A\ 183G: LEYDSGHE COUR MAANDAG KONINKLIJKE A KADE MIE van BEELDENDE KUNSTEN te Amsterdam. Ï)E Raad van Bestuur der Koninklijke Akademie van Beeldende Kunsten té Amsterdam, geeft mits dezen aan de belanghebbenden opcntlijk te kennen j i°. Dat er een wedstrijd wegens den grooten Pfijs ,-aan de Akademie voornopmd, dit jaar zijn zal in het vak der Graveerkunsten dat dezelve geopend zal worden in de maand Mei eerstkomende zullende de juiste tijd en plaats nader worden opgegeven. 2°. Dat, ingevolge besluit van Zijne Majesteit, van den 14 November 1835, bij den jeioelden wedstrijd niet zal gedongen worden naar een vierjarig pensioen en tot het doen eener buitenlandsche reis, zoo als zulks bij bet Reglement is vastgesteld; maar ter ver- irijgittg-, als eersten Prijsvan eene Rijks-toe'ïge van ƒ900 's jaars, welke door den Prijsbehaaldergedurende den tijd van vier jarenzal worden genoten. 3°. Dat aan dengenen, die den Prijsbchaalder het naaste bijkomt, als tweeden Prijs of Actessit wordt uitgeloofd eene Rijks-toelage van f 300 's jaars, mede voor den tyd van Vier jaren. 4<\ Dat zij-, die bij den wedstrijd den Prijs behalen, verpligt zullen zijn, tegen het :not van voormelde toelagen, eene Gravure te vervaardigen, naar eene schilderij of 1 1n genot vau vvuiua.uv .«-"o".--0- 7 - teekening, onder goedkeuring van den Raad van Bestuur, welke Gravure zij hier te lande 2ullen moeten bewerken, onder toezigt van eene Commissie uit den Raad van Bestuur der Koninklijke Akademie van Beeldende Kunstenen zullen de leden dier Commissie steeds toegang tot de werkplaatsen der Prijsbchaalders hebben. 5". Dat, bij welgelukten arbeid, naar het oerdeel van voornoemden Raad van Bestuur, deze* aan de vervaardigers den eigendom van de door hen gegraveerde Plaat zal kunnen toekennenj 0111 daafover vrijelijk te beschikken, onder verpligting echter van twaalf afdfukken derzelve, waarvan zes proefdrukken, aan de Akademie af te geven. 6°. Dat, ingeval voornoemde Raad van Bestuur vermeent den eigendom der gegraveer de Plaat aan de vervaardigers niet te kunnen toekennendeze gehouden zullen zijnde zelve aan den Raad over te levefén, zonder daarvan eenigen afdruk voor zich te mogen behouden. 7®. Dat de mededingers zich zullen moeten onderwerpen aan alle zoodanige bepalingen en voorschriften, welke de Raad van Bestuur, tot behoud der goede orde en der strik- ste onzijdigheidgedurende den wedstrijd, noodig mogt oordeelen. 8°. Dat niemand naar den hoogsten Prijs zal kunnen niededi risen, dan die in hét Rijk geboren of van Nederlandsche ouders isen gedurende het laatste jaar aan de Akademie alhier of op eenige andere schoolbinnen dit Rijk, is onderwezen. 9°. De mededingers zijn verpligt vóór den isten April eerstkomende, schriftelijke on gave van hunne Namen en Woonplaatsen, bij den Secretaris der Akademie in te zenden, ten einde een voorloopige wedstrijd zou kunnen plaats hebbenindien cr een te groot getal van mededingers zich mogt aanmeldenzullende in dat geval daarvan tijdig kennis wofden gegeven. Amsterdama Maart 1830. De Raad van Bestuur voornoemd Jb. de Vos Willemsz. Vicó-President. Jo. de Vries, Secretaris. PROGRAMMA. Het Bestuur dér Akademie van Beeldende KOnstf.n, Bouw-, toegepaste "Werktuig- en Zeevaartkunde, onder den naam: MÏNERVAte Groningen, hepft Sn deszeifs vergadering van den 15 February 1836,, ingevolge art. 18 van de wet dier Akademie besloten, onder opgave van de daarbij vermelde onderwerpen, aan de Binhen- landschc Kunstbeocfenaars uit te loven de fiAVolgénde Prijzen