Des avonds na het huwelijk Is er op het raadhuis een feest ter eere van Tiet jonge paar gegeven, en de stad is zeer luisterrijk verlicht geweest doch, zooals men wil opgemerkt hebben, niet zoo, als bij gelegenheid van de Krooning van Hare Maj. Ook ten Hove is na het vertrek van het bruidspaar eene feestelijke maaltijd gegeven; waaraan de Vorstelijke famielje deel nam, en waartoe de voor naamste personen, die het Hofgezin uitmaakten, genoodigd waren. Dit feest moet allerprachtigst geweest zijn. Onderscheiden hooge personen hadden ook maaltijden aangelegd. Omtrent 2000 behoeftige personen, 600 huisgezinnen uitmakende, zijn op kosten van eene inschrijving, op welke Hare Maj. voor 200 st. had inge- teekend, onthaald geworden. Ook de kinderen van al de parochie-scholen en de bewoners der godshuizen hebben dien dag eenen overheerlijken maal tijd gehad. Omtrent den Gemaal der Koningin wordt nog medegedeeld, dat hij sedert zijn zevende jaar reeds met Koningin Victoria dagelijks had omgegaan, de. wijl, toen zijn vader van zijne eerste echtgenoot scheidde, zijne tante, de Hertogin van Kenthem bij zich had opgevoed. Dit verkeer met Victoria had zes jaren lang geduurd en in dien tijd haddep de thans gehuwden reeds eene hartelijke genegenheid voor elkander opgevat. De conservative bladen nemen het hoogst kwalijk, dat Lord We 1 ligt or. geene uitnoodiging tot het dejeuner ten Hove, noch tot eenig ander diner ont vangen had. In het Hooger-Huis heeft Lord Melbourne den nden aangekondigd, dat hij eerstdaags een voorstel zou doen, om een adres van gelukwensching aan Hare Maj. aan te bieden. In het Lager-Huis heeft men zich met eene motie van den heer T. Dun. combe bezig gehouden, die verlangde dat een ontwerp van wet zon worden ingediend, waarbij al degenen die zich niet in gemoede met de leerstellingen der Gevestigde Kerk konden vereenigen van de betaling der belasting ten behoeve dier Kerk ontslagen zouden worden. De Minister Russell en Dr. hushington wederlegden de redenen, die de spreker voor zijne meening aan voerde, en de motie werd met 117 tegen 66 stemmen verworpen, De begrootingen van oorlog, welke thans gedrukt zijn, doen eene ver meerdering, in vergelijking met het vorige jaar, zien van 11,294, waarvoor 32,772 st. hooger is uitgetrokken. De vermeerdering van magt is 3548 man voor het Vereenigd Koningrijk en de koloniën, en 7746 voor de Oost- Indiën. De Fransche Gezant Sebastiani heeft, na een afscheidsgehoor bij Hare Maj. vóór haar huwelijk gehad te hebben, Londen verlaten. F R A N K R IJ K. Parijs den 14 Febmarij. Er is door de Commissie tot conversie der ren ten met 6 tegen 3 stemmen vastgestelddat aan de houders twee soorten van effecten zullen worden aangeboden, namenlijk een 4J Pet. i pari en een of verscheiden fondsen met vermeerdering van kapitaal. De Commissie, die belast is met het onderzoek der conceptwet voorde dotatie van den Hertog van Nemoursheeft ook met 6 tegen 3 stemmen be slist, dat de bijzondere domein-goederen tot onderhoud van het aanstaande huishouden des Hertogs ontoereikend waren en hem 500,000 fr. behoorden toegelegd te worden. In de Kamer der Afgevaardigden is de wet omtrent een nieuw regle ment voor de orde van het Legioen van Eer met 158 tegen 150 aangenomen. Dit nieuw reglement bevat, dat tot 1850 slechts de helft van het getal der overleden Ridders door nieuwe benoemingen mag aangevuld worden en nie. mand een hoogeren graad kan verkrijgen voor ten minste vier jaren den vorigen graad te hebben gehad. Elke nieuwe benoeming moet door den Moniteur worden bekend gemaakt. De Generaal Sebastiani is uit Londen te Parijs den 13 Februari) aange. komen. Her vertrek van den heer Cuizot naar Londen blijft op den i8den bepaald. Met veel