A0. 1830. L E Y D S C II E C O U R A N T; WOENSDAG >•»- -y* Tfi 'iXLESy DEN aksten APRÏL. NEDERLANDEN. Leyden den 2t5sten April. TVIen meldt uit's Gravenhage van detVnósten dezer het volgenden Heden is ,de gewone zitting van de vergadering der Staten-Generaal ge- sloten, inet de volgende aanspraak, welke door Zijne Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken is gehouden: Edel Mogende Heeren! Gedurende de zitting, welke heden ten einde loopt, heeft het U Edel Jlog. weder niet aan gewigtige werkzaamheden ontbroken. Eene reeks van belangrijke wets-ontwerpen werd aan de overweging der Staten-Generaal aangebodenen onderscheidene aangelegenheden zijn met derzelver medewerking geregeld. De herziening der wetboeken van koophandel en strafvordering is ten einde gebragt. „Omtrent de vervalsching der munt zijn nadere bepalingen gemaakt. „De voorschriften, welke mogelijke woelingen moeten beteugelen, zijn wernieuwd. „Voor de ligting der militie is hetgeen behoorde, verordend. „Het middel, bestemd om in de bezwaren van den landbouw te voorzien, is door Uwe Vergadering aangenomen. „De wet op het personeel is gewijzigd. „Door de vaststelling der begrooting met de daarmede zamenhangende wet. ten is voor de behoefte van de loopende dienst gezorgd en het crediet van >den Staat bevestigd „Nog andere gewigtige financiële maatregelen hebben U Edel Mogenden bezig gehouden. „Zij strekten, om de voordeelen der Overzeesche bezittingen, op eene geregelde wijze, aan te wenden tot vergoeding voor hetgeen het Moederland aan dezelve te koste heeft gelegd en eene verligting van de lasten der in. gezecenen voor te bereiden; terwijl hierdoor tevens de gelegenheid ontstond, <om voor voor het vervolg de gewone begrooting van den Staat over meer dere jaren in werking te brengen en alzoo meerdere vastheid aan onze finan. ciele inrigtingen te verschaffen waarom het te betreuren isdat de wet. telijke bepalingen, 'bestemd om die doeleinden te bereiken, slechts voor een gedeelte zijn tot stand gekomen. „Het overzigt uwer werkzaamheden, Edel Mogenden Heerendoet intus- sclien voldoende vruchten opmerken; de toestand van het Vaderland is ge ruststellend en wij mogen dankbaar èn vertrouwend de toekomst verbeiden. „In naam des Konings verklaar ik deze gewone zitting der Staten-Gene raal gesloten." Door Zijne Maj. den Koning is vastgesteld eene instructie voor de ste delijke Commissien te Amsterdam, Rotterdam, Dordrecht en Utrecht, voor de vaart op den Rijn. Dien ten gevolge zal te Rotterdam de gemelde Commissie uit vijf leden zijn zamengesteld, waarvan ten minste drie zullen behooren te zijn kooplieden, op Duitschland handel drijvende, en welke alzoo, die betrekking aileen in het belang des handels waarnemende, geen honorarium zullen genietgn. Zijnde daarbij verdere bepalingen gearresteerd, opzigtens de aftreding, ver vanging en het ontslag der leden, de regeling der handelingen en bemoeijih- gen der Commissie, de verpligting op haar 'rustendetot bevordering van al hetgeen ten gerieve van handel en scheepvaart zal kunnen strekken, en overigens hetgeen zij ter goedmaking van kosten voor de inrigting van kra nen, ivagen, pakhuizen of bergplaatsen, kaaijen, enz., voor de Rijnvaart, onder haar beheer en opzigt komende, volgens tarief van de schippers, als vergoeding daarvoor zullen mogen heffen, zoo mede het magazijn-geld van koopwaren, ter bewaring in eetie bergplaats opgeslagen. Naar men verneemt, zal het oefenings-eskader, dat zich in het Nieu we Diep verzamelt, tot eenen kruistogt in de Noordzee, met Mei aanstaan de uitlonpen, en bestaan uit de volgende schepen, onder bevel van den Schout-bij-Nacht Ziervogel: de Maas, Bellond Hippotnenes Castor Valk, Snelheid Windhond, Pellikaan, Frederik Hendrik, Curasao (stoomb.), 52 stukken, Kapitein-Luitenant van der Plaat, 52 1, van Zon, 36 Mol, 36 Ampt, 18 van Lennep Coster, 14 Luit. der iste kl. Ferguson, 14 