A0. 1836. L E Y D S C II E C 0 U R A N T. Leyden den uden Junij. ajHJ MAANDAG O -è ■*■—-. [J vns, f tk,£3? kii DEN isden JUNfj. NEDERLANDEN. De Utrechtsche Courant van Vrijdag den ioden dezer, bevat het volgende Programma der volgorde van den optogt der Maskerade: Een korps muzijkanten. Vier trompetters (te paard). Een pauker (te paard). Een Nederlandsch officier (te paard), dragende een' grooten stan daard, met een geel veld en rooden leeuw, de toenmalige vlag der Unie. Graaf Lodewijk dunt her van Nassau, Opperbevelhebber der kavalerje, (te paard). Graaf Ernst Casimir van Nassau -Dietz (te paard). Tako van Het- tinga, Overste-Luitenant der Friezen, (te paard). Charles de Heraugiires (te paard). Een detachement Friesche kurassiers (te paard). De Engel- sche Kolonel Horatio Here (te paard). Engelsche tamboer en pijper. Da niel Here en Sutton, Engelsche hoplieden. Een detachement Engelsche troe pen. Een Nederlandsch krijgsman, dragende eene trofée, zamengesteld uit de op het slagveld gevonden wapenrusting van den Aartshertog Albertus van Oostenrijk, Het in den strijd veroverde paard van den Aartshertog, zijnde een witte hengst, begeleid door twee Moren, en omringd door eenige met pieken gewapende krijgslieden. De Overste-Luitenant d'Ommerville (te paard). Fransche tamboer en pijper. Formentiers en HernevH, Fransche hoplieden. Een detachement Franschen. Eenige Nederlandsche officieren, waaronder Adolf van Meetkercke, de Luitenant Strijthorsten de Zeeuwsche hoplieden jngenhavenJan van Prinee en Rol/e, Jonkheer Joan van Loon, Daniel Cal- vaert, Diederik de Jonge, van fHyngaerden en Aeneas Ploys van Treslong, Gevangene Spaansche en Italiaansche officieren, bewaakt door Nederland sche krijgslieden, als: Francisco Caracaval, Hespasiano Magio, Hespasiano Stan- ga, Joan Baptiste Gambaloyta, Joan d'Avila, Francisco de Zuniga, Joan Ce- sarDon Baptista de Hillanova, Don Gonzalo Hernandez Despinosa, Decio Magio, Flaminio Hillaverde, Don Diego Indiaquez, Don Loys de MonroyDon Pedro de Montanegro, Don Loys d'Avila, Don Loys de Hillar, Don Pedro de Heiasco, Don Filippo de Tussis, Fernandez Mota, Don Alonzo Riquez. Twee trompetters (te paard). Mercelis Bacx en de Ridder de la Salie, Heer van Krabbendijke, Ritmeester (te paard). Een Nederlandsch officier (te paard), dragende een' grooten standaard (de Prince-vlag). Joost IHeyerich Cloet en Godard van Balen, Ritmeesters (te paard). Een detachement Nederland, sche ruiterij met pistolen. Don Francisco de Mendoza, Admirant van Arra- gon, Luitenant-Generaal der Spaansche ruiterij; in den slag gevangen ge nomen, (te paard). Arthur de Croy en Mortier, Pages, (te paard). Pedro de Hiïïalobos en Joan Mendo, de twee krijgslieden, weike den Admirant ge vangen namen; benevens een detachement Nederlandsche krijgslieden, ter bewaking van Mendoza en zijne Pages. Friesche tamboer en pijper. Qtti- ryti de Blaeu en Ripperda, Friesche hoplieden. Een detachement Friezen. Jonkheer Johan Bacx en Drawery, Ritmeesters, (te paard). Vier herauten 'der Staten-Generaalmet hunne staven en gele wapenrokken met roode leeuwen. Twee koetsen, ieder bespannen met vier paarden; in elk dier koetsen zitten vier leden van de Staten-Generaal der Verecnigde Nederlan den, thans te Ostende vergaderd. In de eerste: Jonkheer Johan van Eg- mond, Heer van