De centrale afdeeling heeft ook nog verslag gedaan omtrent At wetten
nopens de nccijoseo op de suikerden turf en de steenkolen de tjjd der
beraadslaging over deze wetten zal nader worden vastgesteld.
Ten slotte beeft de commissie voor de petitiën rapport uitgebragt omtrent
fenige verzoekschriften namelijk omtrent een rekwest van grondeigenaren
uit Strijen en andere gemeenten, waarbij de invoering van het kadaster
verlangd wordt; 20. van de eigenaren der ijzergieterij te Deventer, be
denkingen inhoudende over herontwerp van wet op de brandstoffen 30. van
den burgemeester van Vianen, waarbij de aandacht der Kamer gevestigd
wordt op eeuige bepalingen van het bij de vergadering aanhangige ontwerp
van wet op de Nationale Militie, Aiie deze stukken zuilen ter griffie wor
den nedergelegd,
Den 14 December. Bij de Tweede Kamer der Staten-Generaalwelke
heden ten één uur, in tegenwoordigheid van Zijne Exc. den minister van
justitie, vergaderde, is een ingekomen verzoekschrift van Bierbrouwers
uit de provincie Groningenreclamerende tegen de belastiDg op het gemaal,
naar de commissie tot de petitiën verzonden.
Vervolgens zijn de beraadslagingen over het op heden aan de orde van
den dag zijnde ontwerpt van wet, tot beteugeling van woelingen, enz-,
geopend, en hebben daarover achtervolgens de beeren LtiybenSchimmel,
penninckde Jonge, de Derdesvan DamLuzacvan Reenenv<en Alphen.
van Asch van llijck en Zijne Exc, de minister van justitie net woord ge
voerd, waarvan alleen de heeren Luyben, Schimmelpcnninck eu l.uzac zich
tegen de wet hebben verklaard; de neer Luybcn hooldzakelijk op grond,
dat daarbij aa" de regtbanken een te uitgestrekte magt wordt verleend,
en alle waarborgen aan de veroordeelde onschuldnamelijk het hooger
beroep wordt ontnomen; de tentooD<telIing cp het schavot kwam hem on
doelmatig voor, daar dergelijke tooneelen veel volk doen bijeenkomen en
juist zou kennen aanleiding geven tot die misdrijven, welke de wet tracht
voor te komen; hij geloofde het onstaatkundig in de tegenwoordige oogen-
blikken om dezen maatregei van uitzondering te hernieuwen daar Kwa
iiikgezinden bij ons rustig volk geen ingang zullen vindenen vreemdelin
gen, die het zouden dorven wagen onrust te stoken, in plaats vans bijval,
smaad en verachting zouden ondervinden evenmin kan zich de spreker
vereenigen met de antwoorden der regeringwaarbij gezegd wordtdat
het bloot bestaan der wét Voldoende is geweest, om het kwaad te beteuge
len deszelfs zeldzame toepassing schreef hij alleen toe aan den uitmuntenden
geest, welke onze natie bezielt, d:e te veel aan Vorst en Vaderland ge
hecht is, en onbekwaam om het echt Nederlandsch gevoel te verloochenen
hij kon dus zijne stem htet geven aan de wet, daar hij anders een bewijs
zon geven de goede gezindheid dsr natie te mistrouwen. De heer Schim
vte/penninck sprak in denzelfden geest, en was van gevoelen, dat de om
standigheden die tot deze wet aanleiding hadden gegeven geheel hadden
opgebonden te bestaan; dat ook hi), in 1830, zijne goedkeuring aan de
wet had gegevennit hoofde destijds de omstandigheden vorderden alle
mogelijke voorzorgen te nemen; dat de toestand van ons vaderlandsedert
1830, ook vooral ten aanzien van Belgie, aanmerkelijk van gedaante was
veranderden dat de eensgezindheid en vaderlandsliefde der natie genoeg
zame waarborgen voor de openbare rust opleverden. De vernieuwing dier
wet kwam de spreker dus in deze oogenblikken ontstaatkundig en ontijdig
voor, om welke redenen hg tegen dezelve zou stemmen. De heer Luzac
vond zwarigheid in de bloote aanhaling der opgenoemde artikels, zonder
den inhond derzelve in de wet op te nemen, waardoor een groot gedeelte
der natie met deszelfs inhoud onbekend zon big ven. Wanneer men de wet
van het eerste tot het laatste woord doorlaszon geen sterveling kunnen
gissen, dat er over woelingen gehandeld wordt; men zou evenzeer in het
denkbeeld kunnen verkeerendat er over het tarief van in- uit en door
voer, dan van eene exceptionele wet gesproken wordt. Weinige der be
langhebbenden zouden bezitters zijn van het Staatsbladwaarin de artikels
der wee re vinden zijn. Een tweede rede, dat hij tegen zou stemmen,
bestond daarin, dat hij eenige woorden in het iste en zde artikel der wet
wenschce veranderd te zien. Het kwam den spreker overigens van het
hoogste belang voor, dat eene wet, die heilzamen afschrik moest inboeze»
men in zijn geheel en dmdelijk aan het volk werd bekend gemaakt.
