Z&SM&FJS* A0. 1837. LEYDSCHE C O U R A N T. I\ 'i,£ ■'&J GEWO! VRIJDAG, 21 JUL IJ. NEDERLANDEN. L eyden den 2ósten Julij. Men melde uit's Gravenhage van den ipden dezer: Sedert het verblijf van H. K. H. Prinses Albert van Pruissen wordt het paveljoen te Scheveningen weder van tijd tot tijd door de Koninglijkè Fa milie bezocht; meestal begeeft men zich des namiddags derwaarts, om al daar eenige uren door te brengen. Gepasseerden Zaïurdag is er partij geweest bij Z. H. den Hertog van Saksen-fFcimarwelke door HH. KK. HH. Prins en Prinses Frederik der Nederlanden en HH. KK. HH. Prins en Prinses Albert van Pruissen mee Hoogstderzelver tegenwoordigheid is vereerd geworden. Heden is de twee-en-twinrigste vergadering van de Synode der Ne- derlandsche Hervormde Kerk op de gewone wijze gesloten. Dezer dagen werd vermeld, dat Zijne Maj. de Koning Graaf Merci d'ArgenteauPaussetijke Nuntius bij het Beijersche Hof, tot Commandeur der orde van den Nederlandschen Leeuw benoemd had. Het is niet onbe. Jangrijk te vernemen, dat deze Graaf vroeger Colonel-Adjudant van onzen Koning was, doch hij zijnen betrekking voor den eerwaarden Priesterstand vervangen heeft, en hij daarbij tot de aanzienlijke waardigheid van Nuntius des Pausselijken Stoels is opgeklommen. Toen hij onlangs deze Residentie bezocht, is hij bij den Koning ter maaltijd genoodigd geworden. Zijne Maj. liem een blijk van Hoogstdeszelfs bijzondere tevredenheid willende geven, hing hem het Commandeurs-kruis om. De Graaf is in den Kerkelijken Staat geneutraliseerd. Hij houdt zich thans te Argenteau op. Naar men verneemt, is de Staatsbegrooting over het volgend jaar Zijne Majesteit den Koning aangeboden. Bij Koninglijk besuit zijn aan den heer A. Lipkens, Adviseur in de schei- en werktuigkunde bij het Departement van Binnenlandsche Zaken, eenige werkzaamheden opgedragen, ten dienste van het maten en gewigten- stelsel, te weten: a liet'jaarlijks verifieren, en, zoo noodig, doen justeren der gewigten en balansen, in gebruik bij 's Rijks munt, de kantoren van waarborg en de essaijeurs; b het geven van onderrigt aan de arrondisse- jnents-ijkers in het.verifieren en justeren van alle zoodanige belansen, welke tot naauwkeurige overwegingen bestemd zijn; c het verrigten, ten overstaan eener Commissie uit Gedeputeerde Staten der provinciën, van de jaarlijksche verificatie en confrontatie der maten en gewigteh, standaards van den derden rang, berustende bij dé arrondissementijkers, tegen die van den tweeden rang; en om wijders bij die gelegenheid te onderzoeken en des noodsredoen justerende balansen en meetwerktuigen; in gebruik bij de voormelde ijkers; en d. het onder zijn opzigt door eene bekwame hand doen vervaardigen van zoodanige meer naauwkeurige baiansen, als welke de arrondissements-ijkers nog mogten behoeven, tot het verifieren der goud- en zilvérsmids gewigten, en van alle andere gewigtentot het Nederlandsche pond ingeslotenwelke standaards naauwkeurigheid behooren te bezitten. Bij besluiten van Zijne Maj. zijn- benoemd: tot Burgemeester en Se cretaris der gemeente Rietwijkeroord (Noord-Holland), .7. Dolleman; tot Burgemeester en Secretaris der gemeente Vlist en Bonrepas (Zuid-I iQiland), .7. .7. Hofstede; tot Secretaris der gemeente Zonnemaire (Zeeland), H. .7. Berg; tot Districts-Commissarissen in de provincie Noord-Braöandin het 3tfe district, tevens belast met de waarneming dier functien in het 2de dis trict, .7. T. Fermenten; in het 7de district,, tevens belast met de waarneming dier'functien in het 6de district, A. J, Ingenhousst. Uit de thans reeds doof ons medegedeelde of verder medé té deeieh verslagen, die in den aanvang dezer maand aan de Provinciale Staten wegens den toestand der verschillende provinciën zijn gedaan, ontléenenwij de navol gende opgave van dezelvef bevolking. Op i°. Jan. 1836. Noord-Braband Gelderland Holland (Noorderlijk gedeelte) Holland (Zuidelijk gedeelte) Zeeland Drenthe 352,281 zielen. 