lijk «an den procureur van Leopold medegedeelddie beloofd hadterstond «an den plostseihken commandant te zullen icii ijven, of>dat de mariniers in hunne kazerne geconsigneerd zouden worden, doch dat dit berigt misschien te laa: was aangekomen, en dat de mariniers te 6 ure, met andere krijgs lieden en personen met blaauwe kielen gekieed, naar de sociëteit waren toegestroomd. Te vergeefs had hij zich bij herhaling gewend tot den ge netaal Buien en den majoor de l'Eau, doch hij had niet dan na verloop van veel tijds, acht gendarmes kunnen verwerven; ook bij de plundering van het huis van den heer De/ruewas de gewapende magt zoo traag ko men opdagen, dat het werk der verwoesting reeds lang voltooid was, toen Sii bolp kwam bieden. De Beigische bladen nemen volstrekt geen genoegen in het voorloo- pig tractaat. De Lynx drukt zich in dezer voege uit: Maar wat is u nu geschied? Koning Willem opent de Schelde en Maas zoo lang de wapenstilstand voortduurt, dos slechts eene tijdelijke vrpeid, en we'ke hit slechts als vergunning beschouwt. Maar ook de wapensüiscand, dat is, dat Koning Willem van zijn regc afziet om legen ons de wapenen op te vatten, is iot ons nadeel; want hierdoor erkennen wij zijn regc om ons den oorlog aan te doen. Het koningschap van Leopold blijft voor Koning Willem slechts nog feitelijk en niet regtens bestaan, Onze vlag wordt niet erkend en misschien zelfs zal men ons beletten dezelve op de vrijgestelde rivieren te vertoonen. Wel verre van onze medï-souvereini eic der Schelde te erkennen, is zelfs de vrijheid dezer rivier niet onherroepelijk bepaald, waDt volgens het tractaat zal dezelve slechts vrij zijn tot op het sluiten van een defini tief traktaat. Met een wcord, de overeenkomst van den 15 November was defini. tiet', die van den 21 Mei provisioneel; de eerste had alle kwestien voor zie;, het laatste iaat dezelve alle onopgelost'; door.de overeenkomst van 15 November was Betgie onafhankelijk, hetzelve is die niet meer ten ge volge van het tractaat vau den 21 Mei; want heden is ons volksbestaan slechts feiceliik.' Eepige Dnusche studenten die ter oorzake van staatkundige woelin gen de hooge rcnolen hebben moeten verlaten en uit Dnltschland viuch. ten, zijn te Brussel aangekomen. 's Gravenhags den 1 Jonij. Zijne Maj. beeft bij besluit van den 24 en en 28 Mei, onder meer anderen, tot griffier bii het Vredegeregt in de k8r ons Leiden, N°. 2 en 3 in plaits vaD Mr J. B. C. P. Cau, benoemd tot Vrederegter M Hugo Geversadvocaat te Leyden. Wij vernemen van gnederhanddat er op het buitenverblijf Zuider- Burgt, van Professor Hendriks, dat drievierde uurs van deze stad gelegen is, eenige appartementen in gereedheid worden gebragt ter ontvang en geneeskundige verpleging van den dapperen Generaal Chassi, die reeds spoedig in hgt Vaderland terng verwacht wordt. Voorioopig schijnt er geen verlof meer ce ZDÜen worden gegeven; doch er zou bepaald zijn geworden, dat, na verloop van vier weken, aan alle V tij willigt-1 s bij het leger een onbepaald verlof zal worden verleend; terwijl ue helft der Schutters insgelijks met groot verlof naar hunne haard, steden zullen kunneD terne keeren Partie. Corresp 's Gravenhagb den isten Jonij. Gisteren is de ratificatie van het voorioopig verdrag, tusschen Frsnkrp, Engeland en Holland gesloten, met de stoomboot ae Batavier, te Rotterdam ge bragt en vervolgens in de residentie aangekomen. Eerst laat in den na middag werden de leden van de beide Kamers der Staten-Generaal tegen heden geconvoceerdtot het aanhooren van staatkundige mededeelingen. De Eerste Kamer kwam daartoe ten elf ure bij een, en de Tweede Kamer vergaderde te twaalf ure, In tegenwoordigheid van Z. Exc. den minister van