A*- 1833. LEYDSCHE COÜRAN a r r ry d j c NOTIFICATIE. Beichrqving voor het REGT op de PATENTEN, voor den jare 1833. Diibremeeeter en Wethouders der Stad Leyden, brengen bö dezen, n,-/ d aic'--tsraad Pro- aanleiding van een ontvangen Besluit, van l. E. den heer Staatsraad «1 KI, Ct r* k epi 0; !D UIt| ellfil ««4 c Zuid ihêm iel» meei 3 del vietf ïfdw d ot| ten M So:l de lj sn 3 dei >mbt| isisi tgeh tentd der Gouverneur van Zuid - Holland, van den 16. April jl. N°. fJjD. b. vitreiaalbUd N°. 49) houdende eenige bepalingen ten aanzien der be. icbrijving van het patentregt over 1833, (dat ia, van den 1. Mei 1833, tot den 30. April 1834,) ter kennisie van alledepatentpligtlgen binneo deze Stad: Dat, met nitzonderiog der bedrijven, bedoeld bij de tabel N°. 16 der vetvan den 6. April 1853, N°, 14, houdende wijzigingen en uitbrei dingen van de Ordonnantie op het regt van patent, van den 21. Mei 1819, (Staadsblad N'. 34) de tijd der uitgifte van de door de patentpligtigen In te vullen vemlaringen van aangifte, voor den jare 1833, wordt vast gesteld op den 8 Mei van dat jaar, en dat de weder inzameling derzelve, tegen rtfudoor den Ontvanger of deszelfs daartoe gequaltficeerden ge. teekend op den achtsten dag na de uitgifte zal geschieden. Dat de Regi'tei» der patentpligtigen op den 8. Juni) daaraanvolgende tullen gesloten wordenen er na dien tijd volstrekt geene varlilaringen meer kunnen of tollen worden aangenomen. Wordende ieder patencpligtige bij deze he.tnnerd aan art. 18 dér Wet op bet regt van patent, van den al. Mei 1819, inhoudende: dat tij, die bij het aanbieden of bezorgen der verkiartDgen van aaDgifte, of ook bij het terughalen derzelve, mogten lijn voorbijgegaan, zich niet mogen beroepen op een of ander begaan verzuim maar integendeel gehouden zijn om zorg te dragen dat de bjj de Wet gevorderde aangiftenver- klaringen en aanvragen, weike ter Invulling aan het kantoor van deo Ontvanger der directe belastingen," (op de Garenmarkt binnen deze ftad) verkrijgbaar zijn door in persoon of door hunnen gemagtigden behoorlijk ingevuld, op den daarbij bepaalden tijd, ter zeiver plaatse moeten worden ingediend." Alsmede aan art. 37 der voorachrevene Wet, houdende: de aan het regt van patent onderhevige personen, welke, na den afloop van den 9 tijd tot het doen der aangifte bepaald bevonden zullen worden tich niet, of door valsche, onDaauwkeurige of onvolledige opgave, niet be- 9 hoor/ijk van hunne verpligtingen ten aanzien dier aangilten te hebben gekwetenzullen telken retzewanneer hun verzuim of overtreding wotdc ontdekt, vervallen in eere boete van niet minder dan as, en niet meerder dan 400 guldens." Dat met betrekking tot de schippers, schuitenvoerders enz,, In de tabel 16 der wet, van den 6 April 1823 N°. 14, voorkomende, de eigena ren van schepen., «chippers, schnitevoerdera en alle zocidanlgen, die de sdministratie hebben over eenige binnenschepen achuiten en andere vaar- tuigen, gehouden zulten zijn, om zich van behoorlijk patent te voorzien, tot de door hen daartoe te doene schriftelijke aangave zal worden den N" gevaceerd ter Secretarij alhier, van den 8 Mei aanstaande tot en met 14 öierielfde maand, 'svoormiddags van 10 tot ia me, de Zondagen uit gezonderd voor zoo verre dat beroap niet in den loop dei jaars wordt aangevangen: worden dezelve teveoi nitgenoodtgd, om de meetbrieven hunner vaartuigen mede te brengen en alle die inlichtingen te geven die Van hun, betrekkelijk de vaartuigen, zullen worden gevorderd, terwijl er na den 34 Mei voormeld, geene verklaringen meer kunnnn of zullen worden aangenomen, en de gebreklgen, bfj ontdekkiDg, zullen incurreren de boete, bepaald bij het 37ste artikel der wet, van den ai Mei 1819, biet voren omachrcven. Dat echter gemelde termijn voor de alhier niet gedomicilieerde schippers, verlengd wordt tot den laatsten derzelve maend, ten einde zij volgens 13 der wet, ven den 6 April 1833, gebruik kun nen maken, om in derzilver vaste woonplaats bij termijnen te betalen, en dat zij dus gedurende de gebeele maand, volstaan kannen met de vertooniog, hetzij van hun vbrig patenthetzij van het bewijs vsd gedane aangifte. Dat verder allé patentpligtigen bij tabel N°. 