Bij eene andere resolutie van gemelde Zijne Exc. is bepaald, dat de ontvangers voortaan zullen verpligt Zijn de door hen aan den Inspecteur van het arrondissement op te zenden biljetten, betreffende den inslag var. curt, steenkolen en zeep bij fabrijkanten, hebbende geridt van gedeelfdrkeh vrij dom van den accijns, alsmede de duplicaat-quitantienbehoorlijk door mid del van een draad of eene spelde aan elkander te hechten, die voor elke par tij aldus afzonderlijk houdende. Aan de ambtenaren der directe belastingen enz., is tiiededeeling ge daan, dat Z. Éxc. de Minister van Financiën aan het gewestelijk Bestuur te kennen gegeven heelt dat het Hooggeregtshof in 's Gravenhagein zekere zaak in appel regt 'sprekende, het beginsel heeft aangenomendat aan een proces-verbaal van opneming, door eenen deurwaarder, naar aanleiding van art. 35 der wet op de patenten, van den 21 Mei 1819 opgemaakt, in regten geen geloof kan gehecht worden, wanneer niet voldoende 'blijktdat de 'deurwaarder bij gedacht werk voorzien is geweest van den schriftelijken last, waarvan bij het aangehaalde wecs-artrkel de noodzakelijkheid is bepaald. Ter voldoening aan eene resolutie van gemelden Minister, is de aandachc der amb tenaren op het bedoelde wettelijke voorschrift gevestigd, met uitnoodiging op deszelffs 'stipte naleving toe te zien, en er inzonderheid de deurwaarders :aan te herinneren; met opmerking tevens, dat hetzelve voorschrift ook dan zal behooren nagekomen te worden, wanneetde openbaringen, volgens art. 35 vereenigd mét die naar art. 36, geschieden. Aan de ontvangers en hoogere ambrenaren der belastingen enz. is be. "kend gemaakt, dat bij 6 van art. 24 der wet op het personeel', van 29 Maart T833, bepaald is, dat het bedrag der belasting, naar de vier eerste grondsla gen verschuldigd, wegens gebouwen, door ouders en kinderen of broeders en zusters te zamen bewoond-, even zoo min als hec aantal hunner dienstbo den en paarden, voor splitsing vatbaar zal zijn; dat er twijfel ontstaan is-, of 'die bepaling ook dan nog in toepassing moet komen, wanneer er, in betrek king tot het gezamenlijk bewooride perceel, de rede is van de bewoning van zoodanige perceelsgedeelten, als bij art. 2, litt. a, van art. 24 zijn bedoeld; dat het aan Z. Exc. den Minister is voorgekomen, dat, in dat geval, de be paling van 6 niet gelden kan; doch, dat dezelve wel van toepassing is bij lett. b van art. i'4 of bij 5 daarvan omschreven. Door bestuurders van het Haagsche genootschap: fot Verdediging van de Christelijke Godsdienstis aan den schrijver der verhandeling, met de spreuk: Res Ardua enz., behelzende een antwoord op de vroeger uitgeschreven prijs, vraag, over het kenmerkende van Lucas Evangelie, de gouden eereprijs toe- 'gewezen. De schrijver is gebleken te zijn de wel-eeiw. heer Johannes ab Utrecht Dresselhuis, Predikant te Wolfaartsdijk. Uit Amsterdam schrijft men van den dcsten, dat men met genoegen 'vernam, dat het ontwerp tot -droogmaking van de Haarlemmer-meer nog steeds bij de Hooge Regering een punt van overweging-uitmaaktede Com. missie, door Z. M. ben-oeind, om nader de nuttigheid van die onderneming te onderzoeken, zou dezer dagen wederom eene vergadering aan het De partement van Binneniandsche Zaken gehouden hebben. Ook meldt men, dat de Regering aan den Afrikaanschen Koning Inham- moerloeja, als een blijk van goedkeuring en erkentelijkheid voor de bij het vergaan van het Nederlandsclie koopvaardijschip de Nijverheid bewezene diensten, een scharlaken met goud gegaloneerde montering zal toezenden. Vervolgens schrijft men uit Amsterdam van dezelfde dagteekening: De Hollandsche maatschappij van fraaije kunsten en wetenschappen hield alhier op heden hare jaarlïjksehe algemeene vergadering, onder voorzitting "van