a°. !s3t. leydsche c O U R A N T, VRIJDAG, >Jrj! p-.vv ijOK IE H JUL IJ. De Sthutter van het iste Bataillon der iste Afdeeling Mobiele Geldersche Schutterij G. J. SLOTHOUWER, en de gewezen Militair DAVID MO- RITZ FRARY, gelieven zich ter Secretarie dezer Stad te vervoegen. NEDERLANDEN. LeVden den igden Julij. Den 8steh dezer heeft, in tegenwoordigheid var. Commissarissen der Leyd sche Muzijkschool, het Jaarlijksche Examen plaats gehad der leerlingen, aan deze school onderwijs ontvangende. Hetzelve heeft wederom aan de ver wachting beantwoord en vele leerlingen hebben blijken gegeven van groote vorderingen, door hen in de Toonkunst gemaakt. Dit mag ook gezegd wor den omtrent de ondermeesters bij de verschillende scholen hier ter stede, welke sedert een balf jaar geregeld onderwijs ontvangen, en ook bij deze gelegenheid getoond hebben, met ijver en goed gevolg van hetzelve te hebben gebruik gemaakt. In de maand October aanstaande zal de uitdeeling van prijzen en getuigschriften plaats hebben aan zoodanige leerlingen, die door hunne vlijt en gemaakte vorderingen getoond hebben, hierop de meeste aan. spraak te hebben; tot bijwoning waarvan de Donateurs en leden der Leyd sche Maatschappij tot bevordering der Toonkunst zullen worden uitgenoodigd. Na het einde der zomer-vacantie, den isten Augustus, kunnen wederom leerlingen bij de Muzijkschool worden aangenomen. Onder de vreemdelingen, die onlangs deze stad en ook de Residentie plaats bezocht hebben, behoort de heer Dujardin, die herwaarts door de Fran- scheRegering gezonden was, om de papyrussen met Koptisch schrift te bestu deren. Genoemde geleerde is dezer dagen te Parijs teruggekeerd, en heeft in den Moniteur een' brief doen plaatsen, waarin hij den rijkdom van het Leydsche Muséum van Oudheden in dat vak roemt; doch er bijvoegt, in zijne zending, welke vooral ten doel had, om fac simile's van voornoemde handschriften voor de Kobinglijke Bibliotheek te Parijs te maken, niet ge- slaagd te zijn, aangezien de Heer Leemans, iste Conservateur van genoemd Museum, zich bezig hield, om de belangrijkste stukken voor de drukpers in gereedheid te brengen. Men meldt uit 's Gravenhage van den 12 Julij: Men verzekert, dat de heer R. Baron Fagel door Zijne Maj. den Ko jiing belast is geworden, eene bijzondere zending te Londen te vervullen, welke, naar men zegt, bestaan zou in het, met de beklimming van den troon, geluk wenschen van H. M. de Koningin van Groot-Britannie. De onder-Directeur van 's Rijks stoeterij te Borculo, de Majoor van Kretschmar van IVijk en Aalburg, heeft in last gekregen zich naar Engeland te begeven, ten einde aldaar ten behoeve van 's Rijks stoeterij eenige aller beste merrien van groote taille te doen aankoopen. Zijner Majs. corvet Heldin zal door de directie der marine te Helvoet- sluis in het openbaar worden verkocht. De directie der Nederlandsche Bank heeft den wissel-disconto van 5 op 4 perCent terug georagt-, welk besluit een gunstigen invloed ter beurs heeft gemaakt. Uit Harderwijk wordt van den 10 Julij hét volgende geschreven: Heden zal van hier te water naar het Nieuwe-Diep vertrekken een de tachement, sterk 150 onder-officieren en manschappen, onder bevel van den van verlof terugkeerenden Kapitejn Dammers, vergezeld van den 2den Luitenant Roeleten den Apotheker der 3de klasse Stegeman, om van daar met het schip de Koning der NederlandenGezagvoerder B. Kooy, naar Java te worden overgevoerd. In het verslag der Staten van Utrecht komt nog voor: Krachtens de bepalingen van het Provinciaal Reglement, is op 1 Junij 11. éen derde gedeeite van deze vergadering vernieuwd. De keuze van de H. H. Edelen is gebleven op de afgetredene leden de heeren G. C. C. ,7. Baron van Lijnden van Sandenburg, E. L. Baron van Harderbroek van LokhorstD. van Tuijll van Sei ooskerken van Maurssenen zijn door dezelvenin plaats van de overledene heeren .7. C. M. Baron van Utenhove van Heemstede en C. H. A. B aron van Heeckeren van Brandsenburg benoemd de heeren Joost Baron Taets van Amerongenvan IVoudenberg en Joost Baron Taets van Amerongen van Natewisch. De Provinciale Staten van Overijssel hebhen in