A0. 1811. LEYDSCIIE VRIJDAG, «pivcrrEK v-cA -J G'EWTni'i Vr4 1 r>: M COURANT. 1» FEBRÜARIJ. NOTIFICATIE. Oprotping der Verlofgangers voor de Nationale Militie, Burgemeester en Wethouders dbTr Stad I.byden, roepen bij deze op, inse- volge eene aanschrijving vail Zijne Exc. den Heer StaatsraadGouverneur van ZuiJ- Hollaiidde Verlofgangers van de Nationale Militie, vvelkc van hunne korpsen zyn terug gekomen1, om te compareren in de Stads IVaag of het Boterhuisten einde, ingevolge art 181 der wet op de Nationale Militie, van den 8sten Januarij 1817, in verband ge oragt met art. 10 der wet, van den a8sten November 1818, door den Heer ICo'onel Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd, voorzien van de Kleeding- en kleine Équi pement-stukken, welke zij van hun korps behouden hebben, alsmede van hunne Livrets cil Verlofpassen en zulks op Maandag den 15 February aanstaande*s morgens ten tien ure. En geven Burgemeester en Wethouders voornoemd wijders bij deze kennis, dat, by aldien zich thans in deze Stad ook Verlofgangers mogten bevinden, tot andere Gemeenten of Districten behoorende, deze almede gehouden zijn, om ter voorschreven plaatse en tyd te compareren; met vermaning aan alle Verlofgangers van de Nationale Militie, om naauwkeurig aan deze oproeping te voldoen; terwijl aan diegenen, welke zonder wettige of door Burgemeester en Wethouders aangenomene redenen, van de inspectie mogten wegblijven, door den Heer Militie-Commissaris een arrest van twee tot zes dagen, in de naastbijgelegene militaire provoost zal worden opgelegd. Zullende de attesten wegens ziekte, door Geneesheeren of Heelmeesters, aan Verlofgangers afgegeven, uit hoofde van welke zij belet mogten worden de Inspectie bij te wonen, ter Secretarie moeren worden ingeleverd, uiterlijk op Donderdag den 11 den February bevorens, vóór één uur des mid dagsterwyl andere wettige redenen van verschooning, door de Verlofgangers mede op dien dag, des morgens ten 11 ureaan H H. Burgemeester en Wethouders zullen moe ten worden voorgedragen, ten einde over dezelve te kunnen oordeelen. Zullende er door den Heer Kolonel Militie Commissaris aan niemand vrijstelling worden verleend. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 8sten February 1841. J. G. DE MET, Ter ordonnantie van dezelve, v. puttkammer. NEDERLANDEN. Leyden, ii February. Wij vestigen de aandacht onzer Stadgenooten op het Militaire Concert, hetgeen toekomende week, geheel ten voordeele der /Innen dezer Stad, door de Muzijkanten van de afdeeling Kurassiers N°. 3, alhier in bezetting, zal gegeven worden. (Zie de Advertentie.") Wij twijfelen niet, ot de edele pogingen, welke door voornoemde Muzijkanten. tot leniging van den nood der behoeftigen worden aangewend, zullen met een goed gevolg bekroond worden, en de opbrengst van dat Concert weder bevestigen, dat onze Stad genooten, zoowel voor kunstgenot tlz voor mededeelzaamneid zeer veel over hebben, Men meldt uit *s Gravenhage, dat er in den avond van den 3sten dezer, een luisterrijk bal en daarna een souper bij HH. KK. HH. den Prins en de Prinses van Oranje plaats heeft gehad, hetwelk met de tegenwoordigheid van Hunne Majesteiten den Koning en de Koningin en de verdere leden van hel Kotnnglijlc geslacht vereerd werd. Verder waren aldaar tegenwoordig het Corps Diplomatique, des Koning» Ministers, de Staatsraden en andere aan. zienlijke personen. -- In dén avond van den 9den dezer is er ook eene prach tige partij bjj den heer Staatsraad Mae Pherson geweest. Bij besluit van Zijne Majesteit van den 4den dezer, N°. 