den Hoog-Eerwaarden Hooggeleerden heef A. des Amorie van der Hoe ven, die dezelve opende met eene keurige en welsprekend voorgedragene redevoering over het wezen der welsprekendheid, waarna de algemeene Se cretaris, de wel-éd. gestr. heer Mr. IV. C. J. van Hasseltverslag deed van •de voornaamste handelingen en voorvallen, weike sedert de laatste algemeene Vergadering, den 16 September 183^, te 's Gravenhage gehouden, bij de maatschappij hebben plaats gehad, en opgave van haren tegenwoordigen staat. Uit dit verslag bleek, onder anderen, dat de Amsterdamsche afdeeling dier taaatschappijin het vorige winter-saizoen-, twaalf vergaderingen heeft ge houden, de Rocterdamsche zes, de Leidsche vier en de Haagsche elf; dat de maatschappij bestaat uit acht honoraire en 476 gewone leden, van welke de Amsterdamséhe afdeeling 250, de Rotterdaffische £8» de Leidsche 59 en de Haagsche 6$ telt. Uit het verslag wegens de in den jare 1836 door de maatschappij uitge schreven prijsstoffen bleek, onder anderen, dat op de vraag: Daar in de laatste tijden vele aanmerkingen tegen de ingevoerde spelling 'der Nederlandsche taal gemaakt zijn, vraagt de maatschappij bij een algemeen oordeelkundig overzigt dezer tegenwerpingen, in hoe verre zij al of niet ge. grond zijn, en in hoeverre zij tot verbetering onzer taal behooren aangenö. teen eU ingevoerd te worden? een antwoord is ingekomen, aan hetwelk de meerderheid der vijf beoor deelaren de gouden «erepenning heeft toegewezen. Bij de opening van het daarbij gevoegde briefje bleek, dat schrijver van dit antwoord is de heer •Arij Je Jager, schoolopziener te Rotterdam. Verder nebben geene bekrooningen plaats gehad. Tot lid van verdienste is door het Hoofdbestuur gekozen, Z. Exc. de hoog edel gestr-. heer Mr. Anton Réinhari Falck, Minister van Scaac te's Gra venhage oud bestuurder der maatschappijwelke benoeming door de leden toet veel toejuiching werd vernomen. Tot algemeen Voorzitter voor het volgend maatschappelijk jaar is gekozen de wei-edel gestr, heer Mr. A. Siewcrtsz van Reesemaen tot algemeen Se. •cretaris de wei-edel gestr. heer Mr. A. Veder, beide Advocaten te Rotter dam; zijnde het voorzitterschap der maatschappij aan de Rotterdamsclie af deeling overgegaan. De leden zullen met eenen vriertdschappelijken maaltijdin den Doelen in de Doelenstraat alhier, de werkzaamheden vah dezen dag besluiten. Den 19 September, voor den middag, 'Ontstond te Amsterdam brand in een koffijbrandetij op den Nieuwendijk aldaar, en in den avOnd van dien zelfden dag is de korenmolen de Kraai, op het bolwerk Sloten, bij de Haar- iemmefpoort, in brand geraakt en geheel afgebrand. De oorzaak van het •ontstaan des brand is onbekend. De molen zelf was voor brandschade ver zekerd, doch tevens zijn ongeveer 170 zakken graan door de vlkrn verteerd. Den volgenden dag is er wederom binnen Amsterdam brand geweest in de Ëra'nsche Halsteeg, welke echter gelnkkig spoedig gebluscht is. Uit Rotterdam meldt men vah den 21 September: Gisteren morgen, omstreeks 4 ure, is, door stilte en duisternis, de vracht schuit de Vrouw Maria, schipper 'van Vliet, met haren mast tegen de boeg- Spriet van de nabij deze stad op stroom liggende oorlogsbrik de Kemphaan edreVeh en daardoor gezonken. Door de spoedig en doelmatig aangebragte ulp van het Ëtat-Major van gemelde brik. zijn de vrouw en het kind van tien schipper, benevens deze en twee knechts gered. Door de welwillend heid van den Constructeur en den ijver der onder-Constructeurs van de Ma- tine zijn dadelijk de noodige maatregelen in het werk gesteld tot het ligten van het vaartuig, waardoor men alle hoop heeft, dat de schipper, die zijné gansChe bezitting en bestaan in en door dit vaartuig heeft, niet geheel aan armoede zal zijn prijs gegeven. Te