ZWITSERLAND. De laatste berigten uit Zwitserland beveiligen, dat de ruit in Aargan her steld ia; doch het uitvoerend Bewind bleef bij voorraad bijeen, om op zijue hoede te rijn tegen mogelijke gebeurtenissen. De gevangenissen waren met personen, die aan den opstand deel genomen hadden, opgevuld, De maatregel van het opheffen der kloosters in Aargau,had in Zwitserland zelve veel verwondering gebaard; doch de demokratische partij beweert.dat dit «ene verdiende straf is voor de klooster-geestelijken, omdat zij den jong- aten opttsnd hadden aangestookt. tn Bern heeft de groote Raad met 55 tegen 26 stemmen besloten, om de staatsregeling gedeeltelijk te herzien, doch die herziening volledig te doen plaats hebben, zoodra het volk daartoe het verlangen deed blijken. In Waadtland, waar eene wet, waar door de geestelijkheid meent be nadeeld te worden, is tot stand gebtagt, hebben eenige onlusten plaats gehad, DUITSCHLAND. Men meldt uit Berlijn van den t/den dezer, dat aldaar op dien dag het kroonings en ordensfeest had plaats gehad; bij die gelegenheid waren ellen sedert Januarij 1840 benoemde Ridders en andere hooge personen op het paleis genoodlgd. De Bisschop Dr. Eylert ving de plegtigheid gods- dienstig aan met een gebed en het houden eener redevoering, waarna het Te De urn gezongen werd; daarbij waren HH. MM., het Koninglijk Huis en al de genoodigden tegenwoordig. Na het begroeten van HH. MM. werd er een diner aangerigt voor 650 personen. Z. K. H. de Prins van Pruissen, vermoedelijke troonsopvolgeris door Zijne Maj. den Koning tot Stedehouder van Pommeren benoemd. Den ipden dezer zag men te Keulen nog veel drijfijt en men vermoed. de, dat al het bovenijs nog niet voorbij was, ten zij veel ijs onderdoor mogt gegaan zijn. De ijsgang van den Rhijn heeft te NiederheimbachLorch en Rhein. diebach sanmerkeljjke schade aangerigt; het water, door de afstroomende ijsmassa opgestuwd, stond nog een voet hooger, dan bij den gedenkwaardigen ijsgang in 1811; onderscheiden inwoners der genoemde plaatsen hebben niet eens den tijd gehad hun vee of huisraad te redden. Uit Hanover schrijft men, van den ïpden Januarij, dat men van alle ltanten berigt ontving, dat de gemeenschap uit hoofde van de overstrootnin. gen was afgebroken. Te Munden voer men met bootjes door de straten en stond de straatweg vandaar naar Kassei en Göttingen onder water. Sedert 30 jaren was te Hildesheim de waterstand niet zoo hoog geweest. Het gepeupel, zeer ingenomen tegen de matigheids-genootschappen, heeft den ipaen Januarij te Hamburg, het gebouw, waarin de leden van het aldaar opgerigte matigheids-genootschap zich bevondengeplunderd en wat niet medegevoerd kan worden, vernield; de leden zeiven zijn moeten vlugten. Men wis reeds bezig den brand in het gebouw te steken, toen de gewapende magt aanrukte en het gemeen verdreef. Uit Luxemburg schrijft men het volgende: De ijsgang in het Groot-Hertogdom heeft, naar het schijnt, vrij aanmer kelijke schade verooorzaakt. De menigte sneeuw, welke op de Ardennen is gevallen, heeft de rivier de Sure tot zulk eene hoogte doen aanzwellen, als de oudste lieden zich niet herinneren immer gezien te hebben. Hoewel de Regering zoo veel mogelijk voorbehoudende maatregelen had genomen, heeft niets de kracht der door de rivier met onstnlmigheid voortgestuwd wordende, bijzonder dikke ijsschotsen kunnen weérstaan, en is de brug over de Sure bij Heiderscheiddie een gedeelte uitmaakt van den weg van Ettelbruck naar Bastogne, bijna geheel vernield. Ik ben nog niet bekend met de bijzonderheden, maar de menigte ontworteld* boomendrijvende balken en huisraad, doet voor de grootste rampen vreezen. Ik moet echter