101, is de «dministratie voor de Nationale Nijverheid opgeneven en ontbonden en ziin omtrent de verueeltng van de bij die administratie behandelde onderwerpen, zoo veel noodig, de navolgende bepalingen vastgeateld: a. Aan het Departement van Buitenlandsche Zaken is bij voortduring op gedragen al wat de handelsberigten en commerciële negottatien, mitsgadets de daarmede in verband staande aanrakingen met de vreemde Mogendheden aangaat, alimede de huishoudélijke aangelegenheden van de consulaten in de Levant, waarvan de uitgaven tot hiertoe bij de administratie voor de Natio. nale Nijverheid waren gebragc geworden; h. aan het Departement van Bin- nenlandsche Zaken ia opgedragen al hetgeen betreft den landbouw en de veeteelt, 's Rijks veeartsenij-school ên de daaraan vérbonden inrigting tot veredeling der schapenraisen, de correspondentie met de comtnissien van landbouw en de kamers van koophandel en fabrijken, de verzamelingen van modellen te Utrecht en *a Gravenhagede tentoonstellingen van voorwerpen der inlardsche nijverheid, het technische gedeelte der nijverheid, de premien en het viseren der certificaten van oorsprong voor goederen, welke bestemd zijn naar Nederlandsch-ïndiëc. aan het Departement van Justitie de beoor deeling der vennootschappen ;rf.»»n dat van Financien al wat tot het tarief der in- en uitgaande regten behoort, de Rhijn-, Schelde-en Maasvaart, benevens de dienst der stoomslepers op de Waal. Bii hetzelfde besluit is de heer Mr. J. T. Netscher als Administrateur voor de Nationale Nijverheid eervol ontslagen en benoemd tot Staatsraad In bui tengewone d.ensten zijn de tegenwoordige ambtenaren dier administratie overgeplaatst als volgt: de referendaris Mr. J. Bakker Korf, de commiesén P. J. Bomekawp etl J. P. Scholten van Askhataismede.de adjunct-commiesen J. F. SchlosserC. F. Koemans en .7. A. H. Netscher bii het Departement van Btnnenlandsche Zaken; zullende de heer Bakker Korf, dien onverminderd, bjj het Departement van Buitenlandsche Zaken kunnen worden geemploijeerd In aangelegenheden van nijverheid, voor zoo ver hem daarvoor bij het De partement van Binnenlandsche Zaken beschikbare tijd zal overblijvenbij het Departement van Financien de adjunct-commies Memtnga. De betrekking van adviseur in zaken van werktuigkunde bij de adminis tratie voor de Nationale nijverheid is voorn afgeschaft, en de heer G.M. Ringen, die thans deze betrekking vervulde, onder dankbetuiging voor zijne «la zoodanig aan dert lande bewezene diensteneervol ontslagen. Eindelijk is nog bij hetzelfde besluit vastgesteld, dat de bepalingen daar. van met den 15 Febrüarij 1841 in werking zullen komen. -t- Bij besluit van den 5den dezer, N°. 93, heeft Zijne Maj. de Koning, met intrekking der bij besluit van den 11 December 1S40, gedane benoeming van den Hooggl. heer C. A. den Tex, tot gewoon Hoogleeraar in de regtageleerde faculteit aan de Hoogeschool te Utrecht, alt zoodanig benoemd den heer C. /F, Freede, thans Advocaat te Gorinchem. Men meldt, dat bij Zijne Maj. besluit van 26 Januarij 184:, N°. 