ge. 2 s f kennen geven, op eene wijze of in nitdrtikkingen, waaruit afgeleid zoude kunnen worden, dat de kamer, wat sraatknndige betrekkingen aangaat, dezen onbe- stemden «tand aan onze regering wiit. De herziening der grondwet wordt voorts van zoodanigen aard be- ichouwd, dat het niet wenschelijk zou zijn, om de. zelve bij siukken of gedeelten te doen plaats hebben, en van zoodanigen omvang, dat mea daarvoor langeren tijd nöodig acht, dan de voorsteller schijnt te doen, •welke dezelve nog wildoen plaats hebben, zelfs vóór de afdoening der begrooting van het tegenwoordig jaar 1831- Voorts geloofc men, dat eene bepaling, om zich bi, voorkeur met de wijzigingen der grondwetboven mindere dringende werkzaamheden, bezig te houden, ligtelijlt aanleiding zon kunnen geven tot zeer uiteen- loopende gevoelens, en daaruit voortvloeijende geschil len over het meerder of minder dringende en belang- jijke der onderwerpen en vooral in het tijdstipwaar ja men thans verkeert. Eindelijkvermeent mendat bij de kennisdie men heeft van de werkzaamheid eener kommissie voor de grondwet, en van het zoo dikwijls geuit verlangen om dezelve te wijzigen het voorgesteld middel, nutteloos, ondoelmatig, en onaan nemelijk iszoo wat den confiderans als wat de Slotsom betreft. Dij koninklijk besluit van den 13 Mei II., is de staatsraad J. d'Olislagerop zijn verzoek, eervol ont. slagen als "s Konings kommissaris bij de Nederlandsche handelmaatschappijen in deszeifs plaats benoemd de heer J. Huidekopervan Amsterdam. De heer baron van Ztiylcu van Nyeveld is den j7den dezer van hier naar Londen vertrokken, om den ipden aldaar eene conferentrie van de gezanten der vijf groote Mogendheden bij te wonen. Brief van den baron db Failly bevelhebber te Antwerpen, aan den luitenant kolonel Rupertus chef ran den staf der citadelZie onze vorige artikel 's Gravenhage. Antwerpen den 15 Jklci 1831* Mijnheer de luitenant-kolonel Mijn generaal gelast mii u te doen weten, dat ik, In s-ijt van alle uwe betuigingen van u aan de bepalingen vaD den wapenstilstand en de overeenkomst te willen houden en in weerwil van de moeite die gij doet 011 ons als de schenders daarvan te doen voorkomen al die aanhoudende ontkentenissen slechts moet beschou wen, als strekkende, om onder een schoonschijnend voorwendrel toebereidselen tot vijandelijkheden te ver. bergen. In plaats van den bril St. Laurens te doen ontruimen weiken uwe krijgsbenden dezen racht ter sluiks bezet hebben hebben uwe soldaten zich op den weg naar Boom verspreiden op de wandelaars vuur gegeven. Zij zijn niec eer raar hunne verschansingen terugge keerd dan nadat zij door eenigen onzer voorposien caartoe gedwcrgen waren. Het vuor uwer krijgsbenden is niet alleen naar de buiten ijde gerigt geweest, maar er zijn ook van de bastions der citadel vele geweer-schoten gedaan tegen lieden die zich op de wallen der stad of in de rigting vsn het afgebrande tuighuis bevonden. Het is met waarschijnlijk dat uwe krijgsbenden zon. der eêne magtiging van uwen generaal, zulk een gedrag gehouden zouden hebben terwijl daarenboven dit ge vecht te lang ged.uurd beeft, dat hij eenige onwetend- leid daaromtrent zoude kunnen voorwenden. Wat vertrouwen kunnen wij nu voortaan in alle die betuigingen stellen Eerst dan zult gij ons hetzelve inboezemenwanneer gij, na de sterkte Sr. Laorens