7 der Wet, van den 16 Ju nij 1833 bedoeld, zijnde Inlandscbe en vreemde kramers, welke met kra. men, «tallen, tafela enz., hunne waren in herbelgen, huizen, kamers of op publike markten en kermisten uitstallen, mitsgaders de debitanten in lotenrijbtiefjeien alle handeldrijvende en ali Kooplieden te belasten perso nen, welke hunne waren ter verkoop, hetzij 'n "t kleiohetzij in *t groot, te water of te lande met zich voeren alsmede de ondernemens vao open bare veimakelijkheden ln tabel N*. 15 genoemd, voor zoo verre alle die patentpligtigen in de algemeent beschrijving voor 1833 zullen moeten wor den begrepen, gebonden znllen zfjn zich gedurende de geheele maand Mei, ter bekoming van hun patent, aan te melden ter Secretary dezer Stad, '1 voormiddagi van 10 tot 13 ure, Zaturdag cd Zondag uitgezonderd; zul. lende er na dien i(jd geene aanvrage meer worden aangenomeo, behalve van de zoodanigendie hnn beroep of bedrijf na dien tijd aanvangen en alzoo in de bijzondere beschrijvingen worden begrepenwelke gehouden ifjnzich dadelijk bij dien aanvang van patent te voorzien. Waarachuwende Burgemeester eu Wethouders voornoemd de belangheb bende cd wel bijzonaer de 1chippers of sthuitevoederskramen en de debi- tanttn van loterijbriefjes, alsmede de ondernemen van spelen en vermakelijk heden zorg te dragen, dat zij hun beroep niet uitoefenen, ten zij voor zien van bun patent, en dat hetzelve niet zal worden afgegeven dan nadat, hetzij voor het geheel 'of voor de verschenen termijnennaarmate de patent, pligiigen daartoe volgen» de wet gehouden zijn, zij geblekendat de be. luting is betaald, ten einde beizelve.bg den eersten elscb daartoe gedaan wordendeterstond te kannen vertoonén. En opdat niemand hieromtrent onwetenbeld voorwende, zal deze worden afgekondigd en aaogeplakt alomme waar zulk» te doen gebruikelijk ia; ter. wijl een exemplaar zal worden medegedeeld aan den ootvanger der directe belastingentot deszelfs Informatie. Aldua gedaan en gepubliceerdby H. H. Burgemeester en Wethou. tiers der Stad Leyden, op den 6. Mei 1833. J. G. d t M et. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du P u 'P acttl 1 el» bow Ie bi ocvrt et bi ISCH geks de 8 N'. otttt i)o Et blDDI G Et •HY! t om ichappt den eener parade der Schntterij en van de bezetting, en door ber uit steken der vlaggen, gevierd geworden. Heeft de geschiedenis van eeneo Caspar Haustrte Neurenberg ge vonden, de algemeene aardacht gaande gemaakt, en gevoelena van verach ting aan den eenen, doch van medelijden aan den anderen kant opgewekt, zoodat de bijzonderheden hem aangaande overwaardig werden gekeurd önt doof den druk bekend te worden gemaakt; niet minder gelooven wij zal het voervat, dat over weinige dagen in de nabijheid van deze atad heeft plaats gegrepen, de aandacht en belangstelling van Stad. eo Landgenooten niet alleen, maar ook van alle vreemden tot zich trekken. Hetgeen wjj zijn te weten gekomen, deelen wij volgaarne onzen lezeren mede. In den morgen van Zondag den 5 Mei, ia er bij den Leydscben Dam, nagenoeg ander half uur van deze atad gelegen, een menach gevonden, op deo blooten grond nedergelegdaan welken de ontaarde menacben. natuur hare grootate wreedheid gepleegd heeft. Gedurende den tijd van meer dan vier en twintig jaren, tot welke hg achijnc opgeklommen te zijn, heeft men hem alechts het ellendigste leven toegestaan. HiJ was geheel met een korst van vuiligheid en drek overtogen, blijkbaar tijden lang in een varkenskot gelegen hebbendeterwijl het ook aiet den kelijk is, dat hjj immer kieederen heefc aangehad. De wreedheid vin hem of van hun, die dazen m»d in zijne jengd toe zolk een armzilig levea doemden, hebben ook de goddeloosheid gehad, hem niet eens het gebroik zijner leden vrfj te laten, maar de houding derzelve coonen aan, dat hij misschien altijd ia gebonden geweest, dewijl zijne knien tegen de borat aan* gegroeid, hec hoofd en borat naar dezelve zijn overgebogen, en hij het gebruik van zijne armen en voeten mist; zijne voeten zfjn door het aan houdend zitten of liggen ln drek en vuiligheid bijna afgerot, zoodat dn een zijne toonen mist, waarvan slechta het geraamte gedeeltelijk overig is; maar de andere rot aan den enkel reeds ia weggevreten. Ziet daar de beschrijving van den akeligen toestand vin het ligchaim van dezen onzen natuurgenoot, en de beschrijving van zijne ziel zal ooi Diet minder bet loc van dat wezen doen betreuren, en hen verfoegen, die zich niet' hebben ontzien, een redelijk ichepsel toe beneden het dier te verlagen. Zijne