A°. IS39. leydsche WOENSDAG, NEDERLANDEN. 49. K37 DUITSCHLAND. OlIRANT. GROöT-BRlT ANNIE. 'Leyden den 23sten April. feen bijzondere brief uit 's Gravenhage van den aosten April meldt, dat •èe uit Petersburg verwachte renbode bij Z.-K. H. den Grootvorst-Troon, •opvolger van Rusland over Engeland te *s Hage was aangekomen; dat er klooit sprake geweest is, dat Z. K. H. de Grootvorst niet naar Engeland igaan zou, maar dat de Grootvorst zeer waarschijnlijk tot het laatst dezer knaand te 'sHage zou vertoeven, omdat den 49 dezer (den i^den volgens Russische rekening} zijn verjaardag invalt, dien de Grootvorst liever onder zijne famielje te 's Gravenhage, dan te Londen zal vieren. Het Algemeen Handelsblad van heden meldt ondertusschen, dat de reis van den Grootvorst naar Engeland tot het volgende jaar is uitgesteld geworden. In den namiddag van den sisten dezer is een renbode van het Neder landsch Gezantschap te Londen, te *s Hage aangekomen, het stel der eind en vredestractaten overbrengende, voor Zijne Maj. onzen Koning, welke thans geteekend zijn. (Zie beneden onder Engeland.} In het Dagblad van 's Gravenhage leest men van den sr April: Wij kunnen het genoegen hebben mede te deelen, dat H. K. K. H. Me vrouw de Prinses van Oranje, die wegens ongesteldheid te Amsterdam was achtergebleven, heden middag alhier aangekomen is. Gisteren hééft Z. K. H. Pribs Fredetik der Nederlanden een dejeuner op het Huis tbr Horst gêgevén aan Z. K. H. den Grootvorst van Rusland en de leden van het Kóninglijke geslacht. Laatstleden Donderdag is alhier, in den ouderdom van 74 Jaren, over leden, de Graaf A. de Norman, Kamerheer van Zijne Maj. den Koning. Heden hebben dé wagéns van Dietz voor de eerstemaal de dienst tus. schen déze Residentie en Scheveningen gedaan, Bij Koninglijk besluit van 19 April iijn gedaan de volgende benoemingen: In de provincie Holland. Tot regters-plaatsvervingersbij de arróndissements-regtbank te Hoorn, mr. Dirk van Akerlaken (de zoonbij de arróndissements-regtbank te Dor- drécht, mr. Coriieiltc Aarièn Vrïèiétiibrponder bepaling dat hij afstand zal ■doen van de tegenwoordig door hem bekleedde functien van plaatsvervanger van deti kantoiiregtéf te DördréCht, én tér. Jbhames Sbrva'as Lorsyï tot kantonregter te Weesip, in bet arrondissement Amsterdam, Franciscus Boogaard, laatstelijk griffier van het vredegeregt te Zaandam, en zulKs in plaats van nir. J. Schimmel. die deze fuftctien niet heeft aanvaard tot plaatsvervanger van den katironregter: van het kantongeregt teWeesp, arrondissement Amsterdam, Dirk van der Horsten zulk» in de plaats vaii J. F. Eijmanndie deze functien niet heeft aanvaard van her kantongeregt te Alkmaar;'arrondissement van dien naam, Adrianut Belten, oud-vrederegtêl aldaar, en zulks in plaats van T. H. Blom Jz., die deze functjen niet heeft aanvaard; van hec kantongeregt te Enkhuizen, arrondissement Hoorn, Klaas Repelius, en zulks in de plaats van mr. D. P. Ris, die de hem opgedragene functien niet heeft aanvaard; van het kantongeregt te Haarlem, arrondisse ment van dien naam, jonkh. Louis Jacques Queries van UJforioud lid van de regtbank van koophandel te Haarlem, en zulka in plaats van mr. J. P. Tcding van Berkhoutdie de hen opgedragene functien niet heefc aanvaard; van het kantongeregt te ''sGravenhage, arrondissement van dien naam, mr. Willem Maüritz de Brtsiiwen zulks ter vervanging van mr. T. Schepman, die, de hem opgedragene functien niet heeft aanvaardvan het kanton, geregt te Woiibrligge, arrondisSCmènt Leiden, P. van der Min, eri Zulks in plaats Vin LeenJert Kalkoven, die van zijne benóemirig tot die functien heèft af. gezien; van bét kantongeregt te Alphen, arrondissement Leiden, Lëcndtri Kalkovenvan het kantongeregt te Vlaardingenarrondissement Rotterdam, Hendrik Dirk van der Örifi, en zulks ter vervanging van mr. J. C. Ver kade overleden; van het kantongeregt te Schiedamarrondissement Rotterdam, mr. Karei Arnold PoertindHen znlks in. plaats