buitenlandscbe zaken. Het aantal der tegenwoordig zjjnde leden was niet genoegzaam om een besluie te mogen nemeD doch, volgens het ge. voelen van den president, voldoende, om de mededeeling aan te hooren. Nadat de minister die mededeelingen geëindigd hadzeide de president hoofdzakelijk: dat hij, namens de tegenwoordige ledenden minister voor K«"'° ""'"•-^oYd.Thij Toopiê Hac' cfifvoorïoopig verdrag door een definitief tractaat, waar naar algemeen verlangd wordt, zou worden gevolgd, op dat Koning en volk daarin e«ne belooning mogtcn vinden voor de edele standvastigheid en trouw, door Hoogstdenzelven en de natie aan den dag gelegd en dat ook de staatsman, die heden de mededeelingen gedaan had, en degenen, welke met hem in betrekking staan, voor den aao den dag gelegden per de erkentenis van tijdgenooten en nakomelingen mogen verwerven. De stukken door den Minister overgelegd, zijo deze zes: Staats-courant 1°. Eene rota van deD Nederlandschen Gevoimagtigde van den 23 Maart, geleidende een ontwerp van voorloopige overeenkomst; 2°. Eene nota van den Prins de Talleyrand en Lord Polmerston, gedag. teekend den 2 April; 30. Eene oota van deo Nederlandiche Gevoimagtigde van den 16 April; 40. Het antwoord van de Fransche en Engelsche Gevolmagtigden, ver vat in eene nota van den 22 April 50. Eene nota van den Nederiandschen Gevoimagtigde van den 16 Mei; 6°. En het daarop bij nota gegeven antwoord van den 19 Mei. De inhoud van de vier eerste stukken is reeds vroeger door ons mede gedeeld. Het vijfde stuk bevat voornamelijk een betoog, dat eene vrije natie het verlof van anderen niet noodig heeft om of ootiog te voeren of vrede te sluiten; dat de verlenging van den wapenstilstand altijd van de zijde vao deD Koning der Nederlanden is gekomen, dat dezelve nimmer door de andere Mogendheden van Nederland is afgevorderd. De verdere noodige ophelderingen op de nota van den 22 April gege ven hebbende, eiridigt dit stuk aldus: Thans tot het praktische gedeelte der onderhandeling overgaande, heeft hij de eer voor te stellen, om de artikelen 3 en 4 in één enkel te begrij pen, hetwelk op de volgende wijze zou worden opgesteld: Zoo lang de betrekkingen tusschen Holland e Belgie niet door een definitief verdrag geregeld zullen zijn, verbindt Zijne Nederlandiche Ma- jesteit zichom de vijandelijkheden tegen Belgie niet te hervatten en de vaart op de Schelde geheel vrjj te laten." f De ondergeteekende vleit zich, dat het na de tegenwoordige openin gen gemakkelijk zal worden bevonden, zich over de voorloopige overeen komst te verstaan, en hij neemt deze gelegenheid waar, enz. Geteekenij S. Dedel," Het zesde stuk lateu wij hier volgen: Aan Zijne Excellentie den Heer Decieletc.etc. Londen, den ip Mei 1833 De ondergeteekendenBuitengewoon Gezant van Zijne Majesteit den Koning der Franschen, en Eerste Secretaris van Staat van Zijne Britsche Majesteit voot de Bnitenlandsche Zaken beijveren zich omterwijl zij aan Zijne Excellentie den Heer DedelGevolmastigde van Zijne Majesteit den Koniig der Nederlanden, Grooi-Hertog van Loxemburg de ontvangst berigcen der nota, dte hij hnn de eer heeft aangedaan hun den iöden dezer maand toe te zenden, hem de voldoening pit te drukken, die zij heoben ondervonden van te zien, dat die nota ophelderingen van de Nederlandsche Regering behelsde, die eindelijk de hoop geven van tot de sluiting eener voorloopige overeenkomst ie geraken. De ondergeteekeuden door deze hoop geleid, zullen bij het eerste ge deelte der oota van den 16 Mei niet stilstaan. Zulks zou toch alleen tot tenen pennestrijd aanleiding geven die geen r.Bt zo» hebbenomdat bii Op den uitslag der onderhandelingen geen regtstreekschen Invloed zou nii tien, en