volge veroordeeld om aan de galg met de koord gestraft te worden, dat er de dood na volge. Wij vernemen, schrijft men uit Utrecht van den 23 October, dat Zijne Maj. de Koning goedgekeurd heeft den aankoop voor onze Hoogeschool van het Kabinet van Waspreparaten, van wijlen den heer P. Koning, voor de somme van ƒ13,000; tot betaling van welke som het Gouvernement goedgunstig een gedeelte heeft bijgedragen, terwijl het overige door de pro vincie en door de stad zal worden bekostigd. Dit fraaije kabinet, eenig in ons land, zal alzoo bij het Muzeum der Hoogeschool behouden worden. Het volgende is een uittreksels uit eenen particulieren brief, gedag- teekend Kampoelang, op Sumatra, in Oost-Indiên, den 9 Mei 1835: Bij den ontvangst dezes zult gij zien, dat ik mij niet te Matoua bevinde; den 21 April jl. zijn wij, (het iste batailjon ligte infanterie) en hnlptroe- pen, des nachts te 12 ure, van Matoua opgerukt naar Batosarie, alwaar de Padries twee Boutings opgeworpen hadden; den volgenden namiddag tegen 6 ure., namen wij mee weinig moeite bezit van Butasarie, dewijl de Padtics spoedig op de vlugt gingen; van daar hebben wij ons den volgenden dag naar Pisany begeven, alwaar wij ook weinig tegenstand vonden; thans bevinden wij ons hier (Kampoelang) gebivonakeerd, slechts een groot uur gaans van Bonjal, zijnde de hoofdplaats van eenige vroegere afgevallene districten. Alvorens tot hier te zijn voortgerukt, hebben wij op der. 8sten dezer eene vrij belangrijke schermutseling met den vijand gehad. Er werd door onzen Commandant den Luitenant-Kolonel Bauer bevolen, dat de 2de compagnie, waarbij ik mij bevinde, de 4de compagnie door den inlandschen Kapiteinde 5de compagnie door Kapitein van Dijken de 6de compagnie door Kapitein Kraft geltommandeerd wordendeaismede de eerste Luitenant van der Tak met hulptroepen, benevens onze kleine batterij, slechts één drieponder kanon en één handmortier, op den zeer vroegen mor gen van den 2den dezer gereed zouden staanterwijl nog andere troepen in reserve moesten blijven. De vijand bevond zich aan de overzijde van de snelvlietende rivier Kali- masling, in eene vrij geduchte stelling van zeven Bentingshalve cirkels- gewijze aangelegd, dewelke ons gedeeltelijk flankeerden, waarin wij verhin derd werden eene behoorlijke Benting te kunnen aanleggen. Alzoo oprukkende, naderden wij de gezegde rivier: Kapiteins Kraftvan Dijk, en ik waren onder de eersten die zich, op eene vooraf onderzoclitte waadbare plaats in den stroom begaven; genoegzaam in het midden van den- zelven zijndeontving de Kapitein 'van Dijk eene ligte wonddoor een ge weerschot, die hem noodzaakte terug te gaan; gelukkig bereikten Kraft en ik met onze compagniën den voor ons liggenden oever, alwaar eene vijan delijke Benting met kleine schietgaten, doch te hoog aangelegd was en wer den wij door meer troepen opgevolgd. Nu ging her met den stormpas op den vijand in, die ons met de sabel in de vuist ontving; de Kapitein Kraft kreeg een sabelhouw in den linkerhanddoor een' paap toegebragtmaar die ook dadelijk afgemaakt werd; onze plotseling vertoonde magt verbaasde en ver schrikte den vijand zoodanig, dat zij hunne Bentings ontruimden en ijlings op de vlugt gingen. Alzoo zijn wij, door eene onverhoedsche beweging en aanval, van eene niet onbelangrijke positie meester geworden. Voor zoo verre het mij bekend is, hebben wij slechts twee gesneuvelden en een dertigtal gewonden bekomen. Denkelijk zullen wij eerstdaags op Bdnjol losgaan. Van eene buitengewone gelegenheid maak ik oogenblikkelijk gebruik, om dezen te schrijven en naar Padang te zenden; zulks doet ook de Luitenant- Adjudant Moltzer, die, naast mij op den grond zittende, aan zijne ouders