"beletid "ten Noordoosten /llida Over de Vest, Huisvrouw van Jar. Priesten Zuidwesten Jacobus Rodenburg-, op den Kadastralen Legger Oer gemeente Soeterwonde bekend Sectie Nommers 55a, groot 47 Roeden, 30 Ellen, 553 gr. 86 E., 554 gr. x 13. 38 R. 70 E., 555 gr. 35 R. 50 E., 556 gr. I B. 40 E., 557 gr. 2 R. 66 E., 558 gr. 4 R., 559 gr. 2 R. 13 E., 560 gr. 3 R. 78 E., 561 gr. 78 £.„562 gr. 13 R. 20 E., 563 >gr. 7 R. 30 E., 564 gr. 4 R. 70 E.,s65 gr. 7 R. 30 E., 566 gr. 5 R. 20 'E., 567 gr. 16 R. 30 E., 568 gr. 4 R. 20 "E., 569 gr. 89 R. 60 E.570 gr. 84 R„ 571 gr. 1 B. 12 R. 10 E., 572 gr. 1 B. 19 R. 10 E., 573 gr. 74 R. 20 E., 574 gr. 63 R. 90 E., 575 gr. 45 E., 576 gr. 31 R. 50 E., te zamen ter grootte van 9 Bunders, 69 Roeden en 16 Ellen. Vier Partijen WEI'- èn HOCHLAND, met Moestuin en Bosch; gelegen als voren, allen naast en aan elkander, tegenover de voorschreven Partijen, aan de Zuidoostzijde van den voornoemden Weg, strekkende van denzelven Weg tot de Stompwijksche Vaart; helend ten Noordoosten zilida Óver de Vest, Huisvrouw van Jan Prins voormelden ten Zuidwesten de volgende Partij en den Heer IVillem Johannes Huygeflsop den Kadastralen Legger bekend Sectie E., Nommers 935, gr. 79 E 936 gr. 1 R. 40 E., 937 gr. I B. 13 II. 60 E., 938 gr. i B. 16 R. 10 E., 939 gr. 8 E., 940 gr. 74 E., 941 gr. 2 li. 35 R. 90 E., 942 gr. 96 E., 943 gr. 5 II. 70 E., 944 gr. 1 15. 41 R. 70 E., 945 gr. 78 R. 80 E., 946 gr. 96 R. 5°E-. 947 ër- 1 B- >3 R- 40 E., 948 gr. 65 E., 949 gr. 3 R. 66 E., 950 gr.'83 E., 951 gr. 3 '<R. 57 E., 952 gr. 1 R. 85 E., 953 gr. 85 E.,1 954 gr. 2 B. 60 R. 40 E., '965 gr. 39 E., 966 gr. 15 E., 967 gr. 21 E., 96S gr. 37 E., ter'groocte van elf Bunders, 78 Roeden en 60 Ellen. En nog twee Partijen WEI- en HOOILAND, met Boschje, 'Boomgaard en Tuin; gelegen naast de voorgaande, strekkende van den Westeindsehen Weg tot den Heer iViHem Johannes Huygcns, en tot de Stompwijksche Vaart belend ren Noordoosten de vorige Partij en den 'Heer fVillem Johannes Huygens voormeld, en ten Zuidwesten Pieter van Leeuwenop den Kadastralen Legger hekend Sectie E., Nommers955 gr. 7R., 956 gr. 23 R. 30 957 gr. 3 R. 87 E., 958 gr. a R. 20 E., 959 gr. 2 R. 47 E., 960 gr. 2 R. 85 E., 961 gr. 1 R. 83 E., 962 gr. 1 15. 53 R. 20 E., 963 gr. 1 B, 23 R. 70 E., 971 •gr. 90 R. 50 E., 972 gr. 1 B. 27 R. 60 E., ter grootte van vijf Bunders, 38 Roeden en 52 Ellen. En zulks alles te zamén om en voor de somma van Elf Duizend Vier Hon derd Guldens, buiten en -behalven de Lasten en Conditiën in gemelde Acte van Koop en Verkoop omschreven. En II. Éxtract van bovengemeld Proces-Verbaal van Veiling, Koop en .Verkoop, mede opgemaakt door genoemden Notaris Mr. Herman Oberen, ten einde in de Atxdiencie—Zaal van bovengezegde Regtbank te worden voor. gehangen, Zijude her gemelde DépAt geschied, om de voorschreve Onroerende Goe. derende te zuiveren van oningeschreven Legale Hypotheken, waarmede de ïelve belast mogten zijn, conform Art. 2194 van het in vigeur geweest zijnde