwoordiger en het orgaan der Ier sche bevolking te doen voorkomen. Hij was integendeel overtuigd dat zeer velen daarvan niet met de gevoelens van hunnen zoogenaamden algemeene»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 1