ontruimd te hebben u binnen de muren van bet kasteel opsluit en alle de voorwaarden der verdragen met naauw- gezethrid vervult. Ontvang, enz. De majoorhoofd van den algemeenen Itaf van de 2de militaire divisie, Ridder de l'eau. Antwoord van wegen den generaal Chassé- Kasteel van Antwerpenden 16 Mei 1831- Mijnheer de majoor Het bezetten en in start van tegenweer brengen van riften, den bril St. Laurens is, zoo als ik gisteren reeds de sakelui eer had u te deen opmerken geheel en al strokende emeene me[ de beide eerste artikelen der bestaande overeen- eid aan ihoni|t. RQen kan onmogelijk volhoudendat deze maat- leiden, regel iet» anders dan louter verdedigend is, of ook, dat wjj daardoor de grenzen, die ons gewaarborgd zjjn, te buiten zijn gegaau. Wel verre van onder Khoonschijnende voorwendsels toebereidselen tot het plegen van vijandelijkheden te maken heeft de luitenant-generaal -baron Chasst Inregen, igen van dce| het zoo lang mogelijk uitgesteld, om die maatre- it gedufó I gelen van verdediging te nemen, waartoe uwe toebe- u. Menjitidselen tot vijandelijkheden hem noodzaakten, zijnde zijn eenig doel daarbij geweest, om, zoo mogelijkhet scheen hervatten dier vijandelijkheden voor te komen, ogen vani ue toebereidselen van nwen kant zijn de batterijen, meer dan Uje gjj langs de Schelde tegen onze vloot en tegen du tegen de gemeenschap welke door middel van die rivier aan de e dagbis-citadel is gewaarborgd hebt gewapend en waardoor De raar.- die sterkte en meer bijzonder de vloot aan gevaren wer- komt om den blootgesteld. Het aanleggen dier werken was zoo te gever, blijkbaar strijdig met de overeenkomst, dat hetzelve van et midden den beginne af gepaard is gegaan met allerhande betui. indelingen gingen en ontkentenissen van den kant der militaire ziet voot overheden. En de generaal Chassé heeft geen grooter en waar. bewijs van zijnen eerbied voor de wapenschorsing kun* oodlottige.ten geven dan daardoor, dat bij zich niet tegen het epste rust.'tor stand brengen dier werkeo verzet beeft, ringen van De nieuwe werken, die op de boven-Schelde wor. rd e. te iet tot leu on. 'iet :teti Dm» cei ree.' zien zag- j dane loten man J ran- hou- zich even aller- nheid eene I en de n den je re- 1 geest skend ïdselen banket ver roepen orde. onder-den op opgeworpen, zijn nog meer regtstreeks van eeneti vaaroorg'.'ii^aanvallenden aard, daar zij niet enkel de vloot bedrei- orde van genwelke men zoo het schijnt, door dit miodel van rezamenlhK;alle kanten hoopt te zullen insluiten; maar nog daar- 1 deze heil» enhovenonder otks geschut, en begunstigd door onzen bladz,] eerbied voor de wapenschorsingworden opgewerrpeu. Desniettemin beró^pt mijnheer de genena! baron de Failly zicli op den niet-aanvallenden aard dier werke r. De luitenant - generaal baron Chassé wil nog eer,.» eert bewijs geven van zijnen weosch om cot de instand- j= houding van den wapenstilstand mede te werkenhij stemt er dus in toe om ten aanzien van den bril St. Laurens den vorigen staat van zaken te herstellen in. aien de generaal baron de Failly insgelijks van Zijnert kant toestemt in de herstelling van dien vofigen stnac voor zoo veel de batterijen op de boven-Schelde be. treften in de ontwapening der batterijen op de bene den - Schelde. Het geweervuur van den kan: onzer troepert is gis teren avond en