deze vereiscbteu nog bevestiging. De uitvoer van thee zou dit jaar 13 mil.
lioen ponden minder zijn dan in een van de vier vorige jaren, dooreen
gerekend. De Mangalore is, met 1,400 ton thee aan boord, op eene hank,
bij het eiland Brilltton, geheel vergaan; doch het scheepsvolit is gered.
Commissaris Utt heeft eene magt van 3000 man op de been gebragt, en een
groot aantal oorlogs-jonken uitgerust, om eenen aanval op de Engelsche
scbepen te doen; de jonken zijn rood geschilderd, om de Engelschen te ver
schrikken. Er waren nog maar zes vreemdelingen te Canton, te weten: a
Amerikanen, 2 Zwitsers, 1 Hollander en 1 Portugees, welke echter ook
bevel hadden om te vertrekken. Te Wampoa waren nog a Amerie.aausche schepen.
T U R K Y E.
De eerstgeboren dochter des Sultans, Prinses Mewhibe, is in November
Overleden,
Volgens nadere berigten uit Syrië bevestigt het zich, dat te St. Jean
d'Acre eene nieuwe uitbarsting van een kruidmagazijn heeft plaats gehad,
waardoor eenige duizende bommen en ander werpgeschut ontvlamd en ver.
scheiden menschen zijn doodgeslagen. Men rekenc het getal der slagtoffers
op 280, onder welke onderscheiden Engelschen zijn; ook de stad had door
die uitbarsting wederom veel geleden. Door de soldaten der bondgenooten
werden de vestingwerken hersteld.
De inneming van Aleppo door de troepen der bondgenooten bevestigt
2jch. Q°k heeft men den 28 November te Konstantinopel het berigt one
vangen, dat Antiochie vermeesterd is geworden door de troepen der Syrische
expeditie,
Er heerschte te Konstantinopel, niettegenstaande de groote vasten,
veel drukte, daar aanhoudend nieuwe troepen naar Syrië moesten gezonden
worden. Er waren wederom 8 bataljons infanterie en 2 regimenten cavallerie
gereed om te worden ingescheept. Aan den Generaal Jochmus, eeneu Duit-
scher, is het bevel over de Turksche troepen in Syrië gegeven, in plaats
van den Engelschen Overste Smithwelke naar Konstantinopel teruggeroepen is.
Te Konstantinopel verwacht men hec geheele Turksche smaldeel, om
in die haven te overwinteren; als reden van deszelfs terugroeping wordt
opgegeven, dat het thans aan de Syrische kust niet meer noodzakelijk is,
en dat de schepen groote schade geleden hebbeo, die in het arsenaal her.
steld moet worden. Hetzelve zal de laatste ./Egyptische gevangenen uit Acre
naar Konstantinopel overbrengen. De bevelhebber van een Turksch fregat,
dat 1000 Egyptische gevangenen daarheen overvoerde, heeft deze, bij
gebrek aan drinkwater, tien dagen lang gedwongen, zeewater te drinken.
Reeds onderweg stierven omstreeks 100 van deze gevangenen; meer dan de
helft moest in Konstantinopel in de hospitalen gebragt worden, waar er nog
dagelijks eenigen aan den bloedloop stierven. De Turksche bevelhebber is
door eenen krijgsraad tot levenslange galeistraf veroordeeld. Den 27scen trok.
ken omstreeks laoo Egyptische gevangenen, met de rnnzijk van een der
Turksche garde-regimenten aan het hoofd, uit Konstantinopel naar de kazerne
van Pera. De getrieenen waren ongewapend, maar de officieren droegen den
sabel op zijde. De meesten waren kloette lieden, die, bij hunne groote
matigheid en een aan vermoeienissen gewend ligchaamonder eene goede
aanvoering, geene slechte soldaten moeten zijn.
PORTUGAL.
Den 30 November is de zitting van de buitengewone Cortes door de Ko.
ningin met eene aanspraak gesloten geworden, wasrin onder anderen Hare
Maj. haar verdiiet tc kennen geeft, dat de beraadslagingen over het budget
en de scheepvaart op de Douro niet ten einde zijn kunnen gebragt worden.
Hare Regering was echter nn gemagtigd, om in de noodige uitgaven ter vol.
doening aan de buitengewonen onvermijdelijke vorderingen van elders te vol
doen en in staat gesteld, om de middelen te vinden tot betaling der buiten,
landsche renten. In de volgende zitting zouden de Cortes zich vooral moeten
bezig houden, om de inkomsten naar deze uitgaven te regelen.