hier nog melding maken van eene daad van zelfopoffering, welke bij deze gelegenheid heeft plaats gehadDe postiljon der brievenpost naar Luxemburg bevond zich in dreigend levensgevaar, toen twee jongelie. den van Diekirch, Pierre Nevenoud 21 jaren, en Henri Reding, oud a2 jaren, hem met gevaar van hun eigen leven ter hulp snelden en het geluk hadden deze hunne edele poging met den besten uitslag bekroond te zien. GROOT-BRITANNIE. Londen den 19 Januarij. Eenige dagbladen berigten, dat Engeland zich aan de overige Mogendheden zou aangesloten hebben, om van Frankrijk opheldering te vragen, wegens het volhouden zijner wapening. In de hoofdstad is de overgang van de gesteldheid in den dampkring too snel geweest, dat de thermometer van Fahrenheit, Zamrdag morgen 3a0 en dienzelfden avond 56° teekende. De hoofdstad van Engeland telt thans vier of vijf dokken, waarvan de voordeelen, ten aanzien van de berging der schepen, het ontladen en het bewaren van koopmansgoederen algemeen bekend zijn. Thans heeft zich weder eene maatschappij gevestigd, ten doel hebbende een nieuw dok, uit sluitend tot berging van stoombooten bestemd, daar te stellen, dat opeen* grootschen voet zal worden ingerigtmoetende, volgens de gemaakte bere. kening, 100 atoomvaartuigen kunnen bergen. Ook worden de kosten van daarstelling van dit dok op 600,000 st. berekend. Te Brentford heeft de doorbraak van eenen dijk langs het riviertje de Brent, II. Zondag, vreesselijke verwoesting te weeg gebragt. Negen schepen xijn geheel verongelukt en twintig anderen zwaar beschadigddaarenboven zijn vele koopwaren, zoo in die schepen, als in de pakhuizen liggende, weggespoeld of bedorven, en zelfs eenige menschen om het leven gekomen. Volgens eene berekening, naar de opgaven bij Lloyds opgemaakt, be. droeg het getal schepen, dat in de 25 jaren van 1799 tot 1824, bij de Kaap de Goede Hoop beschadigd werdenschipbreuk leden of geheel vergingeniaó. Van dezelve strandden 50 in de Tafelbaai. Het getal der verongelukte ache, pen beliep van f799 tot 1804, 12; van 1805 tot 1809, 6; van 1810 tot 1815, 13; van 1816 tot 1820, 43; van 1821 tot 1824, 52. Hierbij moet echter aangemerkt worden, dat het getal der om de Kaap varende schepen van 1798 tot 1839 van 103 tot 660 gestegen is. De Vereenigde Staten van Noord-Amerika bevatten thans eene bevol. king van 17,000,000 zielen. F R A N K R IJ K. Parijs den zitten Januarij. Gitteren heeft Zijne Exc. de Nederlandsche Gezant, Baron Fagel, aan Zijne Maj. in een bijzonder gehoor, het antwoord van zijnen Meester overhandigd op de kennisgeving van de geboorte des Hertogen ran Chartret. De heer Cailli il naar Algiers afgezondenom den Maarschalk FalUe zflne terugroeping over te brengen. Ondertutschen heeft deze wederom eene versterking van 25,000 man aangevraagd, daar Jbdel-Kaderdoor hulp, die hij uit Engeland ontvangt, met het voorjaar in staat zal zijn 12,000 rui» tert en 5,000 man voetvolk in het veld te brengen. Er zou zich eene geduchte oppositie tegen de versterking van Parys in de Kamers vormen. Het Madrldsehe Regentschap zon aan de Cortes eene wet voorstellen tot regeling der binnen- en buitenlandsche schulden, welke in gevestigde staatsschuld zouden worden geconverteerdde geregelde betaling der inte. ressen zou met 1 Mei 1842 beginnen. B E L G I E. Uit Brussel wordt van den sasten gemeld, dat Z. M. de Koning altijd nog ongesteld bleef. Dezer dagen was bij Z. M. ten gehoore toegelaten de Redtor van de Kstholijk? Universiteit, de heef Ram, wien men verre» k-rt, dat de wetenschappelijke opvoeding oer beide Prinsen zal worden toevertrouwd. De Belgische bladen bevatten nog onderscheiden bijzonderheden over