MAANDAG, A". 1838.' L E Y D S C H PUBLICATIE. INKWARTIERING. "Burgemeester en Wethouders der Stad Leydf.n, in aanmerking genomen hebbende de noodzakelijkheid, om- ten aanzien der inkwartiering van Troepen andere Verordeningen daar te stellan; Gelet op art. pa van het Reglement voor het BeS'tuür dezer Stadwaarbij dc zorg /voor de behoorlijke evenredigheid, .ingeval van Inkwartiering van Troepen, aan Burge meester en Wethouders of derzei ver Commissarissen is toevertrouwd; Brengen bij deze ter kennis van de Ingezetenen dezer Stad, dat het Reglement van rInkwartieringgearresteerd den 28 April 1812, wordt ingetrokken en buiten werking gesteld. En voorts: M 1°. Dat tot Leden van de Commissie van Inkwartiering zijn benoemde de Heeren PAUL du RIEU, Wethouder Mr. JEAN CORNEILLE BUCAILLE, Lden den j^cd. WILLEM P1ETER KLUIT, V En tot Secretaris bij dezelve Commissie: PI ETER van O YEN. 2.°. Dat met den aanvang van den jare 1S38 alle.de tot heden bestaan hebbende vrij dommen van personele Inkwartieringvoor zoo verre dezelve niet zijn overecn- eehkofnehde tnet'de 'bepalrngén van het, door Zijne Majesteit bij besluit van den 26 junij 1814., gearresteerde Reglement zullen zijn afgeschaft, en elk Ingezeten verpligt is in de Inkwartiering te deelen, na evenredigheid der belastbare huur waarde van elk bewoond perceel, volgens den Radastralen Legger, waarbij tot maatstaf de navolgende klassificatie zal worden opgevolgd, als: 'i°. Huizen van 54. tot'/200. Kadastrale Huurwaarde, dén'man. r»°. Huizen van 200. tot 400. Kadastrale Huurwaarde, iïvee'-mati. 3°. Huizen van 400. en daar boven Kadastrale I-luürwaarde, drie man. 3°. Dat door bijwonende Huisgezinnen onpersonen ecnc.'Contributie zal moeten.wor den betaald; met dien verstand?, cUt,door deze te. betalen, Contributie, de Bewo ner zal worden verligt in het .gèt'al 'manschappen, welk zonder dat, bij'hem zou de moeten worden ingekwartierd. 'Wordende echter Officieren 'van het Gaïiiisoen en Studenten aali de Hoogeschóol niet als bijwoners aangemerkt. 4°. De Ingezetenen, welke, naar aanleidieg van Zijner Majesteits besluit, van den 26 Junij' 1814, van. het ontvangen van personele inkwartiering zijn uitgezonderd, zijn verpligt. voor die vrijstelling, eene Contributie te betalen, die geëvenredigd zal zijn naar het getal manschappen, welk hun, volgens 'het bij artikel 2 bepaalde anderzins zoude behooren te worden toegezonden. 5°. Ingezetenen, welke niet mogten verlangen Officieren en Manschappen ten-hunne huize te ontvangen, zijn verpligt aan de Commissie schriftelijk op te geven de Wijk en het Nummer van het Huis,, alwaar die Officieren en Manschappen, voor hunne rekening, kunnen worden opgenomen; en daar en boven gehouden, een schriftelijk bewijs van dien persoon over te leggen: dat hij aanneemt, om voor eene behoorlijke verzorging'der ingekwartierdeningevolge de Wetsbepalingen, in te staan. Hieraan niet voldoende, zullen.<le;Ingezetenen verpligt zijn de Offi cieren en. Manschappen ten hunne huize te ontvangen. 6°. Ingeval ér, bij de Ingezetenen, die de Manschappen ten.hunnent huisvesten, zich bij buitengewoneof talrijke Inkwatieringzieken of kraamvrouwen bevin den, of'dat er bij hun andere beletselen en dringende redenen bestaan, waardoor die Manschappen niet behoorlijk zouden kunnen ontvangen en verzorgd worden .