141, is bepaald dar het departement voor de zaken der Roomsch Katholijke eere dienst bevoegd zal zijn, om zolder Hoogstdeszells tusschenkomst i°.' Uit de op het 7de hoofdstuk der staatsbegrooting beschikbare fondsen aan ieder der daartoe in aanmerking komende dienstdoende kerkleeraars te verstrekken, toe te kennen, of aan den bij sterfgeval en verplaatsing, opvol- 8el™?n titularis te continueren, en te doen kwijten, het bedrag van de laat- ate lijk evereenkomttig het deswege bestaande Koninglijke besluit voor de bediening bepaalde, landelijke bezoldtglng, betzij die onder de benaming van i tractement, toelage of jaarwedde, of wel bij wijze vzn tegemoetkoming wegens gemis van landelijke bezoldiging, of gratificatie tot aanvulling vat) ontoereikende bezoldiging, verleend of genoten is gewurden met die be. perking nogtars, dat iedete vermeerdering of vermindering, welke het een- maal bij Koninglijk besluit vastgestelde bedrag dier onderscheidene bezoldi. gingen mogt vereischen, aan Zyner Majs. kennisneming en beslissing onder, worpen zal blijven, en dat ook dan, wanneer aan eenen kerkleeraar, voor wiens ambtsbetrekking nog geene landelijke bezoldiging mogt bepaald én toe gekend zijn, de bepaling en toekenning daarvan door den Koning, op de voordragt van den D recreur-Gei eraal vdor de zaken der Roomsch Katholijke eeredienst, zal worden vastgesteld, en 20. te beschikken, met in achtneming der bestaande wetten en verordeningen, op alle door de daartoe geregtigden te doene aanvragen tot het verkrijgen van de, evereenkomstig de Koninglijke besluiten van 16 Augustus 1824, (Staatsblad N°. 45,) en a Septetnbet 1839. (N°: 127)» vereischt wordende toestemming of magiiging, om eene nieuwë' kerkelijke gemeente op te rigten of in te stellen, om bestaande kerkelijke gemeenten te supprimeren of met andete te combineren, mitsgaders om ker ken of gebouwen voor de oefening van de opeabare godsdienst bestemd, als zoodanig af te breken, te vervreemden en daardoor aan derzelver bestemming te onttrekken; alles echter onder deze bepaling, dat, indien het tot stand- brengen van die buitengewone daden uitgaven ten laste van het Rijk mogt vorderen, het Bewilligen van de bedoelde toestemming of magtigtng aan de Koninglijke beslissing zal verblijven. Zqne Maj. heeft bewilligd in de vergrooting van het kapitaal der Ne. derlandsche Stoomboot-Maatscnappij te Rotterdam, met eene som van een millioen gulden, waardoor het thans zal zijn gebragt tot op dri« millioen gulden, verdeeld ir. <5,000 aandeelen, elk van 500. Zijne Maj. heeft dezer dagen een bealuit genomen, betrekkelijk ver. eenvoudigingen, welke te brengen zouden zijn: in de in-en uitgaven der regten en accijnsen, in het personeel en comptabiliteit der belastingen, en in de registratie ess loterijen. Plaatsgebrek verhindert uns thans dat besluit in zjjn geheel mede te deelen. Zijne Maj. heeft aan de Directie van het Handelsblad doen toekomen eene som van f 100. voor de noodlijdende arbeiders-gezinnen aan dé Haar lemmer-Meer te S.oten. Ztine Maj. heeft aan de ongelukkige weduwe te Breskens met dertien kinderen, f 100, doen toekomen. gijne Exc. de Minister van Marine en Koloniën heeft, den 8sten dezer, ter kennisse van alle belanghebbenden gebragt, dat, bij Koninglyk besluit van den 26 Januarij I. I. N°. 119, onder anderen is bepaald, dat de hier te lande aanwezige gepensioneerde officieren van het leger iu Oost-Indiewan. neer rij, bij het aangaan van een huwelijk, aan hunne echtgenooten of kin deren het cfeeleenootschap aan het weduwen- en weezenfonds der officieren van de lanriinagt in Oosc-Indte wenschen te verzekeren, alsdan tot het aan gaan van hunne voorgenomen huwelijken vooraf de toestemming moeten heb ben verkregen van het Ministerie der Marine en Koloniën, en dat wanneer een gepensioneerd officier, zonder zoodanige toestemming, een huwelijk aangaan, hij beschouwd zal worden van het deelgenootichap aan