mentale junta, bestaande uit vijf personen, is gevestigd; hij zal don naam van Regentschap des Koningsrijks voerentot datin gemeen overleg met al tie provinciën, de aard van regering lcunne vastgesteld worden, welke het meest in overeenstemming zal zijn met de behoeften der natie; de magtigiug, aan de ter Cortes afgevaardigden verleend, is ingetrokken. Gedaan te Reus, 4 Mei 1837. Ramon Valles Ignacio Carnovello Andres Puycerda Sebastian Colls, Secretaris; Francisco Rusï. Berigten over Parijs van den 18 Mei, De laatste voordeelen op de Carlisten door den Kapitein-Generaal van "Uacalonie, Baron de Meer behaald, die Solsona bevrijd heeft, zijn ongeluk, fci'g van een zeer aanmerkelijk verlies gevolgd, ondervonden op een ander turnt der provinciedoor eene colonne troepen der Koningin die van den Brigadier Niubo, Terwijl dat de Meer van Barcelona op Solsona aanrukte welke plaats het Carlistisch operhoofdTristanybezet had, moest Niubo Zich naar Lerida in dezelfde rigting begeven..Tristany uit Solsona uitgerukt, wegens eenen dapperen aanval van de Meer, trok in haast door de vallei van Segré terug met eene bende van 6 h 7000 man, uit alle benden zaatngesteld, welke zich bij de zijne gevoegd hadden, toen eensklaps de zoo veranderlijke oorlogskans hem de gelegenheid aanbood om eene nootlottige wederwraak op de constitutionnele troepen te nemen. Door zendelingenwelke met zoo veel gehechtheid de Carlistische Chefs dienen, van den marsch, de stelling en de magt van de colonne van Niubo onderrigt, valt Tristany op de zelve op het onverwachtst aan, omringt haar door zijne ordelooze menigte, maar die grooter was in getalen slaagt er in om dezelve bijna geheel te verwoesten. N:ubo is gesneuveld; hij was een van de beste, moedigste en werkzaamste Generaals der Koningin in het leger van Catalonie. Zijn Aide-de-Camp en 26-officieren zijn met hem gevallen, alsook een groot gedeelte van hunne soldaten, die, na den laatsten kogel verschoten te hebben, te vergeefs tracht, ten om met de bajonnet door te breken. Den ïden heeft Royo, den Baron de Meer aangetast, die, na groot ver lies geleden te hebben, zich genoodzaakt heeft gezien binnen Solsona terug te trekken, waar hij belegerd wordt. I11 het Journal des Débats wordt vermeld, dat den 7 Mei in de stad Gerona bezendingen uit de nationale gardes van die stad, alsmede van vijf andere plaatsen in Catalonie, namelijk Mataro, St. Felieu, Palamos, Rosas en Figueiras zijn bijeengekomen, om over den staat van zaken te raadplegen. De leden dezer bezendingen hebben den 9den, en dus den dag voor het ter dood brengen van den belhamel bij de jongste revolutionnaire beweginghet volgende adres aan de Koningin van Spanje onderteekenden naar Madrid opgezonden „Mevrouw.' „De nationale garde van Gerona, Rosas, Palamos, St. Felieu, Mataro en Figueiras kan, bij de gebeurtenissen, die den 4den dezer maand de hoofd- stad van Catalonie met bloed hebben bevlekt, niet langer het stilzwijgen beivaren. Ofschoon het oproer afkeurende, kan men zich niet ontveinzen, dat het einde der beweging, waarvan Barcelona ten tooneele heeft gestrekt, een klaarblijkelijk bewijs heeft opgeleverd, dat de militaire bevelhebbers, in ■dienst van Uwe Majesteit, niet anders dan beulen zijn. Hoe zeer de nationale garde ook gezind moge zijn, om voor het oogenblik over het lot der onschul dig getroffene slagtoffers in stilte te zuchtenen hoe zeer zij ook voor de in Catalonie bevel voerende Oversten gestemd moge wezen, kan zij toch -niet zonder verontwaardiging aanzien, dat Engelsche soldatendie zich onze landgenooten noemen hunne bajonetten met