van mr. j. D. Hoekwater j. Wz., Wélke dié functien niet heeft aanvaard; van het kantongeregt te Hii. legersberg, arrondissement Rotterdam, Dirk Cornells Kleij; tot griffier van het kantongeregt te Oud-Beijerland, arrondissement Dor drecht, mr. Willem Wijnaendts, en zulks in plaats van M. M. Schepman, die zijne benoeming tot die functien niet heeft aangenomen; tot plaatsvervangers van de kantonregtersin het kantongeregt te Brielle arrondissement van dien naam, Johan Wilhelm Hein en Pieter van den Andel, ook ter vervanging van J. van der Minne, die de hem opgedragene functien niet heeft aanvaard; in het kantongeregt te Sommelsdijk, arrondissement Brielle, Benjamin Hypolite Van de Wall, en zulks ter vervanging van David Gbekoop, die de hem opgedragene functien niet heeft aanvaard. Uit Amsterdam meldt men nOg van den Sisten Aprildat 2. K. H. de Grootvorst aan de zangers en den kapelmeester bij dé Grieksche Kerk al. daar, f 200 en aan de Kerk zelve ióoö geschonken heeft. Uit Utrecht meldt men van den ai Aprjl het volgende: Wij vernemen, dat aan den heer Van Hees van Berkel, Officier van Justitie alhier, onlangs uit Brussel de gouden eerepenning is toegezonden, met wel. ken hfj in den jare 1829, even voor het uitbarsten der Belgische omwente. ling, als schrijver eener verhandeling over het staatkundig stelsel der gemeen, ten in Nederland, door het Koninglijk Instituut aldaar, was bekroond gewor den. Op die gouden medaille prijkt nog, even als voorheen, het borstbeeld onzes dierbaren Konings, geenzins dat van Leopold. De titel alleen heeft men in bet omschrift veranderd, en in den geest der omwentelingsgezinden gewijzigd, daar niet Willem l. Koning der Nederlandenidaar Willem I. Kt. hing der Nederlatsdersin hetzelve gelezen wordt. "i, Uit Frankfort meldt men, dat het tusschen de DultsChe Staten en Neder, land gesloten handelstrsctaat, thans door al de Staten van het Duitsche Tol. Verbond geteekend is, Uit Dantzig meldt men van den loden dezer, dat de ijsgsng op de Wèichsei aldaar gelukkig afgeloopen is, maar dat hooger op, bij Marien, burgde dijken voor den hevjgen aandrang van het ijs hebben moeten be- zwijken, en daardoor eetie oppervlakte van 9 kwadraatrrjijien, ongeveer iód gemeenten en 30,000 ingezetenen bevattende, diep onder water gezet is; tailooze gebouwen stonden tot aan het dak onder water, en, vele waren reeds ingestort. De eliende, bij eene koude van 12 tot 18 graden vorst, was oabeschrljffeljjlL. r. In den avond eh nacht van den 5 April heeft rtién re Florence onder, scheiden weinig hevige schokken van aardbeving gevoeld. 04 APRIL. Londen den 21 April. Officiële berigten melden, dat het tractaat tus. schen Nederlanden en Belgieen dat tusschen die béide Staten en de 5 Mogend* hedenin 'Conferentie verecnigdVrijdag naniiddag geteekend zijn. Door dén Belgischen Gezant van de PPeijer waren den i4den dezer nóg eenige mededeélmgen aan de 'Conferentie gedaan, ten aanzien van eenige pnnten in het traktaat, waarop den ï8den de volgende verklaring van de Gezanten der vijf Mogendheden nan van de tVéyer is ingediend, waaruit men genoegzaam verstaan zal, wat die punten bevatteden: VERKtAÏUNG DER CONFERENCIE VAN 18 APRIL. Be Gevohnr.gtigden der Vijf Hovenaan Zijne :Exc. den Gevolmagtigde van Zijne Majden Koning der Belgen, Foreign Office, 18 April 1839. tie óndérgeteekenden Gevólmag'tigden dér Höven van OostenrijkFrankrykGroot- •Britannie, P'rnissen en RtiSland^ hebben de nóti, waarbij verschillende annexen gevoegd zijn, en welke de 'Gevolmagtigde van -Zijne Maj. den Konmg der Belgen hun de eer heeft aSngedaauden i^den deZer aan te bieden, ontvangen, en zij veTbeugen Zich uit •den inhoud van dat stuk te ontwaren, dat de gevoelens die hec Belgisch Gouvernement bezielenvan dien aard zijndat zij eeua dadelyke en definitieve oplossing van de Hol- landsch Belgische quaeScie beloven. De ondergeteekenden zijn in het geval öfh te herhalen ten opzigte van de onderwer pen; in de