-zijn dezelve verpligt, met overlegging in het eerste geval, van een schriftelijk "bewijs van een Geneesheer of Vroedmeester, daarvan in tijds aan de Commissie tc doen blijken, bijaldien zij, gedurende die ziekte of beletselen, van personele 'Inkwatiering- wenschen verschoond te blijven. Zullende de. Ingezetenen, ingeval 'van dusdanige buitengewone Inkwartiering, in de Wijken, alwaar die moeten plaats, hebben, ten behobrlijken tijde daarvan worden verwittigd op zoodanige wijze, als de Commissie meest voegzaam-zal oordeelen; opdat een ieder, die in voorschreven geval verkeert, zich daarna zoude kunnen gedragen. 70. Met den aanvang van den jare 1838 zullen worden afgeschaft de Groene Nummers Waarmede de huizen tot heden zijn geteekenden worden alzoo de Iftgezetentn Uitgenoodigddezelve aan hunne woningen te laten vernietigen. 8^. Ten einde de Registers van Inkwartiering in behoorlijke orde 'op nieuw in te rigten, zal, door of vanwege de Commissie van Inkwartiering, aan de Huizen der Ingezetenen eene pmschrijving worden gedaan,, ten einde bij eventuele In kwartiering alle verwarring voor te komen, en óm zich te overtuigen, dat aan .de bepaling der vernietiging van de Groene Nummers, in het voorgaande artik'fcl vermeld, ^is voldaan. 9°. Onyerminderd deze te doene omschrijvingzijn de Ingezetenen verpligt, om in geval ér verhuizingen, sterfgevallen van Hoofden des Huisgezins en Bijwoners, en bij vertrek uit de Stad, of welke andere oorzaken ook bij hun plaats hebben, waardoor het huisvesten van Manschappen ondoenlijk is geworden, daarvan schrif telijk aan de Commissie kennis tc geven, die daartoe, en tot al wat de zaak der Inkwartiering betreft, in derzelver Kamer op het Raadhuis zal Raceten den eer sten Woensdag in iedere Maand, des middags van 12 tot 2 uren, en zulks ter voorkoming van alle onaangenaamheden en verwarringdie uit eene niet behoor lijke aangifte van het een of ander zoude kunnen ontstaan, waarvan de Ingezete nen zich alsdan de gevolgen zouden te wijten, hebben. Aldus gedaan en afgelezenbij. H. II. Burgemèester en Wethouders der Stad Leyden, op den 7 December 1837. J. G. DE ME Y. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pui, NOTIFICATIE tot Oproering van Vrijwilligers voor den Dienst der NATIONALE MILITIE. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, gezien hebbende art. 30 -der wet van den 8sten January 1817, N°. 1, waarbij aan elke stad of plaats de vrijheid .verleend wordt, om derzelver contingent^in de Nationale Militie, geheel of gedeeltelijk, 'in vrijwilligers te leveren; geven bij deze aan de belanghebbenden kennis, dat hét daartoe bestemde Register, gedurende de maand Januarij 1838, (except Zon- cn Feest dagen), ter Secretary dezer Stad, van'des morgéns ten tien tot des namiddags ten een .uren-, zal openleggen, en tioodigen mitsdien uit alle ongehuwde manspersonen, welke op den isten Januarij 1838. hun jpde jaar zyn ingetreden, en hun 30ste nog met hebben vól- bragt; ten ware zij reeds in dienst der Nederlandsche Armee of Nationale Militie hndden gestaan, in welk geval zij ook tot den ouderdom van 35 jaren zullen worden toegelaten; de lengte hebbende van één el vijf palmen zeven duimen, voorzien van derzelver Doop- Cedul en een bewijs van goed gedrag en inwoning van ten minste 15 maanden binnen deze Stad,- geteekend door een* Heer der Gebtfufte, waarin zij Woonachtig zijn, otn zich, tot den dienst der voornoemde Nationale Militie, vrijwillig te verbinden, en daar toe in voormeld Register te doen inschrijven. Zullende aan hen worden uitgereikt een iandgeld van dertig Guldens, zoodra zij tot den dienst, door den Militie-Raad, -zijn goedgekeurd. