Here indirecte belastingen op het zegel, de griffie, de hypotheken ên de snccessien, zoo als dezelve thans nog worden geheven, te wetenDe grondlasten tot 8,456,177 in hoofdsom; de belasting op het personeel-, het patentregt; de accijnsen vermeerderd met accijn6en op den turf, de steenkolen, het brandhout en het gemaal, en het regt van registratie en de verdere indirecte "belastingen. Twintig opcenten op de hoofdsom der grondlasten benevens twee opcenten voor de kwade posten.; rijf en zeventig opcenten op de personele belasting zoo lang dezelve naar de bestaande wet zal worden geheven zullende deze opcenten op dertig worden verminderdvan het tijdstip af, dat eene nieuwe wet op deze belasting ingevoerd zal worden vijftig opcenten op het patent regt, met uitzondering van dat van de eigenaars, schippers of directie- voerenden van binnen-schepenschuiten of vaartuigenwelker aanslagen alleen aan vijf en twintig opcenten zullen zijn onderworpenalles over de vier eerste maanden des jiarszullende deze onderscheidene opcenten oo vijf en twintig worden bepaald, met aanvang van den isten Mei 1S33, van welK tijdstip 'in werking zal komen de wet op dit middel van den 16 Junij 1832 Staatsblad N°. 30) vijf en twintig opcenten op de accijnsen, met uitzon dering van het gemaalen vijf en twintig opcenten op de indirecte belastingen. De regten op den in-, uit- eu doorvoer, het buitenlandsch tonnegeld, de watertollen en de baak- of vuurgelden het regt op de gouden- en zilve- renwerken en de opbrengsc der posterijen en der loterij alle inkomsten der domeinen van Z. K. H. Prins Frederik der Nederlandende opbrengst van de vetkoopene goederen; eene uitkeering van een millioen twee maal hon derd duizend gulden uit de geldmiddelen van de overzeesche bezittingen ten behoeve van de schatkist te doen. Ter voorziening in de buitengewone pensioenenlijfrenten jen andere dere afloopende betalingen zullen worden gebezigdEene uitkeering van f 1.437,215. 39i cloor het amortisatie Syndikaat aas> de schatkisc te doen volgens' art, 9 der wet van 27 December 1822 f Staatsblad N°. 59), eu eene uitkeering van f 375,000. 00, door het amortisatie Syndikaar aan de schatkist te doen volgens art. i der wet van 5 juni] 1824 (Staatsblad N°. 38.) Bij het betoogen van de doelmatigheid dezer belastingen, heeft de minister gezegd, dat de accijns op de suiker niet aan de verwachting beantwoordt, en dat in de tegenwoordige zitting op dat middel zal teruggekomen wor. den- terwijl de belasting op de zeep haar doel schijnt te treffen; dat het middel of accijns op de brandstoffen over het algemeen als doelmatig is erkend; dat bij ae bestaande behoefte van het Rijk, dit middel niet mogt achterwege gelaten worden, en dat overigens aan vele bezwaren was te gemoet gekomen. Omtrent het middel op het gemaal, zeide Zijne Exc.dat de behoefte van het Rijk het heffen van dat middel tot pligt maakte; dat het ontwerp gegrond was op de wet van 1822; dat de ad- modiaiie gewestelijk mogelijk was gemaakt, en dat de accijns zoo laag is gesteld, dat dezelve, in groote steden, voor plaatselijke belasting, nog vatbaar blijft. Het ontwerp van wet tot inkoop en aflossing der scbnld over 1833 is door den minister niet voorgelezen, als zijnde de wettelijke bepalingen eene herhaling van hetgeen over 1832 deswege is vastgesteld. Ter voorziening in de uirgaven, die den voortdurenden staat van oorlog over de twee nog loopende maanden van dit jaar vordert, heeft de mi- J uister een omwerp van wet voorgelezen, waarbij het nog overblijvende gedeelte van de sommen, aangewezen bij het eerste artikel van de wet van 4 januari] 1832 Staatsblad N°. 