Kapitein-Luitenant Kist Ió Luit. der iste kl. Rengers, 1° van der Hart, 6 Kapitein-Luitenant Le Jeune. Uic Amsterdam meldt men van den 24 April: Gisteren is er groot diner ten Move geweestwaarna het Hof andermaal de voorstelling in den stads-schouwburg heeft bijgewoond. Z. K. H. de Prins van Oranje was in den vroegen morgen naar Soestdijk gereden, maar voor het diner reeds terug. De beide jonge Prinsen hadden weder gezameiijk eene wandeling gemaakt. Heden morgen heeft het Hof de godsdienstoefening, in de Nieüwe Kerk, onder het gehoor van den Leeiaar Mackay, bijgewoond. Tegen een ure beeft het Vorstelijk Gezin de terugreis naar'sGravenhage aangenomen, te midden van een talrijk publiek, hetwelk op den Dam zaam gestroomd was, om nogmaals van deszelfs hartelijke verknochtheid en trouw aan Hunne Majesteiten en Hoogstderzelver Gezin, op de ondubbelzinnigste wijze te doen blijken. Bij het vertrek betuigde Z. M. den heer Burgemeester Mr. W. D. Cramer zijne tevredenheid over de ontvangst alhier en vereerde hem bij die gelegen heid het ordtteeken van den Nederlandsehen Leeuw. Heden morgen, omstreeks ten 4 ure, qntstond er een hevige brand op de Oostenburgergracht, in de stoom-fabrijk van den heer van Vlissingen, N°. 49, met dat gevolg, dat de gebeele fabrijk omtrent uitgebrand is. Ten 8 ure was men den brand meester. Zeven h acht menschen zijn zwaarder of ligter daarbij gekwetst geraakt; voor behoud van leven van een derzelven is sterk te vreezen. De oorzaak van den brand is tot dus verre onbekend. Van den 25 April meldt men nog van daar: Naar men verneemt, heeft Zijne Maj. de Koning, bij kabinetschrijven van den 24sten dezer uit 's Gravenhage. met leedwezen gezien hebbende, dar bij gelegenheid van den brand, in de fabrijk van den beer van Vlissingen, onderscheidene weiklieden zijn gekwetst, den Burgemeester dezer stad eene som van vier honderd guldens doen toekomen, om, ter voorziening inzie dringïüdifie behoeften dier ongelukkige werklieden en derzelver huisgezin nen, onder dezelve te worden verdeeld. Dit blijk van dadelijke hulpvaar digheid en nienschlievendheid kenmerkt onzen geliefden en hoogst geëerbie- digden Koning. De brand is ontstaan in en heeft zich bepaald tot bet voorgebouw, dat geheel 'uitgebrand is. De schade aan vernielde machineriemaar vooial aan de mallen of modellen, is aanzienlijk. Heden middag smeulde het puin nog en was er, voorzigtighcidshalve, eene brandspuit aanwezig. Uit Harderwijk schrijft men van den 21 April: Gisteren zijn alhier van de 18de afdeeling aangekomen 30 manschappen, komende van net depót te Kampen, welke, na nachtverblijf gehouden te heb ben, heden morgen naar Amersfoort en vervolgens naar Amsterdam zullen' marcheren ten einde aldaar garnizoen te blijven houden. Op den ejsten zullen van hier te water naar ten Veere vertrekken 100 man- schappen van liet depót der landmagt, ,N°. 33, onder bevel van den 2den Luitenant Verster, benevens den 2den Luitenant der artillerie Aibertie en twee officieren 'van gezondheid 3de klasse IVienenbrugge en Corvet, om met de eerste gunstige gelegenheid met het schip Walcheren naar Oost-indië te wor den overgevoerd. Van den Helder meldt men van den 21 April: Gisteren is alhier binnengekomen Zr. Ms. brik de Valk, Kapitein-Lurtenant van Lennep Coster, bestemd om een deel uit te maken van het eskader, het welk eerlang in de Noord-zee zal gaan kruisen. De Londensche dagbladen van den 23 April bevatten niets van belang. T U R K Y E. Orsova den 4 April. Door eenen reiziger verneemt men, dat de van de ziide der Portetot onderzoek der Moldavische bezwaren, benoemde Com missaris op den weg naar Jassy te Bucharest aangekomen was. Dat de'Rus- sische Commissaris reeds aangekomen waswerd wel is waar algemeen be weerd maar men heeft nog geene officiële zekerheid. Volgens een geruchc zouden in Jassy Russische kwartiermakers aangekomen zijn, om voorde ont vangst van 2000 