drie eéfste nnnexen van de nota van den Gevolmagtigde van -Zijne Maj. den Koning der Belgen aangèvóerdhetgeen zy de eer gehad hebbenin tranne nota van 4 February te verklaren, te weten: dat, op het standpunt, waarop de onderhandeling thans gevorderd is, en sints de bloote en eenvoudige toetreding van Zjjne Maj. deft Koning der Nederlanden tot de acten Van 23 Januarij, zij niet zouden kimden treden in discussionOmtrent eenigerlei nieuw voorstelen dat de bepalingen der genoemde acten evenmin als derzelver inhoudniet meer vatbaar zyn voor eenige veranderingen'of bijvoeging. De ondergeteekendenkunnen dien ten gevolge, de in de annexe A voorgestelde bepa ling ten aanzien der gevraagde godsdienstige en staatkundige vrijhedenten voordeele Van de bewoners der deelen van Limburg en Luxemburg, die onder de éegering van den Koning-Groothertog terugkeerenniet aannemen. Zij doen opmerken, dat de geZegde vrijhedendie uit haren aard uitsloitend tot het gebied van het binnenlandsch beheer der Staten behooren, waaraan, uit een wettelijk oogpunt, het grondgebied in quaestie niet ■Opgehouden heeft toe te kómen, haren waarborg vinden, hetzij in de grondwet van het Koningrijk der Nederlanden waarby een gedeelte vaö het bedoelde grondgebied bésterad •is te worden gevoegdhetzij in de bepalingen van de federale constitutie van Duitsclj- land, welke op het Groothertogdom Luxemburg toepasselijk Zyrt, zoodat de vordering van den Belgischen Gevolmagtigde inderdaad zonder doel wordt. Wat lret voorstel in de annexe B betreft, omtrent de wijze van betalen Vdn Gouverne ment tot Gonvernement, ter vervanging van de dadelijke heffing van het tonnegeld op de Schelde, kunnen de Gevolmagrigdenzonder daarom te miskennen de vooïdeelen eii de gemakkelijkheid van deze Wijze van betaling vooï de beide belanghebbende partyen, echter om de opgenoemde redenen deze quaestie niet beschouwenals vatbaarom door hén behandeld te worden, terwijl het, van de Belgische en Nederlandsche Gouverne menten zal aftiangeiizich daaromtrent door önderhandsche schikking £de gré h gré te verstaanwannneer zij dit met hunne belangen overeenkomstig zullen achten. De onmogelijkheid voor de ondergeteekenden om eene verandering in de bepalingen der acten van Z3 |anuarij aan te nemen, is insgelijks toepasselijk op het bedrag der aan België Opgelegde jaarlijksche rente, als aandeel in de gemeenschappelijke schuld; alsook óp de grondslagen van de bepalingen der rentenen op het tijdstip waarop dezelve moet begin nen te loopen; onderwerpen, welke in de Annexe C van dc nota van den Belgischen 'Gevolmagtigde zyn behandeld. in de nood zak ely kheidom alles af te wyzeo, Wat tot eene nieuwe bepaling of eene wyzigirig der acten van *3 januarij zoude kunnen leidenhébben de Gevolmagtigden zich toegelegd op het onderzoek van de punten des tractaats, waaromtrent de Gevolmagtigde van Zijne Maj. den Koning der Belgen ophelderingen heeft verlangd; zy zien zich in Staat gesteld hem daaromtrent de volgende uitleggingen te geven: Ad, 1. Hét schijnt, dat er een misslag heeft plaats gehad in de bepaling van der grensscheiding op het punt van Martelange. De Commissarissen voor dé grensscheiding, aie, naar aanleiding van het tZactaat, gehouden zijn, de localiteiten en voordeelen irt aanmerking te ïiernen, die daaruit wederkeeritig zouden kunnen VoortVloeijenzüllert dit onderwerp tot voldoening der beide partijen hebben te regelen. Ad. De regten, betrekkelijk de Scheldevaart, aan de twéé partyen toegekend, en in het tractaat duidelyk omschreven, zoo als, de heffing van het eenig tonnegeld, aan den eenen kant, en de zamenwerking tot het gemeenschappelijk toézigtalsmede de vrijheid in het gebruik van loodsen, aan den anderen kant, moeten hunne toepassing vinden, dadelijk na de uitwisseling der ratificatien van het tractaat; en voor de deswege vast te stéllen reglementen, is niets anders voorbehouden, dan in de bijzonderheden de wijze té bepalénhoedanig dezelfde regten