leedwezen berigt men uit Parijs, dat de Maarschalk Maison den i3den aan eene zinkingziekte, tot groot verlies van het oude leger, de hooge staatkunde en het nieuwe en liberale Frankrijk, in den ouderdom van 69 jaren overleden is. Zijn dood is onverwachts, daar de ziekte niet voor gevaarlijk beschouwd werd, doch het opengaan van eene oude wond moet veel tot verhaasting van zijn sterven hebben bflgebragt. De Fransche Maatschappij tot afschaffing der slavernij heeft den joden Februarij, onder voorzitting van den bekenden Afgevaardigde Oiillon Barrot, eene. vergadering gehouden, waarin Lamartine eene schoone voor de vuist gehouden redevoering heeft uitgesproken, waarin hij het denkbeeld ontwik kelde, dat geen schepsel Gods meer het eigendom van een ander schepsel mogt z(jn. Het geheel eiland Porquerolles, nabij Toulon gelegen, is dezer dagen onder eene vjjfentwintig-daagsche quarantaine gesteld, om dat de Kapitein en manschappen van een schip, die voorgaven van Talamone in Toskane te komen, maar werkelijk van Konstantinope! kwamen, met de inwoners van dat eiland verkeerd hadden. Uit Toulon wordt berigt, dat er vandaar met 2 stoombooten 1000 man naar Algerie vertrokken waa, om de zeeplaats Scherschel ten westen van Algiers gelegen te bezetten. Een brief uic Algiers van 25Sten Januarij, bevat omtrent die plaats het volgende: De stad Scherschel, nabij welke de onlangs vermelde zeeroof gepleegd was, is in een toestand van voortdurend bombardement. Geen schip der Koninglijke marine vaart er voorbijzonder er ettelijke kogels in te werpen. Drie dagen geleden schoot de brik TEuryale in dezer voege 200 kogels op Scherschel. Eergisteren was de beurt aan de stoomboot la Chimère, die 150 kogelt verschoot. Ondertusschen zijn de steden in dit land niet zoo dik ge zaaid, dat men dezelve ligtzinnig behoorde te vernielen, en dit doet men op bet oogenblik dat een veldtogt staat geopend te wordendie misschien het bezetten van Scherschel noodzakelijk kan makenOverigens weet men zeer wel, dat de daad van zeeroof, welke men straft, door de Kabylen van den stam Schenuah, die het gebergte rondom Scherschel bewonen, gepleegd geworden is en dat de stedelingen daaraan geen deel gehad hebben. Zij onderhielden met ons eenen gedurigen handel in graanonder anderen tarwe, pottebakkers waren, enz., en hadden geene reden om ons aan te tasten. De Fransche troepen in Algerie bedragen voor het tegenwoordige 59,500 man; hiervan kunnen 46,000 de velddienst verrigten; het leger heeft 5000 paarden en 800 muilezels. Men zegt, dat gisteren tijdingen uit Afrika aan het Ministerie van Oorlog zijn ontvangenvolgens welke de Arabierenten getale van 8 tot 10,000 ruiters, eenen aanval op de Fransche troepen naar de zijde van Con. stantine zouden ondernomen hebben. De vijand schijnt echter met verlies teruggeslagen te zijnterwijl de Fransche soldaten daarbjj weinig zouden geleden hebben. B E L G I E. Uit Brussel schrijft men, dat een groot aantal Belgische officieren van alle wapenen en rang aanvraag hadden gedaan om onder het Fransch leger, dat naar Afrika overgebragt wordt, te mogen dienst nemen. De Regering echter, vóór dit toe ie staan, heeft den Minister van Oorlog hieromtrent geraadpleegd, welke echte- nog geen antwoord heeft gegeven. De zich aangeboden hebbende cfficie-en zouden zeer begeerig zijn om het verlof te ontvangen, en men meende te Brussel, dat hunne handelwijs strekken zou, om de onderlinge vriendschap tusschen Frankrijk en Belgie nog te versterken. In Belgie zou er bij de Regering ernstig gedacht worden over het af schaffen van de muziek-corpsen bij het leger, met enkele uitzonderingen slechts; hierdoor zouden voor de schatkist 250,000 fr. bespaard worden. De Belgische Regering heeft