Spaansch bloed zijn komen be vlekken. Die wreedaardige hulpbenden hebben den onverzoenlijken haat ver dienddien de nationale garde van dit oogenblik af aan dezelve toewijdt; de 'krijgsbevelhebbers, die deze vreemdelingen te hulp hebben geroepen zijn lafaards; het zijn verraders, Mevrouw, en welligt is de dag niet ver meer verwijderddat zij dit misdrijf duur zullen moeten boeten. Mevrouw, het den 4den geplengde bloed roept om wraak; het is het bloed van broeders, van Cacaloniers, en wij twijfelen niet, dat (Jive Maj., steeds bereid, om de wenschen der Spanjaarden te verhoorenaan de beulen alle hare gestrengheid doe gevoelen. Wij smeeken U, Mevrouw, om de Burgerlijke en militaire Overheden van Barcelona door mannen te vervangen, tffe menschelijkheid bij vaderlandsliefde voegen. Wij verlangen, dat in het kortst mogelijke tijdsverloop, het Engelsche oorlogschip, dat sedert meer ■dan twee en een halfjaar .in de haven van Barcelona ligt, zich van daar ver- wijdere, of ten minste, dat het verboden worde, om van hetzelve eenenkei man op den grond van Catalonie te ontschepen. „Zie daar, Mevrouw, wat de nationale garde van Uwe Maj. verwacht; het verwacht zulks in het belang der natie en in dat van den troon Uwer dochter. Indien gijdoor trou.welooze raadslieden bedrogenonze wen schen mogt wederstreven, dan zou de nationale garde der steden Gerona, Rosas, Palamos, S. Felieu, Mataro en Figueiras zich gedrongen zien, om hare diensten en ondersteuning te weigeren aan die nieuwe Graven Espana, aan die oneindig meer te vreezen monsters, dan degenen, die zich voor den Pretendent hebben laten aanwerven." (Volgen zes en dertig onderteekeningenwaarvan zes tot iedere stad behooren.j Bij de Fransche Regering is de volgende telegraphische depêche ont vangen: Perpignan, 15 Meides'avonds. Den loden was eene enkele poort te Valencia geopend. De Carlisten be zetten de omstreken. De Generaal Oraa was op den oever der Centa en had Cabrera voor zich. Den isten was Senicarlo door de Carlisten geplunderd. Te Malaga is eene repnbliekeinsche zamenzwering ontdekt; twee personen Zijn in hechtenis genomen. Ten 10 ure is Xandero te Barcelona gefusilleerdzijne verstandhouding met de Carlisten is niet bewezen. Het fort Paranella, den 5den ontruimd door het garnizoen, dac, met des. zélfs Kapitein aan het hoofd zich bij de opstandelingen te Reus gevoegd had, is den 6den door de insurgenten vernield. Den iaden was te Barcelona alles rusrig. Vele Spanjaarden verlaten thans die stad. Omtrent den aftogtvan den Infant Don Sebastian en de krijgsverrigtigen van Espartero en Evans heerschtte nog de grootste onzekerheid. In eenen Ministerielen Raad van den 8sten te Madrid is, naar men ver. zekert, besloten, dat den 10 Junij het Engelsch legioen zou ontbonden wor den. De Engelsche officieren en soldaten, die wederom dienst zonden wil len nemenwaren hiertoe vrijmaar zij zouden niet meer soldij ontvangen dan Spaanscbe officieren en soldaten. Het gerucht had zich verbreiddat 'de Carlisten eene beweging in de Manche gemaakt hadden en de hoofdstad bedreigd werd. Dit was echter zouden grond. Berigten over Parijs van den 19 Mei. De gebeurtenissen in Catalonie waren den loden dezer te Madrid bekend. De Cortes zijn ter beraadslaging over de middelen, welke men ten dien aan zien nemen zou, in geheime zitting vergaderd geweest, De volgende telegraphische depeches worden door de Fransche dag bladen bekend gemaakt: Bayonne, 16 Mei, 4 ure. Den i4den des morgens was de Infant, Don Sebastian, met vier escadrons jVöoriHuarte Araquil; 11 bataljons en 9 stukken geschut bezetteden Echarry en Arbizu. De