A\ 1840.
leybsciïe
V R IJ D A G,
--v
COURANT.
22 MEI.
NEDERLANDEN.
Leiden, 21 Mei.
Men meldt uit 's Gravenhage van den eoscen Mei:
De afdeelingen van de Tweede Kamer der Staren-Generaal hebben zich heden bezig
gehouden met liet onderzoek van de nieuwe ontwerpen van wet, bevattende het eerste
boek van het wetboek van strafregt. Na afloop van dit onderzoek, zullen zij zich mor
gen of overmorgen bezig houden inet de overweging van de, naar men verneemt, bij de
Kamer ingekomene nadere antwoorden op de nadere bedenkingen, welke tegen de zeven
ontwerpen van wet tot herziening der grondwet gemaakt zijn.
In de antwoorden der Regering op de bedenkingen, welke in de afdeelingen van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal nader gemaakt zijn, ten aanzien der zeven ontwerpen
van wet, tot herziening der grondwet, wordt onder anderen, wat het eerste ontwerp be
treft, aangevoerd, dat, wat aangaat de inrigting der provinciale, stedelijke en plattelands-
Besturen en derzelver zamenstellingde Regering van gevoelen blijft, dat er te dezen
niet verder kan gedaan worden, dan dc ontwerpen medebrengen, en zij oordeelt niet ta
kunnen toetreden tot wijzigingen in het wezenlijk en fondamenteel beginsel van het Ne-
derlandsche Staatstegt, dat aan de Provinciale Staten en stedelijke Besturen, die zelfstan
digheid verzekertbij het vierde hoofdstuk der grondwet vastgestelden ten gevolge
van welke alles wat tot die instellingen betrekkelijk isgesteld is buiten het bereik der
gewone wetgeving. Mogelijk is het, dat de bij het ontwerp voorgestelde wijzigingen la
ter eenige noodzakelijkheid kunnen doen kennen van veranderingen in die reglementen;
maar in dat geval zullen die veranderingen kunnen worden tot srand gebragt, opdengrond-
wettelijken voet, bij art. 131 en andere voorgeschreven, waardoor dan de botsingen zul
len worden weggenomen, wejke uit het onveranderd blijven der reglementen zouden kun
nen ontstaan. Overigens beschouwt de Regering de voorgestelde bepaling in de grond-
wet, dat elk stemgeregtigd^ burger jaarlijks eens zijne stem uitbrengt, bij behoorlijke
ceteekende en gesloten briefjes, die aan de huizen opgehaald worden van wege de Rege
ring, als fundamenteel en van het hoogste belang.
Ten aanzien van het derde ontwerp (art. 60), meent de Regering, dat het genoegzaam
zal zijn, nader aan te toonen, dat de stukken, bestemd om, volgens de nieuwe slotbe
paling van art. 60, jaarlijks aan de Staten-Generaal te worden medegedeeld, geschikt zyn
tot het geven van de meest mogelijke zekerheid, omtrent de wezenlijke uitkomsten van
bet geldelijk beheer der Koloniën. De eerste mededeelinguit krachte der onderwerpe-
lijkc bijvoeging aan de Staten-Generaal te doepzal, voor zoo veel betreft de bereke
ning van het beschikbaar batig slot, bestaan in de optelling der volgende gegevens:
a. Restanten der producten, onder bewaring der Nederlanasche Handelmaatschappij, aan-
w'ezig op ie. January van het volgende dienstjaar, hetwelk door dc beschikbaarstelling
zal worden gebaat; en b. beredeneerde raming der producten, in den loop van hetzelfde
dienstjaar uit Oost-Indië verwacht wordende, voor de najaars-veilingen van dat jaar, en
mitsdien in den loop van hetzelve verkoopbaar. Van de totale waarde dezer producten
berekend volgens de prijzen van den dagvervolgens afgetrokken zijnde c. de onder
scheidene betalingen, blijkens den algemeenen staat van ontvangsten en uitgaven, voor
rekening der Koloniën, in het Moederland te doen, en dde betalingen, reeds bij de
wet op het Oost-Indisch excedeut aangewezen; zoo zal het verschil aantoonen het eerste
beschikbare saldo, welks bestemming bij de wet zal worden aangewezen. In het t\yeede
jaar zal de te doene mededeeling moeten aanvangen met eene aantooning, of en in hoe
verre het in de vorige zitting opgegeven vermoedelijk batig slot zich heeft verwezenlijkt,
welks aantooning zal in zich sluiten eene vergelijkende opgave van hoeveelheden en pry-
zen. Wyst die'vergelijking een overschot aan, dan wordt hetzelve gevoegd bij de som,
van welker beschikbaarstelling alsdan op nieuw de rede zal zijn. Is de uitkomst daaren
tegen onvoordeeligdan heeft het tegenovergestelde plaats. Deze uitkomst vervolgens in
velband gebragt wordende met eene herhaling der operatie, hierboven sub a. b. c. en d.