SPANJE.
In de officiële courant vindt men de volgende bijzonderheden omtrenc de
algemeene amnestie, waarvan wij in ons vorig nommer hebben melding
gemaakt, en de vergiffenis betrekkelijk de aanhangers van Don Carlosi
Het Regentschap zal hec regt hebben de amnestieonder de vereischte
wijzigingen, uit te strekken tot de overzeesche provinciën, zelfs in hetgeen
staatsmisdaden betreft, vóór de vroegere amnestie van 19 Julij 1837 begaan,
welke verordening zich niet tot die provinciën uitstrekte. Van de vergiffenis
omtrent de Carlisten zijn uitgesloten de Generaals, chefs en met eenig com
mandement bekleed geweest zijnde officieren, de geestelijkende burgerlijke
en militaire beambten, welker rang met dien van militairen chef gelijk stond.
In bijzondere gevallen echter zal, daartoe termen zijnde, de Regering ook
zoodanige personen in de vergiffenis kunnen begrijpen. Maar ook zal zij
personen, in de vergiffenis begrepen, maar die geen genoegzaam vertrouwen
mogten inboezemen, in de depóts mogen doen houden. De soldaten, die
tot de nationale armee behoord hebben, zullen naar hunne corpsen terug
gezonden worden en met eenige verlenging van diensttijd gestraft worden.
Bij beide de decreten blijven de regten van derden voorbehouden.
Men berekent, dat ten gevolge der amnestie 35,000 personendat is meer dan
twee derden der nitgewekenennaar hun vaderland zullen kunnen terugkeeren,
De vertegenwoordigers der Baskische provinciën hebben thans eene
algemeene vergadering gevormd, aan welke zij den naam van conferentie
geven en die te Bilbao bijeenkomt. De eerste daad dier conferentie is niet
zouder beteekenis geweest. Zij beeft tot hec aanbieden van een adres aan
Maria Christina besloten, waarin de eerbied en liefde der Biscayers voor
die ongelukkige Koningin in krachtige bewoordingen worden uitgedruktzij
de verpligting op zich nemen, „om de wieg te bewaken, waarin de twee
doorluchtige en onschuldige onderpanden rusten, die Hare Maj. aan de regt.
schapenheid der Spaansche natie heeft toevertrouwd"; en de hoop laat door.
stralen van de doorluchtige Vorstin eenmaal weder in hnn midden te zien.
De geruchten wegens eene mogelijke afscheuring der Baskische provinciën
van de Madridsche gezaghebbers erlangen door die adres meerder gewigt.
Berigten uit Madrid tot den 3 December melden, dat de geldmiddelen
zich aldaar niet verbeterden, hoewel de Minister van Financien daartoe goede
pogingen aanwendde. Het plan eener vrijwillige of gedwongen inschrijving
ten bedrage van 51 millioen realen is ganschelijk mislukt en thans moet
men andere combinatiën uitdenken. Dat deze niet aannemelijker zullen zijn,
heeft men reden om te vreezen. Het Regentschap heeft de behendigheid
gehad zich te ontslaan van eene der laatst opgekomen moeijelijkhedente
weten de voogdijschap van Koningin Isabella. De Cortes alleen zullen be
slissen. Twee provisionnele administrateurs van erkende braafheid zullen met
het bestuur van de bezittingen der Prinsessen worden belast. Het schijnt dac
de heer Olozaga zich ais Zaakgelastigde naar Parijs zal begeven. Deze keuze
des Regentschap is niet gunstig door het publiek ontvangen, omdat deze
heer, hoewel tamelijk goed redenaar zijnde, geene partij vertegenwoordigt,
weshalve men gelooft dat Spanje beter had kunnen zijn vertegenwoordigd.
Openlijk is er in Madrid een caricature van den Hertog de Ia Victoria
verspreid; hij wordt daarin voorgesteld ais voor twee goociielbekers zittende,
waarin zich de troon en de constitutie bevinden. Hij neemt beide in de hand
en roept: Zietmijne Heeren, hier niets en dddr nietsI
DUITSCHLAND.
Uit Berlijn wordt van den 7den gemeld, dat aldaar door den druk bekend
is gemaakt een door de stedelijke Overheid van die stad aan de Regering
vóór eenige weken ingeleverd adres; waarin de wensch wordt te kennen ge
geven om eene nieuwe verordering op de nijverheid te erlangen, die met
den tegenwoordigen tijd overeenkomt. Het' geschrift draagt alle'blijken van
'f
éétl gróndig onderióetc én diepe kelihis van al wat de wfcgèfó éfi' tégejfr
woordige belangen van deze bron van welvaart betreft en Öbajat^ufc-daifle.
iijke uiteenzetting Van 91 de hierop gegronde wehschen.