Kenenhurgh, Schipluyden en Maasland Jonkheer Johan van Oldenbarneveld, Heer van Tempel, Berkel en Rodetirys, enz., Advocaat van Holland-; Jacob Huygensz. van der Dussen, Heer van Hare'nicarspelBurge meester van Delft; Mr. Nicasius de Sille, Pensionaris van Amsterdam. In de tweede: Mr. Joan van Santen, Raadpensionaris van Middelburg; Jonk- beer Gerard van Renesse, Heer van van derAa, Afgevaardigde van Utrecht; Mr. Abel Frankeha, Afgevaardigde van Friesland; Cornelis van AerssensHeer van van Spylt, Griffier der Staten-Generaal. Een detachement hoornblazers. Jonkheer Nicolaas van Randerode van der Aa, Kapitein der Garde van Zijne Exc. Prins Maurits, (te paard). Een tamboer en pijper der Garde. Twee hoplieden der Garde. Een officier der Garde, dragende een oranje vaandel; in bet midden een geknotte boom, waaruit een oranjetak ontspruit me: de woorden Tandem fit surculus arbor. Een detachement Garde van Zijne Exc. Prins Maurits. Vier trompetters (te paard). Twee packers (te paard). Een Nederlandsch officier, dragende een' grooten oranje standaard, waarop het wapen van-Oranje-Nassau met de woorden: JeMaintiendray, (te paard); naast denZelven zéven Nederlandsche officieren (te voet), dragende de vaan dels der zeven Provinciën. Zijne Exc. Prins Maurits van Nassau, in volle wapenrusting, met den Veldheersstaf in de hand, (op een wit paard), omgeven door zes Pages, (te voet). Graaf Hendrik Frederik van Nassau (te paard). Jonkheer Jus- tinus van Nassau, Admiraal van Zeeland, (te paardj. Johan Adolf, Her tog van Holsteyn-Sonderburg, (te paard). Jan Ernst, Vorst van Anhalt, (te paard). Albert Otto, Hendrik ÏVillem, George Eberhard en Frederik, Graven van Solms, (te paard). Olivier van den Tempel, Heer van Corbeek. Daniel de Hertaing, Heer van Marquette. Mylord Thomas Grey. Sir Ed ward Cecil. Hendrik van Colligny, Graaf van Chi til Ion. Dussalt, Vrijheer van Ghistelles, en Jonkheer van Huchtenbroek, (te paard). Zwitsersche tamboer en pijper. Hans Sachs von Unterwalden en Mans Meyer von Zurich, Zwitsersche hoplieden. Eer. detachement Zwitsers. Een detachement Ne derlandsche officieren met veroverde vaandels, waaronder de groote standaard der gemutineerden. De Overste-Luitenant Huseman (te paard). Duitsche tamboer en pijper. Andries Breder en Frederik Pit'naen, Duitsche hoplie den. Een detachement Duitschers. Pierre Panier (te paard). Een deta chement Friesche kurassiers. Een detachement krijgslieden, ter bewaking der volgende gevangenen van des Aartshertogs Hofgezin. Graaf Karei Re- sin. Don Diego de Gusman. Doctor AndreaMedicijnmeester van den Aarts hertog. Estevan di Los Rayos, Boujfon. Don Pedro de MontemajorJoan Her- dugo. Edelen van den Aartshertog. Een Apotheker. Jacob van Schoonhoven en Jacques du Pouselle, officieren van het geschut. Nederlandsche Hellebar- diers. Twee kanonnen op den vijand veroverd, door Zeeuwsche matrozen getrokken. Een Schotsche doedelzakspeler. Sir PKilliam Edmund, Kolo nel der Schotten. Een detachement Schotten. Twee trompetters (te paard). Een pauker (te paard). Een Nederlandsch officier, dragende een' grooten standaard, oranje, wit en blaauw, met de woorden: Concordia res parvae crescunt, (te paard). tHerner du Bois (te paard). Een detachement Ne derlandsche ruiterij met karabijnen. Een korps muzijkanten. Men meldt uit 's