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 28 December 1837. j. G. de Mey. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pui. m 1. "visss NEDERLANDEN. Leyden den 3isten December. Het Muzijkgezelschap Musis Sacrum vierde den 29scen dezer eenen treurig- plegtigen avond. Dezelve was toegewijd aan de nagedachtenis van wijlen den Heer C. J. Leciileitner een' uitmuntend' Vioolspeler, die, in onze Stad geboren en opgeleid, onlangs in de Koninklijke Residentie, 's Gravenhage, als Concertmeester van Zijner Majs. Hofkapel is overleden. Weinige be- O I It A N T. 1 JANUARIJ. minnaren slechts dér edele Toonkunst zullen er hier ter stede, én misschien ook elders ïn ons land, gevonden worden, die zich zijn voortreffelijk talent niet met innig genoegen herinneren, en niet een uur van ware zielsverruk king aan herzelve hebben te danken gehad; en deze zullen dan ook zeker het verlies betreuren, dat Euterpe's koor geleden heefc 'door den dood van den Kunstenaar, die in de kracht was van den minnelijken leeftijd. Muiis Sacrum in het bijzonder verloor-in hem een waardig fid van verdienste, i:i de keüs'dèr Mttzijkstukken, als eene hulde aan de nagedachtenis van den overledenen ten uitvoer gebragt,'en in dit Programma vermeid, kan ten Be wijze verstrekken van de stemming der musicerende leden van dit Gezelschap: N°. 1. Treur-Symphonie van B, Romberg. 2. Lijk-gezang van L. von Seyfried. 3. Adagio uit een Trio van L. von Beethoven, voor Piano, VioOl en Violoncel. 4. Idem uit een Quintet van Onslow. 5. Graf-gezang van L. von Beethoven. 6. Adagio uit de 'Symphonie van C. Maurer. N°. 1. Marche Funèhr'e hit de Sinfonia Eroïca van L. von Beethoven. 2. Adagio uit een Trio van L. von Beethoven. 3. Idem voor Viool uit het Concert van Polédro. 4. Graf-gezang van Lindtpaintner. 5. Adagio uit de Symphonie van C.Fesca. De uitwerking van deze wél uitgevoerde Treur-muzijk, op-de aanwezige leden te weeg gebragt, werd nog verhoogd door den indruk der zaal, welke, smaajvol, met.zwart laken behangen was. Musis Sacrum heeft op deze wijze hulde willen brengen aan de verdien, sten van eenen man, die als Leidenaar, als Medelid en als Virtuoos op de zelve regtmatige aanspraak had; zij moge niet alleen ten bewijze verstrek, ken van de hooge mate van achcingj welke dat Gezelschap der Kunst toe draagt; maar ook tot een' prikkel, vporal aan jeugdige talenten, om zich-, door eene vlijtige beoefening en het navolgen van uitmuntende voorbeelden, de algemeene vereering waardig te maken; één doel, welks bevordering, hetzelve zich steeds voorstelde, en dat het nimmer aan de zucht tot eente bioote wekelijksche avonduitspanning zal ondergeschikt doen zijn-. De Heeren P. W. Korthals en S. Muller, beiden Leden der Na. tnurkundige Commissie op Java, thans te Leiden, zijn benoemd, de eerste tot Honorair Lid van het Genootschap ter bevordering der Natuurkundige jVetenschappcn ce Groningen, de tweede tot Lid van hec Gezelschap für Naturvissenscbaft und Heilkundete Heidelberg. Men meldt .uit 's Gravenhage van den 29 December: Zijne Maj. de Koning heeft den Graaf Hcydendie van, wegen Zijne Maj. den Keizer van Rusland, aan hec Nederlandsche Hof 'condoleaiicie-brieven .wegens het overlijden van Hare Maj. de Koningin heefc overgebragc, begif tigd met de Militaire Willemsorde, 3de klasse. 