11. A\ 1639. LEYDSCHE K VRIJDAG, NEDERLANDEN. Leyden den 24sten Januarij. Men meldt uit 's Gravenhage van den 23sten dezer: Naar wij vernemen, heeft het Z. M. dezer dagen behaagd, den hoogge. Strengen heer Otto Caret Holmberg de Beckfelt, laatstelijk Resident van de Preanger-Regentschappen te Java, zien thans met verlof in het Vaderland be vindende, wiens vader'in 1789, uit hoofde van aan deze lauden bewezene goede diensten, op voordragt van Z. I). H Ptins Willem K en Hoogscdeszelfs Gemalin, door Koning Gustaaf III lat den Zweedschen aael was verheven, in den Nederlandschen adel in te lijven. Z. K. H. de Erfprins van Oranje is gisteren nacht, uit deze Residen tie, naar Noord-Braband vertrokken. Eergisteren avond heeft Z. Exc de Baron de Maltitz, buitengewoon Gezant en gevolmagiigd Minister van Rusland aan het Nederlandsche Hof, een bal pari gegeven, ter viering van den heugelijken geboortedag van H. K. K. H. de Prinses van Oranje. HH. KK. HH. de Prins en Prinses van Oranje, Prins Frederik der Neder, lanaen, ae Prinsen Willem, Alexander en Hendrik, alsmede H. O. H. de Hertogin van Saxen-Weimarhebben dit feest met derzelver tegenwoordig heid vereerd. Al de Min sters, het Corps Diplomatiqueonderscheiden aan zienlijke personen van Amsterdam en dezer Residentie, alsmede vreemdelin gen van aanzien, woonden hetzelve b(j. Het bal, dat alleen door een groot souper werd afgebroken, heeft, tot laat in den nacht geduurd. Meer dan 300 personen uit deze Residentie hebben zich in de fraaije zalen van den Baron van Maltin vereenigd, ter bijwoning van dat feest, hetwelk gegeven werd ter eere eener Prinses, die door alle Nederlanders zoo hoog gewaar, deerd wordt. Zijne Maj. beeft, bij besluit1, maatregelen vastgesteld tot voorziening in den staat, waarin zich het militaire Weduwen- en weezenfonds voor de officieren van de landmagt in Neêrlandsch Oost-Indië bevindt. Tot dat einde zal ieder officier, hetzij dienende of bereids gepensionneerddie zich voor taan in het huwelijk zal begeven, de contributie, tot dusver onder den naam van tienjarige bekend, in ééns moeten betalen, en indien hij eene vrouw huwt die jonger is dan hijaan eene verhooging van die contributie onderworpen zijn, De bedoelde contributie zal bedragen, wanneer de vrouw elf of minder jaren jonger in I pCt., twaalf jaren 4pCt., dertien jaren 9pCt. en voorts zoo veel ten honderd als het getal jaren, hetwelk de vrouw meer dan tien jaren jonger is, met dat zelfde getal vermenigvuldigd, zal bedragen; ter- wijl, in geval dat beiden even oud zijn, of dat de vrouw ouder dan de officier is, geene verhooging wordt betaald. Overigens zal elk dienend of gepen sionneerd officier, wiens vrouw vóór hem mogt komen te overlijden, wan. neer hij eer. nieuw huwelijk mogt aangaan, ook ten behoeve van zijne tweede of derde vrouw op nieuw, en telkens in ééns, de tienjarige contributie moe ten betalen, benevens de verhooging hiervoren vermeld; moetende hij de tienjarige contributie, ten behoeve zijner vorige vrouw of vrouwen bijgedra. gen, geheel aanzuiveren, wanneer kinderen uit de vroegere huwelijken aan. wezig mogten zijn, welke in het genot zullen worden gesteld van de onder- standgeldgn, al? vrucht der betalingen, door hunnen vader bij het aapgaan van zijne huwelijken gedaan. De eermaal betaalde contributien aan het mili. taire weduwen- en weezenfonds zullen nimmer en in geen geval hetzij ge. heel of gedeeltelijk worden gerestitueerd, maar blijven in het wettig eigen, dom van dat fonds, en wanneer een officier weduwenaar wordt en uit zijn huwelijk kind of kinderen aanwezig zijn, zal hij, tot dat het jongste achtien jaren zal hebben bereikt, de tien- zoo ook de vijfjarige contributie moeten aanzuiveren. Weduwenaar wordende, zonder kinderen, of bij hun overlij den, zal hij niet gehouden zijn na het kwartaal, waarin her overlijden van zijne vrouw of dat v,an zijn laatste kind heeft plaats gehad, de tien- en vijf. jarige contributie te blijven voldoen. In geen geval zullen, met opzigt tot hei regt op en het genot van de onderstandgelden en gratificatiën, de kinde ren uit meer dan een huwelijk verwekt te zatnen genomen worden, doch die uit ieder bed afzonderlijk in aanmerking komen, bij de beslissing der vraag omtrent het bekomen van zoodanigen