ft
de
ten»
drie
ver
tvst
90fU
terts
o vei
Of
Hl
erna.
ver-
Nti
tegeo
isderSi
ig tot
D,
i had,
iv dit
vree-
eer d»
loetsn
panni"t
onzer physieke krachten alleen de goede zaak kon doen zegevieren en dat,
willen de Staten-Generaal zich gelijk blijven, aljdan aan de regering de
middelen tot voortzetting van den staat van oorlog over 1833 niet kon
■worden geweigerd, daar men zich hieromtrent reed» zoo uitdrukkelijk in
liet adresiu antwoord op *s Konings aanspraak had verklaard. De heer
Op den Hoof zeide onder anderen, dat de eischen omtrent de Schelde niet
in het belang van Belgie waren geschiedmaar dat de ministers van Enge
land enkel en alleen in bet belang van Engeland hadden gehandeld, daar
die fischen strijdig met de tractaten van Parys en Weenenstrijdig zelfs
met de a4 «rtikelen warenen reeds in 1815door Engeland op het con.
gres te Weenen gedaan zyn, maar toen, als strijdig met alle billijkheid
en regt, zjjn afgewezen.
Met betrekking der wet op de middelen, juichten de leden, die zich
voor dezelve verklaarden, de door de Regering voorgedragene bepalingen
toe, dac ook voor het volgend jaar, bet aandeel der rente, ten laste van
Belgie, op de beitengewone begrooting is gebragt, daar dit noodwendigst
is tot bevestiging van het openbaar crediet, waarvan in deze oogenbllkken
zoo veel afhangt, en welke allernoodzakelijkst is, tot het welgelukken van
den voorgedragen financiëlen maatregel. De bezwaren, welke voor de toe
komst vit deze wetten zouden voortvloeyenwerden door sommige dier
leden niet ontveinsd, doch tevens waren zij van gevoelen, dat de omstan
digheden, waarin het Vaderland verkeerden, eenig waten, en dat by de
vtaag: te zijn of niet te zijnhet antwoord met twijfelachtig kan wezen.
De heer Schimmeipenninckwelke nadere inlichtingen van Zijae Exc. den
minister van financiën zou afwachten, ten einde zijne stem te bepalen,
was van oordeel, dat het verbranden der stad Antwerpen ods duur te staan
zon kunnen komen, en vroeg, of bet niet raadzaam geweest ware de ci
tadel van Antwerpen te ontruimen, daar wij hierdoor twee halve provin
ciën, met eene bevolking van ruim 300,000 zielen, zonden hebben beko
men. Dat pnnt kwam den redenaar van meer belaDg voor, indjen men aan
vallender wijs kon te werk gaan. Ook was de redenaar van gevoelen,
dat er meer toegegeven isdan noodzakelijk was, maar vermeende, dat
dit toegeven niet tijdig genoeg was geschied.
De leden, die legen de wetten heboen geadviseerd, waren van meening,
dat de naiie niet op den duur, met het voorschot der rentbetaling voor
Belgie moest worden belast, te meer, daar bij de mislukking eeDer vrij
willige leening, eene verpligte heffiog zou worden geheven; dat het on
raadzaam was, reeds nu voor het geheel volgend jaar, op bezwarende
voorwaarden, zulk een aanmerkelijk kapitaal op te nemen. De meeaten
dier leden verlangden, dat voor de eerste zes maanden van het volgend
jaar een crediet voor marine en oorlog zou worden geopend, en dat, in
dien de omstandigheden bet mogten vorderen, en de vrede niet mogt zijn
hersteld, dan verder in Mei 1833 nadere wettelyke bepalingen zouden
kunnen worden daargesteid.
De heer van Helderen Rengers was van gevoelen, dat alleen een alge-
meene oorlog veranderingen in de ona opgedrengene voorwaarden zoude
kunnen teweeg brengen. Daar de redenaar eenenalgemeenen oorlog als
nadeelig voor het vaderland beschoowde zou hij tegen de wet stemmen.
De heer van Nes beschouwde de voorgedragen leeniug als te nadeelig
voor lands schatkist en was van gevoelen dac de vaderlandsliefde der
ingezetenen en de vrees voor eene gedwongene heffing voldoende drijfveren
zooden opleveren om ook op minder voordeelige voorwaarden in de leening
in te schrijven.