'Volgens Koninglijk besluie zullen de vijfeerste artikelen van het trac- ta'at van scheepvaart, den 3den Junij jl. tusschen Nederland en Pruissen ge sloten, van toepassing zijn op schepen-, toebehoorende aan de onderdanen van het Groot-Hercogdom Pruissen, en op de ladingen dier schepen. Volgens officiële opgaven, bedroeg de bevolking van Zuid-Holland, op '1 Januarij 1837, 500,164 zielen, als in de steden 260,985 en in de overige gemeenten 239,179. Op dat tijdstip telde Delft 15,987 zielen, Dordrecht 19,614, Gouda 13,187, 's Gravenhage 59,199, waaronder 4839 zielen, te Scheveningen Wonende; 'Leiden 36,110, Rotterdam 73,396, en Schiedam 11,815. In 1836 beliep het getal ingezetenen in Zuid-Holland 443,036, in 1837, 500,164; hetzelve is alzoo toegenomen met 57,128 zielen. De be volking, naar derzelver verschillende Godsdienstige gezindheden gerangschikt, béliep op 1 Januarij 1837Gereformeerden 357,937, Roomschgezinden 119,577, Room sell-Kathol ijken van de Clerezie 1069, Evangelisch-Luthersche 9799, Herstelde Luthersche 146, Remonstranten 2912Menonisten 576, Hoogduic- sche-Joden 7582, PonugescheJoden 142en niec genoemde gezindheden 424. Ouder dat getal is begrepen een getal van ongeveer 120 personenzijnde d-e secte, bekend onder den. naam van Mullerianen. of Polsbroekers, thans.'tè Meerdervoorc en Zwijndreclit gevestigd, en voorts ruim 125 van dé Ëpis. copaalsche Engelsche Kerk, waarvan het grootste gedeelte te Rotterdam aanwezig is. Er bevinden zich geene ÜCatholijken te Ammerstol, Bentboorn, Bierr,Blej. kensgraaf, Brandwijk, Goedereede, Grooc-Ammers, Heer-Oudelgnds-Ain. bachc, Heinenoord, Hofwegen, Hoogblokland, Hoornaar, Kijfhoek, Laag- blokland, 'Langerak, Leerbroek, Nieuw-Lekkerland, Grooté- en Kleine- Liridt, Meerdervoort, Natërs, Nederslingeland, Noordeloos, Qttpland, Ou- koop, Peursnm, Scliuddebeurs, Sliedrecht, Strevelshoek, Tienhoven, Wijn gaarden en Zuid-broek. Er bevinden zich meer Roomschgezinden dan Hervormden te Aar, Acht. tienhoven. Alkemade, Haastrecht, Hagestein, Hillegom, Hof van Delft, Hoogmade, Lisse, Loosdninen, Monster, Nieuwkoop, Nieuwland, Noord- wijkerhout, Nootdorp, Oegstgcesr, Papekop, Rijnzaterwoude, Rijswijk:, Sassenheim, Schipluiden, Scein, Scompwijk, Veur, Voorhout, Voorschoten, Vrijhoeven, Warmond, Wassenaar, Wateringen, Zegwaard, Zoeterwoude en Zouteveen. Roomscb-Katholijken van de Clerezie treft men aan in Delfshaven, Delft, Dordrecht, Gouda, 's Gravenhage, Haastrecht, Hekendorp, Hofvan Delft, Krimpen op de Lek, Leyden, Oudewarer, Ondshoorn, Overschje, Ridder kerk RijswijkRotterdam, Schiedam, Schoonhoven, Woerden en Zoetermeer. Men vindt Herstelde Lucherschen te Alkemade, Alphen, Bodegraven, Ka. pelle op den IJssei, Èvendingen, 's Gravenhage, Heukelum, Hillegom, Ka. tendrecht, Kedichem, Lexmond, Lisse, Overschie, Rocterdam, Sliedrecht, Valkenburg, Vlaardingen en Zoeterwoude. Doopsgezinden worden gevonden te Alkemade, AlphênDélfshkv'enDelft, Dordrecht, Goedereede, Gouda, 's Gravenhage, 's Gravezande, Hof van Delft, Katwijk, Kralingen, Leyden, Lisse, Melissant, Noordwijk, Ouddorp^ Oudewater, Ondshoorn, Rijnzaterwoude, Rotterdam, Schiedam-, Vianen, Vlaardingen, Voorschocen-Noordwaddinxveen; Warmond, Woubrugge en Zoeterwoude. Porcugesche Joden vindt men te Oud-Alblas, Dordrecht, 's Gravenhage^ Rotterdam en Zwammerdam. In Meerdervoort en Zwijndreclit houden zich eenige zoogenaamde Po!»', broekers of Mullerianen op. Te Rotterdam zijn 125 leden der Episcopaalsche Gemeente,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1838 | | pagina 1