de schade in Vlaanderen, Luik en elders aangerigt door het overstroomen der rivieren. De laatste berigten melden echter eene sterke daling in dezelve. De bevolking van het Koningrijk Belgie bevat thans 4028,047 zielen; van welke in r,et Belgische Limburg 108,679 en in bet Belgische Luxem. burg 172,473 zielen geteld worden. Het contingent voor de militie voor 1841, i«» volgens Koninglijk be. sluic, bepaald op 10.000 man. De heer Ridder te Brussel heeft eene nieuwe locomotief uitgevonden, welke bestemd schijnt te zijn, in de geschiedenis der spoorwegeneen nieuw tijdvak daar te stellen. Eene kleine locomotief heeft dezer dagen den afstand van 4,500 meters (drie kwartier uurs), 111 6's minuut afgelegd, met 80 rem gers oeiaden. De nitvinder berekent, dat zijne locomotief, met de gewone snelheid der thans gebruikte locomotieven, die ruim eens zoo groot zijn, en met een vervoer van 80 reizigers, niet meer dan 100 Nederlandscne ponden coake in het Uur noodig heeft. Men geeft eene fraaije beschiijving van die uitvinding, waaromtrent beweerd wordt, dat eene belangrijke bezuinig;ng in de sporen, als anderzins, het gevolg van de uitvoering zal zijn. MENGELINGEN. VERMEERDERING van CONSUMTIE en GENOT door VERMINDERING van PRIJZEN. - De huishouding van Staat in Groot-Brittannie heeft in de laatste jaren merkwaardige voorbeelden opgeleverd, hoezeer het vertier en de aftrek en dus ook de productie, en de maat van het gebruik en genot der dingen toeneemt, door de vermindering van derzelver prijzen; en in aanmerkelijk grooter evenredigheid toeneemt, dan de prijsvermindering bedraagt: terwijl er wel bij de Natie, ondanks die lagere prijzen, meer gelds dan te voren aan diezelfde dingen besteed wordt, maar het genot bij de Natie in hec algemeen, In veel grooter evenredigheid er door bevorderd wordt. De att. thentiek gestaafde voorbeelden zijn uit een geschrift van Rowi. Hill, toe Having van zijn vooralag van vermindering der briefporten, overgenomen in het beroemd Vierdeeljaarsscbrift, Edinburgh ReviewN°. 142, Januarij 1840, P. 566-599. 1. De prijs van de Zeep was, met het einde van het jaar 1836, een achtste gedaald; het gebruik der Zeep was daarop een derde gestegen. De prijs van de Thee was, b|j den vrijeren handel op China, bijna een zesde vermin derd; de conaumtie van Thee, was bijna de helft vermeerderd. De prijs der Koffij was na het jaar 1823 bijna een vierde verminderd; de comsumtie Is daarna meer dan driemaal zoo groot ais voorheen. De Zijden Stoffen zijn, sedert het jaar 1823, bijna een vijfde in prijs verminderd; derzelver ge bruik ia meer dan verdubbeld. De priji van Katoenen Stoffen ia in de laatste twintig jaren nagenoeg ter helft gedaald; maar in denzelfden tijd is haar gebruik viervoudig toegenomen. 2. Door het zegelregt op de Nieuwspapierenkostten dezelve, door elkan. der, 7 stuivers het stuk; er werden in een jaar 35,576,056 stuks verkocht, welke betiald werden met 1,037,634 sterl. Door het verminderen van het Zegelregt daalde de prijs op 4; stnlv.het getal der verkochte ttecg t0' 53.496.207 bladen; waarvoor betaald werd 1,058,779 sterl. Maar welk een vertier van papier en drukloonen, heeft deze vermeerderde pro. ductie van achttien millioenen gedrukte nieuwsbladen, der nationale nijver, held aangebragtl 3. Er was een hoog zegel gesteld op ie /idvertentiin; waardoor dezelve, door dén, kosten 6 Eng. schell. Het getal Advertentiën was toen in een jaar 1,010,000, ten koste van 303,000 sterl. Door het verminderen der belasting is de prijs gedaald tot 4 Eng. schell,; maar het getal ia gestegen tot 1,670,000; en de uitgave daarvoor 334,000 sterl. 