aangeduid, zoo zal daardoor niet alleen aangewezen zijnwelk batig saldo in bet tweede
tijdvak waarschijnlijk zal beschikbaar wezen, maar zullen tevens de wezenlijke uitkom
sten van het verloopene tijdvak in een helder daglicht worden gesteld. Op deze wijze
van jaar tot jaar voortgaande, zullen de Staten-Generaal geraken in het bezit eener aan
eenschakeling van volledige aantponingen die, in verband tot de janrÜiksche ove^.tMetr-
«en staten van ontvangsten en uitgaven Qbegrootmgenjzullen voldoen aan de vereiscli-
ten van duidelijkheid en zekerheid.
Uit het bovenstaande laat zich afleiden, dat de door de Regering voorgestelde redac
tie welke, in verband met de gegevene ophelderingen, bepaaldelijk den gang der zaak
uitdrukt, als de meest doelmatige beschouwd kan worden. De volgende antwoorden zijn
toepasselijk op zoodanige andere aanmerkingendie door het bovenstaande niet of niet
genoegzaam zijn toegelicht. De overlegging der in Indië afgesloten rekeningentusschen
welke° en het saldo in beraadslaging, er steeds eene gaping van minstens drie'jaren zou
bestaan, wordt nog geoordeeld zonder nut te zijn. Wanneer de overgelegde staten aan
merkelijke verschillen opleveren met die van vroegere jarenhetzij in den vormhetzij
in het wezen der zaak, zulle* die verschillen behoorlijk worden toegelicht. De staten
van'ontvangsten en uitgaven jn.de West-Indische Koloniën zullen evenzeer worden over
gelegd als die der Oost-Indische Bezittingen; wordende het te kort der West-Indische
administratie gedekt uit de Qost-Indische inkomsten, en zijnde de staten, die dat te
kort aantoonen, mitsdien eigenaardige bijlagen van de stukken, den staat der Oost-
Indische geldmiddelen aaptoonencje.
Wat het vierde ontwerp aangaat, zegt de Regering, dat zij gewensch? had, dat aan
de bestendiging der Staatsinkomsten, zoodanig als dezelve bij het vierde artikel van dat
ontwerp is voorgedrageneene meer algemeene goedkeuring in dc afdeelingen had mogen
te beurt vallen, en blijft steeds overtuigd van de hooge nuttigheid van zoodanige bepa
ling op de grondenbij de vorige memorie aangevoerd. Door denin sommige afdee
lingen ter sprake gebragtenen door velen aannemelijk geachtenmiddenwegom de
Staatsinkomsten telkens, gelijktijdig met de uitgaven voor twee jaren vast te stellen, zal
het groote doel, dat zich de Regering in bet belang van de renthebbers van het Rijk
en van den rigtigen ophef der middelen had voorgesteldmet midder zekerheid bereikt
wordenmaar zij pieent niettemin tot dje toenadering te kunnen overgaan.; dientengevolge
is het vierde artikel van het ontwerp zoodanig veranderdals wy in ons vorig Nommer
hebben opgegeven.
Nopens het zevende ontwerp, zegt de Regering, dat thans bij hetzelve even weinig
de rede is van eene zee-militie, als zulks het geval is in eenig artikel der grondwet; en
de Regering oordeelt dus, dat alle beschouwingen over dat onderwerp thans geheel kunnen
worden ter zijde gesteld. Men heeft in eene afdeeling verlangd, dat de tijd der dienst-
pligtigheid grondwettig bepaald en niet van de wet afhankelijk zoude gemaakt worden
maar "de Regering is van oordeeldat dit ontwerpeven als zoo vele anderedoor de
wet moet worden geregeld en vastgestelddewijl de ondervinding heeft geleerddat er
zich omstandigheden kunnen voordoenwaarin een positief grondwettig voorschrift van
dien aard zeer nadcelig zou kunnen werken op de numerieke strijdkracht van het leger.
