GROOT-BRITANNl E.
Londen den 16 Januarij. De bijzondere berillen nit Londe i melden een
parig, dat de Frausche Gezant den I5den het trac sat oer C»ntere.ncie nog
niec geteekend had. Onder anderen bevat het Algemeen Handelsblad hierover
bet volgende:
De Conlerencie is gisteren vergaderd geweest, doch de Graaf Sebastiani
heeft alstoeti het Protokolhoudende regeling van het Belgische vraagsn k,
nog niet geteekend, ofschoon men algemeen geloofd had, dat thans het
dralen des Franschen Kabtnets een einde zoude hebben genomen, vér.iiits
Lodewyk Mips tot '15 Januarij had uitstel gevraagd. Intusschen moet dit niet
teekenen, op dien dag, niet ten nadeeligste voor onze zaken worden uitge
legd, want het schijnt, dat de overige leden der Conferencie zich verzekerd
houden, dat de toetreding van Frankrijk eerstdaags zal volgen.
Den I5den heeft er evenwel eene Kabinetsraad plaatsgehad, die twee
uren geduurd heeft, 'waarna de Russische, Fransche, Pruissische en Oos-
tenïijksche Gezanten bijeenkomsten hebben gehouden.
De (Coningin weduwe van Engeland heeft te Maltha den 23sten dezer
eede redué óver de troepen gehouden.
prins Eduard van Saksen Wettnar, is uit 's Gravenhage te Londen aan
gekomen.
Bij de tegenwoordige duurte van het koren, begin: men zich tegen de
koren-wetten te verzetten, en het Ministerieel Avondblad keurt zelts goed,
dat bij de aanstaande zitting van het Parlement tegen dezelve op de regtma-
tige wijze petitten tvorden tngeleverd.
Over de schade in Ierland door den storm veroorzaakt, worden nog
verschillende berigten medegedeeld. Öp elk landgoed zijn een aantal boomen
ontworteld, op sommigen telt men er zelfs tusschen de 20 en 30,000. Ze
ventien visschers-vaaituigen met 9 tot 12 man bemand, als ook de riieu-.ve
schooner Undinie, van Liramerich naar Londen varende, zijn met man en
muis vergaan.
Volgens de Dublin Post, waren bij den laatsien verschrikkelijken storm
soinnlige boomen op 10 a 12 mijlen van zee met zeeschuim bedekt, en had.
den ae te veld staande gewassen zelfs op 40 a 50 mijlen afstands eenen zout.
achtrgen smaak zuodat de wirid hét zeewater uren ver over land gedreven had.
De Mo;ning-Post wil weten, dat er eene vreesseliike samenzwering in
Ierland'bestaat, om een aantal Po.estantsche grondeigenaars van herleven
te berotivehLord Norbury, die reeds vermoord is, zou als het eerste slagt
offer getafieh zijn.
De erigien van Portugal loopen tot den 6den Jannarij, doch bevatten
geen bijzonuer nieuws.
F R A N K R IJ K.
Parijs den 18 Janntrij. Op het laatst van de zitting der Kamer van den
I5den is de paragraaph van het adres, waarin geklaagd werd over de on-
«enigheden met Zwitserland voorgevallen, met 221 tegen 208, en dus inet
eene meerderheid van 13 stemmen, verworpen; die zinsnede za! dus niet in
het adres van antwoord komen. De overige zinsneden op Spanje, Polen en
Mexico betrekking heobende, zijn daaropook van den Ministenelèn kant,
niet eene g oote meerderheid, in de zitting van oen ióden aangenomen.
De heer Amil'iau neefi daar: a een amendement voorgesteld, waarin het
gedrag van de tegenwoordige Ministers allezins gebillijkt wordt.
Dit amendement echter van den heer Amilhau is niet doorgegaan, het
zelve is nog in de zitting van den iöden met 219 tegen 210, en ons met eene
meerderheid van 9 stemmen verworpen. Ondeischeiden sprekers der coalitie
hadden het woord gevoerd, na welke ten laatste de heer Herryer het spreek-
gestoelte beklom en nieuwe levendigheid aan de beraadslagingen gaf. Hij
stelde de schandelijke en onbewegelijke staatkunde ten toon, welke on.ler
1 de Ministerien der Julij-revolutie, beurtelings aan geheimzinnige beden-
kingen heeft opgeofferd de Poolsche nationaliteit, het Fransch geworden
Belgie, Spanje Frankrnks natuurlijke bondgenoot, en door dit alles Frankrijk
te midden van Europa alleen heeft doen staan.
r Te vergeefs heeft de heer Moli gepoogd den indruk der redevoering van
r den heer Berryer weg te nemen. Znne verdediging mogt niet gelukken.