zullen worden uitgeoefend in de meéstmoge- lyke overeenstemming met het wederzijdsch belangd Ad, Het tonnegelddoor het Nederlandsche Gpiiverheméiit te heffenöp de vaart langs de Schelde én hare mondingeneen regt zijnae van erkenning en van doorvaart hééft bïj de bepaling van hetzelve geene berekening van afstanden in overweging genomen kunnen wordért. Maar mén beeft verstaandat de vaartuigen komende uit Belgie om zich naar zeè te begeven of, uit zee komende om zich te bégeven in Belgiezoowel in de eene als in de andere rigting, hetzij langs^ de Schelde hetzij dpor het kanaal van Ter neuzenaan niets anders zullen onderheving zijndan aan een éénik regt. Dienvolgens zal er noch op het Hollandsche gedeelte, riocli op het Belgische gedeelte van het kanaal tusschen Temeuzen en Gend eenig ander regt kunnen geheven worden. Ad. 4. Overeenkomstig het gebruik, dat tusschen de natiën algemeen is aangenomen. Worden de regtendie evenredig zyn aan eene inhoudsmaatnaar -die maat geheven welke bestaat in het la.n4» alwaar de heffing geschiedt. Het eenig tpnnegeld, hetwelk, ofschoon geheven te Antwerpen, ethter beschouwd woédt als geheven wordende op Ne- derlandsch gebiedmoét dïeüvólgerts voor de bodems van alle natiën gerégeld wordeii naar de Néderlandsche tón, of de kubiek eldie gelijk is aan de Fransche kubiek el en aan de tegenwoordige Belgische tonen omstreeks 35,3170 kubieke Engelsche voeten be vat. Ten aanzien van de stoomvaartüigenalgemeen aan bijzondere'bepalingen onder worpen, zijn de ondergeteekenden van gevoelen, dat de heffing van het regt geschieden moet naar hét béglnséldat de tonnen-inhoud dier vaartuigen niet verder zal berekend worden, dan voordat gedeelte hunner ruimte, hetwelk bestemd is, koopwalen als lading te bevatïen': een beginsel, hetwelk ook de uitzondering der stoomsleepers in zich bevat, die enkel bestemd zijn voor de sleepdienst, en overigens schijnen te behooren tot de ca- tëgorie der vaartuigen, welke de kustvaart in den loop der rivier uitoefenen. Ad, 5. Het blijkt. Uit den zin van 5 van art. 9, dat Belgie, dadelyk na deuitwis- seling der ratificatien, het gébot zal hebben der vaart op de kanalen en tusschenwatcren onder dezelfde voorwaarden, ais de Hollandsche schepen, en tegen betaling van dezelfde regtenovereenkomstig de bestaande tarieven. Ad. 6. De uitdrukkelijke bepalingen van 3, volgens Welke de verdachte schepende bevoegdheid znllen hebben, om hunnen weg zonder belemmering of oponthoud ie ver volgen bevatten in zich de verpjigting om de gezondheids-opzigters te laten doorgaan Xonder dat de schepen in het niinstè op bunnen togt vertraagd worden. De voorSChrif ten aan de, zoowel Nederlandsche ais Belgische, loodsen, omtrent de aanwyzing der verdachte schepen te geven, behooren overigens tot de bemoeijenissen der Commissaris sen die van wederzijde zullen benoemd wordenom het gemeensehappelyk toeverzigt overeenkomstig 2, art. 9, uit te oefenen. Ad. 7. De2e aanmerking vindt hare oplossing en de ophelderingen, gegeven onder N«. 2,, Ad. 8. Ad. il. De vrije Scheldevaart besluit ongetwijfeld in zich de bevoegdheid Voor ieder schipom in al de wateren der rivieren van hare mondingen vryelyk te verwijlenin dien Wind of ijs, of andere oorzaken zulks vereischen, en het is niet té voorzien, dat zich eehïge raaeiielijkheid zal kunnen opdoen omtrent dit punt, WaatortnreBt overigens in het régïertréht meer stellige bepalingen gemaakt kunnen worden.. Ad, 9. Dé geoefcigde uitdrukking ftopens eenen wegtoekomstiglijkdoor hét kantotl Sirtard heen'aah té leggenis van £élve op den.aanleg vaii eeifen ijzeren spoorweg Zoowel als van élke 'andere soort van wegtoepasselijk. Ai. lp. Deondergeteekenden kunnen niet anders, dan hunne goedkeuring schenkeil aan de wijze behoedzaamheid van den Gevolmagtigde van 2. M. den Koning der Belgen, die «ich onthoudt atn te dringen op de woorden ten eeuwige dage, welke in het opstel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 1