man troepen daar woningen gereed te maken. Misschien is het slechts een detachement ter aflossing van de andere troepen. In Bucha rest zouden de Wallacheyers uicgenoodigd zijn, zich onder de Servische mili. tairen te lateli aanwerven. SPANJE. Berigten over Parijs van den 22 April. Men leest in het Journal de Paris: Men schrijft van Vittoria van den nden, dat tot op dien dag er nog geen gevecht was geleverd geworden. Hec Engelsch legioen is den i8den te Bilbao moeten aankomen. Men wacht een gedeelte te San-Sebastianalsook een bataljon Chapelgorris, Men verwacht Cordova te Pampeluna. Leon Iriarte heeft zich den i8den niet zijne troepen op die stad gerigt. Brieven van San-Sebastian melden, dat Engelsche schepen in het gc- zigt van de haven gekomen zijnlandingstroepen aan boord hebbende. De Carlisten verspreiden het gerucht van de vermeerdering hunner krachten 111 Gallicie. Er heeft geen gevecht in Navarre plaats gehad. Het Hoog Geregtsthof van Spanje en Indien, gezien hebbend: alle de stukken betrekkelijk de geheimenissen te Saragossa heeft bevolen in staat van beschuldiging te stellen de twee Kamers van dit Gejegtshoi' en den Ré gent. De Regters zijn in hunne bediening geschorst. Er moet onderzocht worden of zij allen hunne pligten gedaan hebben, die de wet hun oplegde, in de huitengewoone omstandigheden, waarin zij zich bevonden. Het Hoog Geregtshof neemt als algemeen beginsel aan dat de Regters ile wetten niet moeten nalaten te handhaven, al werd hun leven bedreigt, en dat zij eerder moeten sterven, dan toelaten, dat de wet verkracht worde. Berigten over Parijs van den 23 April. Het Journal de Paris bevat het volgende: Men schrijft van Vittoria van den i/den, dat des avonds de voorhoede van Cordova re Minanó door vier bataljons en drie escadrons Carlisten is aange vallen geworden. Zij heeft dezelve op de vlugt gejaagthen tot aan Luco yervolgd, na op hen een honderdtal manschappen gedood of genomen te hebben. Den 27sten hebbende Carlisten het gevecht geweigerd en zijn binnen hunne verschansingen gebleven. De afdeeling van den Generaal Evawsisden iyden te Santander aangekomen. Zij wordt den eosten te San Sebastian verwacht en moet Ernani bezetten. De Generaal van het Algiers-legioen riet twijfelende, dat ér in de dor. pen, door zijné troepen bezet, inwoners waren, die door de Carlisien betaald werden, om tot deserteren aan te sporen, besloot eenen soldaat, wien hij ge heel vertrouwen kon, naar het kwartier van Don Carlos als overlooper te zenden; acht dagen daarna, kwam hij bij zijn corps terug, en volgens zijne rapporten werden twee dames en één inwoner aangehouden en naar Pampe luna geleid. Het Fransche legioen zou dagelijks aan de Carlisten gevoelige verliezen toebrengen. Er werden wederom groote wreedheden verhaald, die bij de beide par tijen gebeurd zijn. Twee door de Cbristinos van Cabrera gevangen genomen soldaten, werden door dezelve doodgeschotenCabrera dit vernemende heèfc in het portaal van de keik van Chiva 29 menschen, welke hij ais gijzelaars met zich voerde, doen terneder vellenbenevens <j inwoners van Chiva. Nadat Cabrera Chiva verlaten had, hebben de Christinos op dezelfde plaats, 9 ge vangenen aan de woede van het volk overgegeven, die dezelve vermoorden zich met hun vleesch verzadigd heeft, ITALIË. Rome den 5 April. Men bedenkt allerlei kunstgrepenom het ge'd der vreemdelingen in Rome te honden. Zoo zijn er beeldhouwwinkelsalwaar over blijfsels der oudheid gemaakt worden, als armen, hoofden van goden, voe ten van saters of boschgodenrompen, enz. Om dit nieuwe marmer eene antieke kleur te gevenheeft men een sterk water uitgevonden. Gaat een reiziger nu in de omstreken van Rome wandelen, dan vindt hij bij de na burige ruïnen schaapherders, die hunne kudden laten grazen Deze wach ten den vreemdeling af, verhalen van oudhedenwelke hier opgegraven

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 1