leydsche N°. 52. COURANT alffKf* A0. 1831* i i es si >rre^Oa-7ng 0 c O O *- rc a o qj MAANDAG WAARSCHUWING. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, herinneren bij dezeingevolge eene aanschrijving van Z* Exc. den Heer Staatsraad Gouverneur dezer Pro vincie van den 26 September jl.Provinciaal Blad U®. 100) de Ingezetenen dezer stad, en allen dien zulks verder aangaat: Dat alle gedrukte en gesteendrukte berigten of be- kendmakingen van reizende kooplieden, kunstenaars enz., zelfs die in den vorm van brievenwelke aan de huizen rondgebragtof op eenige andere wijze in omloop ge- bragt wordenkrachtens de wet van den 6 prairial7e jaar (25 Mei 1799) op zegel moeten gesteld zijn, gelijk ook mede alle gedrukte of gesteendrukte aankondigingen van huizen, kamers, stallen enz. te huurterwijl alleen van het zegelregt zijn vrijgesteld de geschrevene aanplak- kings-biljettenvoor zooverre dezelve van geenenaam- teekening zijn voorzien wanneer er van dezelve niet in regten noch bij openbare acten gebruik wordt gemaakt. Met informatie, dat de Ambtenaren der Registratie gelast zijn om zich van al de, onder hnn bereik zijnde middelen te bedienen, om de plaatshebbende misbruiken te keer te gaan, en de overtreders der Wet te Vervolgen. Leyden, den 15 October 1829. Burgemeester en IVethouders voornoemd G. de M e y. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. DU Pui. Burgemeester en Wethouders der Stad Leijdf.n, brengenbij dezenter kennis der belanghebbenden eene bij Hun Ed. Achtb. ontvangene dispositie van Hun Ed. Gr. Achtb. de Heeren Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, van den isden dezer maand, N°. 3, Provinciaal blad N°. 53zijnde van den navolgenden inhoud EXTRACT uit het verhaal van het verhandelde bij Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Vrijdag den 15 April 1831. Is gelezen eene missive van den Staatsraadad inte rim, belast met de directie van het departement van Binnenlandsche Zaken, d. d. 11 April 1831, lltt. N, daarbij kennis gevende, dat deze vergadering, bij Zijner Majs.'besluit van den 6 April II.N®. 32, is gemagtigd, omk'achtens het door hem Staatsraad vermeld begin» selzonder tnsschenkcmst des Konings, te beschikken op verzoekenom ontslag nit de Schutterij door de zcodanigen, die, bij de eerstdaargestelde Schutterijen geplaatst geweest, hun 34ste jaar volbragt hebben; zijnde deze missive van deo volgenden inhoud 'sGravenhage den II April 1831. Bij art. 85 der wet van den 11 April 1827 Staats blad N®. 17) is vastgesteld, dat zij, die, bij de eerst daargestelde Schutterijen geplaatst zijnde, hnn 34ste jaar mogten voleinden, alvorens tien jaren bij de Schutterijen te hebben behoord, des verkiezende, jaarlijks zullen worden ontslagen. Het niet aanduiden, in het zoo even aangehaalde of eenig ander artikel dier wet, zoo min als in de opge volgde Koninklijke verordeningen, waardoor de uitvoe ring van sommige bepalingen der wet nader is gere geld van het joiste tijdstipwaaropen bij wiende verzoeker) tot ontslag door de hier bedoelde manschap pen behooren te worden ingediend, en de abusieve uitlegging, hier en daar aan art. 10 van het besluit van den 18 Julij 1829 Staatsblad N®. 52 toegekend, ten gevolge waarvan men snstineerde, dat zoo wel de ver zoeken om ontslag, op grond van artikel 85, als die, welke men, krachtens artikel 26 en 86, vermeenen mogt te kunnen inbrengenjaarlijks in de maand Junij behoorden te worden ingediend, heeft, al meermalen, aan zijde van de belanghebbenden aanleiding gegeven, Zijner Majestelts tusschenkomst t«n deze in te roepen, ten einde bij het regt te worden gehandhaafd, dat ben bij meergemeld 85ste artikel der wet is toegekend. Deze reclames een en andermaal, ook bij den Raad van State, onderzocht en gegrond gevonden zijnde, is ten deze door Zijne Majesteit ten beginsel aangenomen geworden, dat de bij de eerstdaargestelde Schutterijen geplaatst geweest zijnde Schutters, die hnn 34ste jaar volbragt hebben, dadelijk, uit kracht van ae stellige bepaling van artikel 85 der wet, regt erlangen op hnn ontslag en zulks aizoo, des begerendeonmiddel(jk be. boeren te kunnen bekomen. U Edel Groot Achtb. biervan bij deze, ten gevolge Zijner Majs. last. berigt gevende, heb ik, uit kracht van de daartoe door Hoogstdezelve, bij beslnit van den 6 April jl., N®. 