In het Journal van heden leest mens Men verzekert werkelijk, dat er heden stappen gedaan zijn met oogmerk om eene combinatie uit te maken, waarin de Maarschalk Soult en de Hertog van Broglie, zonder den heer Thiers, een deel zouden wezen; wij weien echter met stellig, weike vorderingen deze begonnen negotiatien reeds kun. nen gemaakt hebben. Ondertusschen dezen avond {28) liep het gerucht vrij algemeen, dat men er misschien eenig gevolg van hopen kon. Te Parijs is dezer dagen een Iraaije gedenkpenning, ter eere van Keizer ■Nicoiaas, geslagen, welke aan den eenen kant de beeldtenis van den Russi ichen Keizer vertoont en aan de andere zijde de zinnebeelden der kunsten en de voorstelling der vier heiligen, onder welker bescherming Rusland gè plaatst ia. Men leest in het randschrift, in het RussischBan den Roem en aan de Kunsten. De collcCie, op bevel van den Aartsbisschop in al de kerken van Pa tijs ten behoeve der arme bewoners van Martinique gedaan, heeft ruim vijf. lig duizend francs opgebragt. Volgens een berigt nit Parijs zon de in bezitneming van Limburg en Luxemnurg door den Koning der Nederlanden eerst in het laatst van Mei plaats heboen. De 8ste verjaardag van den Poolschen opstand is den 25Sten door de zich aldaar bevindende Polen gevierd geworden. Uit Toulon meldt men, dat de Minister van Marine, Admiraal Rosamel, eerlang 111 die stad gewacht werd, en misschien nevelheober der Fiansche vloot in de Middellandsche zee zou worden. Te Toulon was men druk bezig met het maken en optuigen van scuepen, daar men verzekerde, dat tien lie - nieschepen en eenige fregatten binnen weinige maanden van daar vertrekken moeien en zich met het smaldeel in de Levani vereenigen, In Augustus 11. heeft de bevelhebber van het Fransche fregat Venusin naam van zijn Gouvernementaan de Koningin van Otaheiti vergoeding van 10 000 Ir. en voldoening geëisvht, wegens het veijagen van daar van eenige Fransche missionarissenop verzoek van Engelsche zenaelingen. Het een en ander is hein geworden. De Koningin heelt in eenen eigenhanaigen bnef aan Lodewyk Philips om verschooning wegens hare handelwijs gevraagd. B E L G I E. Zoo als wij in ons vorig nommer gemeld hebben, heeft in de zitting van der 26 Maart, de Senaat de 24 artikelen, mei 31 tegen 14 stemmen, wer kei 1.1 k aangenomen; tvvte letien nebben zich van de stemming onthouden, van welke de een de Voorzitter, de heer Schiervel was, die te Limburg te huis behoort; onze verklaarde, dit Hij rie. vóór kon stemmen, omdat inen daardoor aan neigiè broeders ontnam, aan wie hij de eer te danken had in den Set a a t zitting ie hebben, en ook mei tegen kou stemmen, omdat hij de afstemming voor het land verderfelijk rekende; hij zou, .dadelijk na de rati Scaiie. zl,nen lastbrief als vervallen beschouwen. De ontwapening in llrlgie gaai voort. Men was den 28sten te Brussel verwonderd, dal de thans door de Ka mers aai genomen w'ct op oe 24 artikelen, dien dag nog met in den Mor.iteuc verschenen was. In een bijzonder berigt uit Bmssel Van den npsten leest men hierover: Ik heb getracht te vernemen wai de oorzaan moge zijn van Leopoldi dralen in het geven van zijie bekrachtiging aan het tractaat welks aanneming zijn Gouvernement met zoo veel aandrang heelt verlangd. Zie hier wat ik dien. aangaande heo vernomen. Dingsdag na den aanneming van het tractaat dour den Senaat Is een kourier naar Londen geexpedieeru met eene nota van het Belg sche bewind voor de Cunterenne, houdende dat de Koning, als voor waarde van oe promulgate der wet, de plegiige oeiofie vorderde dat de Ge zanten van Prutssen en Oostenrijk dié len gevolge van het conflict ter zake van het opnemen des Poolschen Geireiaalt Skrz^nectti 111 Belgische dienst zich uit Brussel hadden verwijderd, onverwijld derwaarts terugkeerden. Teneinde Leopolds prerogatieven met de pligtén en de eischen der Noordiclie Hoven overeen te brengen, wordt in die nota voorts gezegd, dat de Poolsche Ge neraal niet in actieve dienst