verboden, dat de Rotterdammer stoom boot, die te Antwerpen ren half acht ure des avonds aankomst, des nachts mag lossen, waardoor het onmogelijk wordt, dat er dagelijks eene regelma- tige dienst tusschen heide steden plaats hebbe. Een verzoek bij de Rege. ring ingediend, om daarin verandering te hebben, moet van de hand zijn gewezen. Dat de heer Ouvrard met de Spaansche Regering zou onderhandelen over het aankoopen der Philippijnsche eilanden, om die tot eene Belgische kolonie te vormen, wordt als geheel verzonnen verklaard. MENGELINGEN. DE PALE TOT. Sedert de regering van Lodewijk XIII.is de Fransche kleederdragt der. mate in verval geraakt, dat zij van toen af dagelijks meer van hare oor spronkelijke sierlijkheid verloren heeft en eindelijk in dien toestand geraakt is, waarin wij dezelve heden zien. De hemel weet, waar zij met hare prozaïsche hervormingen en nieuwigheden eindelijk heen wil. Tot de zestiende eeuw behoort het schitterendste tijdperk der Fransche dragten de tegenwoordige dandys zouden bij die ten ttjde van Hendrik III een zeer beklagenswaardig figuur maken. Men kan het echter niet zeer betreuren, dat de volstandige dragt der liguistische periode niet tot op on. zen tijd is bewaard gebleven, daar de tijd, de gewoonten, de nieuwe zeden en gebruiken van het maatschappelijk leven, zekere veranderingen noodza kelijk maakten en het tamelijk vreemd zoude zijn, indien een elegant, met fluweelen spitshoed, halskraag en met goud gestikt wambuis enz. op de beurs kwam. Niettemin blijft er tusschen de dragt der 'zestiende eeuw en de onze, eene onmetelijke kloof bestaan, waarin de Fransche bevalligheid en elegance verdwenen zijn, en bijzonder moet het opvallen, dat men zoo weinige pogingen aangewend heeft, om aan ons gewaad weder eenige sier lijkheid te verleenen. Na de revolutie, wel is waar, muntten de vrouwen aoor hare onvermoeide pogingen, ten voordeele der mode, uit; maar, wel verre van haar na te volgen, overdreven veel meer de zoogenaamde mer. veillieux het belagchelijke kostuum, dat van de minat poëtische menschen ontleend was, en te gelijker tijd aan den kwaker, den jockey en den Ame. rikaanichen planter herinnerde. De St. Simonisten hebben zich ernstig bezig gehouden met de kleeder dragt, maar hunne pogingen zijn niet gelukt, mogelijk omdat dezelve met vele andere belagchelijke nieuwigheden in verband atonden. Veel beter zoude eene zoodanige poging opgenomen worden, zoo dezelve van de zijde der jonge lieden uit de elegante wereld voortkwam. Maar in plaats van zich biermede bezig te houden, verergeren zij dien beklagenswaardigen toe stand nog, en voor korteu tijd hebben zij het zeldzaamste, smakeloosste en wonderlijkste kleedingstuk, dat men zich maar ooit zoude hebben kunnen bedenken, voor den dag gebragt; men noemt het paletot. Deze paletot bestaat uit eene soort van overtreksel, zak of foeteraal, zoodat wanneer iemand gebogcheid, scheef of anderzins mismaakt is, hij slechts eene zoodanige paletot behoeft aan te trekkenom er als ieder ander mensch uit te zien. De paietot verstoort overigens ook alle volmaaktheid des menscheiijken ligchaams, en wat de pantalons voor de beenen der negen tiende eeuw zijn, ia de paletpt voor het ligchaim hij verbergt hetzelve namelijk geheel. En welk nut doet dezelve daarentegen? Door welke voor. deelen vergoedt hij zijn ongevallig uiterlijk? Alleen door eenige makkelijk heid, en nog zijn daartoe de mouwen te naauw. Dezelve is minder warm dan jas of mantel, en stelt daarenboven degenen die denzelven dragen aan onberekenbare verlegenheden bloot; want in den paletot ziet een ieder er gelijk uit en daaruit ontstasn zeldzame avonturen welke aan het karnaval herinneren, en de intrigues van een gemaskerd bal op