ook nog dezen ochtend door dat uwef scherpschutters uitgelokt geworden, Hec is gestaakt van hec oogenblik af, dat het uwe ophield. Men Heeft hec geheel onverwachts tegen ons geopend, niet alleert San den kant van den bril St. Laurens, maar ook aan den kant der esplanade, er> meer bijzonder uic de Lepelstraat. Indien wandelaars daardoor getroffen zijn dan is zulks alleen toe te schrijven aan de onverwachte wijze waar* mede uwe krijgsbendenzonder eenige voorafgaande waarschuwing en bijna op hetzelfde oogenblik dat uw brief mij in handen kwam, de vijandelijkheden hebben begonnen. Het bezetten van de sterkte Sc* Laurens heeft op eene geregelde wijze met het krieken van den dag plaats gehad; iets hetgeen men gewoonlijk bij derge lijke bewegingen in acht neemt. Overigens ziet de generaal Chassé met leedwezen, dat, terwijl men aan de ééoe zijde volhardt met hem de uitoefening van zijn regc te betwisten, om voor zijne verdediging te waken, uwe krijgsbenden nog wezenlijker vijandelijk heden dan het geweervuur van gisteren plegen, daar zij voortgaan zich in, de nabijheid zijner verdedigings werken te verschansen: en hij zal zich dus niet te verwijten hebben, dat hij iets heeft achterwege gela ten, wac tot handhaving des vredes strekken konde. Ontvang, enz. De luitenant - kolonelbevelhebber van het hoofdkwartier, rufertüs. Den 17 Mei kwamen, blijkens rapport, denzelfden dag door den generaal Chassé ingezonden, de Fransche luitenant-generaal Belliard en de heer Charles White, behoorende tot hec gezantschap van lord PonSonby te Brussel, in Antwerpen aan, en deden dadelijk aan den bevelhebber van hec kasteel eenen brief geworden, welken wij, mee hec daarop mgezondenen antwoord van den gerteiaal Chassévo'gen laten. Antwerpen den 16 Mei 1831. Mijnheer de generaal De tijdingen, dezen ochceod te Brussel ontvangen, gaven aanleiding om te gelooven, dat de bezetting der stad Antwerpen en die van het kasteel handgemeen waren. De vertegenwoordigers van de Londensche Conferen tie en van Frankrijk, te Brussel, wetende, hoe veel belang de groote Mogendheden in de handhaving des vredes stellen, hebben zich mee spoed naar Antwerpen begeven, ten einde eene poging te doen, om de oor logvoerende krijgsbenden wederkeerig tot het staken van den strijd te bewegen. Bij onze aankomst hebben wij gelukkig alles weder in orde gevonden, ea wij kunnen niet anders, dan den wensch uiten, dat deze staat van zake blijve voortduren. De Belgische regering heefc eenen hoofd - officier af gezonden ten einde het bevel aan hare krijgsbenden te vernieuwenom hec beginnen van vijandelijkheden te vermijdenen slechts dan vijandelijk te handelen waineer zij aangevallen mogten worden; wij weten, dat door uWc regering dezelfde bevelen gegeven zijn. Gij schat den viedece hoog, mijnheer de generaaldan dat wjj ons niec verzekerd zonden houdendat gij al wat van u afhangt ,f gedaan hebt en nog zult doen opdat deze bevelen stiptelijk ten uitvoer worden gelegd. Het bezetten van den bril Sc. Leurens door uwe krijgsbenden, is de oorzaak geweest van het gevecht, dat gisteren heeft plaats gehad en dat den oorlog zoude kunnen oncsceken; het is tevens de oorzaak der groote verbittering, die zoowel onder de bezetting, als bij het gemeen van Antwerpen beerschc. Het staat aan u mij1*" heer de generaal om te beslisseD of uwe