zal worden gebezigd, maar, dai hij in het cader der armee moet begrepen blijven, aangezien geene wet aan het Gotiverne 'ment de vriiheid geeft, om hem zonder regtèrlijlt vonnis van de officierslijst te schrappen. Dé burgerwacht die te Brussel sedert eenige weken dienst gedaan heeft, om onlusten en beroerten te voorkomen, zal thans', nadat Leopold eene 'revue ovfer dezelve zal gehóuden hebben, voor hare goede diénstdn bedankt •worden en uiteen gaan. MENGELINGEN. KIES-TAFEREELEN uit ENGELAND, Te Londen zag ik, kort na den dood van Koning William, de eerste toe bereidselen tot dén grooten verkiezingsstrijd, welke echter nog zeer rustig toegingen. De partijen achermuiselden op eenen afstand tegen elkander; er werden localen voor de kies-comités gehuurd en ingerigt, proclamatien aan de muren gehecht, vanen rondgedragen en geplant; de strijdkrachten van beide zijden werden ijverig en in de beste orde georganiseerd. Toen ik zag hoe koelbloedig men daarbij te werk ging, achreef ik zulks aan de groo ere ondervinding der Engelschen in kiei-aangelegenheden toe, en twijfelde er niet aan, ot Biitsche ernst en phlegmi vergezelden hen ook op het verkie- zingsveld en in de volksverzameling. Ik zag om naar de wijdberuchte mee tings en hustings; ik zocht naar de Ctndidatén, die van huis coi huis, van winkel 101 winkel, om stemmen gaan; ik vérlingde te zien, hoe men met aaidappelen, koolstruiken en vuilnis naar eenen redenaar wierp; ik werd niets dergelijks gewaar. De rondbrengefs en aanplakkers wtren, wel is waar, zeer bezig; maar ik was bijna de eenige, die zich ophield, om de aanplakkings-billetten te lezen. Zoo duurde het tot den dag, waarop Koning William in het graf zijner vaderen bijgezet werd. Dadelijk met den volgenden morgen kwamen alle kenteekenen van eenen meer levendiger strijd in de straten te voorschijn. De comité-huizen werden met vanen en tapijten van alle kleuren, over en over behangen, en al de straten Van het reusachtige Londen waren aan bei de zijden met plakkaten, in witte, zwarte, rbode en gele kleur, overdekt. Alle minuten leden omnibussen het strand langs, met groote borden, waar op. in reustchtige lettersde namen der Candidaten telexen waren: „Murray voor Westminaterl" „Leader en Evans!" „Hall voor Marylebone!" Deze rijtuigen verbreidden zich door de stad en deden bij de volksmassa de dienst van circulaire!, om dezelve met de namen der door de kies-collegien aangewezene Candidaten, bekend ie maken. D4ar wapperden roode vanen, mei liet opschrift: „De Koningin en de Constitutie!" op de andere las men: „De Koningin en beweging!" op menige ook ilecnis: „Beweging!" kortweg, zoider voorafgaande verzachting. Een ware opstand van wagen», aanplak, kitlgs-billétten, vanen en leuzen, wzz in de straten; hét volk ging echter nog altooi rustig naar zijne bezigheden en acheen niet daarop te letten. Een dag later en het tooneel wa» reeda veranderd. De reusachtige bil. letten en proclamatlen we-den immer talrijker en grooter, het schemerde voor de oogen; op verscheidene punten der buitenstad ontstond beweging onder het volk; het werd mij te benaauwd, ik ging naar büiten. Het dorp Hampstead Ifgt op 'eenen bevalligen heuvel voor Londen, daarheen rigtte ik mijne schreden; maar Murray, EvansLeader en 'Hall, vervolgden mij on ophoudelijk, zonder mededoogen, van bootn tot boomde -stammen zijn daar mede bepjakt, de takkgn daarmede behangen. D4ir, onder de digtbegroeide «eg'van steéndöorn lch wildé rozen, wifde ik rusten 'én vtjj adem halen maar 3e steendoorn én de rozenstruik is, door de voorzorgen van het Tory- Comité van Middlesex, met Thomas Wood en Pownalt versierd. Ik redde mij naar High-gate, alwaar de afgelegene, weinig bezochte brug, twee heuvels met elkander verbindt, en, onder Oen boog, den weg naar liedford loopt; dadr staan treurwilgen, populieren en jonge, slanke denneboomen en Overal op den weg vrolijke groene heggen en heiningen; wat roepen zij u toe? wat roept de geheele Engelsche