i°. In liet vak der Schilderkunst: voor de best geoordeeld wordende Schilderijge heel afgewerkt, hoog 60, breed 5o_Nederl. duimenvoorstellende: Een ouderwetsch Binnenvertrekter linkerzijdebij een openstaand venstereene zittende Vrouwbezig 'met eenig handwerkter regter zijde een doorzigt naar eene Keuken. Een Getuigschrift en tien Vijfgulden-Stukken a\ ïn het Vak der Teekenkunstvoor de best gekeurde Teekening in KleSremj be- hoorlijk afgewerkt, hoog 40, breed 32 Ncrderl. duimen, voorstellende: Een Gezigt binnen eenenaar den Gotisclien trant gebouwde Kerkmet invallend zonnelichtgestoffeerd mèt eenige figuren. Een Getuigschrift en vijf Vijf gulden-Stukken. Alles met herinnering aan de navolgende, omtrent de Prijsuitloving bestaande bepalingen: i°. De stukken, met welke men naar dc uitgeloofde Prijzen wil dingen, zullen vóór den 1 sten October 1836 ingezonden moeten zijn aan het gebouw der Akademie, in dc Oude Kijk-in-',jatstraatonder adres van den Secretaris van het Bestuur. 1°. De ingezóndene stukken zullen moeten voorzien zijn van eene zinspeuk of ander kénn'elijkmerk.welkezinspreukofnlerkjdoor eene andere hand dan die van den vervaar diger van bet stuk geschreven, ook gesteld zal moeten zijn op een verzegeld bij het stuk te voegen briefjein hetwelk de Naam en de Woonplaats van den maker van het stuk moeten vermeld staan; dit naambriefje zal vérzegéld moetén wezen met ccnèn dui- delijken afdruk van een cachet in lak. 3°. Dé Teekening wordt door de bckrooning het eigendom der Akademie; het bekroond Schilderstuk blijft het eigendom van den makef, onder verpligting evenwel, daarvan eene feékeiiing of volledige schets in kleuren, ter zelfde grootte als het bekroonde schilder stuk, en vóór de teruggave van het stuk, aan de Akademie kosteloos te verschaffen. 4°. De mededingers kunnen, des verkiezende, in het naambillet den prijs bepalen, waarvoor zij het ingezonden schilderstuk, in geval van bekrooning, in eigendom aan de Akademie willen afstaan; zullende liet Bestuur, na de prijsuitwijzingaan den bekroonde kenbaar maken, of het stuk voor den bepaalden prijs, ten behoeve der Akademie wordt Overgenomen, in welk geval de schilder niet gehouden zal zijn eene teekening of schets zijner schilderij, invoege onder N°. 3 bepaald is, in te leveren. 50. Elk der niet bekroonde Schilderstukken of Teekcningen zalmet het daarbij be- hoorend ongeopend naambillet, tegen ovefgave van de zinspreuk of het merk daarop ge steld, met dezelfde hand geschreven, en van eenen afdruk van het cachet, waarmede het naambriefje is verzegeld, aap den vertooner teruggegeven worden. Het terugvragen der onbekroonde stukken zal moeten geschieden binnen den tijd van drie maanden rekenen van den dag af, dat de uitslag der beoordecling zal zijn bekend gemaakt. 6°. De uitreiking der uitgeloofde en behaalde Prijzen, rfah de bekroonden of dcrzclver gevolmagtigdenzal plaats hébben in de jaarlijksche vergadering der leden van de Aka demie, 111 de maand Janüarij 1837. Het Bestuur voornoemd Naméns hetzelve: h Mr. A. Modderman, Secretaris. NEDERLANDEN. Leyden den 2osten Maart. Uit 's Gravenhage meldt men van den ipden dezer het volgende: Bij Koninglijk besluit is bepaald, dat, overeenkomstig het daartoe tfoör de Synode der EvangelisCh-Luthersche Kerk gedaan voorstel, aan de wedu wen der Evangelisch-Lutherscbe Predikanten, wederom, voorloopig, gedu rende 4 jaren, te beginnen met 1835, uit het, ten behoeve van dezelve be staande algemeen fonds, uitdeelingen ter somme van ƒ100 zullen