onderstand. Van den 2Östen tot en met den 3isten Januarij, z.alop het strand tus- schen Scheveningen en Katwijk, eene beproeving van geschut plaats heb ben, waardoor gezegd strand met de daaraan gelegen duinen, aanvang ne mende op 500 passen afstand ten N. O. van het Badhuis, en in die strek king nog 3000 passen verder voortgaande, voor een ieder onveilig zullen zijn. Het Algemeene Handelsblad bevat nu wederom het volgend schrijven uit Londen van den ipden dezer, hetgeen bewijst, dat onze meening, dat men op de berigten, welke meldden, dat de Fransche Gezant reeds de 24 artikelen geteekend had (zie ons vorig nommer)geen staat kon maken De Graaf Sebastiani heeft nog niet geteekend, doch vertrouwt men, dat hii zulks bin. nen zeer weinige dagen doen zal. Het voorstel van den heer de Merode is door Frankrijk aan de Conferencie medegedeeld geworden, doch Lodrvyk Filips weet zeer wel, dat daarin niet zal worden getreden, en men gelooft dan ook algemeen, dat hij dien stap alleen gedaan heeft om aan de Belgen alle voorwendsel te benemen, van hem te beschuldigen, dat hij hunne be langen niet genoegzaam heeft behartigd. In den nacht van den itSden dezer zijn te Terschelling gestrand 2 sche pen; van een derzelven, zijnde vermoedelijk de Engelsche brikgenaamd En sonis de geheele equipagie verongelukt; zijnde het schip verbrijzeld vóór de aankomst der reddingboot op het punt der stranding. Het andere is de Engelsche brik Chancellor, Kapitein ,7. Knok, welke zich met deszelfs equi pagie, uit 8 man bestaande, in de boot heeft gered en op genoemde plaats is aangekomen. Den volgenden nacht is mede te Terschelling gestrand het Engelsche tjalk scheepje Argo of Newcath, van Yarmouth, met ballast naar New-Castle; de equipagie heeft zich gered. Het Amerikaansche schip Eclipse, is met slechts eene halve lading van Sumatra te St. Helena aangekomen, zijnde de Kapitein en een gedeelte der equipagie op Sumatra door de inwoners vermoord en van eene som van 40,coc dollars beroofd geworden. Uit Luxemburg meldt men van den 20 Januarij: Z. D. H. de regerende Hertog van Hessen-Homburg, Gouverneur onzer vesting van wege den Dnitschen Bond, is gisteren onder zijne ziekte bezwe ken. Woensdag eerstkomende zal het Vorstelijk lijk met de behoorlijke on derscheiding naar de Staten des overledenen vervoerd en aldaar ter aarde be steld worden» 4 .'j jjïf COURANT. s5 JANUARIJ. Volgens eene vergelijkende opgaaf, telt Engeland thans 90, Frankrijk 49, Rusland 50, Amerika 15, JEgypte 2 en Tu kye 15 linieschepen; En geland 93, Frankrijk 60, Rusland 25, Amerika 35, ./Egypte 7 en Turkye 15; fregatten; Engeland 12, Frankrijk 37 en Ruslanü 8 gewapende stoombooten. O O S T - I N D I E. In eënen brief van den 16 September, door den Luitenant-Colonel G. G. Bakker, aan een van deszelfs vrienden geschreven, leest men het volgende: Paoang RiiiotRUioE, ter westkust van Sumatra, 16 September 1838. Eenigen tijd geleden heb ik de XIII kotta's (of wel dertien dorpen) ge. heel ten onder gehragt; deze hadden het plan, nadat zij zich eerst aan het Gouvernement hebben onderworpen, om de troepen te vermoorden; ik ben hun evenwel in tijds voorgekomen, zij hebben mij met 500 man troepen, welke ik bij mij had, zes dagen lang met 5 k 6000 Padries, van des mor gens tot des namiddags 5 ure geattakeerd, doch ik heb hun telkens de neêr. laag gegeven, en nadat zij mij niet meer opzochten, ben ik begonnen hen op te zoekenen heb hen ter dege gestraft. Zes van de dertien kotta's zijn door mt| in de asch gelegd, terwijl drie duizend stuks koebeesten en kar- bauwen in onze handen zijn gevallen, en al wat zij van waarde bezaten een buit van de troepen is geworden, zoodat zij zich nu weder onderworpen heb ben, en de schatting, bestaande in goud, aan het Gouvernement brengen» ik blijf steeds met mijne troepen alhier in observatie. SPANJE. Het Spaansche Gouvernement zou, volgens berigten van Madrid van den 12 januarii, de tijding ontvangen hebben, dat de Junta's van Wedervergelding te Valencia en Cordova ontbonden en de vroeger aldaar gevestigd geweesc zijnde Besturen wederom hersteld waren. In de zitting van de Cortes van den nden dezer heeft de Minister van Financien, terwijl er beraadslaagd werd over een ontwerp van wet betrekke, lijk de Amortisatie-kas, gezegd: De publieke schuld verdient de voorkeur boven alle andere verpligtingea Van den Staat, want dezelve spruit voort uit eene leening, door het Gou. vernement gedaan. De terugbetaling kan door omstandigheden worden uit. ges.eld, maar de bepaalde waarborgen, in de contracten vermeld, moeten hunne kracht behouden. Hoe wilt gij, dat het leger zegeviereindien gij geen geld hebt? De natie moge zeggen, dat zij in het tegenwoordig oogen. blik niet kan betalen, ik begrijpzulksmaar dat Europa ook wete, dat wij vast besloten henben, ons vrij te maken. Don Carlos heef. bepaald, dat aan de soldaten, die den veldslag van Andoain hebben oijgewoond, eene medaille zal uitgereikt worden, tot be. looning van hun, in dat gevecht gehouden gedrag. Dezelve zal bestaan uit 4 halve leliebloemen, verbonden door eeu blaauwen cirkel, in het midden daarvan zal een rood kruis geplaatst zijn, aan welker zijde de woorden staan: in hoe vinces, op de andere zijde leest men: batalla de Andoain. Dit kruis zal voor de officieren van goud, voor de soldaten van koper zijn. Tijdingen uit Valencia van den 8sten dezer melden, dat Cabrera de belegering van het fort Villafameshetgeen hij gedurende eenigen tijd ge. blokkeerd had gehoudenop de tijdingdat de divisie van Asperoz te Castil, lan in aantogt washeeft opgebroken en naar Alcova gemarscheerd is. DUITSCHLAND. Zijne Majesteit de Koning van Hanover heeft, bij een rescript van den I5den dezer, aan de stedelijke Overheden van Osnabruck zijn hoog misnoe. gen te kennen gegeven over de door die Overheden aan Hoogstdenzelven ingediende adviezen van twee buitenlandsche regtsge|eerdennopens de ver- oltgting der Overheden tor inning der belastingen in de omstandigheden, waarin het Koningrijk zich thans bevindt; behoudende Zijne Maj. zich voor, des wege omtrent de Osnabrucksche Overheden verder zoodanige maatregelen te nemen als de omstandigheden. ZttUtjn vorderen, Volgens bijzondere brieven uit Hanover, houdt men het daar nog voor onzeker, of de leden der biieengeroepene S'endenvergadering tvei in geno.eg- zamen getale zullen opkomen, om te kunnen beraadslagen. In ieder geval verwachtte men. dat de Regering geene nadere voorstellen omtrent de staats, regeling ter tafel zou brengen, maar zich voornameüik tot het aanbieden van het budget zou bepalen, en dat de vergadering, even als in het afgeloopene jaar, de geldmiddelen zon toestaan. In een algemeen overzigt van den staat van nijverheid in het Koningrijk Hanover, wordt opgegeven, dat, sedert 1834 aldaar meer dan 300 fabrijketl en andere inrigtingen daargesteld, meer dan 100, die reeds bestonden, ver groot en uitgebreid zijn. Men telr er thans 19 stoomwerktuigen, terwijl er in 1833 nog riet een was ingevoerd. Een adres is door eenige burgers der stad Hanover kort na nieuwejaar opgemaakt en aan den Koning gezonden, waarin zii hunne smart 'e kennen geven, dar de Regering, hii gelegenheid van het nieuwejaar aan Z. M. geene gelukwensChingen heeft gebraet; zii hebben tevens in een ander adres aan de Regering zelve verzocht, dat zij hare font nog goed make en den Koning zon gaan bedanken voor de menigvuldige weldaden die hii bewiisr. Dit adres echter was door niet meer dan 13 geteekend: spoedig werd daarop een ander adtes aan de Regering opgemaakt, hergeen een zeer groot aantal onderteekenaars bevatte, waarin zij aan de Regering hunne goedkeuring be. tuigden, over baar gehouden gedrag; hoewel ook daarin de gevoelens van trouw aan den Koning en hunne afkeerigheid van tweedragt uit te strooijen, worden opengelegd. Men schriift uit Posen van 13 Januarii, dat aldaar wederom een geeste- liike, de Domheer Zienkiesviecz gevangen is genomen. De reden daarvan was, dat hij, even als de Wijbisschop Kovtalki geweigerd had, om inde zaak van den Bisschop van Pozen, von Dttnin. getuigenis af te leggen, op hetgeen de wet zware straffen bepaalt; de Wijbisschop had op het laatst toegegeven en getuigenis afgelegd, doch de Domheer had volstandig blij. ven weigeren. Hii is daarop naar het fort Winiary gebragt; zijne gevangen, neming en vervoering had geene onlusten veroorzaakt. Ten gevolge vail de kerkelijke geschillen waren onderscheiden Roomschen tot de Protestanten, en omgekeerdovergekomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 1