32, verstrekte autorisatie, tevens de eer U Edel Groot Achtb. bij deze aan te schrijven, om, krachtens het voorschreven aangenomen beginsel, zon der Hoogstdeszelfs nadere tusschenkomst, te beschikken in alle soortgelijke gevallen ais de hier behandelde. De Staatsraadad interimbelast met de Directie van het Departement van Binnenlandsche Zaken, Ceteekendj Van Doorn. En is, na deliberatie, goedgevonden en verstaan, den inhoud van voormelde missive, bij deze, door middel van het Provinciaal bladte brengen ter ken- nisse van de Burgemeesters en Wethouders der steden DEN 2 M I. 5 2 S s "JS cj cj p mff 82 ES o 3 c o) •- o 2 ós c y iu o -V» S c .5? 3 4» .2» EP o tix S <u S -j- <u o» <2® xa »- u o 13 G E 'E SD o .S S-b is 1 M> g>:§ a S-® w> g 2 S B.p -3 S F, 0 S - o o ai .88»ï-es .0 is <u <u c *- rh G w O W W •1 J IC siJSfcSISa-Sf-S-S-afG 5 E -li «j® u StoS: h -m ScS"a b s sjs en de Burgemeesters en Assessoren der gemeenten ten platten lande, tot informatie. Voor extract conform, De Griffier der Staten Van Holland J. van der Sleuden. Leyden den 29 April 1831. Burgemeester en IVethouders voornoemd, J. G. de MËY. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pul. KENNISGEVING. Burcemeester en Wethouders der Stad Legden, brengen, bij dezen, ingevolge eene ontvangen missive, van den Heer Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Holland van den 22Sten dezer maandin verband met eene cir. -culaire missive, van den 25»ten bevorens, Provinciaal Had N°. 56, j ter kennis van degenen, die zulks zoude mogen aangaan, dat ZijneMaj.bij besluit van den 8sten en I3den dezer, N°. 94 en 4, den last heeft gegeven tot het aanschaffen van een zeker getal geschikte Trek paarden en Rijpaardenvoor den dienst der Artillerie, en zulks binnen den kortst mogelijken tijd, bij vrijwil lige afstand der eigenarenonder keHring van beêedigde deskundigen, door da respective Heeren Gouverneurs benoemdten overstaan van daartoe door het Departe ment van Oorlog te bestemmen Officieren, en tegen dadelijke betaling in klinkende munt, van wege dat Departement, Dat het getal der aizoo In deze Stad te leveren Paarden, is bepaald op vijftig Q50) Trekpaarden en zes (6) Rijpaarden. Dat voorts de genen, welke tot het leveren van een gedeelte in het opgegeven aantal Paarden, ten dienste van het Rijk, mogten genegen zijn, zich tot dat einde met hunne Paarden, alhier ter stede, aan één der stal len aan het einde van de Doelensteeg kunnen aanmel den; terwijl de keuring ep Maandag den 9 Mei aan- staaudezal plaats hebben. Zullende, onder leiding en toezigt van het hoofd van het Bestuur dezer Stad, de taxatie en provisionele koop der Paardenbehoudens de keuring der boven bedoelde Officierengeschieden, en vervolgens, door de zorg van den Heer Gouver neur van Zuid-Holland, op de dadelijke betaling order worden gesteld. En ten einde ieder belanghebbende zonde weten welke de voorname vereischten der Paarden voor de Artillerie zijnzoo wordt alhier ter kennis van dezelve gebragt een extract uit de gewone Conditiën van Aan besteding van Rij- en Trekpaardenvoor het wapen der Artillerie Voorname vereischten van de paarden voor den dienst der Artilleriegetrokken uit de Voorwaarden waar. optot dusverrede levering publiek is aanbesteed. De paarden zullen niet jonger dan vijf 5 jaren noch ouder