De heer Luyben sprak over de mindere spaarzaamheid in sommige takken
van beheer, eu zeide ouder anderen, dac hij bereid zou zijn den iaacsten
penning op te offeren, indien zulks bet ten onderbrengen der opgestane
Belgen kon bewerken;, maar dat hjj thans daartoe minder geneigd was, nu
enkel het tot stand brengen eener eerlijke schikking beoogd wordr.
Te 4 uren is de vergadering gescheiden eu geadjourneerd tot beden avond
te halt zeven uien.
Gecontinueerde avond-zitting.
Bij het openen dezer zitting heeft de heer Luzac het eerst het woord
gevoerd. In eene zeer welsprekende redevoering schetst hij de politieke
omstandigheden van bet land; hij kan en mag den geldelijken onderstand
aan bet gouvernement niet weigeren, al was het maar aileen om aan onze
vijanden te doen zien, dat het ernst is alle mogelijke krachten te ontwik
kelen. Met bet tweede ontwerp van wee de middelen j kon bij zich niet
veteenigen. Hij bad gaatn gezien, dac het principe oezer wet eerst in
comité-generaal ware bepaald gewordenen zon, liever verkozen hebben
«ene inschrijving van het benoodigd kapitaal met intresten en (aflossing;
■wanneer zulks niet voldoende zou worden bevonden, kon men tot eene
gedwongene geldheffiog toevlugt nemen.
De beeren de Jonge, Sypkensvan Swinderen Belaertt en van Reenen
hebben nog het woord gevoerd. De drie eerste sprekers voor de wet
en de laatste tegen dczelven. Hij was het eens met de vorige sprekers
dat iet gouvernement op die oogenblik ondersceund moest worden; ooch
acbite zich cchier niet verpligt eene wet aan te nemen die niet tol rijp.
held was gebragi. Eerst hadden de antwoorden der Regering over de ge
wone begroting bekeud moeten zijn alvorens tot de beraatlslagingeu vau het
gewoon budget overte gaan.
Z. Exc. de minister heeft de wet verdedigd. Hij vermeende, na eene
ZOO laDge beraadslaging, kort ie kunnen zijndoch was diep getroffen over
dc vaderlandsche uitboezetniugender leden, die den gang der regering goed.
gekeurd hadden; (zijnde zulks een verband en een steun, die de Koning
niet alleen, maar ook de ministers behoeven om staande te blijven op het
moe(jelljk pad, waarop zij zich thans bevinden. Vele bedenkingen waren
et gemaakt en ook wederlegd tegen de in deliberatie zijnde wetten weike
overbodig zouden zjjn te herbalen. De maatregel waa intusscben dezelfde
die in hec verleden jaar door de Kamen goedgekeurd, en met het beste
gevolg bekroond was geworden. Men bad gedacht, dat die maatregel het
krediet van den Staat zou hebben geschokt, integendeel heeft dezelve hec
doen vermeerdereuhetgeen aan de goede trouw der Nederlanders toe te
schrijven is geweestwaardoor de vreemdeling dezen maatregel onder-
schiaagd heelt, en welke door de getrouwe betaling der renten voor mil
lioenen scbats deel in onze schuld genomen heeft. Het was thans Leen tijd
om tot bespiegelingen over te gaan nt«t om te zien wat de ondervinding
geleerd beeft, en daar bij te blijven.
De minister wederlegde voorts vele financiële aanmerkingen en zeide
vervolgens, dac bfi niec geroepen was, om de staatkundige beschouwingen
die den geheelen dag (blootgelegd waren te beantwoorden. Dat er twee
vragen waren gedaauen welof hec kasteel van Antwerpen ontruimd
zou worden en of de sde ban der schutterij zou worden opgeroepen.
Hij vermeende niec verpligt te zjjn daarop te antwoorden, maar zou zulks
doenomdat nit zijo stilzwijgen verkeerde gevolgen getrokken zouden
kunnen worden, zonder zicb echter in krijgskundige operatien te verdie.