naiuur heder.? „Murray voor Westminster! stem voor Mtr.ray! stem voor den Markies van Chandos! stem voor Har court!" Ik nam een paard en reed in het digie pijnooomen-bosch achter Margate, dat eenzaamdonker en stang, ver van de bewoonde natuur schijnt te wezen; wat vetder daarin doordringende, zie ik eenige ossen, die, in weerwil der slagen van den drijver, niet veider willen gaan, en verschrikt door iets ongewoon wits, waarmede de boomen zijn overtrokken, de kop pen nederdrukken. Ook hier heeft zich een hoopje van het ontelbaar pa pieren-leger verspreid, en Muiray, Evans, Pownall, en hoe zij ook hee ten mogen, prijken aan de pijn-stammen in leners van allen aard, hier in nederige Laitjnsche, dadr in kolossale diep bescnaduwde kanon-kapitalen. Ver, ver van de woningen der menschen moet gtj vlugten, zoo gij, in deze Julij maand, landelijke rust en stilte wilt genieten. ZiedaarJ een klein meerje, frisch en helder tusschen groene oevers, en wie zit daar op die graszode en denkt in eenzaamheid na? zeker een dichter, die zich uit hetruischend leven verwijderd heeft, een van die diepdenkende zuchtende aanklevers der roman, tische school. Ik treed voorzigtig nader om hem niet te storen, mogelijk kun nen wij wat over dat romatisch ooid spreken, het dichterlijke dat, alleen reeds in dat stil water, ligt opgesloten te zarnen opmerken; doch de man Ziet mij, beantwoordt mijnen groet enduwt mij eene proclamatie vau Thomas Wood voor Middlesex in de hand. Hij zat daar, om wandelaars te werven, en wachtte met smart, dat men hem van zijnen post zoude aflossen de graszode was hem niet zacht en zwellend genoeg, daarom had hij zich een kussen van proclamatien gevormd. Ik liet den man zitten en reed verder. Een heerlijke weg, hoogten, vlakcen en digt geboomte, wisselden zich ge stadig af; bloemen en plamen van allen aard, boden het bekoorlijkst gezigt, de schoonste kleuren aan, terwijl oe lucht, met welriekende uitwasemingen beladen was, en de breedgebladerde boomen, van tijd tot tijd, de aange naamste schaduw verschaften. Daar, op het einde van deze laan, ontdekt men een afgelegen huis, net, kunsteloos doch bevallig, de bloem der Engel sche cottages. Wij zijn bij Cricklewood. Hier wordt men voor een guinje de persoon heerlijk ontvangen; m:n krijgt echten room, en het beroemde, on. verva schee, ale, waarvan de Walter-Scoitsche romans zoo smakelijk reppen. De ligging van het hnisje is betooverend schoon, een rozencmn daaraenter, ware Engelsche grasperKen; eene fontein versierd met de eeuwige beeldtenis van Nelson; eene kleine kapel tot aandenken aan Waterloo; eene terras met een uitgestrekt gezigt en een pavaljoen waar men ontbijt. De tegenwoordige beziner en eenige bewoner van üu landhuisje, de heer Edward Worthly opende mij het paveljoen. Van buiten was het geheel met mos bedekt, dat louter idyllische gedacuten verwekte; van binnen, wat vond iK den onver, mijdelijken „Murray voor Westminster!" In de gedaante van omnibussen, reusachtige aanplak-billettenvanen, omroepers en comité-huizenhad hij mij vervolgd, en hier lag hij weder in vijftig exemplaren, die hatelijke naam, welke als zand in den mono knarst, en mij de zoete melk van'Cric. klewood deed stremmen. En bij dit alles is Murray niet voor Westminster gekozen geworden! was bet daarom de moeite waard, de bosschen en vel. den in hunne rust te storen? Mijn reisplan was, om vlugtig Birmingham, Manchester, Liverpool en eindelijk Dublin te Bezoeken. In de eerste groote handel- en fabrijk-steden vond ik alles nog rustig. In Birmingham rijst de eene Grieksche tempel en het eene Gothische paleis nevens het andere op; in Manchester klapperen machines en rollen weefstoelen om het hardst; in Liverpool was zoo even het groote gebouw van den spoorweg voltooid. Een schoon en trotsch uit gevoerd denkbeeld! op twee en dertig zware zuilen rust het gewelf, endaar over loopt de ijzeren weg, welke de haven met den grooten spoorweg, vereenigt. Een triomfboog die de zege van den handelsgeest en der bescha ving, aan latere geslachten zal getuigen. Daarom hebben de Liverpoolers ook in billijken hoogmoed, eene medaille op de volbragie groote vereeniging (great junction) van hunnen spoorweg met den grooten tusschen Birmingham en Manchesier, geslagen. Zulke medailles vooral .zijn te loven; welke ge. denkpenning op oorlog en overwinning verkondigt eenen zoo weldadigen en gevolgrijken nederigen en toch onvergankelijke!! roem, als hier het korte randschrift: Great-Junction-Railway. 