A0. 1837.
LEYDSCHE
■*M\ 118.
COURANT.'
MAANDAG,
;V/
JL yp-
ft. rtvfi
X-"'. pit-. M":
2 OCTOBER.
MOBIELE SCHUTTER IJ.
Oproeping der Verlof ga tigers van het iste Bataillon der 3 de Af deeling Mobiele
Zuid-Hollandscke Schutterijtot het bijwonen der Inspectie
Burgemeester, en Wethouders der Stad Ley den, ontvangen hebbende eene
'missive van den Majoor, kominanderende de 3de Afdeeling Mobiele Zuid-Hollandsclic
•Schutterijdaarbij bepalende de dagert voor de Inspectie over de met onbepaald verlof
zijnde Onder-O Hl eieren en Manschappen van het iste Bataillon der genoemde Afdeeling;
'roepen bij deze op, alle de zich met onbepaald verlof bevindende Onder.Officieren en
Manschappen van opgemeld Bataillon, als ooit de zoodanigen, welke tegen het ontslag
van hunlieder plaatsvervangers bij hetzelve zijn ingedeeld, om te compareren op het Plein
der Ruïneop IVoensdag den 4 October aanstaande, des morgens te 9 ure, voor het
ftovps Hoornblazers en de Manschappen van de iste en 2de Kompagnien, en des Donder
dags den 5 Octobermede des morgens tc.c) ure, voor die van de 3de, 5de en 6de Korh-
pagnien; ten einde door weigemeiden Heer Majoor te worden aeinspecteerdgekleed in
groot tenue, en voorzien van alle de Wapenen cn Kleedingstukkenbenevens de Zakboek
jes en Verlofpassenwelke zij van het Korps, met verlof gaandehebben medegenomen;
terwijl rte genen, die bij de Inspectie ontbreken, of zich gedurende dezelve niet behoor
lijk gedragen, of wel hunne Kleeding en Wapening hebben verwaarloosd, bij het Korps
'disciplinair zullen worden gestraft, in zoo verre cr geene termen zijn, om hen aan den
Krijgsraad over te geven.
lii».informeren Burgemeester en Wethouders wijders den belanghebbenden, dat geenen
der Verlofgangers van deze Inspectie kunnen terug blijven, dan de zoodanigen'welke
van het Bataillon bij de andere Korpsen zijn gedetacheerd, als ook die, welke van woon
plaats zijn veranderdingeval hun nieuw domicilie meer dan vijf uren van deze genieehVe
is verwijderd, en eindelijk degenen, welke door ziekte buiten staat zijn zich naar de
-plaats van de Inspectie te begeven, in welk laatste geval, geene bewijzen tot verschoo-
ning geldig zullen zijn, dan alleen die zyn afgegeven door den Officier van Gezondheid
van de Afdeeling Kurassiers N°. 3, Begniens, welke bewijzen vóór den aanvang der
Inspectie zullen belmoren te worden overgelegd; tot welke afgifte ZijnEd. dagelijks,
des morgens van 10 tot 12 uren, ten zjjnen huize, iii het Noórdeinde, Wijk I N°. 147,
-zal vaceren.
Vermanende wijders alle Verlofgangers door eene getrouwe opkomst, stiptelijk agn
deze oproeping te voldoenen zich alzoo voor de nadeelige gevolgenwelke uit nalatig
heid zouden ontstaan, te vrij warén.
Aldus gedaan'en gepubliceerd, bij H. H, Burgemeester en Wethouders der Stad
Leyden óp'den 21 September 1837.
J. G. de Mey.
Ter ordonnantie "van dezelve,
P. A. du Pui1.
KENNISGEVING.
Burgemeester en Wethouders Oer Stad LeydeN, ontvangen hebbende eene
■missive van den Heer Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Holland, van den 16 Augustusjl.