De heer van Dam van lsselt behoorde onder de leden die ae wet ver
dedigd hebben. Hij zeide, onder anderen, dac niemand meer dan hij een
vijand van uitzondering!- wetten was, doch dat de afschaffing dezer wet,
hem, voor alsnog, ongepast voorkwam, uithoofde van den slechten geest
die bg den aanvang van den Belgischen opstand, in sommige gedeelten van
Gelderland en Utrecht, geheerscht heeft, nog niet geheel en ai had opge
bonden te bestaan; dat de hoofden van de misnoegden nog aanwezig waren
en dusdanigen eene zoodanige wet noodzakelijk maakten. Wanneer de wet
op nieuw moest ingevoerd worden, zou hij zich tegen dezelve verklaren,
maar daar die thans bestaat, vond nij eene gerustheid voor de toepassing
in de handelingen van hét gouvernement, en wanneer het gouvernement
zon zien, dat er misbrnik van dezelve gemaakt werd, dan vond hij eene
geruststelling daarin, dat zij na verloop van een jaar ophield te bestaan.
De redevoeringen van de heeren de Bordes eD de Jonge hadden betrekking
tot de straf van verbanning, welke bjj deze wet in tentoonstelling veran-
derd is.
Z. Exc. de minister van justitie verdedigde de wet en zeideonder
anderendat in de drie laatste jaren deze wet tot aanvulling der strafwet
ten noodzakelijk geacht is, dat die noodzakelijkheid niet meer zoo drie.
gend is, dan in 1830, doch dat dezelve nog bestaat; dat de wet naar bHi.
ren niet schadelijk zal werkendaar de lof van eendragt en trouw te veel
gevestigd is, en daaraan niet meer getwijfeld wordt, doch dat men zich
door eene al te groote zekerheid niet moest lateo in slaap wiegen dat de
wet niet gerigt was tegen bijzondere geschriften of correspondentienmaar
alleen ten doel heeft, om de woeiingen, die hier of daar kunnen ontstaan,
regen te gaan, dat de wet slechts eene renovatie vao de thans bestaande
is, en dat de openbaarheid der tegenwoordige discussie genoegzaam zou
zijn, om het publiek met den inhoud derzelve bekend te mazen dat zg zeer
spaarzaam wordt toegepast, en dat bg minister van den procnreur-Éeneraa!
het nader berigt ontvangen haddat in de tweede zes maanden van dit
jaar geere veroordeelingen van dien aard hadden plaats gehad.
Geene der leden meer het woord vragende, verklaarde de voorzitter de
discussies gesloten. De wet in omvraag gebragt zijnde, is dezelve met
eene meerderheid van 42 tegen 4 stemmen aangenomen.
Voor hebben gestemd, de heeren: Hooft, Bcddaertvan Rappard, Dy
leve/d, de Jonge, Crommelin, Clifordran Hemertvan Dam, Gockinga
Donker Curtiusvan Suchtelen, Lemker, van der Gronaen, van Juy 11 van
Hceze en leende. Backer, van Suinderen, Druyvestein, Sandberg, Quintus,
van Meeuwen, Hinlopen, van Tuylt van CoelhorstRengersd'Escury, In.
genhousz, van de Kasteele. de Bordes, Heerts, Cats, Dyckmeester, Op den
Hoof. van Asch van llijckvan Nagelt, Repe/aervan Reenen, frets,
Corver Hooftvan Boelens, van Alphen, Kviphorst en Sypkens,
Tegen oe wet hebben gestemd, ue heeren: Luyben, ichimmelpenr.inck,
de la Court en Luzac
Afwezig waren de heeren: Dcdelvan Sytzama, Hoijnk van Papendrecht
Fockcma, Beelaerts en H'arin,
Oe heeren van Nes en Cuypers, die mede de zittiing hebben bijgewoond
warenjbg de aigemeene stemming met In de zaal tegenwoordig.