7) wordt beschikbaar gesteld, te weten: Voor de marine 572,274 47. Voor tinancien ƒ5,032,258. 06. Voor oorlog f 5,290 683. 34., te zamen 10,895,215. 87. Bt] het weg vallen der omstandigheden, ter oorzake van welke bovengemelde credie. ten worden beschikbaar gesteld, zal over het gedeelte derzelve, waarvan als dan nog geen gebruik zal zijn gemaakt, niet anders dan ten gevolge van nieuwe wettelijke bepalingen kunnen worden beschikt. Tot voorziening in de mtgavendie het gevolg kunnen zijn van den voortdurenden 8taat van oorlog in het jaar 1833, wordt, bij een ander aoe ©«'werp van wet, de volgende verhooging toegekend, te weten: departe. aent voor de marine f 3,433,646. 86. Departement van financien (natio nale schuld) 10,064.516. 13. Departement van oorlog 31,744,100. 00, en dus te zamen vijf en veertig millioenen twee honderd twee en veertig duizend twee honderd twee en zestig gulden negen en negentig cents. De helft der voorsz. sommen voor de departementen van marine en oor log wordt voorloopig beschikbaar gesteld en nopens het verder gebruik der gelden zullennaar gelang der omstandighedennader wetcelijke be palingen worden gemaakt. Eindelijk is door Z. Exc. nog een ontwerp van wet voorgedragen ter voorziening in die buitengewone behoeftenwelke het gevolg kunnen zijn vin den voortdurenden staat van oorlog, gedurende 1833en daartoe voor. jesteld het openen eecer vrijwillige geldleening of het daarstellen van eene jedwougene geidheffing, in navolging zoo als zulks dit jaar heeft plaats ge. itidhetgeen de goedkeuring van de Staten-geoeraal heeft weggedragen, de natie deelneming heeft gevonden en de proef heeft doorgestaan. Die viijwillige negotiatie zal een kapitaal van ƒ93,300,000.00 niet te boven mogen (aan, verdei ld zijn in 31,100 aandeelen van 3000 ieder, gesplist in daarbij voorgestelde onderdeden en eene rente geven van 5 pCt. in bet jaar. Toi het bekomen van zoodanig aandeel zal men, in bepaalde termijnen lieliooren te fourneren in kontamen 2,550of 1000 guld. 5 pCt. oorlog, jiisien en 1,500 kontanten of wel 1000 6 pCt. effecten uit de vrijwillige (tldleening van 1831 en 1,430 aan kontanten; de onderdeden iD evenre digheid van dien. Voor de geldelijke bijdragen zullen recepissen worden !titgegevendie bij eene eventuëele geforceerde heffing (op den voet van januatij 1832 zullende plaats hebben) als kontant geld zulle» worden aan genomen; doch wanneer die heffing niet ingevoerd wordt, tegen 1 pCt. lulllen worden ingewisseld. Deze recepissen zullen op naam of in blanco |vorden uitgegeven. De regering behoudt zich echter voor, om in den iop der beraadslagingennaar omstandighedende geldelijke bijdragen verhoogen. Ten slotte verklaarde de minister, dat het bestuur rekende de medewerking der StatenGeneraalten einde te behouden hetgeen ids allen dierbaar is dat Oud-Nederland, met eendragt en moed niets vreezeu heeft, maar vaat staat en zjjne regtvanrdige zaak tegen ontrouw tn geweld zal weten te handhaven en zal zegevieren. De Kamer beslootdat deze stukken zullen worden gedrukt en rondge leid en naar de afdeeliDgen verzenden. De zitting is zoneter bepaald «Ijournement gescheiden. iap en- rmg doe toed dere nzer ibbel jg is :n| is. ichen n. dar, egen- weec n ge- ri weg •de en ede rezen span- Dd van chted. ste van loor de icheiden effende, ■edevoe- ij reeds, de fioan- jnr voor der on- oogte op Vaderland tdlirctide 's Konings Ziektê, tot ftégeótès benoemd. Harè Maj. bad begórt- nen met de boogvschool te 'netstedenen den nteesten invloed hebbenden van de partij der Apostólieken tót zich te trekken. Tavasche Berigtew. In de ontvangetie Couranten