Aan zijne heerschende gedachte getrouw, heeft de heer Guizot verineend
op het tegenwoordige'Ministerie de door de redevoering van den heer Ber,
s ryer tegen het Julij-Gouvernement geopperde grieven te moeten doen neder
komen. Doch de afkeuring, waarmede zijne rede werd ontvangen, heett
hem moeten leeren, dat hij voortaan elders sieun moest zoeken, dan in so.
tl phismes en partijgeest.
Na eene hevige woordwisseling tusschen de heerén Bart'ie en Guizot, en
r scherpe verwijlingen van den heer Thiers tegen net bestaande KaOinet, aan
r hetwelk hij vooral het verlaten des Engelschen verbonds heeft verweten,
ging de Kamer tot de geheime stemming over.
e In de zitting van den I7den ging men over tot de beraadslaging over de
e zinsnede door de Commissie in het adres ingevoegd van den volgenden inhoud
„Ondereen bestuurnaijverig op onze waardigheid, bewaker onzer ver.
r bonden, zal Frankrijk in de wereld en in de achting der V-blkén steeds dien rang
bekleeden, welke aan hetzelve toekomt, en van welke het ntet afdaler; kan."
De Ministeriele leden drongen sterk op de verwerping dezer zinsnede aan,
hetgeen hun ook gelukte, dewijl na het einde der beraadslagingen' dezelve
met eene kleine meerderheid van 7 atemmen, natnentijk 210 tegen 213, ver-
worpen werd.
Vóór de stemming heeft de Minister Moli de oppositie beantwoord en
i. zeide voornamenlijkdat geene der tlliantien van Frankrijk geleden fieeft en
m dat, zoo dit a! met het Engelsch-Fransché Verbond eenigzins hèt geval
mogt zijn, zulks eeniglijk aan de vroegere Kabinetten te Wijtèrf wa's. dat het
1 Ministerie zich met Engeland nopens alle mogelijke quaestien had verstaan,
b en dat, zoo dien aangaande het Hollandsch-Belgische vraagpunt eene kleine
ie uitzondering was, men bedenken moest, dat ondanks het innigste bondge.
Ie nootschap altijd de Cene of andere ondergeschikte qoaestie tot eenig verschil
;n van meening kon aanleiding geven. Ten aanzien der quaestie van het Oosten,
over welke men zich thans niet nader mogt uitlaten, zeide de Raads-Pre-
k jident, dat Frankrijk op elke gebeurtenis voorbereid was.
u Daarna zijn de beraadslagingen begonnen over de paragraaph op Afrika
i, betrekking hebbende,
in In de Gazette de France leest men:
in De debatten, die in h t Parlement hebben plaats gehad, verspreiden een
I, helder licht over de drie stelseli, die de Kamer en de omweuceling thans
ta verdeeld schijnen te honden.
ei Het stelsel van het Gouvernement, het stelsel, hetwelk men de onveran-
■ll derlijke gedachte noemt, dat stelsel wordt, zoo als men weet, dooreen
Is ieder afgekeurd. Inwendig is het de daarstelling van een overwigtig Koning-
li. lijk gezag, hetwelkhetgene het aan beginselen te kort schiet, vervangt door
e- de volgende groote middelen van invloed, verdeeling, omkooping en onder-
r, drukking. Uitwendig bestaat het in eene onderdanige gedienstigheid jegens
te de Noordsche Staten en de opoffering der nationale belangen aan die van het
ig stamhuis. Zie daar het stelsel, hetwelk verdedigd wordt door de heeren
id Mali, Montalivet en de geheele vereeniging Jacqueminotte zaam gesteld,
zoo als men weet, uit Afgevaardigden, die tevens ambtenaren ziin. Dit ge
n, heele stelsel berust op het beginsel van noodwendigheid, hetwelk zich ver
1. taalt door de woo.den: Ik moet toch leven.
tie Het twee'de stelsel, dat van de heeren Thiers en Barratbestaat voor het
au 'inwendige in het ontwikkelen van de revolutionnaire beweging in etnen de-
jt. .mokratischen zin, en alzoo met uitsluiting van den grooten eigendom en met
;t, versterking in dien geest van de verkiezingswet, door h'er bijvoegen dCr ca-
JSh'cTteitendit is te zeggen der manuen van de bewegings-partjj. Voor bui.