343.557 r> 408,539 r> 494.303 140,522 J» I37»398 n 220,305 188,297 n 168,346 99 68,038 99 Op 1°. n. 1837. 356,124 zieien. 348,495 4IO'5P4. 500,164 144.815 137.65 223.646 190,229 170.621 69.319 Te zamen 2,501,646 zielen. 2,529,728 zielen. Hieruit blijkt, dat gedurende het jaar 1836 de bevolking der genoemde gewesten met 28,082 zielen is vermeerderd. Het volgende bevat eenige uittreksels uit het verslag van de Staten van Gelderland: Landbouw, veeteelt, en veeziekte. De lage prijzen van vele voorname pro ducten staan, bij voorduring, niet in evenredigheid tot de moeite, kos ten en lasten, welke door den landman moeten worden besteedén gedragen. De aardappelen, de winter- en zomer-garst, de tabak, het koolzaad, de haver, de paardenboonen, het vlas en de hennep, hebben o/er het alge- meen, in het afgeloopene jaar, eenen goeden oogst opgeleverd. Minder voordeelig zijn geslaagd de tarwe, de rogge, de boekweit, de erwten, de wortelen en de spurrie. De boomkweekerijen hebben, zoö wel wat den groei, als dé prijzen be; trof, de verwachting bevredigd, en de opgaande wondboomen, het akker, maals-, weerden-, elzen- en esschen-hakhout heeft welig getierd. Ten gevolge der markdeelingen, zijn de ontginningen van woeste gronden toegenomenen inzonderheid door eenige vermogende landeigenaren voortgezet. De paardenteelt, hoezeer de prijzen redelijk waren, is niet vooruitgegaan. Ter bevordering der paarden-fokkerij zijn, met dit voorjaar, wêdèr heng. sten uit de stoeterij te Borculo in dit gewest gestationneerd. De longziekte, welke nn reeds ruim drie jaren in Gelderland bestaat, blijft nog in sommige oorden heerschen. Scheepvaart, Handel en Fabrijken. De visscherij te Harderwijk is, in 1836, minder voordeelig geweest dan het vorige jaar, uithoofde der geringere vang sten van ansjovis en Noordzeesche visch. De verkoop van verschen haring aan Fransche schepen in zee bleef echter aanhouden. De handel in kanthout te Zutphen is steeds bloeijende, en zoude moge lijk nog meer vooruitgaan, indien het gebrek aan veilige lig- en bergplaat sen niet eenigermate ten hinderpaal strekte. Op jiet Griftbanaal zijn, in het afgeloopene jaar, langs het middenpunt; Epe, 630 schepen gevaren, dns 20 meer dan in 1835. De scheepvaart op de Berkel neemt toe. De fabrijken en trafijken te Nijmegen zijn vermeerderd door twee kunst- azijnmakerijen. ééne bierbrouwerij, ééne fabrijk tot vervaardiging van liardè en zachte zeep en zaagmolen. De stoelenmakerijen te Cntenborg, het voornaamste middel van bestaan voor de talrijke mindere volksklasse opleverende, hebben blijven dooiwer- ken, hoezeer de fabrikanten zich over aanmerkelijke vermindering der prij zen beklagen. Te Tiel is door den heer van IFinsen een stoomwerktuig in zijnen Olie. molen daargesteld, met oogmerk, de met paardenkracht tot dus verre ge; drevene olieslagerij door dat miudel te doen werken. De katoenweverij te Arnhem blijft steeds belangrijk voor de stad. De te Bredevoort gevestigde fabrijk van gestreepte katoenen en doekeii is ih het afgeloopene jaar zeer toegenomen, tellende thans 180 wevers, en zijnde men voornemens, om, ter meerdere uitbreiding, in de gemeenten Winterswijk en Wisch mede een aantal stoelen op te rigten; voorts gevert de bombazijm- en diemet-fabrijken onder Aalten aan 520 wevers werk. De sedert 1834 te Neede bestaande weefschool van witte en katoenèti stoffen hondt zich goed staande, en er is te dier plaatse beproefd, de nij verheid uit te breiden door het weven van katoenen bonten, voor de Over- zeesche Bezittingen bestemd. Men vleit zich, dat deze proeven aan dé verwachting zullen beantwoorden. Het breijen van kousen en wolspinnen te Groenlo wordt belemmerd, uit hoofde van het rondventen door vreemdelingen. De ijzergieterijen te Ulft en Keppel blijven bloeijende; maar die te Ter. borg ondervindt minderen voorspoed. De steen- en pannen-fabrijken zijn winstgevende, zoö uit hoofde der hooge prijzen, als het aanmerkelijk debiet. De papiermakerijen hebben tegen matige prijzen genoegzaam