het bov-en. gemeld Ibnds te hebben afgezien... - Naar inen verzekert, zullen nog in den loop der tegenwoordige zitting van de Staten Generaal, wier werkzaamheden met het begin der maand Maart zullen wo-den hervat, ontwerpen van wet nopens de gewigttge aangelegen, heid van het onderwijs aan Hun Edel M rgenden worden aangeboden, Den pden dezer heeft de Commissie, die laatstelijk benoemd is tor de herziening der wetten op de Nationale Militie en Schutterijen, hare eerste bijeenkomst gehouden in het locaal van het Departement van Binnenland, sche Zaken. Te 'a Hage is eene waschvrouw, in plaats van des avonds in haar bed te stappen, in eene groote waschkuip, vol water, gestapt, en alzoo ver. dronken. Men schuift de oorzaak aan dronkenschap toe. Uit Rotterdam meldt men van den loden dezer: De drukte op het ijs in de Maas voor deze atad neemt dagelijks meer toe; reeds ziet men daar verscheiden kleine tententen gerieve der talrijke «chsata riider», en van stads wege zijn, aan het Oudehoofd en voor de Groote Draauteeg, kleine bruggen voor voetgangers gelegd, terwijl ook reeds toe. betetriseien tot het leggen der groote brug gemaakt worden. De wakken, welke op enkele plaatsen nog open gebleven waren, zijn na wel digt gevrozen, maar vereischen echter nog de meest mogelijke omzig. tighe'd; inzonderheid worden schaatsrijders en wandelaars op de Maas ge. waarschuwt! tegen een nog onafgebakend en gevaarlijk wak, liggende aan de zuidzijde boven het hoofd van Cbarlois. Te Dordrecht is den 6den dezer het »5jarig bestaan gevierd van liet wetenschappelijk en letteroefenend genootschap: Diversa sed una. De voor. zitter, de eerw. heer Feitman, heeft bij die gelegenheid eene feestred» gehouden. Uit Utrecht meldt men van den pden dezert De langdurige en gestrenge koude van dezen winter geeft onze stadge nooten gelegenheid, om op de ondnbbelzinnigste wijze te toonen, dat wafe menschlievendheid nog. gelijk altijd, in de harten van Neérlands ingezetenen woont, Beiangriik zijn de offers, welke zoo in het openbaar als in het vér borgen aan de lijdende menschheid gebragt worden, en het is een streelend gevoel te ontwaren, dat bijna alle standen der maatschappij in de beoefe ning van den pligt der weldadigheid mer elkander schijnen te wedijveren. Alleraangenaamst was het ons, te vernemen, dat ook van de Studenten aan deze Hoogeschool eene Commisaie dagelijks de wijken rondgaat, om in de dringende behoeften van de armen dezer stad eenigzlns te voorzien. Wij zpuden meenen hun ondienst te doen, zoo wij hen wegens deze hunne han. delwijs hier den lof wilden toezwaaijen, waarop zij zulk eene regtmaiige aanspraak hebben. Geheel met stilzwijgen mogen wij dezelve echter niec voorbijgaan, vooral op een tijdstip, waarop nopeni het lot dezer Hooge school zooveel gesproken is. Hnnne tegenwoordige handelwijs strekke dan alweder ten bewijze van hoeveel belang het behond dezer Akademie voor Utrecht Is, en doet onze ingezetenen eene instelling hoogschatten, met welker behoud de voorspoed dezer stad in zoo vele opzigten verbonden ia. Uit Arnhem meldt men van den pden dezer, dar de rivier zich dien nacht weder vastgezet had, en dat Ihet water, hetgeen den vorigen dag 70 duim was gewassen, toen sterk vallende was. De persoon van A. van der Beid, een man van 71 jaar, beschuldigd van in de gemeente Epe. twee brandstichtingen te hebben gepleegd,,en daarom gevangen genomen en te Arnhem gezet was, is in de gevaogenU aldaar overleden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 1