f Provinciaalblad N°. 64), van den navolgenden inhoud:
Hecreu Raden en Generaalmeesteren der Munt hebben aan het Departement van Bin-
ncnlandsehe Zaken'te kennen gegeven, dat langzamerhand, zelfs bij sommige Gemeente-
•BeSturcnde erroneuse meening is ingeslopen, dat de verklaringenwelke alle kooplieden
•en werkmeesters in goud en zilver, naar aanleiding van art. 726073 der wet van 19 Bru-
mairc., 6de jaar de.Municipaliteit van het Kanton, alwaar zij gevestigd zijn,
verpligt zijn af te leggen, zouden kunnen vervahgeii worden door eene gelijke verkla
ring, \talke bij de wet van den 21 Mei 1819, Staatsblad N°. 34), ter bekoming van
ïi.cr Parent, gevorderd wordt; tlfct niet te min de bedoelde verklaringen als geheel afge-
"scheiden van elkander te beschouwen zijn, zoowel wat het doel betreft, waartoe zij ge
vorderd wordern, als wAt dérzei ver vorm en inhoud aanbelangt, en dat, eindelijk, de
ten deze bestaande dwaling ligtelijk tot vervolging tegen de waarborg-schatpligtigen zou-
'Uen kunnen leiden, en zulks te meer, daar het töéfiemend aantal der clandestine (althans
bij bet Munrbestuur niet bekende) handelaren, de noodzakelijkheid heeft doen gevoelen,
om met eenigen nadruk de bevelen tot handhaving der ten deze bedoelde wetsbepaling te
hernieuwen; op grond van wélke redenen, Raden en G'eneraalmeesteren der Munt het
voormelde Ministerieel Departement hebben verzpcht, om, door eene algemeene aanschrij
ving, tc willen bewerken, dat-, van nu Voortaan, bij het Bestuur van elke Gemeente,
Binnen welke waarborg-schatpligrigén gevestigd zijn, of zich later mogten komen vesti
gen, een Register tot het opnemen van derzelver beroeps-aangiften (onafhankelijk, van
hetgeen dienaangaande ten aanzien van het Patentregt is voorgeschreven) worde aangelegd.
,,'Öp uitnoodiging van Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken, heb
ik Üe eer, het vorenstaande ter Üwer kennisse te brengén, en U te verzoeken, om,
voor zoo veel zulks nu of in het. vervolg in Uwe stad of gemeente mogt noodig bevon
den wordenaan bet verlangendoor het meergemeld Collegie uitgedruktop 'de meest
'dodmatige wijze, het vereischte gevolg te willen geven; terwijl ik het niet ondienstig
aclrc, te dezer gelegenheid, aap UEd. te doen opmerken, dat als ■waarborg-schatpligti
gen te beschouwen zijn niet alleen de eigenlijk gezegde goud- en zilversmeden olkast-
knadersmaar ook de juweliersdiamantzetterspleetwerkersmessenmakersknoopma-
kers instrumentmakersgouddraadtrekkerspassement- en borduurwerkersuurwerkers
-en herstellerskooplieden in kramerijenuitdragers brillenverkooperszwaardvegers
wapen- en instriimentsnijderspolijsterswisselaarsen, in het algemeen, al wie eeni-
ge, hetzij geheel of gedeeltelik, uit goud en zilver bestaande werken, vervaardigt, be
werkt, of daarin handel drijft.
's GraSrètihageden 16 Augustus 1837.
De Staatsraad, Gouverneur van. Zuid-Holland
(Geteekend} Van der Duyn."
9 November 1797. Èie Bulletin des Lois, an 6, Ne. 156. Vergelijk L. Ron-
donneau, Collection des Lois etc., Tom. 3, p. 41.
Prengen, bij deze ter kennis vah 'elk en een iegelijk, wien zulks zoude mogen aangaan,
ódat, naar aanleiding der bovengemelde bepalingen, ter Secretarie dezer Stad zal worden
aangelegd en bijgehouden een Register tot het opnemen der aangiften en verklaringen
van alle waarborg-schatpligtigèii, zoodanig als dezelve in bovengenoemde circulaire mis
sive zijn opgenoemd, en waartoe zij, ingevolge de bestaande verordeningen gerekend
worden verpligt te zijn; zullende daartoe dagelijksmet uitzondering van Zon- en Feest
dagenop de gewone uren gelegenheid worden gegeven.
Leydenden 25 September 1837.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. G. de Me y.
Ter ordonnantie van dezelve,
P. A. du Pui.
NEDERLANDEN.
Leyden den isten October;
Z. K. II. de Kroonprins is fisteren deze stad doorgekomenzich van
•Soersdi.ik tiaar 's Gravenhage begevende.