hunne zitting van den 8sten dezer, als lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal herkozen, den heer Mr. R. S. van der Gronden, gelijk mede als leden van Gedepu teerde Staten, de heeren R. F. C. Baron Bentinck tot Schoonbeten en .7. van de Poll. Jz. Men meldt uit Hattem van den 8sten Julij Het genootschap van moederlijke weldadigheid alhier, had het genoegen on nieuw de deelneming en ondersteuning van Hare Maj. onze geliefde en geëerbiedigde Koningin te mogen ondervinden, daar het Hare Maj. goedgun stig behaagd heeft, na kennisneming onzer handelingen over den jare 1836, eene som van twee honderd gulden te schenken. Het genootschap betnigt, door deze openbare hulde, zijne dankbaarheid voor deze edelhartige daad, welke de overtuiging geeft van het groot be lang, hetw.elk Hare Maj., als beschermster dezer zoo nuttige als heilrijke inrigting, wil nemen, en het strekke tevens ter aanmoediging tot het onder steunen dezer en dergelijke genootschappen, welke zoo doelmatig zijn, om onze verarmde natuurgenooten, wanneer zij hulpeloos en onvermogend zijn, bijstand en verzorging te verleenen. RUSLAND. Z. K. H. de Grootvorst-troonsopvolger heeft, op zijne binnenlandsth'è reis, den 12 Junij de grenzen van Siberie bereikt en is den volgenden dag te Tobolsk aangekomen. Daar Siberie nog nooit door eenig lid van het Keizerlijk geslacht was bezocht geworden, had de aankomst des Grootvorsten in de hoofdstad van dat gewest de grootste vreugde verwekt, en van allé kanten eenen buitengemeenen toevloed naar derwaarts veroorzaakt. AMERIKA. New-Vork den 17 Junij. Uit deze plaats wordt geschreven, dat de han delsbetrekkingen langzaam begonnen te verbeteren; de aanvoeren van bui tenslands bleven echter nog slap, en men berekende, dat de Staat in plaats van 22,000.000 dollars aan tolregten, zoo als in 1836. in 1837 geen 7,000,000 zon ontvangenwaardoor deszelfs verlegenheid van voorleden jaar met de overgeschbtene staats-inkomsten weldra Zou ophouden, daar er een aan. zienlijk te kort zou ontstaan. De groote menigte landverhuizers, welke in de Vereenigde Staten aan komen. begint ongerustheid in te boezemen. Binnen de tijdsruimte van eenige dagen, zijn te New-York 11,000 landverhuizers, vooral uit Engeland en Ierland, aangekomen. De meesten dezer zijn in eenen ellendigen toestand - en komen slechts de armhuizen van Amerika vullen. Die van New-York zijn voor een groot gedeelte met vreemdelingen gevuld. P A N J E. Berigten over Parijs van den 10 Julij. Tn de zitting van de Cortes van 30 Junij heeft Mendizabal twee financiële wetten aangeboden, vooreerst om de tienden, die bij een vorig besluit afge. «haft zijn nog gedurende één jaar te innenen ten tweede geestelijke be zittingen te verkoopen tot een beloop van 100 000,000 realen. De buiten, gewoone geldheffing van 200,000,000 realen heeft, volgens zijne verklaring, niet veel opgeleverd. Uit Madrid wordt van 1 July gemeld: Met regt zoude men zich kunnen verwonderen over de aarzeling van het Gouvernement, om aan Espartero den last te zenden tot het doen bezweren der constitutie door zijn leger, en aan de Overheden der door de Christ,nos- rropnen bezette plaatsen in de provinciën de vereischte instructie te doen roekomen om in die onderscheiden steden de eeds-afiegging te doen plaats behhen- doch de zwakheid der staatslieden, die hunne krachten eeniglijk in de hoofdstad uitoefenen, waar zij eene soort van klein schrikbewind hebben oeorvaniseerd is bekend. De door Espartero met de burgerlijke Overheden van Victoria San-Sebastian en Bilbao getroffen overeenkomsten zijn van dien aard dat het Ministerie vreest zich in gevaar te brengen met het eischen van 'gehoorzaamheiddaar het genoegzaam zeker is van eene weigering. Het gevolg daarvan is, dat de gewesten militair bezet zijn, maar ononder- wornen blijven. Indien dit de vruchten zijn van de met behulp der Britsche artillerie behaalde veelvuldige overwinningen, moet men bekennen, dat die bittere vruchten en dorre overwinningen zijn geweest. Uit Valencia meldt men van 1 Julij, dat aldaar bittere klagten over den rampzaligen toestand van dat Rijk worden