straat verplaatsen. De mannen trekken namelijk den paletot aan, welke een Domino in het klein voorstelt, en bedekken zich het gezigt, niet met een bordpapier masker, maar met eene strook wollen stof, welke men cache nes noemt, zoodat zij, op deze wijze gekleed, het strengste incognito bewaren. Zie hier een der koddige avonturen waartoe deze dragt zoo menigvuldig aanleiding geeft: Kort geleden ging een dandy over de boulevard des Ita'.ienshij was in eenen paletot gehuld, en zijn aangezigt in eenen langen cachemiregewikkeld. Een hem onbekend welgekleed heer nadert hem vertrouwelijk, en zegt: „Goede morgen! Hoe gaat het? Gij zjjt waarlijk dezen morgen vroeg opge- staan na den geheelen nacht aan de speeltafel doorgebragt te hebben." De dandy wilde daarop antwoorden: „Gij vergist u mijnheer!" maar de cache-nes sloot hem den mond, en de onbekende vervolgde: „Ik wilde zoo bij u komen, want speelschulden zijn mij altoos heilig geweest; daar ik u echter nu ontmoet zoo zal ik hier dadelijk mijne schuld afdoen." De dandy trok nu de handen uit de zak, om de shawl, welke hem het spreken belette los te maken; deze beweging maakt de onbekende zich ten nutte om hem vriendschappelijk de regter hand te drukken, en hem inde linker eene rol met goudstukken te schuiven. „Zoo, nu zijn wij van elkander af. Wil mij inmid. dels verontschuldigen, het slaat reeds twaalf ure, en lk moet elders zijn; adieu." Daarmede liep hij haastig weg en sloeg den hoek om, de strait Faitbont In, De dandy liep hem ijlings achter na, doch struikelde voor het café Tortoni, en ttoen hij opstondwas de onbekende verdwenen. In de rol bevonden zich 25 louis d'or. Dit voorval baarde den dandy natuurlijkerwijze groote verwondering, en gaf hem aanleiding tot menige philosophische beschou wing. Hoe zal ik doen, zeide hij tot zich zeiven, om dit geld, aan hem, die het mij op eene zoo zonderlinge wijze heeft gegeven, terug te bezor gen. Zonder twijfel zsl men weldra van hem zeggen, dat hij zijne speel, schulden niet betaalt; want wanneer zijn schuldeischer de 25 louis d'or van hem zal vorderen, antwoordt hij hem natuurlijk, dat hij hem reeds betaald heeft, en daaruit kan zeer spoedig een strijd ontstaan, welke beide partijen in de openbare achting doet dalen. Eindelijk komt bet nog tot een duel waarbij mogelijkerwijze een hunner het leven verliest. Tusschen 5 en 6 ure des avonds was de dandy nog atoos in deze gedachten verzonden, en de 25 louis d'or lagen hem zwtar als lood op het hart. Ongelukkigerwijze zoebe hij te vergeefs zich het gezigt des onbekenden te herinnerenwant het was een dier alledaagsche physionomiënwelke geenen indruk hoegenaamd ach. terlaten. Werktuigelijk was onze nog altoos ingebakerde jonge vriend voor een modewinkel blijven staan, toen onvoorziens eene dame uit dezelve trad en hem snel de volgende geheimnisvolle woorden toevoegde: ^Het verheugt mijdat gij zoo punctueel zijt. Heden avond alzoo op het bil Ventadour. Gij zult een zwarte domino dragen en aan deze roode bloem zal ik u herken nen. Daar, neem; adieu." Hierop verwijderde zij zich en de dandy bleef verstomd met de bloem in de hand staan. „Zonderling," zeide de jongeling, het is als of mij heden niet dan zeldzame avonturen beschoren zijn. Maar, ik zal er gebruik van maken; hetgeen mij nn toegeduwd is, heb ik veei liever dan dat van heden ochtend; het bal moet niet verzuimd worden." V(jf en twintig louis d'or en eeu liefde-avontuur zullen nu zeker nog het crediec van den paietot bevestigen; maar in den gewonen loop van zaken, zijn er meer ongelukkige dsn aangename toevallen, en gewoonlijk verliest men meer dan men wint, door voor eenen anderan gehouden te worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1840 | | pagina 3