pen. Hj) vermeende, dat men in deze oogenbllkken kraebe tegen kracht
moest tegenoverstellen, en trachten te behouden hetgeen men bezat, daar
de ontruiming van bet kasteel als een eerste dwsDgmiddel kon worden
beschouwd, die weldra plaats zou moeten maken voor eenen 2den3den
en 4de». Omtrent de oproeping van de sde ban der schutterijzude
Z. Exc. dat bij niet wis. of zulks j binnen a3 of 4 dagen zou plaats
hebbenmaar dat bij sfeilig verzekeren kondat er nog heden een gelde
lijke maatregel wat genomen, screkkende, om de krachts-ontwikkeling
van den staat te vermeelderen dat voorts Z. M. by zijne aanspraak van
d<D troon, zich voorbehouden bad, om waaneer de oin.iandighedeu zulks
vereischieneen' dergeiijken maatregel te nemen, Z. Exc eindigde felOMiüs»
redevoering mee te zeggen darde eischen met een 'Siuner bedekt rijn?"
dat voor het behoud van den vreede reeds te veel gedaan* was dat het
hier nier nicer de onderteekering van een of ander artikel gold; dat hec
spraak was van verneder.irg en geweld, doch datwat er ook gebeuren
mc.gr, de regering pal staat en de natie met de regering vereenigd, den
roem van het nageslacht zal wegdragen.
De discussien worden gesloten, en, de wet, ter voorziening in de be
hoeften, bij hoofdelijke stemming, met 34 tegen 12 stemmen, aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren: Schimmeipenninckvan Tuylt van Ceel-
horst, Fokkcma, DychnccsterSandèerg, van der Gronden, Rengers, Cats,
Gockinga, Luybenvan Sytzama en van Reenen. Het tweede ontwerp,
vrijwillige geldieening en verpligte geldheffing, is met 31 tegen 15 stemmen
aangenomen. Tegen hebben gestemd de heeren: Schimmeipenninckvan
Tuyll van Ceelhorst, Fokkema, DycknteesterSand berg, van der Gronden,
Ren gen, Cats, van Aseh van kVyckGockinga, Luyben en van Reenen.
Waarna de vergadering tea half elf is gescheiden.
Leyden, den 18 November.
Heden is alhier de geboortedag van H. M. de Koningin en tevens de
verjaring van hec tijdperk der herwonnen onafhankelijkheid voor de Neder-
landenmet de gewone plegtigheld gevierd. Wij deelen welmeenend
de wenschenwelke op dezen dag in al de kerken van Neêrlands Staat
tot den troon des Almagtigen werden opgezonden, voor den onafgebroken
gelukkigen levensloop van H. M. voor de ongestoorde voorspoedige rege.
ring van eenen wijzen Koningen voor het altoosdurend welzijn van H. H.
M. M. doorluchtige dynast e.
Uit het Zestal (n de Leydsche Courant van den ia dezer vermeld),
is door den Breeden Kerkenraad der Nederduitsche Hervormde Gemeente
gemaakt het volgena DrietalD D. van der Leeuwte DordrechtKok
te Gorinchem en Sleenmeijer te Arnhem: en vervolgens beroepen den
Wel-Eerw. Heer van der Leeuw, Predikant te Dordrecht.
Laatste opgaven van den ttaat der ziekte.
Nieuwe zieken,
hersteld
overleden,
oog in beh.
léjdtn 15 Nov.
0
0
0
*6 w
1
2
I
4.
17
2
1
1
4-
Sedert den 4 Aug.
108 6
5P8
4*4
4*
Amsterdam 15 Nov.
0
I
2
15-
16
0
0
13.
17
1
3
0
11.
Rotterdam 15—16
0
0
0
4*
Schiedam 1516
0
0
0
i.
Gouda 14—15 ft
0
0
1
0.
Utrecht 13 ft
0
0
I
0»
Sedert geene nieuwe zieke bijgekomen zjjnde, vleidde men zich, dat de
ziekte aldaar had opgehouden.
BELGISCHE AANGELEGENHEDEN.
In de Pruissische Staats-eourant leest menter dezer zake het volgende 1
De Hoven van Londen en Parys hebben het oorbaar geoordeeld over
eenkomstig hunne belangenhet tracraac van den 15 November des ver-
ioopenen jaars, ten uitvoer te leggen, betrekkelijk de verdeeling van het
grondgebied tusschen Holland en Belgie, en aan die twee gouvernementen
te verklaren, dac elk hunner vóór den 12 November de plaatsen eo da
gedeeltens grondgebied behoorden te ontruimen, die, volgens dac tractaac,
niet in zijn bezit blyven moesten, en om, in geval van weigering aan zyde
des Koning van Holland, hem daartoe door krijgsmiddelen te noodzaken.
