A*. 1838.
letdscbe
E 1 N 'Té
WOENSDAG,
KENNISGEVING.
Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, gelet hebbende op de circu
laire missive, van Mijn Heer den Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Hollandvan den
Tio. Augustus 1831 ProvBlad N°. iio), herinneren bij dezen elk. en een iegelijk, dat
'Z. Mé de Koning, bij besluit van den 1. Augustus bevorens, N°. 72, bepaald hebbende,
'dat de Dankdag of Godsdienstige viering der overwinning van Waterloo, voortaan altijd
op den derden Zondag der maand junij van ieder jaar zal plaats hebben dezelve alzoo
"ditmaal op Zondag den \7den dezer maand-, Godsdienstig zal worden gevierd.
Aldus gedaan en afgelezen, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad
Leyden, op den 11. Junij 1838.
J. G. de M e y.
Ter ordonnantie van dezelve,
P. A. du Put.
KENNISGEVING.
Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, -ontvangen hebbende eene
'circulaire aanschrijving van Mijnheer den StaatsraadGouverneur van Zuid-Hollandin
■dato den 26 February' jl. Pro\inciaalHt& N°. 26) houdende, om, door het aansporen
der Ingezetenen tot milddadigheid, zoo veel mogelijk mede re werken tot het wel doen
slagen der jaarlijksche Collecte, welke, ten gevolge van Zijner Majesteits dispositie, van
den 16. November 1820, N°. 81, door de Districts-Commissie tol aanmoediging en onder
steuning van den Gewapende» Dicndi in de Nederlanden zal vvorden gehouden, brengen
bij dezen icr kennis van de Ingezetenen dezer Stad, dat, ingevolge het verlangen van
gemelde Commissie, de genoemde Collecte zal geschieden, door daartoe gekwalificeerde
personen, in gesloteiie bussen, op Maandag en Dingsdagdie zijn zullen den i8en en igen
Junij aanstaandeaanvangende 'r morgens ten negen ureaan de huizen der Ingezetenen,
die verzocht worden op de uitreiking hunner liefdegiften order te stellen. Burgemees
ter en Wethouders, gaarne voldoende aan het verlangen in gemelde circulaire vervat
:noodigen bij dezen uit de Ingezetenen dezer Stad, om, volgens hunne bekende liefdadig
heid, ook in deze Collecte rijkelijk van het hum e bij te dragen, en mecnen hierop bij
zonder te mogen aandringen, uit hoofde eene milde bijdrijge voor d-ze Instelling hoogst
-belangrijk is."De opbrengst derzelven immers strekt eerst en vooral ter ondersteuning
'van de zoodanigendie in vroegere oorlogen verminkt zijnterwijl het overschietende ten
'behoeve van de deelgeregtigden na 1813 en voor de slagtoffer s ïiit den tegenwoordige»
strijd tegen oproer ên geweld wordt gebruik it Vermits de uitgavenzoowel van liet
primitive fonds, als van dat voor de slagtoffcrs uit den strijd met Belgie, door de in
'komsten niet meer kunnen worden bestreden, niettegenstaande de vele beperkingen, die
in liet opnemen van clëelgeregtigden zijn ingevoerd, zoo volgt daaruit van zelf-, dat het
kapitaal jaarlijks vermindert"; weshalve het fonds de milde bijdrageu der Ingezetenen bij
"voortduring dringend blijft behoeven.
Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad
Leyden, op den 11 Junij 1838.