- A y
ten 's lands sleept dit stelsel de propaganda met zich, als net eetifge njic'tfei
voor de omwenteling om hare vijanden te verzwakken, en de invasienwc- .u
zij over Frankrijk zou kunnen halen, te voorkomen. Dit stelsel berust op
de souvereinneic van het volk.
fier derde stelsel, dat van den heer Guizot en van de doerrinairenis voer
builen 's lands de handhaving van hei viervoudig verbond, hoe verderfelijk
hec ook voor Frankrijk moge zijn, en voor binnen 's lands is dit stelsel niet
arriêrc dan eene navolging van het Ei-gelsche stelsel, hetwelk na den dood
vaif Karêï I eenen door hec Parlement gekozen Koning heelt gewild en den
zei ven ten pn iijte van eene enkele Klasse heelt willen handhaven. Die is de
parlementaire 01 permagtdie zich met liet stelsel Thiers en Barrot verbifric
door de volgende aan beide behobrende inagtspreuk De Koning re gééft
maar besmuit niet
Deze spreuk is de knooo der coalicie.
Ziedaar nuwaarover op het oogenbiik in de Kamer wordt getwist.
Geen dier stelsels voegt aan Frankrijk.
- Tot gerustsce iihg van de lieden, die voor Parijs eene schaarschre of
gebrek aan koren vreesden, is publiek gemaakt, dat er op dit oogenbiik in de
reserve-magazijnen 50 oco zakken meel opgeslagen zijn, in de Hal 10,394zak
ken Zich Voorhanden bevinden, en in de particuliere bergplaatsen en pakhui-
zen een voorraad van 8c,000 zakken gevonden worden, makende te zarnen
140,394 zakken. Parijs heeft dagelijks 2,000 zakken meel noodigen dus is
er een voorraad voor zeventig dagen', terwijl men nog in aanmerking rnoec
nemen ciac de dagelijksche aanvoer de consumtië overtrek en de prijzen ge
matigd zijn.
- De Bisschop van Algiers in den 4 Januarij te Algiers aangekomen en
aldaar met veel eerbewijzen ontvangen.
MENGELINGEN.
WEERKUNDIGE OPMERKINGEN,
gedaan op de kust van bengalen,
gedurende een vierjarig verblijf aldaar.
Omstreeks de maand November, wanheer de noord oostelijke passaat
winden aldaar beginnen te waaijen, houdt het regen-saizoen op de kusten
van Coromandel op. Dan worde het weder schoon, de hemel helder, en
schijnt de zon in al hare pracht; eene zachte dauw maakt het aardrijk vrucht
baar; des nachts begunstigt èene aangename frischheid den slaap. Rijke oog
sten, vette weiden, onafzienbare rijstvelden bedekken de vlakte. Groote
waterkommen, trotsche rivieren geven aan deze schoone velden derzelver
vruchtbaarheid. Ailerwege zijn de steden, de dorpen, de pagoden op nieuw
gewit, en omgeven met palm-, tamarinde-, en oanaan-boomen. Niettemin
leeft dit volk, zoo begunstigd door de natuur, op eene zeer veranderlijke
Wijze; kleine dwingelanden en ellendige ambtenaren zuigen hetzelve in al»
len deelen mt; en stiptelijk gebonden aan de opvolging zijner belagchelijke
godsdienst, acht hei zich nog verpligc het hoofd te krommen onder den staf
der Brammen, en is er naauwelijks op bedacht, in eenig opzigt hec prachtig;
schouwspelhetwelk de natuur hier aanbiedt, te genieten. De huizen zijn
van aaroe geboliwd, overdekt met een dak van bamboes en palmbladeren,
waarop de vrouwen behagen scheppen eenige grove beelden te reekenen.
Over liet algemeen bezit elke stad eene school, onder het bestuur van eenen
Brarnin, alwaar de onderwijzer, doorgaans op een linnenbaai gezeten, zijne
leerlingen lezen, schri'ven, en de pligcen des levens leert. Ieder verrigc
zijne bezigheden in de opene lucht. De kostbare stoiFaadjes, die in .Europa
zoo gezocht zijn, worden in de schaduw der palmboomen vervaardigd, even
als hun sierlijke aardewerk en smaakvol porcelein.