Alkmaar overleed den i8den dezer, in den ouderdom van ruim .63 .jaar, de heer Nikolaas Amlijn Nic. Zóón, welke zich zoowel door zijbe 'systematische beschrijving van belangrijke voorwerpen der natuur, door zijne afbeelding der artsenijgewassen, maar vooral door zijne menigvuldige werkjes tot het onderwijs betrekking hebbende in ons vaderland heeft beroemd gemaakt. Uit Aalsmeer verneemt men, dat op Zaturdag den 15 September jl. door den heer Haksteen, genees-, heel-, en verloskundige in die gemeente, Jacola van der Schildenoud 37 jaren, huisvrouw van Klaas de Groot,werk man, aldaar woonachtig, daar zij zich in de laatste maand harer zwanger schap bevond, na haar overlijden, door middel vif.i de Keizersnedeverlost is, met dat zeldzaam gelukkig gevolg, dat het kind levend ter wereld is gekomen. RUSLAND. In Duitsche bladen wordt verzekerd, dat thans in Rusland ter versterking van het leger één van de 40 man gelige wordt. Nietegenstaande de strenge blokkering van de Circassische kusten door de Russenzijn echter niet minder dan 80 geladen vaartuigen gedurende een jaar in de havens van dat land binnengeloopen. Een Colorrel zou, in naam van den Keizer, aan de Circassische opper hoofden voorscellen gedaan hebben, om in eene schikking te komen; deze zouden echter van geene overeenkomst hebben willen weten, maar geeischc hébben, dat de Russen over den Don terugtrokken. Het Russisch leger van dén Kaukasus was met tienduizend man, en dat aan de Zwarte Zee met achtduizend man versterkt geworden, zoodac men bet totaal der beide legers thans op vijf en zeventig duizend man gere gelde troepen en dertigduizend man kozakken schatten kan, zonder daarbij de garnizoenen der versterkte plaatsen te tellen, welke ten minste zes dui zend man betoopen. De Belgische Emancipation zegt het volgende uit eene Petersburgsche 'courant overgenomen te hebben: Een renbode, door den "Colonel Duhamel, Minister zijner Keiz, Maj. bij den Schah van Perzië, uic Teheran afgezonden en den éden alhier aangeko. men, brengt eenen brief van dien Vorst met zich, waarin hij uitdrukkelijk eene Russische interventie verzoekt. Een andere renbode is met dit aan. z.oek dadelijk aan den Keizer gezonden, wiens bevelen nu verwacht wor- 'den; middelerwijl heeft de Minister van Oorlog zijne schikkingen gemaakt, om het legercorps, dat in Armenië staat, met 15,000 man te versterken. PORTUGAL. Lissabon den 11 September. Men houdt zich te Lissabon nog altijd be zig mee de verkiezingen voor de Cortesdezelve zonden op het laatst van deze maand afgeloopen zijn. De Mignellistische benden in het Zuiden van het Rijk hielden zich nog steeds staande, en hadden zelfs hier en daar eenig voordeel behaald. De zoon van Remechido had eene belangrijke overwinning bevochten op een de. tachemenc croepen, dat een convooi krijgsbehoeften begeleidde. Hec bewind der Koningin had steeds met geldgebrek te worstelen, waarom ook geene afdoende maatregelen tegen de Miguelliscen konden geno- taen worden. SPANJE. Berigten over Parijs van den 21 September. In de Gazette dc Fraiïfe leest men: Verscheiden brieven uicBergara van den I2denkondigen aan, AziEspartero, na hec gevoelen van zijnen krijgsraad te hebben vernomen, geheel van eenen aanval op Estella heeft afgezien. Den pden des avonds is hec leger der Christinos naar den Ebro afgecrokken en is de zware artillerie naar Tafalla gezonden. Het schijnt dat de voorname reden, die Espartero bewogen beeft om den Ebro over te trekken, in de overtuiging bestaat, dat in hec eerste gevecht een groot deel van zijn leger naar Don Carlos zoude overloopen. Aan den Ebro gekomen zijnde heeft de Generaal, op de nit Madrid ontvan. gen bevelen, zes bataljons naarCastilie en acötbataljons naarNeder-Arragon afgezonden. Uit Bayonne wordt