geschreden. Door Z. M. zijn eenige nadere bepalingen gearresteerd omtrent de meest spoedige voldoening van de tractementen en toelagen der beamten en bedien den bij de gevangenissen, ten gevolge waarvan zulks voortaan aan de zoo. danigen, welke zich op den eersten dag van de maand in dienst bevinden voor het volle bedrag der ingetreden maand, of bij hun overlijden aan hunne erven of regthebbenden, zal worden voldaan, uitgezonderd wanneer een be ambte op zijn verzoek in den loop der betrokken maand mogt worden ontsla gen of door wangedrag gedemitteerdterwijl de trastementen en toelagen DEN sisten MAART. van nieuw aangesteldeii tiiet vroeger zullen ingaan dan met den eersten dag van dé maand, volgende op die waarin de vacature is ontstaan, wanneer daaromtrent geene andere bepalingen in het besluit van aanstelling mogtcn zijn bepaald. Men verneemt, dat de Commissie, door Z. M. benoemd, tot bet onderzoek der doelmatigheidom ook in ons Rijk ijzeren spoorwegen aan re leggen sedert eenige dagen hare werkzaamheden alhier heeft aangevan gen, doch dat het er nog verre af isdat, gelijk een buitenlandsch dag blad', eenigzins te voorbarig, gemeld heeft, door dezelve reeds een be sluit zöu zijn genomen. Het is te verwachten, dat, bij het moeijelijk punt, hetwelk de Commissie te onderzoeken heeft, en met de bijzondere naauw- gezetheid, waarmede zij hare taak vervult, nog niet zeer spoedig het ge- wigtige vraagstuk door baar zal worden beslist. Op eene aan Zijne Exc. den Minister van Finantien voorgestelde vraag, of de acten van beëediging op te makeningevolge art. 2 der instructie voor de leden der plaatselijke Commissien, tot opneming en bepaling van den middelprijs der binnenlandsche granen, al dan niet onderworpen zijn aan de regten vaii zegel en registratie is door Zijne Exc., bij brief van 18 Februarij 11., N°. 14, te kennen gegeven, dat die stukken, volgens art. 39, 12, der wet van löjunij 1832 vrij van zegel, en derhalve ook vrij van de registratie zijn: Maar men verneemt, zijn de postbeambten onlangs herinnerd gewor den aan de bestaande bepalingen, dat zij gehouden zijn de brieven, die verkeerd geloopen zijn, of eene andere bestemming hebben ontvangen, steeds met den eerst vertrekkenden post te verzenden; en zullen inzonder heid de Controleurs, aan welke zoodanige déboursés ter hand komen, alles moeten aanwenden wat in hun vermogen is, om dezelve met de minstmo. gelijke vertraging de plaats van derzelver werkelijke bestemming te doen bereiken. Uit Utrecht meldt men van den 17 Maart het volgende: Tot Rector Magnificus der Hoogeschool alhier, voor het Akademie-jaar van 1836 tot 1837, is benoemd de Hoogleeraar ,7. L.C. Schroder ran der Kolk. Wij vernemen, dat de Medische Faculteit dezer Hoogeschool den gou den eerprijs heeft toegewezen aan den heer Jan Pieter Gerard van Enschut, Doctorandus in de Medicijnen aan deze Hoogeschool, voor zijne beantwoor- djng van de prijsvraag: Accurate exponantur signa cum pathohgica rum che mie a quibus veneficium Arsenicale in foro certe probari possit. Quae vero ex chemia petuntur signa ipsius Auctoris experimentis etiam illustrari cupit Facultas en het accessit aan den heer Hendrik Jan Broers, Student in de Medicij nen alhier. Men meldt Uit Arnhem dat door de Gedeputeerde Staten van Gelder land aan den Luitenant-Ingenieur van der Hart Beek, thans te Delft in gar nizoen is toegewezen de tweede prijs of accessit van twee honderd gul dens voor het ontwerpen van een plan lot opbouw van een paleis van Justi tie te Arnhem, Uit