Zijne Maj. de Koning, gecrouw aan de verklaringendoor hem steeds,
mee gemeen overleg der kabinetcen van Oottenryk en Rusland gedaan,
heeft aan de gouvernementen van Frankrijk en Engelaad doen weten, dac
hij niet alleen geen deel zonde nemen aan die dwangmiddelen, maar dac
hij zelfs ze afkeurde, en besloten bad, in geval een Fransch leger Belgie
mogte binnentrekken, de gevolgen voor te komen, welke de voorgeno.
meue militaire beschikkingen zouden knnnen hebben voor de rnsc van
Duitschland cn zijne eigene statenzoowel als voor den algemeenen vrede.
Dienvolgens heeft Z. M. aan zijne legerkorpsen, die zich in Wescfalen en
de Rijn-provinciën bevinden, de noodige bevelen doen toekomen, en on-
verwijlt zal er op bovengemelde wijze een observatie.korps geplaatst zyn.
Hec schijnt nietdat de baron Iferther, onze gezant te Parys verpligt
zal wezen zyne paspoorten te vragen; want hec Fransche ministerie erkent
al liet gewigc der beweegredenen welke Prulssen beeftom zich volstrekt
te verzetten tegen het binnenrukken van Fransche troepen in Belgie. Deze
beweegredenen zijn door Pruissen met de noodige veerkracht ontvouwd.
Indien er dwangmiddelen tegen Holland beproefd worden, om de besluiten,
der Conferente te Louden ten uitvoer te leggen, zal men bet ter zee kunnen
doen. Ofschoon Prnissen ook daartoe niet zijne toestemming geeft, heeft
hec.nogtans geen regtstreeksch belang om zich werkdadig tegen deze ma.
schenkomsc te verzetten."
Een EDgelsch blad deelt de navolgende verklaring mede, welke de Rut.
siscne gevolma^tigden bij gelegenheid der bovengemelde overeenkomst
tusschen Engeland eu Frankrijk, zouden hebben afgegeven: De Rusiuche
gevolmagtigden handelenovereenkomstig de uitdrukkelijke bevelen van
deo Keizer, bunnen Heer, cerwyl zij het volgeode verklaren: De
aanneming van dwangmiddelen waartoe Engeland en Frankryk tegen Holland
besloten hebben, brengc den staat der zaken op een pnnt, hetwelk de ge.
volmagilgden van Rusland krachtens de instructlenwaarvan zfi voorzien
zijDen welker inhoud den gevolmagtigden der verbondene Kabinetten niet
onbekend isin de noodzakelijkheid plaatse om zicb van de Conferentie
terug te trekken. Zy zullen dadeiyk hun Hof de gewigtige omstandigheden
inededeelen, weike het karakter der vreedzame bemiddeling veranderen,
waaraan zij genoodigd werden ceel te nemen en die hun niet langer toelaten
deel te nemen aan ae werkzaamheden hunner ambtgenooten. Terwfll z(j
hunne deelneming aan de Conleremie schorsen, verwachten de gevolmag
tigden van Rusland de nadere iiistrnctien van hnn Hof, betrekkeiyk de
gewigtige omstandigheden welke voot hen deze verkiating tot eenen ga.
biedende pllgt maakten."
De Globe meende, dat, daar .de Conferentie over de NederlaBdscheaan.
gelegenheden ten einde was, de graaf Matuschewitzter leid.ng van deze
aacgelenheid alleenlijk naar Engeland gezonden geweest, het land verlaten
zoude; de Morning - Heralt daartegen, hield dit over het algemeen voor
ongegrond, en daent, üat de graai binnen kort naar Mellon Momoray stond
te vertrekken, om aldaar den jagttijd door te brengen.
lntusschtD stonden de Fransche troepen hunner, marsch den 12 dezer ta
beginnen: één cn twintig duizend man zouden zich door Mons op Brussel
ngten; 17 tot 18,000 man den weg nemen van Doornik en andere puD-
tën der grenzen, door Ath. Den 5Jen dezer bragt een Fransch koerier
ie Kortujk het bevel aan om, legen dei inden dezer, de leeitogt gereed
te maken voor het Frauscbe leger. Te Doornik -waren gelyke beve
len ontvangen.
Volgens een berigt uit Bergen in Henegouwen is het Fransche leger,
den 15 November, morgeus te zes uien, de Belgische grenzen over,