Burgerlijk Wetboek en Art. 26 van de Wet op de overgang van oe vroegere tot de nieuwe Wetgeving. Leyden den 14 Mei 1839. De Procureur voor genoemden Heer Mr. J. L. CreMer. van den Bergh van Heemstede occuperende, A. A. U I L L I ZUIVERING van HYPOTHEKEN. Bij geregistreerde Exploiten van den Deurwaarder PIETER KAREL DOEFF, te Leyden, in datis elfden Mei 1839, ten verzoeke van den Heer JAN HARMEN van WENSEN, Koopman, wonende te Leyden, ten dèzë domicilie gekozen hebbende ten huize van zijnen Procureur Mr. ANDRIES ■ABRAHAM DILLIÉ, wonende te Leyden op de Hooglandsche Kerkgracnt, Wijk 7 N°. 968, geïnsinueerd aan den Wei-Edel .Geboren Heer Mr. JAN GODFRIED COSTER Particulier gewoond hebbende te Amsterdam thans woonachtig in de gemeente Aarlanderveenin qualiteit als Toeziende Voogd over de vijf minderjarige Kinderendoor Wijlen den Wei-Edel ge boren Heer Mr. PIERRE ANTOINE du PUI, in leven Hoogheemraad van Rijnland en Secretaris tier Stad Leyden, bij Vrouwe MARIANNE LOUISE BUCAILLE, in Huwelijk verwekt, genaamd NICOLAS PIERRE du PUI, Student in de Regten aan de Lcydsche Hcogeschool, CATHARINE MARIE LOUISE, ROSALIE CELIE JACQUELINE, MEINARD SIMON en JEAN CORNEILLE du PUI, daartoe benoemd bij besluit van eenen Fa milieraad, gehouden te Leyden, den 49 September 1838, onder voorzitting Van Mijnheer den Vrede-Regter van het Kanton N°. 1 der stad Leyden,blij kens Proces-Verbaal daarvan ten zeiven dage uitgebragt behoorlijk geregi. streerd; alsmede aan den Edel Achtbaren Heer Ofpcier van Justitie bij de Arrondissements Regtbank zitting houdende te Leyden, is kenbaar ge maakt dat door den Ondergeteekenden Procureur ter Griffie van evengemelde Regtbank zijn gedeponeerd: I. Een geregistreerd Copie Collationnée, opgemaakt door den Notaris Mr. HERMAN OBREEN, residerende te Leyden, den 27 April 1839, van een Proces-Verbaal van Veiling, Koop en Verkoop, op den 16 Maart 1839, ten overstaan van hem Notaris, in presentie van getuigen en in tegenwool. digheid van den voormelden Wel-Edelen Geboren Heer Mr. Jan Godfried Costi-R, in zijne voorschreve qualiteit, en van den Edel Achtbaren Heer Kanton-Regter van het Eerste Kanton, in het Arrondissement Leyden gehou den, waarbij door den Wei-Edel Geboren Heer Mr. JEAN CORNEILLE BUCAILLE Hoogheemraad van Rijnland en lid van den Raad der stad Ley den aldaar woonachtig, als gemachtigde van voormelde Vrouwe Marianne Louise BuCaille, wonende te Leyden, Weduwe van den Wei-Edel Gebo- ren Heer Mr. Pierre Antoine du Pui, voornoemd, met wiep zij buiten gemeenschap van goederen is gehuwd, zoo voor haar zelve als eenige erf gename voor het beschikbaar gedeelte der nalatenschap van gemelde haren Echtgenoot, ingevolge deszelfs Testament, op den 13 Maart 1818, voorden Notaris HENDRIK ROSKES en Getuigen te Leyden gepasseerd, eh kis Moeder en Voogdesse over hare vijf hiervorengemelde minderjarige kinde ren op welke het overige of onbeschikbaar gedeelte der nalatenschap huns genoemden Vader, is overgegaan als deszelfs eenige