vertier ge had; zijnde door de twee beurtschepen van Appeldoorn op Amsterdam eri Rotterdam, bij voorbeeld, aliéén iij de haven van gemeld dorp 32,840 rie men geladen. Het blijft ondertnsschen wenschelijk, dat deze iabrikanteii door verbetering hunner werktuigen een' gelijken tred met onze naburen zullen houden; ten einde hét oud beroemd Hollandsch papier niet doof vreemd worde verdrongen. De kopermoien te Voorst wordt van eene tweede stoom-machine voorzien. Ook de andere kopermolens hebben, door de gunstige bestellingen der han delmaatschappij, veel te doen gehad. De maroquinfalirijk te Apeldoorn breidt zich uit. De fabrijk te Oosterbeek, in welke iniandsche suiker en siroop uit beet- wortelen en zetmeel uit aardappelén bereid worden, heeft in het afgeloo. pene jaar, wegens den hoogeren prijs der aardappelen, grootendeels moe ten stilstaan. Éehe kwqekenj van bloedzuigers in de gemeente Appeldoorn, door den Geneesheer Walter, ijj 1824 aangelegd, en verscheidene bunders grond be slaande, verdient opmerking; zijnde daar de vijvers, een ijskelder en velé andere middelen, tot aankweeking en verzending dezer dieren aangelegd; der bezigtiging waardig. O O S T - I N D I E. Batavia den 25 Maart; Bij besliiit van den Gouverneur-Generaal vdrt Nederlandsch-Indie,den 20 Maart, is vastgesteld.dat het bepaalde bij Art. i der resolutie van 24 September 1830, betrekkelijk de vrijstelling van regten op de plaats zelve, op den uitvoer van koffij van Padang en Menado naar Batavia, Samarang en Soerabaya, bij deze in zijn geheel toepasselijk worde verklaard op de koffij, welke van Palerabang zal worden uitgevoerd. In den loop van het vorige jaar zijn te Batavia geboren 199 kinderen; overleden 345 personen en gehuwd 38 paren; A E G Y P T E, Triest den 6 Julij. Uit deze plaats schrijft mén, dat Mehemed-Alizoö als men uit handelsberigten vernam, besloten had in zijn handelstelsel te vol. harden, én eerst dan, wanneer de Engelschen hem zekere voordeelen toe stonden, de belasting op vreemde koffij en zijn monopolium van de katoen te willen opheffen. De Engelschen evenwel, zonder iets van hunnen kant toe te staan, dringen op de geheele vrijstelling van den handel in beide arti kelen aan. Het Britsche smaldeel is nog steeds bij Malta krnissende en oefent zich gedurig in groote evolntien te bewerkstelligen. AMERIKA. Volgens dagbladen uit New-York hebben in Noord-Amërika in het laatst van Junij een orkaan en zware overstroomingen plaats gehad. De stad Bal- timore is nagenoeg geheel onder water gelegd, bijna al de bruggen zijn er weggevoerd, een aantal menschen is omgekomen, en vele bezittingen zijn vernield. De orkaan of dwarrelwind is over een district in de nabuurschap van Conghfteepsie gegaan, heeft vele hoornen ontworteld, dalten van huizen geslagen en dén veldarbeid van j'aren in één óogenblik vernield; Bijkans geen boom of hut zijn mijlen ver staande gebleven. SPANJE.. Berigten over Parijs van den 17 Julij. Men heeft thans nadere berigten wegens de muiterijdie den eden onder de bezetting van Bilbao heeft plaats gehad. De soldaten va.n het bataljon van Truxillo hebben aldaar op eene openbare parade alle verdere dienst ge weigerd, sommigen hunner zijn door de officieren, die.hen met sabelslagen tot hunnen pligt wilden brengen, gekwetst geworden. Slechts met zeer veel moeite en door de belofte eener uitdeeling van geld, welke tiitdeeling echter ih weiniffé realen voor ieder man bestaan heeftis de orde eenigermate her steld. Bii het bezweren der nieuwe staatsregeling door de bezetting varf Bilbao, heeft eene muzikant den kreet van Live Karei F! doen höoreii. Die kreet heeft echter bij de overige krijgslieden geenen weerklark gevonden.. De muzikant is gevat, en zon dadelijk worden te regt gestetd. Men schreef het aan liet gemis van krijgstucht onder de te Bilbao aanwezige troepen toe, dat kleine benden Garlisten tot onder de muren dier stad stfoOpten en de gé.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 1