4. De permissie om den Towr van Londen te zten, kostte 3 Eng. schelt., maar w in 1838 tot ééne schell. verminderd. In de laatste tien maanden vóór die vermindering waren er 9508 bezoekers geweest, en de opbrencst 1456 sterl. - In de eerste tien maanden na de prijsvermindering, 37,431 bezoekers, en de opbrengst 1871 sterl. Een latere prijsvermindering in 1839, heeft het aantal bezoekers wederom zeer veel doen toenemen. Het bruggeld op de druk gepasseerde fFdteriot-brug te Londen, was met den isten Julij 1839 voor paarden en rijtuigen op een» de helft verminden!; de vermindering in den opbrengst was in het daaropvolgend halt jaar «lechts 60 sterl., op een jaarl(jksche opbrengst der tol, van 3250 sterl. KANADA'S VERHOUDING tot GROOT-BRITANNIE. De haat en vijandschap, welke thans in de beide Kanada's tegen het moe. derland zijn uitgebarstenwaren reed» lang te voorzien. Toen Engeland in 1763, ten gevolge van het verdrag te Versailles, bezit nam van Kanada haaste het zich den inwoners van deszelfa nieuwe provinciën de vrjje uir. oefening hunner godsdienst te verzekeren; achttien maanden lang itond het dezen vrij hunne eigendommen te vervreemden, of het land te verlaten. N et alleen hnnne godsdiansc, ook hunne wetten en gewoonten liet men hen: ne persoonlijke vrijheid bleef onbeperktde belastingen waren onbeduidend. Wat bleef er nog te wenschen over? Ook dacht niemand, met uitzondering des Kanadaschen adels, die de hoogste waardigheden in het land bekleedde, om naar Frankrijk terug te keeren. Maar allei is zeer veranderd. Het goede voornemen eindigde, toen het moederland het Gouvernement hervormde (1791 door de Kanadasche constitutie-acte) en de provincie, welke, onder den naam van Quebek, eene eenige geweest was, in Opper en Neder-Kanada verdeelde. De verkiezingen, invoering van de Jury, vorming eener wetgevende vergadering ilit afgevaardigden van koloniiten met eenen grondeigendom van minstena veertig achillings bedrag,en van de inwo. ners die tien pond jaarlijksche huur betaalden, voor vier jaren verkozen, waren de gevolgen van bet nieuwe systems: kostbare nieuwigheden, welke een aan cijnsen en heerschappelijke inkomsten gewoon volkals even zoo vele ichoone veroveringen hadden moeten toeschijnen, zoo de begeleide inrigtingen de werking derzelve niet in den weg getreden waren. Zoo wer den echter over de kamer van vertegenwoordigers verscheidene magten ge steld, om deze in alle deelen na te gaan. De Gouverneur, de uitvoerende- en wetgevende raad, wier leden onafzetbaar zijn, werden door den Koning benoemd. De wetgevende vergadering en de raad werden met de beraadsla» ging over wetten van locaal belang belast. Alle vragen werden bij meerder, heid ran stemmen en geheim votum beslist. De bills werden den Gouverneur tot goedkeuring voorgelegd, die zijne epprobatie kon geven, ontzeggen of fich ook voorbehouden kon, om eerst later den Koninglijken wil bekend te maken: een prerogatief, krachtens hetwelk, de Engelsche Souvereioen het regt hadden des Gouverneurs toestemming weder in te trekken. Echter moest dit binnen twee jaren na de aanneming der bill geachieden daar dezelve anders kracht van gewijsde had bekomen. De Gouverneur kon de wetge. vende kamers bijeenroepen, prorogeren en ontbinden; doch moesten zij alle jaren vergaderen. Het regt werd door opper-appelhoven en Koninglijke bank- geregtsnove* toegepast. Een zoodanig opper-appelhof bestond uit den Gou verneur der kolonie, als President, eenen opper-regter, het Koninglijk bank. geiegtshof en de leden dei uitvoerenden raadi. Het deed regt in het hoogste ressort Intlie appellen beneden de 500 St.; zaken .betreffende eene hoogere

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 3