van en met den 9 Junij tot eh tnct dert 30 Junij 1832 vindt men de navolgende dispositien door Z. Exc. den Gouverneur-Generaal van Neérlands Indie, geourende dat tijdperk genomen 2 Civiel Departement. Benoemd: Tot adjnnet-inspecteur der knlturester beschikking vön den direkcêuf, T. Anient. Tot kommies der 3de klasse bij den assistent-resident van Sala- tiga (residentie Samarang), .7. M. Schmidt We-jmansgewezen kollecteur der indirecte belastingen. Tot controleur der inkomende en uitgaande reg ten In de 2de afd.de ambtenaar op wachtgeld P. Haak van der Coés. Tot ïsten kommies bij het residentie - kantoor van Banka, .7. D. Michel, gewezen kommies-ontvanger in de residentie Banjoemaas. Tot 2den kom mies bij genoemd residentie-kantoor E. von Faberthans werkzaam bij het zelve- en vendumeester te Banka. Tot jiste kommiezen bij de algemeene rekenkamerde ambtenaar op wachtgeld C. P. Muliéen de 4de kommies .7. Galimberti. Tot 2de kommiezen bij gemelde kollegie, de klerken C. A. Fisser en .7. A, Jansen. Tot leden der sub-kommissie van onderwijs te Tagal, M. J. H. van Oppen, controleur der landelijke inkomsten van de i'ste klasse, J. fFooningiste komm'es der üte klasse op het residentie kantoor aldaar, en A. .7. de Graaf, zout - pakhuismeester te Tagal. Tot 2den kommies bij de algemeene rekenkamerH D. Boesergewezen waar nemend administrateur van Toboaly residentie Banka Voorts Is aan den gezaghebber van Boelecomba en Bonthamgouverne ment Makasser, .7. R. Eilers, verleend de rang van controleur der lande lijke inkomsten van de iste klasse. Bij resolutie der regering van den 6 dezer, is bepaald, dat het regent schap Patjletaethans sorterende onder de residentie Madioenvoortaan afzonderlijk door eenen assistent-resident zal worden beheerd, zijnde mits dien tot assistent-resident van Patjletan benoemd J. Friesman thans assistent- resident van Ngawie, en znlks in plaacs van J. Persynaan wien als assi stent-resident van Patjietan honorabel ontslag is verleend. Voorts zijn, bij resolutie der regering van den 14 dezer, de fonctien van assistent-resdenc vanToeban, opgedragen aan den waarnemend secretaris der residentie Rembang D. G. van SejUngen terwijl met de waarneming der laatstgemelde hefrekking is belast, de uit Nederland teruggekomen amb tenaar J. A. Clignett. Op deszelfs ver zeek gepensioneerd De benoemd kommies op nee residentie-kantoor te Cheribon A. Braam. Honorabel ontslagen Het lid der stibkommissle van onderwijs te Soerakarta J. IK van Zanten, De iste kommies bij de boekhonding der generale directie vaQ financien J. FF. S. Mossel, met bepaling dat hij provisioneel zai worden werkzaam gesteld bjj het resdentie-kantoor te Cheribon. Ontslagen: De procureur te SamarangC P. du Cloux. schutteru te SoURAZAJJA. Benoemd: Tot lult. - kolonel - kommandant J. H. Hofmeijer Hz: Militair Departement. Benoemd: Bij bes'nit de dato 7 dezer, heeft Z. Exc. de Gooverr.enr-Generaal tot adjudant bij hoogstdenzelven benoemd, den ïsten luit. van het perso- ueel der artillerieij, G. O. S. von Schmidt auf Altenstadt' Bevorderd: De majoor onder-directenr der artillerie in de 3e groote militaire afdee- lin.- .7. Penning Nieuwlandtot luitenant-kolonel. Bij het personeel der artillerie Tot kapt., de iste Init, van dat wapen, .7. st. Rutten, Tot ïsten luics. de 4de Inits. van dat wapen, C. C. 77. van Bylar.dtD. M. Lammers en TV. van Naarsen. Bij 's lands constructie - winkel. Tot kap. de iste luitenant derartilierie H. F. Demmeni Honorabel uit Z. M. dienst ontslagen. Bij Zijner Majesteits beeluit, dato 19 Jnlij 1831 n°. 16, zijn uit |'s Ko nings dienst eervol ontslagen, de iste luit. F. la Hurevan het regiment huzaren n°. 