4 Julij 1837? Verheugen wij ons, dat Julij ook eenen gedenkdag heett in den kalander der vredes-kunstender nijverheid en beschaving. Toen ik van een klein uitstapje naar het Graafschap Derby weder in Li verpool kwam, vond ik die stad, de Kom gin des handels, reeos in de sterkste beweging; de kiesstrijd in vollen gang. Eene meeting was in de Bdelphi -tavernealwaar ik was afgestapt, Bepaald. Op de plaats vóór het huis, en in oe omliggende straten, Randagh street en Coppers-hill zag ik een geheel leger van policie-dlenarenweike hunne met ijzer beslagen sta. ven zoo duchtig roerden, als dit immer met de stads-sergeanten te Pariji het geval zijn kan. Deze wijze, om de vrijheid der verkiezingen te be schermen scheen mii voor Engeland nieuw. Waar bleven dan de Konsta bels. waarvan ik mij zoo veel bad laten verhalen, deze vaderlijke, eer waardige veimaners tot rust, die vertegenwoordigers der wet, die den de- linquent slechts met het sioKje aantaken, en deze zich aanstonds overgeeft en hem zonder tegenstand naar de gevangenis volgt? Daar was er geen enkele te zien. Men zoude hieruit bijna opmaken, dat de Konstabeleven als'de Italiainsche sbirren, en de Sjmanscbe fandangodansers, tot die denk. beeldige wezens b'ehooren, die alleen in boeken en reisbeschrijvingen be staan. Eene groote volksmassa stroomde voor het huis der meeting te za- men. Binnen bevonden zich de voornaamste torysbijna alle kiezers kwa men in rijtuigen aan liet volk zag ernstig en siil toe. Op het Waterloo- plem werden inhlsschen de stellaadjen getimmerd. Is het nog noodig te zeggen, dat ook hier de stad met gedrukt papier beplakt en overladen was? Eiken oogenblik zond een ander Candidaat zijne boden met geheele ladingen proclamatien. Van Liverpool ging ik vliegende naar Manchester, en was er eer ik hel wiltwant de beide reiizensteden hebben zich door eene mijlenlange ijzeren brug vereenigd, en zijn alzoo naaste buren geworden. De magtige stad wal in den hoogsten graad van staatkundige opgewondenheid, en geleek naar eenen gloehenden vulkaan. Hier vertoonde zich de kiesbeweging op het ontzagwekkends!als eene ware en ernstige volkszaak. Eene onaf zienbare merjigte daglooners, handwerkslieden van alle klassen, stond daar; rustig waren zij toeschouwers der verkiezingswerkzaamheden, hopende op een beter lot voor zich, en eene meer billiike verdeeling der aardsche goe deren. Arm voik I up Portland-placetrokken de kiezers én een aanral volk uit het naburig vlek Saiford in feestelijker optogt voorbij. Er waren er meer dan twee duizend, lomer handwerkslieden; de vooruittrekkende muzljk speelde de volksliederen van oud Engeland; dertig blaauwe vanen ivapp'erden uit de rijen, en een elk droeg eene bjaaiiwe sjerp, of eenen band van ge. lijke kleur, kruiselings over de borst. Een ernstige, weemoedige optogt; geen hunner sprak een woord; stil als eene processie van trappisten wandel den zij binnen. Ten slotte verscheen een oude lijkkoets; daarop zaten drie arbeidsliedenen voerden eene pantomime uit, welke op eene treffende wijze hnn lijden,, hun levenslot en hunnen wanhopigen toestand voorstelde. Twee k'unner kneedden in eenen trog het roode leem waaruit men de bak. steenen brandt, terwijl de derde met eene spade de aarde in eenen bak om groef. Zij vertoonden hunne magere ontbloote armen, hunne bieeke, van Üdnger, kommer èn zorg uitgeholde kaken. Zoo trokken zjj de volkrijkste

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 3