J. G. de MEY.
Ter ordonnantie van dezelve,
P. A. du Pui,
Burgemeester f.n Wethouders der Stad Leyden, brengen bij deze ter kennis
van de genen, die zulks zowde mogen aangaan, dat, ingevolge eene nadere aanschrijving
van Zijne Exc. den lieer Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Holland, in dato den 4 Junij
jl. CProv. Blak, N°. 49), de aankoop der nog ontbrekende twee en dertig paarden aan
het getal, 'twelk, ingevolge Z. M. besluit van den 16 Januarij dezes jaars N°. 50,voor
de dienst der artillerie moet woiden aangeschaft, zal plaats hebben te Gorinchémop Don
derdag den 28 Junij aanstaande en zoo noodig op de twee volgende dagen. Zullende de
leverancie gesci ieden op de voorwaarden en de paarden moeten bezitten de vcreischten
bij de Kennisgevingen van den 12 February en 20 April jl. vermeld.
Leydenden 11 Junij 1838.
■Burgemeester en ÏVethouders voornoemd
J. G. DE MEY.
Ter ordonnantie van dezelve,
P. A. DU Pvu
Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, bij besluit van Zijne.Exc.den
Meer Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Holland van den 26 Mei jl. (Prov, Blak N°. 47)
ontvangen hebbende de door H. II. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gearresteerde
Lijst der bevoegd erkende geneeskunst oefenaren voor den jare 1838welkers inhoud door
•afkondiging is bekend gemaakt, brengen bij deze tér kennis van de belanghebbenden,
'dat gemelde Lijst ook, ter visie van dezelven, ter Secretarie dezer Stad is gedeponeerd.
Leyden'den 11 Junij 1838.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. G. de MEY.
Ter ordonnantie 'van dezelve,
P. A. du PUI.
13 J U N IJ.
NEDERLANDEN.
Legden den mden Junïj.
Bij Züner Majesteits besluit van den 20 April jl., N°. 97, is tot 2den Lui.
tenant bij de dienstdoende Schutterij dezer Stad benoemd: de Heèr Paul
Emanuel Marie van Bommel.
De Staats Courant maakt de benoeming bekend van den Amsterdamschen
Hoogleeraar Cijsbertus Johannes Rooijens, tot gewoon Hoogleeraar in de God.
geleerdheid aan onze Hoogerchool.
Uit 's Gravenhage meldt men van den ii junij:
Overeenkomstig art. 139 der nog bestaande grondwet, en de deswege
vastgestelde reglementen, vergaderen de Staten der onderscheidene provin
ciën den eersten Dingsdag in de maand Julij aanstaande (zijnde dit jaar den
3 Julij) 'in de hoofdplaatsen der verschillende gewesten. Volgens art. 144
behoort tot hunne werkzaamheden, onder anderen de verkiezing van de leden
der Tweede Kamer van de Staten-Generaalen wel voor het dit jaar aftre
dende gedeelte derzelve. Dit getal beloopt negentien, als uit:
Noord-BrabandJhr. P. E. de la Court, Mr. J. A. Luyben en Mr,J. B.
H. van den Mortel.
Gelderland Jhr. TV. L. F. C. van Rappard en E. TV. van Dam van Tsselt.
Holland: Jhr. G. Beelaerts van Blokland, Jhr. A.TVarin, Jhr. H. Backer,
,jhr. Mr. M. TV. de Jonge, Jhr. C. Clifford, Mr. J. H. van Reenen en Mr.
J. i)P den Hoojf.
Zeeland: J. Snouck Hurgronje.
Utrecht': Mr. H. M. H. J. van Asch van TVtjek.
Vriesland: M. P. D. Baron van Sytzama en Mr. J. Cats Epz.
'OverijselMr. TV. H. Vijfhuis.
GroningenJhr. O. van Swinderen van Rensuma.
Órenthe: Mr. G'. Kniphorst.