Descendenten; en welke nalatehschap door de gezegde Vrouwe Marianne Louise Ëucaille, zoo voor haar zelf als voor gedachte minderjarigen onder het voorregt van Boe del-Beschrijving is aanvaard; aan den Heer Jan Harmen van Wensen, voornoemd, is Verkocht, en door denzelven GekochtEen HUIS en ERVE, staande en gelegen aan de Zuidzijde van de Nobel of Breedestraat, binnen de stad Leyden, tegen over het Raadhuis derZelve Stad, met een Géboiiw.aan de Westzijde van de Wolsteeg, aldaar eenen uitgang hebbende, bevorens geweest zijnde onderscheidene Perceelendoch thans aan elkander Verheeld, belendende op de Breedestraat, aan de eene zijde Johanna Onos, Weduwe Johannes la Lauen aan de andere zijde Paulus Hemelryk Gerritszoonen in de Wolsteeg aan de eene zijde denzelven Heer Hemelryk, en aan de andere zijde Gerrit fVagentansbekend onder het bon Wolhuis, Nommers 14, 13, 196 en 197, Wijk IV N°. 298, en op den Kadastralen Legger Sectie G, N°. 356, ter grootte van 4 Roeden 75 Ellen, en zulks om en voor de som van Negen Duizend zicht Honderd Guldens, buiten en behalven de Lasten en Conditiën in gemelde Acte van Koop en Verkoop omschreven. En II. Extract van bovengemeld Proces-Verbaal van Veiling, Koop eti Verkoop, mede opgemaakt door genoemden Notaris Mr. Herman Obreen, ten einde in de Audientie-Zaa! van bovengezegde Regtbank te worden voorgehangen. Zijnde het gemelde Dëpót geschied, om het voorschreve Huis en Erve te zuiveren van oningeschreven Legale Hypotheken, waarmede hetzelve moge zijn belasteonform Art. 2194 van het in vigeur geweest zijnde Burgerlijk Wetboek, en At. 26 van de Wet op de overgang van de vroegere tot de nieuwe Wetgeving. Leyden den 14 Mei 1839. De Procureur, occuperende voor genoemden Heer J. H. van Wensen. A. A. DILLIÉ. ZUIVERING va'N HYPOTHEKEN. Bij geregistreerd Exploit van den Deurwaarder PIETER KAREL DOEFF, te Leyden, in dato elfden Mei 1839, ten verzoeke van HENDRIK JACO BUS VALK, Timmermangewoond hebbende te Leyden, thans wonende in de gemeente Koudekerk, domicilie gekozen hebbende ten huize van zijnen Procureur Mr. ANDRIES ABRAHAM DILLIÉ, wonende te Leyden op de Hooglandsche Kerkgracht, Wijk 7 N".968geinsinueerd aan JOHANN HER. MAN LANDWEHR, Holleblokmaker, wonende te Koudekerk, in qualiteic vin Toeziende Voogd over de drie minderjarige Kinderen van REINIER KOEKKOEK, Tapper, Logementhouder, Smit en iVagemaker, mede wonende te Koudekerk, bij zijne overledene Huisvrouw-JANNETJE van der SPEK; in Huwelijk verwekt, genaamd REINIËR, JANNETJE en ADR1ANA KOEKKOEK, als zoodanig benoemd en aangesteld bij besluit van eenen Fuiliilieraaugehouden onder voorzitting van den Heer Vrede-Regter. vaq ;hec Kanton Woubtugge, blijkens Proces-Verbaal van dato 20 February 1838, behoorlijk geregistreerd; aismede aan den Edel Achtbaren Heer Officier van Justitie bij de Arrondisseinents-Regtbankzitting houdende te Leyden-, -is kenoaar gemaakt, dat door tien Ondergeteekenden Procureur ter Griffie van evengemelde Regtbank zijn gedeponeerd: I. Een