Onder-Koning was denzelfden dag te Puente-la-Reyna, on derrigt van de beweging van den Infant en in gemeenschap met den Generaal Suerens te Logrono. Den isden was Espartero meester van Astigarraga, HernaniUrueta en Audoain. Hij heeft berigt ontvangen, dat het Christino-corps van Vittoria den doortogt bij Arlaban had geforceerd. Heden rukt de Generaal Evans op Irun aan, Xv cl'tv aires het garnizoen van Oyarzun geweken is. De Christines vertoonén zich op de hoogre tusschen Oyarzun en Iran. De Carlistische redoutes géven vuur» Ónze troepen staan op de gansc'ne linie geschaard om ons grondgebied te beschermen en de vhigtelingen te ontvangen. Den 17 Mei, ten 111 ure. De Generaal commanderende de 20ste militaire divisie, aan den Minister van Oorlog,, De Generaal Evans heeft ten 12 ure Irun aangetast, dat zich dezen mor gen nog hardnekkig verdedigde. De redoutes zijn nog met bemagtigdde wederstand is wanhopig, daar alle uitgangen voor de Carlisten gesloten zijn- Op verzoek van Evatis om zijne gekwetsten te ontvangen heb ik hem chi. rurgijns van mijne afdeeling gezonden, eene ambulance daargesteld en een1 ambulancecaisson van Bayonne doen vertrekken. De gekwetsten zullen over de Bidassoa vervoerd worden. De Infant was den ijden in de rigting van Estella; Irribarren te Puente de la Reyna, in gemeenschap met Logrono en Vittoria. Ten 1 ure. Evans heeft de vrouwen en kinderen uit Iruti laten vertrekken. De ver. dediging wordt hardnekking voortgezet. Espartero houdt Hernani bezet. Den 17 Mei, 5 ure des avonds. Sedert 11 ure hebben de Engelschen de redoutes, het stadhuis en twee derden van Irun bemagtigd. Dertien stukken geschut zijn in hunne handen gevallen. Ondanks de aanbeveling van den Generaal Evans om gevangenen te ma. ken, geven de soldaten, door die hardnekkige verdediging verbitterd, geen kwartier. Alleen dertig derzelve zijn overgebragt naar.... (Door de nacht afgebroken Don Carlos heeft, volgens een Fransch blad, eene proclamatie den 10 Mei afgevaardigd, in welke hij aan de Spaansche natie eene liberale con stitutie belooft; in dezelve leest men het volgende: „Drie jaren oorlogens en ondervinding hebben mij doen zien, dat de troon niet vast kjin staan, indien de Vorst, die regeert, aan groot verstand en ver heven denkbeelden geene verdraagzaamheid en verzoenlijkheid paart. Deze overtuiging is het, welke mij er toe gebragt heeft, om mij zon der verwijl met de zamenstelling van een wetboek bezig te houdenhetwelk ik gereed ben u te verleenen, en in hetwelke alle uwe burgerlijke regten, dat is geheele vrijheid van geloof en staatkundige gezindheden zullen geëer biedigd worden, volmaakt daargesteld door de vrijheid der drukpers." De Pretendent zou evenwel aan de Junta van Navarre en de Afgevaardig den van Biscaije toegezegd hebbendat hunne voorregten steeds ongeschon den zouden bewaard xvorden. De laatste depeche vervolgt aldus: Alleen dertig derzelve zijn overgebragt naar het Christino-fort te Behobie, Twee stoomboten, 8 trincadouren en ééne goëlet zijn in het gezigt van Fontarabie en beginnen hun vuur tegen die plaats. 