De Regering blijft overigens met de vroegere belangstelling bet oog houden op de
nota's, respectivelyk gevoegd bij de processen-verbaal der vierde en vijfde afdeelingen;
maar meent, dat liet daarin voorkomende in het algemeen bij dé speciale wetten behoort
het denkbeeld intusschenom voor eene bepaalde, aan het Gouvernement te betalen
som, zich van de dienst vrij te koopen, wordt voor 'sbands zeer nuttig geoordeeld,
omdat het remplacement alsdan zou kunnen worden afgeschaft
Aan den heer Jan-J. F. JVapLeeraar der 2de klasse In de Neder.
duitsche taal en letterkunde ain de Koninglijke Militaire Akademie te Breda,
tot dus verre op non-activiteit, is als zoodanig een eervol ontslag verleend.
Naar men verneemthoudt zich de Policie alhier bezig mei een onder
zoek omtrent eene Fransche dame en twee Engelsche heeren, die alhier in
het hótel de Bellevue zijn afgestapt., en tegen welke dame groot vermoeden
bestaatdat zij zou kunnen zijn de zoo veel gerucht gemaakt hebbende
opligtster, waarvan de dagbladen melding hebben gemaakt. Er zijn termen
gevonden om dezelve in verzekerde bewaring te nemen.
Uit Kortenoordmeldt men, dat het bezoek van Z. M. tot inspectie
over de werken en beschouwing van de Zuidpias, hetgeen men aldaar ver
wacht had, niet is geschied, en het weder en de vochtigheid van den grond
niet zullen toelaten, dat dit thans in langen tijd gebeuren kan.
Door het stedelijk Bestuur te Utrecht is, ten gevolge eener missive
van de plaatselijke Commissie van geneeskundig toevoorzigt, eene waarschu-
wing aan de ingezetenen gedaan, om zich niet te bedienen van oranje bloe
semwater, in parfumerie- en modewinkels verkocht wordende, oit Frankrijk
aangevoerd en tor etiquerte dragende: Eau de fleurt cToranges triple deGratte
CProvenceMr. Breistrojfy distillateur d AntibesDoor voornoemde Com
missie is namelijk ontdekt, dat dit water met looddeelen bezwangerd is
en dat door het gebruik van hetzelve reeds een geval heeft bestaan van een
begin van loodvergifciging en daaruit voortvloeijende verlamming.
Uif Zwolle meldt men van den 18 Mei:
Vrijdag jl. verloste in de herberg van Hemmerigbuiten de Kamperpoorc
alhier, met behulp van de wed. Schobtvroedvrouw in ZwollerkerspelJ».
dith Levi van der Sluisoud 30 jaren, geboorcig van de Wildervank, pro
vincie Groningen, des middags ten 4 ure, van een zoon, een uur daarna van
een tweede zoon en des avonds ten 7 ure van eene dochter; zij had in den
vroegen morgen barer bevalling een reis te voet van meer dan een uur afge
legd, hebbende twee kinderen bij haar, waarvan zij het jongste gedurende
a! dien tijd op de rug droeg; zij bevindt zich, in aanmerkingharerbehoeftige
omstandigheden, vrij wel.
Uit Groningen schrijft men van den 17 Mei:
Heden is alhier binnen gemarcheerd een escadron dragonders, sterk jjp
onderofficieren en manschappen, onder bevel van den wel-edelen geb. heer
Majoor van der Sleydenzijnde het andere escadron van Meppel naar Leeu.
warden gedirigeerd. Niettegenstaande het ongunstige weder, bewonderde
men algemeen de schoone houding der troepen en der paarden.
Wat overigens betreft het gerucht, door eenige woelgeesten en kwalijk-
gezinden in andere dagbladen verspreid, dat de komst dezer militaire magt
in deze provincie vereischt werd, tot beteugeling van onlusten, zoo durft
men gerujsc verzekeren, dat niet alleen de publieke rust op geene plaats ii)
deze provipcie tot nu toe is gestoord, maar dat men ook nergens voor zoo»
danige stoornis beducht is.
T U R K Y E.
Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden heeft den 25sten April een
plegtig gehoor bij den Sultan gehad.
Ook meldt men uit Konstantinopel van den 25sten April, dat sedert
eenigen tijd zich in de voorsteden Pera en Galata een genootschap van wel.
dadigheid gevormd had, waarvan het doel is de behoeftige klasse te onder
steunen. Dit genootschap, uit de voornaamste daar wonende Katholijke
Franlten beslaande, heeft onlangs eenige buiten Pera liggende stukkengronds
aangekocht, waarop alsnu een hospitaal en eene armeninrigting zullen ge*
bouwd worden. Toen de vergunning van den Sultan daartoe gevraagd werd,
heeft Z. H. niet alleen dezelve oadelijk gegeven, maar nog bovendien eene
som van 10,000 piasters tot verwezenlijking van dit liefdadig doel bijgedragen.