Men meldt uit 's Gravenhage van den 28 September:
Ziine Majesteit heeft bij besluit het Departement voor de Marine gemag-
tigd, om aan den Kapitein ter zee Machielien Hoogstdeszelfs goedkeuring
'mede te deelen, wegens zijn goed beleid in de uitvoering van de hem op
gedragen Commissie als Bevelhebber van het ontbonden exercitie-smaldeel
in de Noord Zee.
Bij Zijner Majs. besluit van den 21 September 1837, N°. 66, is tot
Officier bij de Regtbank van Eersten Aanleg te Brielle benoemd Mr. H.T.Hoyer.
- Uit Utrecht wordt van den 28 September gemeld:
'Eergisteren zijn van het Loo op het paleis te Soestdijk terug gekomen
Kil. KK. HH. de Prins en Prinses van Oranje, Prins Alexander en Prinses
Sophia. Zoo men verneemt, zal het Hof den 3osten dezer Soestdijk veria-
ten, blh naar 's Hage terug te keeren.
Uit Grave meldt men dat op den i/deni8den en ipden dezer de al
daar gevestigde Sociëteit tot Nut en hermaak haar vijftigjarig bestaan heefc
gevierd, en wel den eersten dag door eenen vriendschappeiijken maaltijd,
den tweeden door eene openbare zitting, waarin verslag van de lotgevallen
der sociëteit gedurende de veiloopene halve eeuw werd gedaan, eg den der
den dag door eene danspartij, alle welke feestelijkheid 111 behoorlijke orde
en tot waar genoegen van alle aanwezigen is afgeloopen.
P E R S I E.
Over Konstantinopel heeft men berigten uit Persie tot htt begin van Sep
tember. De oorlog was tusschen de twee partijen wederom uitgebarsten.
De Sultan was met 30,000 man van Teheran plotseling opgebroken en tegen
Herat gemarscheerd. Den ooms van den Schach, die vooral tegen hem par
tijdig zijn en andere leden van de famielje op den troon willen helpen,
veroorzaakte dit grooten schrik,doch zij maakten van het weggaan van den
Schach gebruik, om naar de provinciën te vertrekken en zich aan het hoofd
der misnoegden te stellen. Men verwachtte dus dat binnen kort de oorlog
wederom in alle zijne hevigheid in Persie woeden zou.
GRIEKENLAND.
De Nederlandsche Staats-courant bevat eenen bijzonderen brief uit Athene
Van den ipden Augustus. Dezelve is van den volgenden inhoud:
„In Januarij jl. is hier eene wet bekend gemaakt, waarbij eene Commissie
is ingesteld tot bevordering der nationale nijverheid, welke voorzeker groo-
telijks bevordering behoeft. Deze Commissie moest hare zorg voornamelijk
toewijden aan de volgende punten: verbetering van den landbouw in deszelfs
geheelen omvang; de invoering van nieuwe gewassen; de veredeling van
schapen, runderen en paarden; de verbetering van verschillende producten,
zoo als kaas, boter, wijn, olie, zijde, wol, leder, pottebakkers waren; de
oprigting van zeepziederijenkaarsenmakerijen, lijnbanen, zaagmolens, glas
blazerijen, papiermolens, wol-, zijde- en hennepspinnerijen; allerhande fa-
brijken en manufacturen; de opening van nieuwe uitwegen in het buitenland
voor de Grieksche voortbrengselen enz. Tot hiertoe is echter nog geen stap
tot dit alies gedaan. Het is hier een ongelukkig zwak, om alles op eene
grooie schaal en in hoogklinkende bewoordingen te vervatten, zoo dat men
buiten 's lands zich voorstellen zondedat men reeds tot op eene zeer aan
merkelijke hoogte in beschaving, zoowel als in het daarsrellen van nuttige
inrigcingeu en ondernemingen, gevorderd ware.
„Maar van nadef bij beschouwd, is alles ijdel.beid, en van al de inrigtin.
gen vindt men bijna niets, dan het decreet, dat derzelver daarstelling be
veelt. De Hoogeschpol kan ook als geheel mislukt beschouwd worden
Watit onder de Hoogleefaren van dezelve is er niet één, die elders ook slechts
öp een gymnasium zoude kunnen aanspraak maken.
„Èn zoo gaat het met al het overige!