Waarna de vergadering is gescheiden en geadjoomeerd tot aanstaanden
Maandag ten tien ure, zuliende alsdan de beraadslagingen over de begro
tingswetten een aanvang nemen.
A E G Y P T E.
Alex/snmue den 28 October. Ofschoon de Oostersche aangelegenheden
sedert vele maanden in de oogen van Europa, veel van het algemeen poli
tiek helatig verloren hebben, hoop ik evenwel, dat eenige berigten nit
onze oorden me- onwelkom zijn zuilen, en des te meer, daar de betrek
kingen van Aegypte en de Portemet de westersche politiek in zeer
itaanwe verbintenis staan. Als eens onverhoopt de lang gevreesde oorlogs
vlam in Europa tiit moge breken, dan zal zonder cwjjfel Frankrijk en En
geland aan Mehcmed-AHRusland daarentegen aan de Porte trouwe bond-
genooten hebben.
In he' Ottomsrnische rijk zijn aan het volk overal ondragelijke lasten
opgelegdwelke noodzakelijk worden door de noodwendigheden van de
organisatie en onderhouding van talrijke legers, die met de bevolking en
de middelen van het land niet in overeenkomst staan. Ook hier is er
geene oorzaak ter ontwapening, er worden integendeel dagelijks nieuwe
troepen aangeworvenzoo als ook voortdurend aan de vergrooting der
zeemagt gewe'kt wordt. De drukkende uitgaven zoowel als het systeem
van monopolie en de menigvuldige'ligting van troepen, hebben op vele
purien van Syrië en bijzender op Candia eenige onlusten veroorzaakt,
welke echter lot nogtoe geere verdere gevolgen gehad hebben, als dat de
onteviedeuen zich zware straffen hebben op den hals gehaald, Bethlehem,
die de van haar gevorderde belasting niet wilde, of misschien wél niet
konde betalen, d?ar dezelve de voorgaande meer als zesmaal te boven
gaat, is van de Aegyp enaren vreeselijk mishandeld geworden, en zelfs
eenige kloosters zijn, ofschoon zij onder Fransche bescherming zich be
vinden, aan de plundering niet ontgaan: ook zou de Fransche consul aan
de Pacha daaromtrent ernstige voorstellen gedaan en dringend verlangd
hebben, dat zij ten minste niet erger dan onder de vroegere regering bè»
kam eld werden
De berigten nit Griekenland luiden allen zeer gunstig: rnst en orde
verspreicen zich hoe langer zoo meer in het landen slechts eenige berg
streken van het binnenland worden door kwaadwilligen en oproerigen af-
geloopen. Laatstleden Vrijdag heeft de Grieksche Consul aan den Pacha
zijne geloofsbrieven overhandigdvelen zijn echter met de zending van
den beer Zossiska ontevreden, omdat deze, gedurende den Aegyptisch-
Griekchen veldtogt, zich steeds vijandig jegens zijn vaderlanJ getoond heeft,
en dus meer als een gunsteling van den Pacha, dao als een onafhanke.
lijk plaatsvervanger van zijnen Koning en voorvechter van de regten der
Grieken moet besch'onwd worden.
Voor eenige aagen is vader Enfantin, opperpriester der St, Simonis.
ten, hier aangekomen, hoewel hij sedert vele maanden reeds, van een
twintigtal zijner Apostelen vergezeld, hier verwacht was geworden. De
St, Simonisteo schijnen, benevens de verbreiding van hunne schandelij
ke leer van hunne zoogenaamde Godsdienst, nog een ander doel met
hunne reis naar Aegypte te hebben namelijk om den Pacha te bewe
gen van onder hun opzigt de Roode Zee met de Middellandsche te
laten vereenigen, weshalve Enfantin zich van twee Fransche iDgenienrs
Fournel en Lambertbelden voormalige leerlingen der polytecbiosche school
hééft laten vergezellen. Zoo als bekend is, is hijzelf een kweekelingdier
school. Door dat kanaal zon zeker Europa met Perzie, Indie en China in
oneindig gemakkelijker betrekking komen maar of de Pacha den wil of
het vetmegen heeft, om zoodanig eenen arbeid te doen ondernemen: of
verder de Europesche kabinetten niet zouden moeten vreezen, dat Enge
land zich den handel der Middellandsche Zee uitsluitend zou toeëigeuen,
kan daarenboven wel in bedenking komen.