aangeheven, hetwelk, zoo als men van daar zegt, nog veel ongelukkiger is, dan CatalomeNavarre en Bis- cave Algemeen was men verbitterd op het Madridsche Bestuur, hetwelk de provincie geheel aan haar lot overliet en daarin geen enkelen soldaat onderhield niettegenstaande de rijkste en meest bevolkte steden, zoo als Castellon Villa Hermosa, Alconi, Terica, Villamate enz. in handen van Serrador en andere Carlistische partijgangers waren gevallen. Serrador alleen stond aan het hoofd van 6000 man voetvolk en 800 ruiters. Hij had deh 26 Tunij Bono gedwongen, om naar de gebergten van Polis de wijk te nemen. In den loop van den isten Julij was, door een buitengewonen renbode uit Tortosa te Valencia de tijding aangebragt, dat Don Carlos aan het hoofd eener aanzienlijke magt de Ebro was overgetrokken. Die tijding had in dé stad groote ontsteltenis verwekt, doch ook aan de revolutionnaire partij het hoofd meer doen opsteken. Berigten over Parijs van den 11 Julij. Telegraphisciie Depeciie. Bordeaux, 8 Junij7 ure des avonds. Men schrijft uit Saragossa van den sdendat de Pretendent te Cantavieja ."eene door de Carlisten in het zuiden van Arragon bezetten sterkte) met 7000 man en 350 paarden aangekomen is; men wist de rigting niet, die hij nemen^zou.^n, jen 0pStand willende gebruik maken, welke den 4den te Ernam onder de troepen van de Koningin ontstaan was, hebben den sden die plaats aangetast; doch zijn door den Brigadier O'Dotmell teruggeslagen. De volgende buef is door eenen Chef van den Erat-major van den Op. perbevelhebber Oraa geschreven, gedagteekend uit Teruel (Neder-Arra. S°Wij? gaanUde expeditie van den Pretendent vooruit trekken, die, na den Ebro te zijn overgetrokken, dag en nacht marscheertde boorden van dezen riv:er langs den grooten weg van Valencia volgende; dezelve moet thans té Vitiaros zijn ofte Beni-Carlo, en daar zij door een groot getal benden ver- sterkt is geworden, weet ik niet of wij haar zullen kunnen tegenhouden, hoewel onze soldaten van begeerte branden om hunne krachten met die van den viiand te meeten. Nogueras moet te Morella terug zijn, en de Baron de Meer, indien hij zijn aan den Generaal gegeven woord houdt, zal dien avond te Tortosa binnen komen. Borsomei zijne dappere Brusselaars, is op onze voorhoeden, een gedeelte van Mingares tegenover Alventosa De vertrouwelijke mededeelingen, welke de Generaal omtrent de plannen van den Pretendent ontvangen heeft, zijn van veel belang en wij weten thans hoe men moet handelen om dezelve te verijdelen. Het is niet Valencia noch eenige andere stad van die provincie waar hij heen wil; hij gaat naar Madrid; men wacht er hem, alles is gereed om hem te ontvangen en het Gouverne ment van de Koningin is op eene schadelijke wijze verraden. Wij houden den draad van deze intrigue en weldra zal de dag komen, waarop alles ont- ^De^Generaal heeft twee buitengewone renboden naar Madrid afgezonden zij moeten erbinnen 20 uren aankomen, en indien de Ministers den moed hebben om de hooge personen, die de bewegingen van den Pretendent be sturen en die daarom onze ontwerpen hebben in den weg gestaan, naar ver dienste te straffen, dan kunt gij zeker zijn, dat binnen 14 dagen niet ééne Navarrees van de expeditie zal over zijn. Wij vertrekken heden om de bergpassen vail Cibros te bezetten, dit is h»" punt hetwelk de expeditie wilde overtrekken van Cuenca door de ge. bèrte van Albarazim. Men verzekert dat Don Carlos met zijne benden op 20 a 24000 man kan gerekend worden, maar wij weten ook, dat slechts g'ooo man in staat zijn een gevecht te leverenen volgens mijn gevoel heeft de Baron de Meer eene onvergetelijke font begaan, om Don Carlos den Ebro te laten overtrekken zonder hem slag te leveren. Het is wel waar dat misschien de kuiperijen van Madrid veel invloed op die gebeurtenis gehad hebben. De bovengemelde tijding wordt door eenen brief uit Oleron bevestigd. Nog twee telegraphische depeches, de eene van Bayonne de andere van Perpignan, heide van den pdenjutij, geven met andere bewoordingen den reeds 'bekenden overtogt van Don Carlos over den Ebro te kennen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 1