Gravenhage van den u Junij het volgende: Men verneemt, dat de leeraren der verschillende godsdienstige gezindhe den, binnen kort, zullen worden uitgenoodigd, om gebeden aan te heffen, tot de, ter gelegener tijd, gelukkige verlossing en spoedige herstelling van H. K. H. Prinses Frederik, die zich, zoo als men reeds eenigen tijd gele den gemeld heeft, in gezegende omstandigheden bevindt. Naar men verneemt, heeft Z. D. H. de Hertog van Saxen-Ctrburg-Go- tha bij zijnen doortogt in ons'land, voor zijn vertrek naar Rotterdam en van'daar naar Londen, zich incognito met zijne beide zonen in deze Resi dentie opgebonden. Dingsdag is Sir E. Disbrowe, Minister van Groot-Britanie aan het Ne derlandsche Hof, naar Londen vertrokken. Binnen kort wordt Zijne Exc. .in deze Residentie tot het weder opvatten zijner betrekking terug verwacht. Alhier is aangekomen de heer F. de Scherf, Nederlandsche Zaakgelastigde te Frankfort. Ook is alhier doorgereisd, zich naar Londen begevende, Z. H. de Prins van Salm Braanfels. Naar men verzekert, zullen HH. Excc. de Ministers van Binnenland- sche Zaken en van Financien binnen kort deze Residentie verlaten, om eene büitenlandsche reis te ondernemen. Eerstgemelde begeeft zich naar Italië; laalstgemelde zou den Rhijnkant bezoeken. Naar men verneemtbevinden zich bereidsop het naburig zeedorp Scheveningenverschillende gezinnen om er de badengedurende het thans geopend badgetijd, te gebruiken, en worden er ook binnen kort vele aan zienlijken op het Badhuis verwacht. Gisteren hebben Z.K.H. Prins Frederik, Z. D. H. de Hertog van Saksen-IHcimarde Graaf van Bylandten verschil lende leden van het Corps Diplomatique deel genomen aan het naar de schijf schieten, hetwelk wekelijks, des Vrijdags, aan het Badhuis plaats heeft. Aan de onderscheiden heerèn Gouverneurs is te kennen gegeven, dat, voor het loopend dienstjaar, in de ruimste mate zal kunnen worden toegege ven aan den wensch van zoodanige belastingschuldigenwelke bij hun be- schrijvings-biljet taxatie van hun mobilair hebben gevraagd, om daarop terug- te kotnen en liever het bij art. 28 3 der wet op Het personeel vastgestelde tarief ten hunnen opzigte zoude verlangen te zien toegepast. Aan een der heeren Gouverneurs aanvrage gedaan zijnde tot het ver- leenen van restitutie van betaalde grondbelasting voor perceelen, waarvan de vrijdom volgens de wet van 23 Maart 1828, reeds voor den jare 1835 ingegaan, doch door de belanghebbenden niet genoten is, zoo heeft Zijne Exc. de Minister van Financien dien heer Gouverneur gemagtigd, om ter zake van de gebouwde eigendommen, in opgemeld geval, den bedoelden vrijdom, ofschoon vóór 1835 aangevangen, eerst te doen ingaan met 1836, in dier voege, dat van een perceel, waarvan, bij voorbeeld, de achtjarige vrijdom met 1833 is begonnen, en alzoo met 1840 zoude eindigen, de be rekening gescbeide van en met 1836 tot en voor 1843. Naar men verneemt, zijn dezer dagen de Kerkbesturen der Israëliten aan de wetsbepalingen herinnerd geworden, dat geene schenking, erfstelling, legaten, enz., door hen mogen worden aanvaard, dan na bèvotens aan Zijne Maj. den Koning het noodig verlof tot die aanvaardïgiug te hebben gevraagd en verkregen, Op Dingsdag den 5 Jnlij zullen de Staten der provinciënin de hoofd, plaatsen der onderscheiden gewesten, vergaderen. Eene