vermogens schijnen zeer weinig ontwikkeld, en in den staat der eerste kindsheid gebleven te zijnh(j stamelt alecbts enkele woorden geeft op eenige vragen door teekenen met bet hoofd antwoord doch het gehoor ach|jac niet te zijn verloren, daar hjj opmerkzaamheid betoont, wanneer men hem toeipreekt; meer vermogeos kan men nog aiec bij hem ontdekken. In eenen zeer zwikken toestanden weinig tijd levens misschien meer overig hebbende, daar zgn aterk, bijna boven natuurlijk sterk gestel schijnt uitgeput te zijnen zijne laatste kracht weldra te zullen mitsenli hij op verzoek van de RegeriDg van den Leydichen Dam of Venrrenaar hec Nttocomium van Leyden overgebragtwaar «rij niet behoeven te zeggen dat de Medische Facnlceit van Leydem Academie alles zal aanwendenom znlk eenen ongelukkigen in bet leven te behouden, en hem naaj llgchaam én ziel te doen opkweeken. Vernemen w|j iets naders of naanwkenrigersw(j znllen hec aan bet pobliek mededeelen vooral ook om de orerdrevene geruchten die om trent deze zaak verspreid wordeD. Kan Iemand onzer ttadgenootto oni hierin behulpzaam z)jn volgaarne zal de Redactie van de Leydtche Cou rant zijne hulp aannemen. De citadel van Antwerpen, ichr|jfc men van den 6 April, ia than» weder volledig gewapeod; doch eeDige werklieden waren nog bezig met bet opruimen van bouwvallen en bet gelijkmaken van den grond. Nie mand moge meer dezelve bezigtigen, dan met bijzonder verlof van deo minister van oorlog. Te Oatende bevinden zich weder 350 manschappen, voor de diensc van don Pedro bestemd. Zij zulten met de eerste gelegenheid naar Por tugal overgevoerd worden. De Alessager de Cend meldt, dat de kolonel-en-chef van de ataf, de Boer, één der dapperste verdedigers van de citadel van Antwerpen, van Z. K, H. Prins silbcrt van Pruissen, eene fraai bewerkte kostbare gonden snuifdoos, vergezeld van eenen vleijenden brief, heeft ontvangen. In bet gehucht Meei, in het Limburgsche, onder de gemeence Sceyen, ia den laten Mei. dei avonds, een geweldige brand uitgebarsten, waarbij 15 huizen, 11 sullen en 13 schoren eene prooi der vlammen zijn geworden. Niets van hec vee, de paarden, granen of menbtlen had kunnen worden gered. Geen der gebouwen was tegen brandacbade verwaarborgd. *1 Gravenhage den 7 Mei. HH. MM. de Koning en de Kooingin zul len, zoo men verzekert, den 15den van bier naar het Loo vertrekken. Z. K. H. de Prina van Oranje, wordt den avoad van den 7deo, ln de reaidentie verwacht. In deze atad is de heer Rottigny aangekomenmet eene. schilderij hec tooneel der verwoesting van de citadel van Antwerpen, na deövergaaf dier strekte voorstellendebetgeendaar het reeds bezigcigd ia door da leden van het vorstelijk geslacht, openbaar zal worden ten toon gesteld. Het stuk is vervaardigd door den heer de Braeckelcer. De heer Rottigny heefc dit (tuk kort geleden te Keulen openbaar ten toon gesteld, Hec beeic daar, blijkens de bladen dier atad, de algemeene be langstelling in eene hooge mate opgewekten de heer Ernst tPeyden Doccor in de Wysbegeerte aldaar, heeft in eenen openbaar getnaaktea brief ver klaard, dac bij hec nuk beschouwde als een gedenkteeken van den Neder- landschen roem; dac bij bij de bezigtiging daarvan van bewondering Wil opgetogen geweest over den moed en de vaderlandsliefde via krijgslieden die zicb te midden van zulk eenen afzigtelijkeo puinhoop hadden ataandn gehouden, en dat de gedachte aan hounen grijzen Bevelhebber en dien* standvastigheid hem tot tranen toe bewogen had. Den 8 Mei, Z. K. H. de Print van Oranje bevindt cicb weder in deze reaidentie. GRIEKENLAND. Koning Otho heefc een zijner adjudanten naar Mains gezonden naar Pietro Bey Mauromichali jwelke bekend la als zoo zeer vervolgd te NEDERLANDEN. LzvriN den 9 Mei. Heden is alhier de verjaardag vin H K. H. Prin- sta Marianne, Echtgeooote vm Prins et/bert van Pruiasen, door het hou- zgn geweest door deD graaf Capodistriatom hem te verzoeken naar Nauplia te komen. Daar deze chef zeer veel aan hec gezicht leedkon hij dat verzoek niet dadelijk opvolgen. Eenige dagen later werd de adjndinc weder naar hem toegezondenmaar met geen gunstiger gevolg. Bij het derds bezoek vond hij hem in beteten gezonds, toestand. Hi) liet daarom zgn vair- tu.g gereed maken en voer, onder begeleiding van twee zijner zonet, na

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1833 | | pagina 1