De toestand van het Turksche Rijk wordt in bijzondere brieven, door
den langen duur der onzekere omstandigheden, als zeer treurig afgeschilderd;
de krachren van het Rijk werden uitgeput en er zou weinig noodig wezen,
om het geheel te verstooren. Te Adrianopel en andere plaatsen, van Smyrna
tot in het binnenste des lands, heersclue eene groote onvergenoegdheid, er
wedden p^rtjjyhypen opgerigt en opstanden voorbereid, welke spoedig
RUS L A N D.
Z. M. de Keizer heeft aan den Baron von Maltitz, Gezant aan het 'i Gra.
venhaagsche hof, welke tot dusver gewoon Staatsraad was, den titel van
buitengewoon Staatsraad geschonken. Deze bediening staat gelijk met den
rang van Luitenant-Generaal.
Volgens een Keizerlijk bevel van 23 April, zal er te Warschau eene
school voor de geestelijkheid der Grieksche kerkleer worden opgeiigtwelke
uit drie klassen bestaan en onder het opzigt der Peteraburgsche Synode zal
gesteld worden.
Volgens eene statistieke opgaaf der Akademie te Petersburg leven er in 17
provinciën van Rusland 1,054 349 j°den. Daar de bevolking van die provin
ciën 16,238,600 zielen bedraagt, zoo staat de verhouding van 1 tot 16. In
eenige provinciën zijn geene Jcden; in anderen velen. In Volhijnien zijn van
de 1,314,100 inwoners 195,000 Joden in Polen zijn onder de 4,358,509 in
woners 453,646 Joden en in Warschau onder de 139,671 Inwoners 36,39oJoden.
Brieven uit Tauris van 29 Maart melden, dat de Russische Ambassa
deur aldaar officieel aangekondigd had, dat de Russische troepen in Chiwa
waren binnengerukt, en dat zij in die stad omstreeks 15,000 personen in
slavernij hadden gevondendie naar hun vaderland zuilen teruggezonden worden.
ITALIË.
De Fransche Gezant te Napels, de heer Montebellowas den i6den Mei
aldaar aangekomen. De zaken stonden er nog in eenen zekeren zin onbeslist,
daar de Èngelschen de genomen schepen nog niet hadden terug gegeven,
en de Engelsche schepen, op welke embargo was gelegd geworden, zich
nog in de haven van Napels bevonden.
Eene legale aankondiging, bekend gemaakt door de courant van Genua,
bewijst eene daad, die misschien in dc geschiedenis der erfopvolgingen zonder
voorbeeld ia. Tot de erfenis van den Ridder J. E.Balbi, in Ligurie, hebben zich
doen aanmelden 5,747 geregtigdenwelke allen, 125 uitgezonderd, zeer
naauwe bloedverwanten van den overledene zijn; 2,190 bevonden zich ten
zijnen aanzien in den tweeden graad. De pretendenten zijn door de uit.
voerders van het testament in 2 takken verdeeld, waarvan de een 1,667 en
de andere 1,108 personen bevat. De Koninglijke Senaat van Genua is geko
zen om te bepalen, welke de takken zijn door den testamentmaker tor de
erfenis geroepen.
Uit Turin wordt gemeld, dat het gezelschap Italiaanschenatuurkundige
geleerden, die voorleden jaar in Pisa zijn te zamen gekomen, hoewel de
Pauselijke Regering die bijeenkomst zeer had tegengewerkt en afgekeurd,
met bewilliging van Zijne Maj. den Koning van Sardinië, dit jaar te Turin
zal bijeenkomenwaartoe bij vernieuwing alle binnen- en buitenlandscbe
geleerden tegen den 15 September worden uitgenoodigd,
DUITSCHLAND.
Weenen den 12 Mei. HH. MM. de Keizer en Keizerin zijn naar Pres.
burg vertrokken, om aldaar mee de gebruikelijk piegtigheden den Rijksdag
te sluiten.
In de vereenigde zitting, welke die Rijksdag den isten Mei gehouden
heeft, heeft Z. K. H. de Aartshertog Palcntijn aan de Staten de volgende
mededeeling gedaan:
Ik reken het eenen pligt om aan de Tafel der Magnaten als ook aan die