dan zeven C 7 jarenmoeten zijn. De rijpaarden zullen niet kleiner' dan een el vijf palmen, een duim vijf strepen, en niet grooter dan een elVjjf palmen drie duim v(jf strepende trek paarden niet kleiner dan een el, vijf palmen, vier dui men en niet grooter dan een elzes palmen mogen zijn alles gemeten onder een galg, van den kant van het ijzer der voorhoef, tot op het midden van den schoft. De paarden moeten zijn ruinen of merrien langstaar ten, voorts bruinen, vossen of zwarten; geene bont- witte zullen aangenomen worden, evenseeDs geene klop hengsten. De paarden moeten zijn wel gevormd, geëvenredigd in hunne deelen en sterkmet eenen uitgebouwden schoftbreede borstvier goede beenenvrij van spatten en gallen hooge en harde hoevenkort gekoot goed van gezigt en zonder eenig gebrek aan de oogen hebbenda vooral eeDen goedeD adem en geschikt zijnde voor den dienstwaartoe zij bestemd zijn. Leyden den 29 April 1831. Burgemeester en IVethouders voornoemd, G. de Met. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pui. r* a 2 cu» 9 O ,*w <S,,2-Sg"süS2"g -62 fcXJ S 2 5TS S bc u £®-o "O I u «2 «.Es* o *2 a).*« oj; "V 2 SJ2 O I S-5-5-: SS k "5 E r,,(uuai4arc<unc O C W - 7 -U cJ E l-E Sj *"GS* 3 C b£) tsi O - a> o EcE aT-o"3 J"5 o' S c Si 6,1 2 C G tic s £<u B - O N 3 •m"? - P 5 fl) L CO O •nXh 5,0 Siü'g g S>:S S - ê-S^» H S_-° s a X 00 S 2 00 -T wj-ooS s >5 *2 S§c-§cS"S'ti§ *- <l> .aiMDB?aMOijtLi ca .Cr 2"° ca ïfc'S 00 - S'o u tJ c: .co.o«~ -ua P 2 r- u. a R u t. D -r; CU-O -.5 S---a fe ca.^^3 S a Sa, pj=«i»c3-S>a -FJ m (SJU» 2*14-» a> T3 .2 hSï3'5.I0S'3-£0"S<»£3 «S'Sll^SSgsS^g-gBl c-SCJ .«-a .3 CG'JïiuwiisSS cj> o 2 0 MI md o a b h iu o n a f v a »4i n c flj i £■0 n O C MO O 5 u o Z-s-i'p? g ;®1 <v c sBi S I'S öjg -i - SfS-3 gil s S g s sf a i |-S--° -O 2 0-° at E% "I *Q«SO=u!S»,v««ASa „-•»>« a -5 «.is c 2 d p o 2 u c g p- o» p 0 q a hewEaj^ts^.p-,., a> 2 S«l= 1 s -a clcu g. e o u. »a C U p N O «U-uL, 5 n 3 bs. o »- P. a N G o a» c cu O - o -S j= O o 5 ik *pS"°2'S^-2hii2*S u 5 .s» S a s .S -O 60 a - u>boa> v) e» Z. <u V - *5 G C tifl ®aaoc;ö£g?i®;|-l~|>i -o is J« •°.s s o g «a-S^-S S e- bc--. cu ,a> o u. i C "P E a O O 4) Ü*U 3 ISgo^a 1*5 *5 gf ?tfl3£HO"OONMw5T3i-u i u I u (U u e iU«aj rj'-L,mr</1rt<Ui'OL^nnluï iBSS§3*8S 5ïs«'b M a ééliQ^---a>=oc -_S2 ÏT3 "5-»>-S«J-£g«-T3ga3 S S> m" S'5 S)go S s Sl'S al -"3 J-O .„agO -S Snog &--S pll-S ëaü-"S?il <1* f. O O c* M 3 pt^ si a-^ ft g= S«*l S S sl a-S-Sg s S-2 B W> €U S- N o 2? Str «>2. 0 S B QJ U- 7^ 41 - Cl R tj 4) -5 "3 pj= M O m u -ra V P D ai O C ,£flj;E "2 E'u cubflO-- oSüii =sa~w». s?o.svv„«.j! 3 S SP J= c eg.: s s lm "O 5BS^ ja en g tj m --- o - g S «-S S ITALIË. Rome den 16 April. Den 14 dezer verschenen twee •|tS'S"-SBogIl edicten, als uitkomsten der Congregatie over debe» ig!g)o'S-£>0<u,2g§swl> straffing der opstandelingen en de nietigheid der verrig- a - tingengedurende de onlusten. Het eerste of zooge naamd straf-edikt bestaat nit twaalf artikelen. Art. verordent eene civiele kommissie om over degenen te erkennen, welke de generaal -policie -directie haar bin nen den kortst mogelijken tijd aanwijst, als door han delingen geschriften of beraadslagen der thans in den Kerkdijken Staat geëindigden opstand te hebben veroor zaakt of uitgebreid. 20. Even zoo wordt er eene mili taire kommissie ten opzigte der militairen van alle wapen en degenen die haar door de policey worden aangewe zen, als de omwenteling middels de wapenen te hebben gesticht of verbre'd. 30. De onschendbaarheid der kerken als wijkplaatsen wordt opgeheven. De gees telijken eeuigermaten in art. 1 en 2 begrepeD, wor- \yer volg op den kant van deze blad*.] - I- S tifi u U. u» w S o eS p S"-lu54)iUn<ü4»4C0«Iu04)4) •S 6-24-2 mS-O-O-OO-O-OTJ-O to

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1831 | | pagina 1