liefde voor den vredeu kan toelaten voor het oogenblik uwe krijgsbenden uit die sterkte terug te rrekkendie gij toch altijd bij magt blijft, weder te bezeitei», zodra gij dit voor uwe verdediging noodzakelijk zult achten. Wij weten dac men op het punt is om te Londen de zaken van Holland en Belgie te schikken wij hebben de volle overtuiging dac vóór hetuiteinde dezen maand alles ten einde geloopen zal zijn en hoezeer moeten wij allen dan niet wenschen dac de vrede tot dat tijdstip toe bewaard blijve. Wij zijn overtuigd mijnheer de generaaldat niemand meer dan gijhet belang daarvan gevoelt, en dac gij van uwe zijde alle noodige bevelen geven zoltten einde die zoo onschatbare vrede niec gestoord worde. Wij hebben de eer, enz. De luitenant - generaalpair van Frankrijk augte belliard. charles whitï. Aan Zijne Exc,mijnheer den generaal baron Chassé Antwoord van den generaal chassi. Kasteel van Antwerpen den 17 Mei 183 X Mijnheer de generaal Ik heb de eer u kennis te geven van da» ontvangst van den brief van gisteren, waarmede Uwe Excellentie en de heer Charles White mij wel hebben willen ver. eeren, en haast mij, aan Uwe Excellentien de stelligste verzekering te geven da: de sterkte St. Laurens door mij met geen auder oogmerk bezet is geworden dan om mij tegen eenen aanval te kunnen verdedigen en zonder eenige vijandige bedoeling. Ik meen ggen greoter bewijs te hebben kunnen ceven vsn mijne begeerte om het hervatten der vijandelijkhe den en de rampen die daaruit kunnen voortvloeijen [Pérvolg op den kant van deze bladz,~\ «m e J "C S O CTJ «s T3 o O 2^ -ï? r"» 5cic«° 8 2-5 1 -e - 5 c - v. :S» B D 5 <D «-• «-» I*. «■S.¥koS Tl J3 K T3 a (U -O O -a n s e-0 E <u - - a i 2 jè -a w *0 W» c <u S Sb na ><u2<U-3.2 J5 Ta 1» £5 -O s *1 1 srss? ü5««-op -S-3SÏ- ob^öüwo 25 rz .fc -£: <U Cl 5 D V O "3 25gfo"° *oofc. Eo-ac^3*^ af v o tra w -51 2 u J1 41 J» «O u o.m0S-5S «- 5 2 o M .s'sSstS--0» 2 .2» - .oTi ET» q3 td3*t3 3 a u N s-ssé .5 a 1-9 2- «5-O'- S 5 O O t- v s s I -O -he 2 2 2 *5 •5 u m .n to 5 SU a dj u «o s o O» v o -O 2 E O X o >cö3S "o c 5 «u *H aa„, rv t- W c 4 8*«t m 2< 5 ai Q- c 0 Z c m Si, s tj -s11» d .52, ss^heü-3 g« br M n 5 J; B ui ertx^i xj n c ss«3is.|5i Et«g;«S5'E v-° •g -o 1 - s s-SsS e u u -2 o g s .h S g- u g NTJ «TJ S-O v. 135 5 8®3 S N -5 - -« li 03 <- «eeji'-a S 5 - g S v, dj C-O Z[ "O ïr u -c sA ■S S S ft B U- £3 c k d! 0 -£ -Z2 S-5&S 2 - 2 Q.S »- rt 0 T3 2 e o u ia u :a> 5T 3 a -O CT 0 a •S 5S.3£B «.VPs* n M M m V J- u w 4 •u N o AL» :53»"3 0 «- -a o c S u - 'Z w x* -S B £0 g K gü£ C a» c 1a o n w CX 0 N ai T3 V- bl >2Ï&S«'ï o> u fc. -o - :5. 5 a s - s a s -5 b'H- I I S 5 tJi ,„,.2?;=: =Jiu""c--5r--a 'T3 >4* v. b0 T fi a t\ti a# c v isaglstïi-sïiss^ -M>'ÖV>uW> J* -3 E o:?> B 2-^ «1 »- bC M JS -u s P. o-sEgS.c's B c« 5 -O O rt 3 S o- 3 «I w t-S a .8 m V a. 00 !r CQ -a a» 2i g tr S-o e a J2 O a 3o«S gg S e u u as -«J S s, e e .n,-o ,6 b "I- I 8 i - - 12 v "o u -s-g ^-3^ s §-s:«M g -OJCÖ O. o r; W) 1— CO «u a uj o u. "*3 O c «00° U 4) T3 »- C "O s 1 a fi El s S B3 0 co c - Tv -F. o S,"iJ 2 u J 5 x 2: Sg^lS-. V. 9 o g «a is? 5? "Se w *- c o S "22 2 8 - 1 °*S a»-slï" 'tc 5 2 2 v ei :c r CQ Si 22 i3 *5-8 ■"^1 c.S*5 w£cc:t,£2 ^«2c> ï-0 0:C'4in>»4ia<«0 a J5 S o >»**x3,a03aw>'B M*a,2j£f

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1831 | | pagina 3