aan den anderen kant niét zonder ongelegenheid zou zijaindies daardoor de redetwisc over feiten vernieuwd werd welke men voorts!a der vergetelheid behoort te wijden. Het is om deze reden dat de ondergeteekenden zich thans bepalen tot de overhandiging aan Zijne Excellentie deo Heer Dedel van een ontwetp van overeenkomschetwelk volgens zijne laatsie voorstellen is opgesteld die de ondergeteekenden bereid zijn aan te nemen. De ondergeteekenden nemen deze gelegenheid waar, om a?n Zijne Ex. ceüentie den Heer Dedel de verzekering hunner zeer bijzondere hoogachting te hernieuwen. Geteekeni) Talleyrand. Palmerston. Hetgeen de overeenkomst behelst, werd ook reeds hoofdzakelijk doot ons bekend gemaakt. Dezelve heeft 6 artikelenhet eerste en tweeds artikel is in deze woorden bevat: Art. i. Dadelijk na de uitwisseling der ratificatlen van de tegenwoordigs overeenRomst, zallen Hunne Majesteiten de Koning der Franschen en dt Koning van het Vereenigd Kooingrijk van Groot-Britannie en Ierland hst embargo ophiffzn, hetwelk Hoogsiaezelven gelegd hebben op de schepen, vaartuigen en koopgoederentoebehoorende aan de oDderdanen van Zijns Majesteit den Koning der Nederlanden, en zullen alle de aangehouden vaar tuigen met derzelver ladingen dadelijk worden ontslagenen aan derzeiver bijzondere eigenaren terug gegeven. Gelijkerwijze zal Z. M. de Koning der Nederlanden de maatregelen her roepen tn Hoogscdeszeiti Statenten opzigte der Fransche en Engelsche vlag genomen. Art. 2. TeDzelfden tijde zullen de Nederlandsche militairen, zoo die, welke tot de koninklijke zeemagc, als die, welke cot de koninklijke land- magt behooren en thans in Frankrijk worden terug gehouden in de Sta. ten van Z. M. den Koning der Nederlanden wederkeeren met wapenen, bagaadjewagenspaarden en andere voorwerpenaan de korpsen en aan de bijzondere personen toebehoorende. Het ophelderend artikei, acuter deze overeenkomst gevoegdluidt aldoi: Tusschen de hooge contracterende partijen is overeengekomendat de bepaling, nopens het geheel ophouden der vijandelijkheden, begrepen in het 3de artikel der overeenkomst van neden, tevens het Grooc.Hertogdom Luxemburg, en het voorioopig doot de Belgische troepen bezecce deel vau Limburg bevat. Het is mede verstaan, dat de Scbeldevaart, tot aan het sluiten van het eind-verdrag, vermeld in het gezegde 3de artikel der over eenkomst van heden, plaats zal hebben zoodanig als oezelve bestond vóór den 1 November 1832. Het tegenwoordig ophelderend artikel zal dezelfde kracht en waarde hebben als of hetzelve woordelijk was ingelascht in de overeenkomsc van heden. Hetzelve zai bekrachtigd, en de ratificailen uugewiaaeld worden gelijktijdig met die der gezegde overeenkomst." Z. M. de Koning heeft hierop hec navolgend beslnit genomen Wij WILLEM, tij de gratie GodsKoning der NederlandenI Prins van Oranje-NassauGroot-Hertog van Luxemburgenz. enz. enz. Gelet op Ona besluit van heden Staatsblad No. 22 waarbij de plaatsing In hec Staatsblad is bevolen van de overeenkomsc, wcike den 22 Mei jl, door Onzen Gevoimagtigde met de Gevolmagtigden van H. H. M. M. den Koning der Franschen en den Koning van bet Vereenigde Ruk van Groot. Bricannie en Ierland, te Londen la gesloten en waarvan ratificatlen aldaar op den 29. dier maaud zijn uitgewisseld In aanmerking nemende, dat, volgens artikel 1 dier overetnkomsc, het door de Regeringen vin Frankrijk en Groot-Bntannie gelegde embargo op schepen en ladingen aan Nederlanders toebehoorende, wordt opgeheven, en Wij Ons daartegen hebben verboDden tot het doen ophouden der belem meringen welke aan het iDkomen uit zee der schepeD van de genoemde Natiën op Nederlandsch grondgebied zfin toegebragt Gelet op Ona besluit van den 