geregistreerd Cupie Collationnée, opgemaakt door den Notaris NI- COLAAS SA1V1SOM, residerende te Koudekerk, den 24 April 1839, van een Pioces-Verbaal van publieke Veiling, Koop en Verkoop, gehouden een overstaan van hem Notaris, in tegenwoordigheid van den voormelden Johann Herman Landwehr, in zijne voorschreve qualiteiten in bijwezen van Getui* gen, den 7, 18 en 21 Maart 1839, almede behoorlijk geregistreerd, waaruit blijkt, dat door Reinier Koekkoek voornoemd, Weduwenaar van Jannetje van der Spek, met welke hij de natemelden Onroerende Goederen in gemeen, schap heeft bezeten zoo voor zich zelf en als Erfgenaam voor een vierde part in eigendom en een ander vierde part in vruchtgebruikvan gemelde zijne overledene Huisvrouw, uit krachte van haar Testament op den 13 Maart 1829, voor genoemden Notaris Samsom, in presentie van Getuigen gepas- seerd, door haar op den 26 December 1837 met den dood bekrachtigden den i5den Maart 1838 te Woubrugge geregistreerd, en nog ais Vader en wettige Voogd over zijne voormelde drie minderjarige Kinderen, bij Wijle zijne gezegde Huisvrouw in Huwelijk verwekt, welke minderjarigen bevoegd zijn zich te gedragen als Erfgenamen voor drie vierde parten van gezegde hunne overledene Moeder, (edoch ten aanzien van een vierde part, onder tien last van het aan hunnen Vaaer, gedachte Reinier Koekkoek bij voorsz. Testament besprokene vruchtgebruik aan den voornoemden Hendrik Jacö- bus Valk, is Verkocht en door denzelven gekocht-: N°. 1. Een HUIS en ERVE, staande en gelegen in Wijk A, binnen de gemeente van Koudekerk, gequoteerd -Nommer |f, waarin de Herbergiers- en Tappers-Nering wordt uitgeoefend, genaamd HE NEDERL/iNDsCOÈ ■LEEUiV, met de daaraan verbondene Kolfbaanbenevens zes Woonhnisjes en een gedeelte van den Uiterdijk, hierna onder N". q. omschreven, op deil Kadastralen Legger der gemeente, voorkomende als buitengrond, onder Sec- tie A, met de volgende Nommers, benamingen en grootte, te weten N°. 307 Watering groot 3 Roeden 60 Ellen, N°. 455 Huis groot 18 E., waarbij gevoegd van N°. 454, Erf gr. 2 R. 54 E., bij splitsing 17 E., dus te za men 35 E. N°. 45Ó Huis gr. 18 E., waarbij gevoegd van N°. 454, Erf gr. 2 R. 54 E.bij splitsing 17 E.; alzoo te zamen 35 E., N°. 457 Huia gr. 66 E., N°. 458 Huis gr. 22 E.N°. 459 Huis en Erf gr. 3 R. 80 E., voorin de daaroversiaande In- en Uitrij—Stallingbenevens Paardenstal en de daaraan verbondene drie Woonhuizen met de daarop volgende Loods, en dedaarachter gelegen Graskamp, op voormelden Kadastralen Legger mede bekend onder Sectie A, Hondsdijksche Polder, onder de na te vermelde Nommers, bena mirigen en grootte als: N°. 645 Stal en Ert gr. 1 R. 2-0 E., N°. 646 Huis en Erf gr. 55 E., N°. 647 Huis en Erf gr. 55 E., N°. 648 Huis en Erf gr. 55 E., waarbij gevoegd van N°. 650 Wagenmakerij, Schoqr en Erf gr. 7 R. 10 E., bij splitsing 1 R. 96 E.dus te zamen 2 R. 51 E.N°. 651 Weg gr. 2 R. 3 E., N". 652 Weiland gr. 16 R. 60 E., N°. 653 Kade gr. 1 R. 20 E. N°. 