schrijft, zijnde hij ook behouden door de rivier gekomen, en zich zeer wel bevindend; tevens ben ik hopende, u weldra nadere bijzonderheden te doen toekomen. S Amsterdamsche courant.j Volgens van Regeringswege gemaakte statistieke opgaven, is de bevol king van Oud-Nederlandbij vergelijking van den stand derzelve op i° Ja- nuarij 1825 en 1834 in alle provinciën toegenomen, en wel in Noord-Braband met 28,590 zielen, in Gelderland met 36,680, in Noord-Holland met 29,768, in Zuid-Holland met 53,174, in Zeeland met 8,960, in Utrecht met 14,672, in Vriesland met 12,760, in Overijssél met 22,712, in Groningen met 7,879, in Drenthe met 12,393, gezamenlijk .met 227,588 zielen. Bij vergelijking van de vermeerdering der bevolking op een titsschenge- deelte van dit tijdvak, van 1825 tot 1829, was de'bevolking vermeerderd in Noord-Braband met 11,783 zielen, in Gelderland met 15,26», in Noord- Holland met 2,085, in Zuid-Holland met 23,868, in Zeeland met 4,469, in Utrecht met 6,125, en in Drenthe met 7,251 zielen, doch verminderd in Vriesland met 993 en in Groningen met 910 zielen; hefgeen aan de in 1826 aldaar geheerscht hebbende ziekte moet toegeschreven worden. Van 1830 tot 1835 heeft zich dit verlies reeds in ruime mate vergoed, daar in dat tijdvak de bevolking van Vriesland met 10,538 zielen, en die van Gronin gen met 6,468 is vermeerderd. Te Turnhout is dezer dagen een moord gepleegd op den persoon van eenen inwoner van Cockhoven, nabij de Hollandsche grenzen, door eenen sergeant van het 7de regiment 2de bataljon, die vroeger uit Hollandsche dienst was gedeserteerd, en nu weder op het Hollandsch grondgebied is gevlugt. A E G Y P T E. Men wist te Alexandrie den 27 Augustus de nadere bijzonderheden omtrent de nederlaag in Hedschas door de Aegyptenaars geledenen waaruit Ibra him neef van Mehemed-Ali, en de Sheriff van Mekka naanwelijks ontkomen zijn. De Aegyptische troepen hebben aldaar een verlies van 11,000 man ge leden, het overschot in 5,000 man bestaande, heeft zich door dê vlugt op Aegyptischen bodem moeten redden. SPANJE. Berigten over Parijs van den 27 October Het Journal dè Paris deelt de volgende tijdingen uit Spanje mede: San Sebastian is op nieuw door de Carlisten belegerd. Cordova is Don Carlos in Alava gevolgd; hij heeft eene afdeeling op de Arga achtergelaten, om de werken van fortificatiën te bewaken. De wapenen ontbreken aan de Carlisten voor de nieuwe ligting, welke zij bewerkstelligd hebben en onder welke vele overloopers zijn. De Centrale Junta houdt zich te Cadix, Grenade en Malaga staande. Volgens brieven van de grenzen van den 23Stenschijnt Don Carlos beslo ten te hebben, de gebeurtenissen te bruskeren, ziende, dat het Heilig Ver bond en de doctrinairen zich vergenoegen 0111 hunne wenschen voor hem uit te storten, doch niet openlijk voor hem durven uitkomen. Er zou zelfs op het tapijt zijn om Burgos aan te vallen. Doch dit zou slechts een trek van wanhoop zijn, die weinig behoefde gevreesd te worden, want de Car- listische troepen zouden dadelijk door Cordova gevolgd worden, wiens strijd krachten thans niet alleen talrijk maar zelfs goed gedisciplineerd zijn. Reeds heeft Jaureguy zich van Bilbao met 9,000 man naar Durau begeven waar zich een groot legercorps moet verzamelen. De zamenkomst tusschen Cor dova en den Generaal Elliot, heeft slechts betrekking gehad op de uitwisse ling van gevangenen. De Indicateur van den 23Sten, bevat tijdingen van Barcelona van den löden, waarin gemeld wordt, dat de Carlisten in Catalonie geheel verslagen waren. Doch over Engeland heefr men van Jezelfde dagteekening tijdingen, die vermelden, dat men ook daar veel geruchts had gemaakt van eene groote overwinningdie de troepen der Koningin op de Carlisten hadden behaald doch dat het verhaal dr.ar.