16 November II, Staatsblad No. 48 f~\iy <h) A ""UI-'OU van ODzeu Minister van Financiën 9 van Onzen Staatsraad belastad interimmet de directie van het depar« temeDt voor de Nationale Nijverheid en de Koloniën, en van Onzen Minister van Buitenlandscbe ZakeD Hebben besloten en besluiten Het tweede artikel van Oai opgemeld besluit van den 16 November 183* C Staatsblad No. 48 wordtbjj dezeningetrokken en buiten werking gesteld. En zullen de departementen van Finantien, voor de Nationale Nijverheid eD de Koloniën, en van Marine, zorg dragen voor de uitvoering van ons tegenwoordig besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst. Gegeven te 's Gravenhageden men Jung des jaars 1833, van Onze Regering het twintigste. WILLEM. Van wege den Koning, G. de Mey van Streefkerk. Gisteren ochtend is H. Keiz, en K. H. Mevrouw de Princes van Oranje, naar Duitschland vertrokken. H. H. K. K.H. H. de tweede Zoon en de Dochter van dso Prins en Princes hebben heden de teis naar Tilburg aanvaard terwjjl de jongite Zoon van H. H. K, K. H. H. zich naar Zee heeft begeven. Dordrecht den 31 Mei, De Engelsche stoomboot met de pasaagieri en biieveDmaal voor Holland, was eergisteren morgen naauweijjks van Londen afgevaren, toen zij de stoombooc de Batavier ontmoette, den Referendaris Mazel, niet de bekrachtiging der overeenkomst van den 2isten dezer naar Londen overbrengende. Naar men verneemt, heeft reedt giiteren van Rotterdam een schip onder Nederlandsche vlag de reia naar Batavia aangenomen, hetwelk heden of morgen door een tweede zon gevolgd wordenen volgena berigt van den Briel, hadden zich voor de Maas reeds drie Engelsche schepen vertoond», die, nog Diet toegelaten kunnende worden, wederom naar zee gegaan wi. ren, om na verloop van twee of drie dagen zich op nieuw eer toeliting aan te melden. Men h eft alhier berlgten uit Batavia ontvangen, van den 2 Februa ry, op welk tijdstip aldaar nog nieta ten aanzien van het embargo bekend was; de schepen de Dankbaarheid en de Maas zouden den sden, en dt Helena Christina den loden vertrekken, om de relt naar het Vaderland «in te Demen. Breda den 30 Mei. Men verneemt, dat dezer dagen door Zijne Maj. een besluit ia genomen, om alle Vrijwilliger» van het leger, die tot de adminiatraiie der beiaatingen behoorenutt de militairen dienit te ontilaan Al afleg de I san E raisd post gen- geen wort verst tea c Z. cm cndei was tsak len d ionen king I Ma biiic! tegt, aoiten t zelfde Eer of ree het go 1 mogen vsn nil GRIEKENLAND. Bii het reeds vermelde omtrent de staats en andere inrlgtlngen van dit nienwe koningrijk, voegen wij nog het volgende: Het komnglqk wapen van Griekenland stelt een hemelablaauw schild voor, waarop zich een zilveren Griekscb kruia vertoont: in het midaen daarvan bevindt zich een kleiner schildmet de rniten van hec konlnglijk huls van Beijerendie 21 iD getal zijn, namenlijk n zilveren en 10 he mels blaauwe. Boven hec hoofdschild rnst «ene kouingi-kroon met den rijks-appel: ter zijde daarvan beviDden zich twee gekroonde leeuwen, ter wijl bet geheel door eenea purperen Kouipgs-mantel mei bermeljjl ge. boordis omgevep. De wonen weinigi Fsai je her' jaar zi werd heidsbc hunne [tmeen IVaDnee reenter Ie», di - D lezer lonverr laats gi Beul; leende ijn ziel jde-de-i Itlke v< Muni ke goi In uit Giieli «iels f Print inwoi 'srijs ie ke e teis Ide'n ling c leel v - Om hertog «De then eit al uiige De 1 Dt hari I wedt snen 1 k, vol lieg v II den wordt to vet 1 De 1 ■gen. niet «lijkei e- Ook negen t-Da vin fDe die g >i«,< de g, beeld li*#!, orden ,eVfiBlD WD he r Dm I onde Dit iminie teld, Het vso j de ka 'telen litoeei verwi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1833 | | pagina 2