Behalve deze negentien leden, die dit jaar aftreden, is thans ook het lid.
maatschap vervallen van den heer TV. B. Donker-Curtius van Tienhovendie
rot vice-President van den Hoogen Raad benoemd is, welke betrekking, op
grond van art, 9 van de wet op de zanienstelling der regterlijke magt en het
beleid der Justitie, onvereenigbaar is met het lidmaatschap van de Staten-Ge.
heraal. Op dienzelfden grond is Ook de heer Mr. J. Op den Hoof, nieteven
«Is de overige achttien, dit jaar aftredende leden der Tweede Kauier, her
kiesbaar. Waarschijnlijk zal er ook voor den heer Mr. T.C. de Bordes, die
tot Procureur-Generaal bij den Hoogen Raad benoemd is, een ander lid ter
Tweede Kamer moeten werden verkozen, daar ook die betrekking even ais
die van lid van den Hoogen Raad, onvereenigbaar toeschijnt met die van
Afgevaardigde. Intnsschen treft men dienaangaande, voorzoo verbekend
is, nergens eene stellige bepaling aan.
Met den isdeii cezer zal Zr. Majs. corvet Ajax worden buiten dienst
gesteld en opgelegd, en den Commandant van dien bodem, de Kapitein ter
zee IV. L. Kottps, benevens de verdere daarop dienende officieren enz,, als-
dan worde' gebragt op non-activiteit.
De Regering heeft goedgevonden dat de Ministers-Residenten van
vreemde Mogendheden, bij het Nederlandsche Hof geaccrediteerd, met be
trekking tot de schadeloosstelling voor Rijks impositien worden gelijk gesteld
met de Ministers-Plenipotentiarissen en Extraordinaris-Envoyés.
Dezen morgen is uit deze Residentie naar Denemarken vertrokken de
Baron de Selby Envoyê-Extraordinaris van dat Rijk bij het Nederlandsche
Hof, die met vertof, voor eenige maanden zijne betrekking alhier verlaat.
De zaken van het Gezantschap zullen, gedurende zijne afwezigheid, wor.
den waargenomen door den Ridder de MorgcnsteirneGeheim-Raad van
Legatie.
Naar men verneemt is aan elk der brandspuiten, die bij den brand op
het Huis ten Bosch water gegeven hebben, eene belooning van zestig gul.
den verleend. Buitendien, is er eene eerste premie aan d» spuit N°. 1 en
eene tweede premie aan de spuiten N°. 2 en 4, uit hoofde van het gelijk,
tijdig water geven derzelve, uitgereikt. Ook hebben onderscheiden perso
nen, welke bij den brand hulp hebben aaogebragt, naarmate der door hen
bewezene diensten, geiddelijke toelagen ontvangen.
Uit Amsterdam meldt men van den 11 Junij:
Men verneemt dat, binnen weinige dagen, bij den boekhandelaar G. J. A
Beijerinck alhier, zal worden uitgegeven een dertiende druk van het be,
roemde Haarlemmer-Meer-Boek van J. Asz. Leeglv.vaterverrijkt met aantee.
keningen, en voorafgegaan door eenige levensbijzonderheden van den schrij.
ver, en een historisch overzigt der plannen tot, en der werken over het
Haarlemmer-Meer, met protret, kaarten, fac-simile, enz.
De verwachting, dat het Z. M. dezer dagen zou behagen, octrooi te
verleenen, om door middel van onaanslibbare buizen, het Vechtwater binnen
deze srad te leiden, heeft zich thans verwezentlijkt, aangezien het den Ko.
ning behaagd heeftdit octroci aan den heer J. C. Eedberg, Rijks ambtenaar
op wachtgeld, voor den tijd van 15 jaren te verleenen, zoodat er alle voor.
uitzigt bestaat, dat de ingezetenen dezer hoofdstad alsnu binnen weinige
jaren genot zuilen hebben van het voor de gezondheid zoo onmisbaar versch
zuiver drinkwater, en wel tegen eenen prijs, voor den behoeftigen stand
Vooral minst drukkend.
AFRIKA.