-an zich ongelukkig niet had bevestigd. Integan- deel was, volgens deze brieven, bij voortduring geheel Catalóme dijor de Carlisten overstroomd. Eene afdeeling van 3000 man dezer paitijhad z'icli op nieuw bij Vich vertoond. Geen enkele postwagen in het geheele gewest deed nog zijne diénst, en de brievenmalen uit Valencia werden thans door eene stoomboot te Barcelona nangebrsgt. Tijdens het afzenden dezer brie ven, werd de komst van Generaal Mina te Barcribna met veiiangen te ge- moet gezien, te meer, or.-tiat de epgeworpene junta, die, in weerwil van alle aanmaningen uit Madrid zich steeds bleef handhavenbeloofd had van na Mind's komst zich te zullen ontbinden. De Junta had zich intusscben bij de meerderheid der bevolking, door het heffen van drukkende belastingen zeer gehaat gemaakt, en vond slechts bij een of tivee bataljons der nationaie garde eenïgcri steun. De jongste tijdingen uit Madrid, van den ipden, behelzen de niet onbe langrijke omstandigheid, dat de Generaal Espitiosa, die door de Koningin-Re gentes, om de revolutionnaire partij te believen, tot Kapitein-Generaal van Andaluzie benoemd was, die benoeming van de.hand heeft gewezen, en daar entegen zich de betrekking van Opperbevelhebber der strijdkrachten van de revolutionnaire Junta van Andujar heeft laten welgevalllen. De Gene raal Espinosa kan dus geacht worden, zich thans regtstreeks tegen de Konin gin-Regentes te hebben verklaard. Eenige der onder hem dienende bataljons van het staande leger hebben hem echter terstond daarna verlaten. De Junta van Malaga, welke zich nog niet ontbonden had, heeft den 2 Oc tober aan den heer Mendizabal een manifest gezonden, in antwoord op zijne mededeelingen, waarbij zij, alvorens uiteen te gaan, nog andere waarborgen eischt dan die welke hij de natie aandiedt en vooral op de benoeming van patriotten als Arguelles en Calatrava cot het Ministerie aandringt. Berigten over Parijs van den 28 October, Een buitengewone renbode van Madrid heeft de volgende tijdingen aaa- gebragt: Een groot deel van Pairs en Afgevaardigden is reeds te Madrid. De Graaf de las Navas is naar Manzanares vertrokken, waar het blijkt, dat hij gelukkig zijne zending als bevrediger heeft vervuld. Het garnizoen van Madrid (nationale garde) bereidde zich om naar Navarre te vertrekken. Men schrijft uit Bayonne: De Junta van Navarre heeft bevolen om provinsioneel los te laten alle personen, die gevangen genomen en naar Escella gevoerd waren, om hen voor de leden van hun gezin, die de vlugt genomen hadden, ten einde zich aan de ligting, door Don Car los bevolen, te onttrekken, verantwoorde lijk te stellen. In de Phare de Bayonne van 24 October leest men Men schrijft ons van de grenzen: Den iöden dezer heeft het garnizoen der Christinos te Puebla drie uren van Victoria, zaamgesceld uit 250 soldaten en 12 artilleristen, na eene bele gering van drie dagen, zich aan de Carlisten overgegeven. Er waren in het fort twee stukken. Berigten echter uit Bayonne ontkennen deze overgaaf. De magt van Don Carlos zou dus zijn zaamgesceld: Uit Biscaye 7 bataljons, te zamen strek 4,500111311; uit Alava 6bataljons, sterk 3,000 man; uit Guypuscoa, 5 bataljons, 3,500 man; uit Castilien 6 bataljons, 2,400 man; uit Navarre 14 bataljons, 6,500 man; te Gueres en omstreken, 1,500; te zamen 21,400 man infanterie; voorts 600 kavaleristen en 200 artilleristenin het geheel 22,000 man. Dezelve had een artillerie- park van 16 stuk geschut van allerlei kaliber, twee mortieren en twee hou witsers. Don Carlos had bovendien voor zijnen persoon een bataljon guides eene lijfwacht, eene compagnie hellebadierste zaaien omtrent 