Behalve voor Syra heeft de emancipatie van Griekenland voor de eilan
den geenszins gunstig gewerkt, en het overige gedeelte van dit Rijk zal nog
Veel tijd behoeven om in den toestand te geraken, waarin de omwenteling
hetzelve gevonden heeft, zöowel wat de bevolking als wat de voortbreng
selen betreft. Hierbij komt de afkeer der Grieken regen vreemde kolonisa
tie die anders veel lot herstel kon bijdragen. Ook hunne eigen land- of
stamgenoot'en schijnen het verblijf in Klein-Azie en de Turksche heerschappij
nog steeds te verkiezen bóven eene vestiging in dit land althans zij, die iets
te verliezen hebben, konien niet hier been. Nu is dan ook tvel het vrijge-
vochrene gedeelte het minst uitlokkend en op verre na zoo vruchtbaar niet,
als hetgeen aan Turkije gebleven isook de belastingen zijn bij laatsgenoem-
den niet het tiende gedeelte van hetgeen hier in 'netland der vrijheid geheven
wordt. Een onwillekeurige vooruitgang vindt er altijd piaats, ais het na
tuurlijk gevolg van rusciger ciiden, maar dit is evenwel niét zoo sterk, als
men zulks in sommige dagbladen vermeldt vindt. De handel-krisis is voor
Syra in het klein, wat dezelve voor New-York in het groot is geweest.
Hier, waar men slechts winkeliers heefc, maakte men van deze gelegenheid
gebruik, om zich eene schoone lei te verschaffen, zoodat, 0111 zoo te zeg
gen, de geheele bazar bankroet is; ook is het geldgebrek hier zot) groot,
dat men meestal kopergeld of Duitsche slechte munt in de wandeling zier.
„La Jeune Italië had het in hare wijsheid doelmatig geoordeeld ook Grié,
kenland een' zendeling te geven. Hiervan verwittigd, werden tnaacregeléu
genomen om dit te verijdelen, doch de zendéjing, zekere Usilio, had zich
uit Florence over Malta den toegang tot dit land weten te verschaffenen
daar hij reeds aanving ziCli van zijnen last te kwijten, de opmerkzaamheid
in diervoegé tot zich getrokken dat men hem gebood, onmiddellijk het land
te verlaten. Dit beeft aanleiding gegeven tot het wisselen van nora-s rils-
schen den EngelsChen Gezanc en den heer van Rtidhartïnjusschen is de
zendeling naar meer liberale landstreken gaan omzien, waarmede wij ons.niét
dan geluk kunnen wenschen, vermits er buitendien genoeg onkruid gezaaid
is en de rust hier slechts aan een' zijden draad hangt, zijnde dit land jjoi
rooverbenden; zoodac men zich van de eene plaats naar de andere, zonder
bedekking, niet begeven kan en zelfs onze omstreken zoo onveilig zijn, dat
men bij avond niet naar Piraeus durft gaan en slechts het ËeijerscHe garni
zoen ons in de hoofdstad tegen aanvallen eenigerniate gerust stelt. De be
ruchte Grivas, sedert lang als roover en moordenaar verfoeid, doch later
gebruikt om den opstand in Noord-Griekenland te helpen dempen, is einde
lijk op veelvuldige aanklagten zijner landgenootendie hij gedurende die
zending had uitgeplunderd en niettegenstaande hij door den gewezen Aarts,
kanselier met geschenken en decoratien overladen tvas, in staat van beschul
diging gesteld en naar Napoli di Romania voor eenen krijgsraad gebragc. Mén
durft zich echter uit vroegere handelingen van die regtbank, die uit Grieken
bestaat, niet vleijen, dat hij loon nadr werken zal bekomen.
„De wet op de verdeeiing van landerijen maakt rióg steeds het onderwerp
van de beraadslagingen der Regering uit. Die van den gewezen Aartskanse-
lier is' onuitvoerbaar bevonden. Nadat die zaak geregeld zal ziin, zal men
de inlandsche schuld onder handen nemenhetwelk van zelve zal nopen, óm
ook eens aan de buicenlandsche schuldvorderingen, honderd millioen franken,
bedragende, behalve de laatste leening van 60 rqillioen, te gaan denken. Of
men tot het doen eener nieuwe leening op nieuw garanten zoude vinden eii
waaruit men die garanten zéker zoude stellen, zal de tijd moeten ophel
deren."