Uii de tegenwoordig bestaande oilbeperkte vrijheid tot uicöefetilag vati de
zelve wordt de verarming van vele huisgezinnen afgeleid, en Uit deze we'
derom betoogd, hoe, !n weerwil van den zegen eens langdUrigen vredes dó
kosten voor bet armwezen in Berlijn zoodanig toenemen, dat dezelve, d-,<
in het jaar 1821 eene som van 104,137 thalers hadden vereischt, in 1829
reeds 274,341 thalers beliepen en in 1838 tot de ontzettende hoogte van
375,530 thalers gestegen zijn. Nadat het adres een overzigt gegeven heeft
van de onderlinge verhouding tusschen den stand der leerlingen, der gezellen,
tusschen de regten der leden en der meesters, en ook de zamenstelling der
corporatien of genootschappen behandeld te hebben; eindigt het adres met de
wenschen der Overheden in de volgende bewoordingen ter neder te stellen:
Het komt er hoofdzakelijk op aan, de verhouding der middelbare en lagere
klassen de nijverheid oefenenden, op eene wettelijke wijze, meerdere voor
zorgen dan vroeger te doen ondervinden, hetgene tevens voor de hoogere
klassen van nijverheid niet alleen niet nadeelig, maar zells voordeelig zal
werken. Hiertoe schijnt het doelmatigsc, om het regt van leerlingen te hou
den, volstrektelijk en zonder uitzondering, niet anders toe te kennen dan aan
zoodanige nijverheids-oefenaren, als zich door technische ervarenheid daartoe
geregtigd betoond zullen hebben, en welker gedrag hun dit regt niet onwaar,
dig heeft gemaakt.
Nog meldt men uit die stad:
De municipale verordening, welke ierieren persoon van zijn burgerlijk regt
berooft, die eene criminele straf heeft ondergaan, eenige verzachting in
den laatsten tijd ontvangen hebbende, zoo is daaruit voortgesprotendat bur
gers, die zich schuldig hadden gemaakt aan misdaden der jagt en houtdie
verij, niettemin verkozen zijn als vertegenwoordigers der burgerij.
Om dit gebrek tegen te gsan heeft Z. M. de dissolutie van de tegenwoor.
dige municipale vertegenwoordigingen uitgesproken, en niet verkiesbaar ver
klaard ieder persoon, die om bovengenoemde misdaden veroordeeld is ge
worden, of die, op net oogenblik zelve der verkiezing, onder den last zou
zijn eener beschuldiging van eene misdaad van dat soort,
In de Pruisische Staats-Courant leest men het volgend berigt uiiNeu.
strelitz van den 5den dezer:
„Z. K. H. de Kroonprins van Denemarken, die zich sedert den aasten der
vorige maand bij de Groothertogelijke familie alhier bevindt, heett de Her.
togin Caroline, tweede dochter van Z. K. H. den Groothertog, ten huwelijk
gevraagd, en gisteren van dezelve het ja-woord ontvangen. De hooge ver-
loofden en het Groot-Hertogelijk gezin zullen heden de gelukwenschingen
van het hof en de stad wegens deze heugelijke gebeurtenis aannemen."
Z. K. H. de Kroonprins van Denemarken, Frederik Karei Christiaan, was
vroeger gehuwd aan de Prinses IVilhelmina Maria van Denemarken, welk
huwelijk in 1837 door echtscheiding is ootbonden."
Uit Koningsbergen meldt men van den 27Sten:
De opperste Bailly Albrecht heeft stervende per testament eene som van
25,000 th. nagelaten, moetende dienen om gedurende 250 jaren op interest
te worden gesteld en dan te worden aangewend tot de oprigting van een
etablissement dac zuiver homoeopatisch is. Maar hetgeen het aardigste hier
van is, is, dac de testateur als Chef van dac hospitaal een geneesheer ge.
kozen heeft, die reeds 50 jaar is, hem een tractement van 2000 th. toe,
leggende.
GROOT-BRITANNIE.
Londen den 9 December. Den 8scen is wederom onder voorzitting vali
Prins Albert een raad van Ministers gehonden, waarin besloten is de bijeen
komst van het Parlement nogmaals tot Dingsdag den 2Östen Januarij uit te
stellen en dan met de behandeling der zaken te beginnen.