RUSLAND.
In een Dnitsch blad leest men het volgende nit Londen geschreven
Van den kant der Russische regering is door haren gezant alhier aan
ons (het Er.gelsche) kabinet te kennen gegeven dat op de ingeleverde
protestatie tegen het met de Porte gesloten verdrag, geen acht geslagen
kon worden, en dat de Russische regering de reden niet inziet, waarom
de bepalingen van het te Konstaminopel gesloten verdrag in het minst zou
den moeten veranderd worden. Op eene door onzen gezant te St. Peters,
burg overhandigde nota, moet het Russische kabinet in denzeifden zId zeer
kort en droog geantwoord hebbeö en op de dezerzijds gedane verklaring,
dat men, net geval daar zijndehet verdrag als nier bestaande zon beschou
wen, alleen hebben aangemerkt, dat men in dat geval natonrlijk ook op
de tegen dat verdrag ingediende vertoogen geen acht zon slaan. De Fran
sche regering heeft een soortgelgk antwoord ontvangen, daar de Fransche
zaakgelastigde te St. Petersburg zich bij deze gelegenheid aan onzen gezant
had aangesloten."
Het getal der studenten op de universiteit van Dorpat, bedroeg in
September van dit jaar 577, waaronder 219 Lijflanders, 117 Koerlanden,
8j Estlanders, 141 uit andere Russische gouvernementenjen 15 buiten,
lansiers. Van deze studeren 52 in de Godgeleerdheid, 47 in de Regten,
302 in de Geneeskunde, en 176 in de Wijsbegeerte.
POLEN.
Er bestaat te Warschau een stoommolen die 1,200,000 gekost, maar
die ook de kracht heett van 60 paatden door denzelven worden 16 no.
.lensteenen in beweging gebragt 1 men heeft reeds dit jaar 4,600 tonnen
meel naar buitenlands afgezonden, en men stelt zich voorom iedere maand
4000 ton weg te zenden. In de stad Warschau zelve verkoopt men voor
24,000 meel per maandook van dezen molen voortkomende,
SPANJE,
Er zijn geene j nieuwe berigten uit dat land aangekomen waarop men
met zekerheid staat kan maken. Over den uitslag der gevechten, welke
plaats hebben gehad, leest men in een Fransch dagblad het volgende. Men
heeft thans de zekerheid, dat de opstandelingen zelfs in de nabijheid van
het leger der Koningin noch uiteen zijn gedreven, noch den moed geheel
hebben verloten. Voor (wee dagen was er nog een korps van 8000 man
te Aranzazn, Ogr.ate en omstreken, onder het bevel van FaldespinaZa
valaEardizabal en andere aanvoeders vereenlgdterwijl eene andere bende
van 2000 man Alegria op slechts een uur afstands van Tolosa bezet hield.
De generaal aidis heeft te Bilbao eene bezetting van ongeveer vijftien
honderd man achtergelaten, en is met zijne overige troepen op den 3 De
cember tot Begaia voortgerukt. om deze insurgenten te bestoken", waarin
hem de generaals Lorenzo en San Llorente van eene andere zijde komende,
zouden ondersteunen. In weerwil van vroegere berigten blijkt bet, dat
ook Aspeitia en Azcoitia nog steeds in de magt der opstandelingen zijn,
terwijl de generaal Castagr.on en El Pastor zich nog niet buiten Tolosa heb
ben gewaagd. De eerste heeft dadelijk na zijne intrede in die stad iu
hoedanigheid van kapitein-generaal, eene proclamatie uitgevaardigd, waarbij
de; drie Baskische provinciën buiten de wet warden gesteld ea in alle hare
Vüórregten worden geschorst. De leden der plaatselijke besturen worden
daarbij voorts personeel verantwoordelijk gesteld voor de naanwkeurige
opgave aan de militaire autoriteiten van alle personendie zich aan de in.
surrectie hebben aangesloten of dezelve ondersteund. Binnen acht dagen
tijds moeten alle wapenen worden ingeleverd onder verbeurte eener aan.
zienlijke boete of bij onvermogen van eene tweejarige galeiattaf, Degeen
die eenige krijgsbehoeften van of ten behoeve der insurgenten in bewaring
heeft, zocder dezelve uit te leveren, zal onmiddelijk de doodstraf onder,
gaan. De huizen waaruit op de troepen der Koningin mogt worden ge.