2. Eene UITERDIJK, gelegen tusschen den Weg en Rijn, in de gemeente van Koudekerk, op den Kadastralen Legger dier gemeente bekend, als buitengrond onder Sectie A, met N3. 454 Erf gr. 2 R. 54 E., doch waarvan bij splitsing genomen, en gevoegd bij N°. 455 van denzelven Leg ger 17 E.en bij N°. 456 medp 17 E., blijvende alzoo N°. 454 per resto 2 R. 20 E., zich uitstrekkende van de Opschepingsplaatsbehoorende aan de Woning Bijkerk, tot aan de gedeelten gronds van deze Uiterdijk, getrok. ken bij de Huizen op den Kadastralen Legger onder N°. 455 en 456 voórko. mende, hierboven vermeld. En N°. 3. Een GEBOUW, waarin Woonhuis, SmederijWagenmakerij eh Bergplaats voor Rijtuigen met het Erf daarbij behoorende, staande en gelegen in den Hondsdijkschen Polder te Koudekerk, Wijk A, (ongenom- raerd) op den Kadastralen Legger der gemeente, voorkomende onder Sec tie A met N°. 649, als Huis en Erf gr. 55 E. en met N°. 650 als Wagen, makerij, Schuur en Erf, ter gr. vap 7 R. 10 E.doch waarvan eene R. 96E., bij de splitsing is gevoegd bij liet Perceel op den Kadastralen LeggerN°.648 voorkomende, blijvende alzoo dit Perceel per resto gr. 5 R. 14 E., en zulks alles te zamen om en voor de som van Drie Duizend Zes Honderd Vijf en Dertig Guldens, buiten en behslven de Lasten en Conditiën in gemelde Acte van Veilig, Koop en Verkoop breder omschreven. En II. Extract van bovengemeld Proces-Verbaal van Verkoop, mede opgemaakt door gehoemden Notaris Nicolaas Samsöm, ten einde in de Audientie-Zaal van bovengezegde Regtbank te worden voorgehangen* Zijnde het gemelde Dépót geschied om het voorscbréveh Onroerend Goed te zuiveren van oningeschrevene Legale Hypotheken, waarmede hetzelve belast mogt zijn, conform Art. 2194 van het in vigeur geweest zijnde Bur gerlijk Wetboek en Art* 26 van de Wet op de ovetgang Van de vroegere tot de nieuwe Wetgeving* Leyden den 14 Mei 1839* De Procureur voor genoemde II. J. Valk occupeerende, A. A. D I L L I i* De bekende en onbekende Schuldeisschers in den Boedel en Nalaten schap van Wijlen Mejufvrouw JANNETJE MARIA van OOSTERHOUT, zonder beroep, gewoond hebbende en overleden te Schoonhoven, buiten gemeenschap van goederen gehuwd geweest met mede Wijlen ARIS van WAGCHEM, worden bij deze, ingevolge Artikel 1082 van het Burgerlijk Wetboek, opgeroepen, om te compareeren op Zatnrdag den nten Jnnij 1839, des voormiddags ten elf ureten Kantoie van den Notaris J. J. HOFSTEDE te Schoonhoven, ten einde aan te hooren de REKENING en VERANT7 WOORDING, wegens het beheer van den Beneficiairen Erfgenaam in den' Boedel en Nalatenschap van Wijlen voornoemde Mejufvrouw JANNETJE MARIA van OOSTERHOUT. D. MARCHAND berigt langs dezen Weg, dat zijn DÉPOT vari GEMAAKTE KLEEDEREN tot den lödett dezer alhier ter Stede zal ge- vestigd blijven; dankende hij tevens de respectieve Ingezetenen dezer Stad; voor de gunst, met welke zijlieden hefn hebben gelieven te verleenen. 1 1 1 1 1 -, EijdeWed. ANTHONY de KLOPPER en ZOON, te Leyden;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 2