Tiel schrijft men van den 17 Maart: Heden, tegen 12 uur, had hier voor de stad een droevig ongeva! plaats. Verscheidene schepen, met steenen beladen, zochten naar eene goede recde, terwijl ook schipper Kamps, steenkolen inhebbende, voor eigen rekening van Roeroorc komende, in hetzelfde geval verkeerde en zijn anker voor deze stad meende te laten vallen; maar hij moest, met terugla ting van het schip en lading, terwijl hetzelve niet door den wind wilde gaan, zich op demensch. lievendheid van bij Tiel liggende schippers, waaronder zich bijzonder de veer boot onderscheidde, verlaten en met knecht en scheepsjongen door dezelve gered worden, het schip achter latende, zoodat in een oogenblik niets van hetzelve meer te zien was. Schip noch lading zijn geassureerd. Uit Zeeland meldt men van den 16 dezer: De hevige storm uit het Noordwestenwelke gisteren in den vdormiddag woedde, heeft ookjop de Schelde hare vernielende magt doen gevóelen. De Amerikaansche bril: Russian, Kapitein IHoodbérrfvan New-York met stuk goederen, voor Vlissingen ten anker liggende, worstelde met alle krachtin spanning tegen het woedende element; ontzettend was het gezigt van de stad, die ongeiukkigen in den verschrikkelijksten toestand te zien, zonder hun op dat öogenblik eenige hulp toe te kunnen brengen; het tuig en wand werd door de onbeschrijfelijke kracht van den wind en het hevig slingeren van het schip genoegzaam van een gescheurd; spoedig zag men hun de masten kappen, nu boden de ankers hun nog eenig zwak mitidei van behoud, doch spoedig werd het schip van dezelve weggeslagen en was r.u een speelhal der woedende golven. De Vlissingsche loodsboot en werkboot snelden ondanks het gevaar het re.ldelooze vaartuig ter hulp, doch konden het niet genaken; eindelijk stiet hetzelve op de bank de Galootde Kapitein, de Vlissingsche Loods en vier man redden zich met de boot, terwijl de overige ekwipage door de Engelsche stoomboot Tourist, die op de hoogte van Rammekes ge ankerd was, gered werden. Het vaartuig zit thans tuig- en masteloos op ge. noemde zandbank, en men is bezig de lading zoo veel mogelijk te bergen. Tegen den Qoeschen wal is eene Russische brik, Evangelistria genaamd, geslagen, doch dezelve zit zoodanig, dat zij, na het uitnemen der lading, vlot zal geraken. De Commissie van onderzoek voor West-Vlaanderendoor het Gou vernement benoemd om uitspraak te doen over het nut en de wijze van aanleg van eenen ijzeren spoorweg tusschen Gent en Rijssel, en met eene vertakking op Mons, heeft hare werkzaamheden geëindigd. De Commissie heeft eenparig het nut van den aan te leggen weg erkend, maar is over de wijze van dien aanleg in hare meening verdeeld geweest. Vijf der leden hebben gestemd om dien aanleg aan het Gouvernement over te latendrie hebben gestemd voor de concessien. GRIEKENLAND. Volgens de jongste berigten uit Athene was het ontwerp ter oprigting eener Grieksche nationale bank afgesprongen. Men beschouwde zulks als eene groote teleurstelling voor de Regering, vooral omdat de bewilliging van de drie Mogendheden voor de derde reeks de Grieksche leening nog altijd onzeker blijft, en de schatkist steeds dringend om geld verlegen is. De Graaf van Armansperg had met het begin van Februari! de portefeuille weder opgevatdesniettemin sprak men steeds van een verlof, hetwelk die Staatsman tot herstel zijner gezondheid zou nemen. Om de Duitiche sol daten te bewegen na verloop van hunnen diensttijd in Griekenland als ko',0-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 1