November wordt besteed aan den landbouw, hec onderhoud der tuinen,
en de jagt op de vogels, die zich in grooten getale op de velden nederstor-
ten, om het zaad te stelen. De dauw, welke gedurende de maand Decern*
ber valt, is voldoende om het gezaaide te doen ontkiemen; de passaat-win
den waaijen dan harder, en zw even eene menigte wolken door de lucht hec
begint koud te worden. Nu begeven zich geheele gezinnenhet snoeimes
in de hard naar de velden om te oogsten. In het midden van Januarij worde
de wind stiller en het luchtsgesie! zachter. Men begint nu te reizen en op
de groote jagt te gaan. De atmosfeer heeft geen spoor meer van verande
ring Februarij daagt; de geliefde maand der Indianen; de maand van ver
makelijkheden en landelijke feesten; de godsdienst heelt zelfs de schoone
dagen van Februarij geheiligd. Düizende pelgrims begeven zich naar de
oevers der Guddavèrij en roepen, zich dompelende in de golven van dien
heiligen vloed, den bijstand hunner godheden in. Het kleine dorpje Coca*
philly wordt dan eene bloeijende stad het rendez-votis van verkoopers en
koopers, van aanschouwers en devocén cogrjes te water, nationale dansèn,
Indische drama's, goochelaars, allerlei spelen vindt men aan op die plaats,
aan de oevers van het naburige meer worden tenten opgeslagen van onder
scheidene grootte en geciaante; zij zijn op wagens geplaatst, die door oli*
faoten of kemelen getrokken worden, In die tenten zijn kamers, zalen,
voor alle gebruik ingerigtzoodac zelfs groote huisgezinnen daarin wonen
kunnen. Voorts vindt men daar nog rijk uirgedosclne draagstoelen, palan-
kinsreusachtige olifanten en fraafje rijtuigen. Inmiddels begint het klimaat
heerer te worden, ofschoon de maand Maart neg geene drukkende warmte
aanbrengt; de nachten zijn verdragelijk doch de vijvers droogen uit, hec
aardrijk w:ordt hard, het gras verdort. In dezen tijd weidt het bleekwerk
verrigc, de schepen gebouwd, het hout gehakt; er worde zout, en uit de
palmboom wijn bereid; het handelsvertier is nu zeer levenoig op de kusten
van Coromandel. Weldra zullen de wir.dvlaeen zich verheffen, de bladereu
afvallen, en een weldadige regen het aardrijk besproeijen. Met April wordt
de hitte ondragelijk, en de thermometer staat voortdurend tusschen de 87 en
88°; nacht en dag is de hemel onbewolkt, de maan heeft haren schoonsten
luister; de jakhalzen, door honger gedreven, verzamelen zich rondom de
woningen en heffen daar hnn schrikbarend gehuil aan. Hoe heftiger de zon
haie «falen spreidt, des te krachtiger trotseert de manilla hare hette,
des te prachtiger ontvouwt de ceder zijn gebladerte, des te geuriger worde
de lucht door de aromatische bloemen van den mangou. Maar hoe moei*
jelijk het is aie ontzettende warmte te verduren, is naauwelijks te be
grijpen. Eene onbeschrijfelijke loomheid maakt zich van alle leden mees
ter; men is uitgeput van moeiheid. Voor elke woning worden terten ge
spannen, de deuren ziin alle geopend, en in weerwil van deze en nog zoo
vele andere voorzorgen, kan men zich naauwelijks eenige frischheid ver
schaffen. Boosaardige insecten doorklieven de lucht, en klampen zich aan
de muren; men kan zich voor hun steken, ondanks düizende voorzorgen,
niet vriiwaren. De inboorlingen werken in dit jaargetijde niet, maar verdrij
ven den tijd met rooken. De maand Mei is nog heeter, ten spijt der noord
westen winden. Tegen den middag pakken de wolke zamen en een ver
schrikkelijk onweder weergalmt door het luchtruim. De wind loeit hevig
de atmosfeer is zwaar drukkend; maar niet altijd regent het. De Voorzie
nigheid heeft deze gunst slechts spaarzaam aan die land toebedeeld. Aanvan
kelijk is de wind frischdoch spoedig worde hij laanw en heet; gij zoude
meenen in eenen gloeijenden oven te verkeeren. Ieder sluit zich op in zijn
huis; bezoeken en handel staan stil. Het dierenrijk bezwijkt; de buffels
storten zich in modderpoelen, hét gevogelte valt ter neder; reizigers sterven
den stikdood; de thermometer teekent honderd graden. In Zuidelijk Indiê
zijn de avonden soms minder heet; doch in hec noordelijke gedeelte merkt
mén geene de minste wijziging op. De hitte van Junij is aan die van de
maand Mei .gelijk, en de bZandendé winden loeijen steeds met dezelfde
kracht. De putten droogen uit, en dikwert verschroeijen geheele bosschen.