17 Mei 1837, tien en een half uur des avonds. Irun is heden ten één ure ingenomen. Op het oogenblik dat de redoute capituleerde, is de Colonel Arbuthnot door eene list de stad binnengekomen, de poort door eene springbus in de lucht latende vliegen. De tegenstand heeft, doch te vergeefs, voortgeduurd; de stad is geplunderd geworden; 400 gevangenen in het stadhuis opgesloten, werden door de Engelsche offi. eieren, met de degen in de hand, bewaakt; 200 zijn door de bajonnet ge dood. Evans heeft alle moeite aangewend om bloedvergieten te voorkomen; zijn gedrag is schoon geweest. Er zijn 150 gekwescen Anglo-Christinos, 40 zijn op ons grondgebied. De landtroepen gaan Fontarabie aanvallen, dat omringd is. Bayonne, 18 Mei, 5 ure des avonds. Fontarabie heeft geen tegenstand geboden en heeft des middags gecapi tuleerd. Het garnizoen bestond uit 300 man en gewapende boeren. De Pretendent en de Infant waren nog altijd te Estella; men meende, dat zij gewïgtige plans in het hoofd hadden. GROOT-BRITANNIE. Londen den 17 Mei. Er worden zeer vele toebereidselen gemaakt, om den aanscaanden verjaardag van Prinses Victoria, den 24Sten dezer, op eene luisterijke wijs te vieren. Leopold van Belgie zou ook te Londen ver wacht worden. De Tory partij heeft te Bridgewater eene nieuwe overwinning op de Whigs behaaldaldaar namenlijk is hunne Candidaat met eene meerderheid van 58 stemmen tot lid van het Lager-Huis verkozen. In verscheiden Iersche kerspelen zijn vergaderingen gehouden, om zich openlijk te beklagen over het tegenwoordig Ministerie, dat, naar de mee ning der misnoegden, zijne beloften aan het volk van Ierland niet nakomt, en door de voorgedragen tiendenwet toont, met de wenschen van de meer derheid der bevolking, om geheel van de tienden ontslagen te worden, en een ander stelsel van nationale opvoeding te zien ingevoerd, geenszins in te stemmen. Zr. Ms. oorlogsbrik Dolphin heeft, luidens aangebragte berigtenonlangs op de hoogte van de Kaap de Goede Hoop, twee Braziliaanscheslavensche pen de jindrohina en de Incomprehensiblebeiden varende onder Portuge- sche vlag, en gezamenlijk 954 slaven aan boord hebbende, buit gemaakt. Te Mold, in het Graafschap Chester, is den loden dezer eene uitge strekte kolenmijn plotseling overstroomden zijn daarbij een en dertig per sonen waarvan tien gehuwd waren en talrijke huisgezinnen haddenom gekomen. F R A N K R IJ K. Parijs den 18 Mei. Ter herinnering aan de door Zijne Maj. verleende amnestie, zal er eene gedenkpenning geslagen worden. Eergisteren heeft de Koning, slechts door eenige Adjudanten verge, zeld, zich naar Versailles begeven, en op het voorhof van het paleis aan de leerlingen van de militaire school te Saint-Syr eene aanspraak gehouden. Na het Museum bezocht te hebben is Z. M. des avonds naar Parijs terug gekeerd. De Koning heeft alle disciplinaire straffen aan manschappen der natio nale garde rot 16 Mei 1. 1. opgelegd, kwijtgescholden; men verwacht eene dergelijke maatregel voor het leger. De gevangenis te Clairvaux, waar Vendëers waren opgeslotendie ook aan burgerlijke misdaden schuldig wa ren, is geheel ledig gemaakt. Gisteren werd in verscheiden diplomatieke salons gesproken overniemve onderhandelingen, die tusschen het Hof der Tuilerien en dat van Napels zouden aangeknoopt zijn tot het huwelijk van den Hertog van Nemours mee eene Prinses der Beide Sicilien. Men hoopt, dat het huwelijk der Prinses Helena met den Hertog van Orleans voor de gezegde onderhandelingen zal bevorderlijk zijn. De Kamer der Afgevaardigden houdt zich thans bezig met over hec budget te raadplegen. Volgens sommige Ministeriele bladen zou een vredesverdrag met Abdel Kader in Afrika waarschijnlijk zijn. Hetzelve zou inhouden, dac de Arabie ren de Frauschen 111 de door hen bezetten steden niet zouden verontrusten noch hunnen handel belemmeren; de Arabieren zouden van hunne onaf hankelijkheid geenen afstand behoeven te doen. Den 19 Mei. De algemeene discussien over het budget zijn in de Kamer der Afgevaardigdeu reeds gesloten, men raadpleegt thans over de bij zondere artikelen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 3