In ónze vorige maakten wij melding van een verlies, betgeen de verhui
zende Kaap-kolonisten door de binnenlanders zouden geleden hebben. Een
der nieuwsbladen van de Kaap de Goede Hoop heeft onder dagteekening van
van Colesberg 4 Maart, hieromtrent eenen brief van den volgenden inhoud:
Overeenkomstig de'begeerte van Dingaan, ten opzigte van de vestiging der
uitgeweken landbouwers, op zijn grondgebied, ging Pieter Relief bezit ne.
men van zoodanige landerijen, als dat Kaffer-opperhoofd hem voorafhad aan.
gewezen. Na eene moeijelijke reis en vele der door het volk van Dingaan
bewoonde sterken te zijn doorgetrokken, kwamen zij aan eene plaats in de
nabijheid van Port Natal, alwaar zij hun hoofdkwartier vestigden, met voor
nemen alda/r eer. fort te bouwen. Twee dagen na hunne aankomst gaf Relief
zijn voornemen te kennen, om op verschillende plaatsen die gezinnen, welke
zulks mogren verlangen, eene verblijfplaats aan te wijzen. Op den vierden
dag vergaderden deze lieden met hunne wagens en familien,'de laatste te
zanten bedragende 270 personen. Op den vijfden dag verlieten zij het hoofd,
kwartier, doch in den naclu van den zevenden dag werden zij door een' hoop
van Dingaan's volk omsingeld en aangevallen. Allen werden óm het leven
gebragt en onder hen ook Pieter Relief.
Ten gevolge van dit berigt, heeft de beer Maritz, hetzelve aan de land.
bouwers in den omtrek van de jiet— en modder-rivier mededeelendehen op.
geroepen, om met hem de nog overig gebleven landverhuizers ter hulp te
snellen; doch de opgeroepenen schijnen zich echter niet zeer te haasten, uit
hoofde van het gerucht, dat al de onder aanvoering van Pieter Retief uitge.
wekenen om het leven zijn gebragt.
SPANJE.
Berigten over Parijs van den 10 Juntji
Óen 30 Mei heeft de Commissie uit de Cortes, ad hoc benoemd, deti
voorslag van deti Franschen kapitalist Garciostot het aangaan van eene
ieening verworpen, even als kort te voren die van Ldfftte.
In het Mémorial Bordelais van den ótlen wordt gemeld:
Over Bayonne ontvangen wij uil het thans te Toioso gevestigde hoofd,
kwartier van den Pretendent vrij belangrijke berigten. De gematigde party
heeft daar de bovenhand verkregen; Don Carlos heeft benoemd tot Minister
van Justitie den Bisschop van Leon, van Oorlog den Generaal Maratovan
Financien den heer Erro; van Buicenlandsche Zaken, den heer Sierra.
De Generaal Vitlareal is Opperbevelhebber des legers geworden de Graaf
Casa Eguia is benoemd tot Kapitein-Generaal van Navarre en Biskaye. Al
de in ongenade gevallen Chefs, als ZnriateguiFJio, Torre Madrazo en
Vargaz, enz. zuilen weder tot active dienst worden geroepen. Eerstdaags
zalzegt men een politiek manifest worden afgekondigd.
Een brief uit Saragossa van 1 Junij geeft de bevestiging, dat de Carlisti.
sche expeditie, welke in Arragon tvas gevallen, naar Navarre is ternggekeerd.
Men spreekt van nienwe onlusten in de geïnsurgeerde gewesten; onder
anderen moeten twee officieren vermoord zijn geworden.
ITALIË.
Het stuit, van den Paus tot antwoord aan het Dom-Kapitte! van Keuleti
op deszelfs kennisgeving van de keuze van een Bestuurder van hetzelve,
is hekeiid gemaaktin hetzelve wordt onder anderen het volgende gelezen:
Vooreerst staat de Paus toe, dat Doctor Hiisgen als Vicaris-Generaal van
den Aartsbisschop fungereomdat bij in die waardigheid reeds lang te voreri
door denzelven bevestigd wasen wel tot zoo iang de Aartsbisschop in zija