1,200 man bedragende. Berigten over Parijs van den 29 October. Er zijn brieven en dagbladen van Madrid tot den casten ontvangen, welke melden, dat de centrale Junta van Andalusie, welke te Andujar was opge- rigc, zich den iSden ontbonden heeft. De Spaanschê dagbladen deze tijding berigtende, zeggen, dat de Generaal Espinosa slechts eene gunstige gelegen heid afwachtte, om,uit de moeijelijke stellingen te geraken, waarin de om standigheden hem gesteld hadden en datindien hij zich verzet heeft tegen het vertrek van zekere corpsen naar Sevilie, dit alleen geweest is, omdat hij alle zijne troepen te gelijk aan het Gouvernement wilde aanbieden. De verschillen dus tusschen het Gouvernement en de centrale Junta van Andujar geëindigd zijnde ten genoege van alle vrienden van orde en vrijheid, zal de Junta van Cadix, die weder op nieuw was ingesteld, hoewel met het eenige oogmerk om een Jeger-corps van de provincie te wapenen, hare functien eindigen. De provincie Estramadura ontwikkelt de grootste vaderlandsliefde'voor de organisatie van 10,000 man, welke zich op het laatst van October, onder rie bevelen van het Gouvernement, te Madrid moeten bevinden; reeds be zetten 5,000 man Naval-Moral, op de boorden van de Taag, waar zij de overige regimenten afwachten. Madrid is volmaakt rustig, en het getal onderteekenaars voorde uitrusting van yrij.wini'gér's neemt aanmerkelijk''toe. De Koningin heeft eenen eigenhandïgen brief aan de nationale garde van Bilbao gezondendezelve het zenden, van een vaandel aankondigende door hare eigene hand geborduurd; zij heeft het aan eenig.eti..officiers van de stedelijke garde van Madrid overhandigd, die hét aan die van Bilbao moeten aanbieden. II, M. heeft den i8den het geheele garnizoen van'Madrici en de nationale garde in oog-enschouw genomen, teil midden van eenen óntzaggelij- kén toevloed van aanschouwersdie de, gróótste geestdrift, getoond hebben zij tvas vergezeld van Isabella II en hare zuster toen heeft zij het vaandel overhandigd. ZWITSERLAND. Zooals voor eenige dagen vermeld is, is er tusschen het Bestuur van Ba- zel-land en dat van Frankrijk oneenigheid ontstaan, wegens het,niet toelaten in cerstgemeld district van een Fransc-h burger, zijnde een Israëlietwelke aldaar door aankoop eigenaar van bezittingen geworden was. De Fransche Regering heeft daarop alle verkeer met Bazel-land afgebroken. Nu wordt van daar van den costen dezer gemelddat de Groote Raad het volgend be sluit genomen heeft: Dat al de maacregelen door den kantons-raad genomen betreffende de Isra ëlitische broeders IFahl, zich noemende aanltoopers der Domeinen van den heer Landercr te Reinach, zijn en blijven gehandhaafd. Dat het directoire, hetwelk te dezer gelegenheid.de eenparige goedkeuring heeft verworven, door de. ad hoe beno.enjde commissie is uitgenoodigd ge worden het Fransche Gouvernement van den wezenlijken staat van zaken te onderrigten, ten einde van den Koning der Franschen de herroeping van zijn onregtmatig besluit te verkrijgen. Bovendien zullen al de Bondsstaten eene uitvoerige memorie ontvangen, betreffende deze zaak, die hen allen betreft. Deze besluiten zijn de uitkomst der rijpe overwegingen van mannen, die de pligten kennen, welke hun door hun karakter van echte Zwitsers tegen over vreemde gewesten zijn opgelegd en die, gedurende de jongstleden vier jaren, geleerd hebben hunne eer en hunne Vaardigheid van vrije mannen tegen iedere onderdrukking van binnen en naar buiten te verdedigen. DU1TSCHLAND. Weenen den 22 October. Men houdt zich alhier onledig, om eene nieu we waterleiding door de stad te brengen, daar vooral de voorsteden in dr

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1835 | | pagina 2