van 16 dezer gemeld, dat Marotto den léden te Durango is gearriveerd, waar het zware geschut den volgenden dag moest aankomen. Men denkt dat het wederom tegen Bilbao is gemunt. Don Carlos bevond zich den i3den te Vergara. Spanje is tegenwoordig, ten aanzien van den oorlog, in twee klimaten verdeeld; de heifc van dat Rijk, indien men van Valencia tot aan Santander eene lijn trekt, loopende over Valladolid, is door de Carlisten overheerd of ten minste zoodanig in hunne magt, dat de operatien van meer dan 100,000 man krijgsvolk verijdeld wordenai het overige des Rijks verkeert in eene betere gesteldheid, dank hebbe de ijver van Narvaez, die het ware middel van be vrediging schijnt gevonden te hebben. De Generaal Latre is uit Madrid in het leger van het centrum aangekomen. Uit Madrid meldt men van den iéden, dac reeds eenigen der benoemde Ministers hun ontslag hadden ingediend. ITALIË. Nadat den 6den de kroonplegtigheden te Milaan waren afgeloopen-, hebbeti er groote militaire evoiutien en wapenschouwingen door den Keizer en Ko ning plaats gehad. Na alloop van de wapenschouwing, den pden gehouden, waarbij ook de Keizerin tegenwoordig was, is de groote marmeren vredeboog ingewijd, die reeds onder Napoleon was begonnen. HH. MM. hebbendes avonds een luisterrijk bal gegeven. Men verneemt, dat door de onderscheiden steden en gemeenten van het Lombardijsch Venetiaanscb Koningrijktot viering der kroonplegtigheden, ongeveer 4 millioen guldens bijeen zijn gebragt. Bij de krooning te Milaan heefc men eene deputatie van verschillende Groot-kruisen, Commandeurs en Ridders van de orde van Malta of van St. Jan van Jeruzalem in groot coscuum opgemerkt. Te Venetie werden, in de eerste dagen dezer maand, groote toebereid selen gemaald, om den Keizer en Koning luisterrijk te ontvangen. Men schrijft uit Napels van den 6 September, dat Z. D. H. de Hertog Bernard van Saksen IVeimar, Luitenant-Generaal in dienst van Z. M. den Koning der Nederlanden, zijn verblijf in die hoofdstad tot aan hec voorjaar zal verlengen. De brief voegt er bij, dat mevrouw de Hertogin hare zuster, H. M. de Koningin-weduwe van Engeland, te Napels verwacht. De Koningin van Griekenlandreizende onder den naam van Gravin van Missoluttghiis den yden te Aucona aangekomen. ZWITSERLAND. Aan den Grooten Raad van het kanton Zurich, is door de officieren vatl het Bondsleger een adres ingezonden, waarin zij zich bereidwillig verklaren; om voor de eer en onafhankelijkheid van het Gemeenebest te strijdenen verzoeken, dat deze hunne verklaring bij het geven van een antwoord aan Frankrijk in het oog moge gehouden worden. Velen in Zwitserland zijn van ineening, dat de meerderheid der Grootê Raden, behoudens eenige wijzigingen, zich met het voorstel van den Pre sident van den Landdag zullen vereenigen, om namelijk de Fransche Rege. ring te verzoeken, de zaak van Prins Louis Bonaparte voor de RegtbankeU van het kanton Thurgau te trekken. Uic Geneve schrijfc men, dat de Regering van dat kanton zich, zonder veel opzien te maken, op alie mogelijks voorvallen wapent, de vestingwer ken, tuighuizen en verdedigingsmiddelen laat inspecterende noodige am munitie heeft aangekocht, en aan het eerste contingent order heefc gegeveil om zich marschvaardig te houden. DUITSCHLAND. tn Pruissen ontving men gerustellende berigten ten aanzien van den öógst ift de provinciën. Men had hoop nog een beter najaar dan in vroegere jaren te hebben. De graanprijzen waren dien ten gevolge reeds aanmerkelijk ge. vallen en men zag nog grootere daling te gemoer. HH. MM. de Keizer van Rusland en de Koning van Pruissen zijn van Maagdenburg te Postdam teruggekeerd; aldaar werd ook de Keizeriii uic Weimar vervvaehCi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1838 | | pagina 3