De uitrusting van oorlogs-vaartuigen in de Engelsche zeehavens blijft
nog steeds voortduren.
In het lersche Graafschap Carlow is tot Parlementslid verkozen de
Colonel Sruen, tot de behoudende partij behoorende; hetgeen voor die partij
eene belangrijke zegepraal is.
De tijdingen uic de Engelsche Oost behelzen hoofdzakelijk, dat de
Brigadier-Generaal Der.nicmet eene betrekkelijk geringe magt, net veree-
nigd leger van Dost Mohammed en den Walee van Kohlura, ruim achtduizend
man sterk, totaal verslagen had, bij welke gelegenheid Dost Mohammed ge
wond is geraakt. Men hield een oorlog met Nepaul voor na op handen,
Groote militaire toebereidselen werden op het geheele vasteland van Indie
opgemerkt.
Men schrijfc van Malta, dac het linieschip Hastings, aldaar den 4 No
vember van Beyruch aangekomen, een groot aantal zieken en gewonden
derwaarts had overgebragt. Niet minder dan achthonderd en vijftig lijders
bevonden zich in hec lazareth van genoemd eiland,
F R A N K R IJ K.
Parijs den 11 December. In de zitting van de Kamer der Afgevaardigden
vaD den s-den heeft de Minister van Openbare Werken andermaal een crediec
van 3,000,000 fr. gevraagdtot herstelling der schade door de overstroomingen
der Rhóne en Saóne veroorzaakt. Er zouden nog meer gelden benoodigd
zijn om de veroorzaakte schade te herstellen.
Vervolgens is door de Kamer, na langdurige beraadslagingen, de wet aan
genomen, waarbij 700,000 fr. worden toegestaan, om in het onderhond der
Poolsche en Spaansche uitgewekenen, te voorzien. Er werd bij deze dis-
cussien aangemerkt, dat Frankrijk steeds al den lasc bleef dragen van het
onderhoud der Spanjaarden, en Engeland niets deed, hoewel ook dat land
zeer had medegewerkt, dat de zaken in dat land tot dien toestand kwamen,
waarin zij nu zijn.
Er liep een gerucht, dat, nog voor de begraving van het lijk van
Napoleon, eene wet aan de Kamer zou worden aangeboden, waarbij de wet
ingetrokken worde, de uitsluiting nlt Frankrijk van het geslacht van Napoleon
ten eeuwigen dage bevelende.
De onderscheiden bladen toonen zich over de geldelijke administratie
die het Ministerie ThiersJgehonden heeft, uiterst ontevreden. De Moniteur
Parissen bevat daaromtrent het volgende:
Het tafereel door den Minister van Financien opgehangen is gansch niet
schitterend. Alle baten in aanmerking genomen is er ten slotte op de diensten
van 1841 en 1842 een te kort van 600 millioen. De Kamer heeft de gedane
mededeeling mee de grootste aandacht aangehoord. De heer Humann heeft
niet opgegeven, door welke middelen de Regering zich voorstelt in de be"
hoefte van het oogenblik te voorzien; maar wij hebben alle reden om te
gelooven, dat de Minister nog steeds volharde in zijn voornemen tot het doen
eener leening, waarvan de uitwerking zonde zijn, dat de lasten, die op hec
tegenwoordige drukken, op de toekomst overgaan. Ongetwijfeld stele hec
Gouvernement zijne stellige verklaring deswege nit, tot dat de verschillende
gevoelens in de beraadslaging over de voorgedragen wetten zullen zijn be.
kend geworden. In een ander nommer echter verklaart dat blad, dat!hec
Bestuur geene leening doen zal, maar voor het tegenwoordige genoeg fond-
zen bezit.
In bet Journal des Débats leest meni
Hetgeen ieder in hec oog zal vallen, is dit, dat de Ministers ons de betaling
van een milliard hebben opgelegd, zonder medewerking der Kamers, die nu
met juistheid weten, hoewel het Ministerie Thiers heeft gekost. Onder zoo
vele lessen, als wij ontvangen, gaat toch vooral de navolgendeniet verlo
ren: het constitutionnele stelsel heefr dit groote voordeel, dac een land niet
gedwongen is de Minisiers te volgen in hunne dwaasheden en droomerijen|,
en dat, indien somtijds hec gezag iu onbekwame handen komt .hetzelve altijd