van dcrzelver werk zaamheden zal, volgens art, 144 der grondwet, in het verkiezen van leden voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal bestaan, en wel voor het derde deel der leden, hetwelk dit jaar, op grond van art. 82 der grondwet, uitvalt. Het getal der aftredende leden beloopt 17, en zijn de heeren: voor Noord-Braband Mr. P. A. van Meeuwen en Mr. A. J. Ingenhousz voor Gelderland: Mr. J. IHeerst en Mr. H. J. Dyckmeester voor Holland: Mr. IH. J. Junius van HemertJ. J. H. van JVickevoort Crommelin, F. C. IK DruyvesteynMr. F. Frets, H. Baron Collot tPEscury van Heinenoord, Jhr. D. Hooft Jz. en Jhr. 0. Repelacr van Molenaarsgraaf; voor Utrecht: Mr. J. G. van Nes voor HrieslandMr, G. N. Mulier voor OverijsselBflr. F. Lemker en Mr. A. Sandberg en voor GroningenMr. C. Star Busman, Tot leden Jer Provinciale Staten van Zeeland zijn, in de vergadering van den jsten dezer, verkozen: Voor de ridderschapJhr. P. D. van Citters, voor Jhr, Mr. A. de Jonge van Campens .Nieuw tandoverleden; Jhr. B. de Jooge, voor Jhr. Mr, C. J. Heriluys van Krabbendijkeeervol ontslagen. Voor den iandelijken stand, (district Middelburg) de heer .7. J. Slichter van Domburg, voer den heer Mr. Snouck Hurgronjebenoemd tot lid van de Tw eede Kamer der Staten-Generaal(district Hulst) de héér P. !H. Steen kampvoor den heer J. J. de Jonge Lughtenoverleden. Door de Ridderschap van Overijssel is in derzelver laatstgehoudene vergader ng tot lid der Provinciale Statenin de plaats van wijlen den Hoog Wel Geb. heer J. J. Baron Gansneb genaamd Tengnagel tot den Luttenberg, benoemd geworden: de Hoog Wel Geb. heer E. F1. Baron de Hos van Steen- wijk van IHindesheim. Uit Amsterdam meldt men van den 10 Junij: Wij vermeenen van goeder hand kennis te dragen dat de zending van den heere Generaal-Majoor Herveernaar de Westkust en het binnenland van Afrika, waarvan wij onlangs melding hebben gemaaktzich niet blooteljjk zal bepalen tot eenige beschikkingen voor de militaire dienst in onze Oost- Indiscne eilanden; maar dat dezelve uitdrukkelijk, ook ten doel heeft het ver krijgen van vollediger kennis van de landen en volkstammen ten zuiden aan de Nederlandsche bezittingen ter kuste van Guinea grenzende, derzelver aard rijkskundige situatie, statistiek, regering enz. Wij houden ons verzekerd dat ook de handelsbelangen van Nederland des Generaals bijzondere aandachc zullen worden aanbevolen, en verheugen ons daarin te meer daar ontwijfel baar de vroegere maar sedert een lang tijdvak bij ons als verwaarloosde be trekkingen vap- scheepvaart en handel op deze uitgestrekte kust, in het bij zonder bij eenige oude Huizen in onze stad niet geheel zullen zijn vergeten. Het behoeft bijna geene vermelding dat de Generaal vroeger, in de dienst onzes Gouvernements, met onderscheidene zendingen, in denzelfden zin, naar Mexico, centraal Amerika en de landengte van Panama Is belast ge weest. Het Algemeen Handelsblad van den roden dezer, bevat een artikel, getiteld: Nederlandsche Handel-Maatschappijwaaruit wij het volgende overnemen: Ten einde voor het oog der geheele wereld te doen blijken, hoezeer de zaken der Nederlandsche Handel Maatschappij, sints de scheiding van Oud. Nederland en Belgie zijn vooruitgegaan, achten wij het niet onbelangrijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 1