7, en de iste lnit. J. Moreauvan het 8ste bat. inf., beid# met verlof in (Nederland; terwijl bij bealuic dd. 20 daaraanvolgende n°. 18» uit Zr.j Majt. dienst ontslagen is, de isce Init. F. Frantzen, van bet alge meen depotalsmede met verlof io Nederland. Bij besluit van den 47 Junij 1832 n°. 2, heeft Z. Exc. de Gouverneur- Generaal over Nederlandsch Indie, honorabel uit Z. M. dienst ontslagen, den 2den lult. op non-activiteit J. B. Baelen. legrootitig 1,849- s6' de hooge 16,200.00. enlandicbe rmde kerk i-katholijks ooo. oo oo,ooo» OO. 87,0! 5- «S; tenwelke beschikking ig van deze rekken dat Laatste opgaven van den slaat der ziekte. Nieuwe zieken, hersteld, overleden, nog in beha Leydeu 18 Oct. 3 2 3 24- 19 1 3 0 22. 20 2 0 1 »3- Sedert den 4 Aug. ICI4 543 448 23- Amsterdam 18 Oct. 3 13 2 5'- >9 n 4 6 4 45- 20 3 4 2 42. Rotterdam 18 en 19 3 10 4 36. Haarlem l8„!9„ 4 1 1 3- Schiedam i8„I9„ 0 2 0 2. Gouda 17 18 1 1 3 8. Utrecht ,I7„i8„ 16 7 9 60. Leyden, den 21 October. De Adviser van New - Tork drukt zich over de uitlevering van Carrara E) de Hollandsche regering, In dezer voege uit: „Men vraagt zich tnans lijk men tjjdens der gevangenneming van Carrara deed, van waar de esident van dezen Staat het regt wil heenleiden om den man met geweld tegen zijnen wil aan de Hollandsche regering uit te leveren. De iste titel ir 8ste atdeeling van het herzieoe wetboek die over de pligten der uitvoe- ede ambtenaren handeltbevoegt dezelve uitdrukkelijk daarbjjom naar best winden te werk te gaan. Maar wij twijfelen niet het minsteof deze nts der wet is strijdig met de staatsregeling. Het is de aanmatiging eener overeine magt, die den Staat niet toekomt. De Vereenigde Staten alleen jlben het regt, om vlugtelingen wegens misdaden, welke zij in vreemde --rooting ♦"'e begingen, uit te leveren. Carrara is geen voorwerp van deelneming den begre- ',Jr hij werd op eene ongeregte wijze uit dit land vervoert." ie en vet- Volgens berigten uit Madrid van den 9 October, is de Koningin, ge. BELGISCHE AANGELEGENHEDEN. Onder de bijlagen der mededeeling van wege Zijne. Maj. aan de Staten- Generaal geschiedbevindt zich het navolgend PROTOKOL.N°. 68, d. d. 13 Ju/ij 1832, in zake van den heer Thorn. De gevolmagtigden der vijl Hoven zich in Conferencle vereenigd heb bende verklaren de gevolmagtigden van Oostenrijk en Pruissen in last te hebbenom aan de Conferencie van Londen .het besluit mede te deeien hetwelk de Duitsche Bondsvergadering, in hare zitting van 28 Junij, be trekkelijk de gevangenhouding van den heer Thorn, genomen heeft, ten gevolge van de mededeeling, welke baar onder dagteekening van I5jnnij, van wege de Conferencie gedaan is. Dit besluit houdt het navolgende indaar de Conferencie van Londen wederzijdscne vergetelheid van het verledene;— daar bovendien de Neder- landsche gevolmagtigde (blijkens het protokol N°. 62, van 29 Mei) aan zich aan den eenen kant (zie derzelver protokol N°. 60 van 4 Mei 1832) tot den Nederlandschen gevolmagtigden gerigt heeftten einde van Z. M. den Koning der Nederlanden de loslating des heeren Thorn te erlangen en aan den anderen kant gelptijdig eenen stap bij het Belgische bestuur gedaan en het verlangen aan hetzelve te kennen gegeven heeftdat niec alleen de personendie als maatregel van wedervergelding voor de oplig- ting des heeren Ihornin hechtenis genomen zijn maar ook de Luxem- burgsche onderdanen, die te Nameo gevangen gehouden worden, insgelijks in vrjjheid gesteld wielden, overeenkomstig het staatkundige beginsel eener

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1832 | | pagina 3