s 1 va; alen ieki staj ijl ar va; di corj oit meuj :n. zed landj voll e ege; d z Di ibee nedt D( en et noe. met be- diet lanj hue het der- het ge. De minister van oorlog, de Bourmoritdie het op- pernevelhebberschap over de geheele expeditie voert, neemt zijne vier zoons mede; deze blijven nogtans in dezelfde rangen bij de ^onderscheidene korpsen, waar toe zij behooren, dienen. Indien men dit niet aan eene geheeie verbijstering van zinnen wil toeschrij/enzul len onpartijdig oordeelende hierin, of eene voorbeel- delooze opoffering van zichzelve en zijne kinderen voor zijn vaderland moeten zien; of de blijken moeten er kennen, bij den minister, eener diepe overtuiging van wel berekende kansen en middelen, en, bij den mili tairen aanvoerder, van een edel zelfvertrouwen, een onmisbaar vereischte voor alleanderzins geduchte onderneming. Dat men de berekening der kansen en materiele mid delen ter uitvoering, voor wel berekend mag houden, en des opperbevelhebbers vertrouwen niet als roekeloos te veroordeelen is, staaft de navolgende tijding, welke wij oordeelen hier uit het Journal de Francfort te moeten overnemen. Livornoden isten Maart. Gisteren heeft het Toskaansch gouvernement offici eel aan den koophandel onzer stad bekend gemaakt dat, volgens eene overeenkomst tusschen Engeland, Frankrijk OostenrijkRusland en Pruissen gesloten al de maatregelen stonden te worden genomen ter ver nieling der drie Barbarijsche stacen van Tripoli, Tunis en Algiers, en dat de Verhevene Porte toescemc, dat deze landen worden ingelijfd in de bezirtingèn van den Pacha van Egypte. Er zoude alzoo van al de Barbarijsche staten niets overblijven, dan het Keizerrijk Marokko; en men zal zich kunnen vleiien 1 h' e li r o l o g 1 e. Den 3D Maart is te Karlsruh, na eene ziekte ven eenige dagen, omstreeks i uren in den morgenstond, in het zeven en zestigste jaar zijns ouaerdoms, aan eene zenuwberoerte overleden Lodewyk, regerend Groot hertog van Bade. Dit verlies dompelt de groot.herro gelijke familie in den diepsten rouw, en niet minder zijne getrouwe onderdanenwier geluk deze vorst uit maakte, gedurende eene vaderlijke regering van elf ja ren die als eene regering der orderegevaardigheid en der wetten., In de geschiedenis der volt*»* tr.^ c 0jc C x a 71 cj o *n t* cs <u y oj ai - - -o "o «jj -■ 4j .w O w O - fï - j; i o oj ?i i? - ai o t_ O» r- C. V O ho «j - fao -a o b£ o 'j E bo - g -o s C C J* v 2 cd 3 s'5 O QJ jjj 55 uv.1 unie regevaardigheid en 3 2 S oer wetten in de geschiedenis der volken zal blijven 05 oogeteekend. Zijn broeder de Groothertog Leopold van 5 5 Baden heeft, volgens de grondwet van W eelükf» di en, rin. tui- ja.i tent ma- end e in ers, ond is; de er. len dat jeJ nr. da; re in vleijen de vaart in de Mid- .......u.viic zee te zullen bevrijd zien van alle vreeS, die haar tot nogtoe belemmerde." Hoe hoogst noodzakelijk dit echt Europesctie besluit geworden was, bleek, indien men altoos de berigten der Franscbe dagbladen le Messager des Chambres en le Temps geiooven magnog onlangs uit den overmoed ■van den Algerijnschen zeeroover. Een zendeling van den Dey van Algiers," leest men in dezelve, heeft vóór weinige dagen Parijs ver laten, Hij bepaalde zich met te vragen, dat men aan zijnen meester 3 millioenen betalen zoudezijnde bet overschot eener ten zijnen behoeve gelikwideerde schuld dat zich werkelijk in de consignatie kas van Frankrijk bevond. Onder dien mits, zoude een bniten gewoon gezant door den Dey naar Pariis worden gezondenom alle genoegdoening te geven welke men zoude verlan gen. Men vroeg slechts 500,000 fr. voor de kosten zending. Deze voorslagen zijn van de hand ge in." Dat gewilde overschot eener zoogenaamde ten be. liceve van den Dey gelikwideerde schuld, spruit voort uit eene schikking, met een Algerijnsch huis in Frankrijk gemfFen, middels welke eene vroegere vordering, te gen de recla natiën van kooplieden wegens geroofde schepen, zoude worden vereffend. Er bevonden zich reclamatien waar omtrent men het niet konde eens wor den en er werd bepaald dat het gezameiijke d wezen. zonden" worddeVgeDs\orta;''i„m1Jdd,D Éjff voorlooP'S f.l?u>?i?,Ul/sTis5en. Hl) schreef hierover eenen otibescboften brief aan den Minister der Buitenland- sche zaken van Frankrijk, die het beneden zijne waar digheid achtte, denzelven te beantwoorden. De Dey onderhield toen den Franschen Konsulen droeg hem op deswegens aan zijn hof te schrijven en het was toen de Dey den Konsulter gelegenheid van het ge woonlijk openbare gehoor, naar bet berigt van des- zelfs hof vroeg, op het antwoord van er nog geen te hebben outvangen dat de Dey hem| bij herha ling met zijnen vliegenjager in het aangezigt sloeg en uit zijne tegenwoordigheid verdreef. Regt ter snede voegt hier de slotsom van het ultimatumhetwelke men zegt, dat aan den Algerijn, door het fregat la Cerée, is overgebragt: De Koning van Frankrijk vraagt eene openlijke genoegdoening, en 80 millioenen schadeloos stelling voor de oorlogskosten." En gelijk wij wen- schen hoopen en vertrouwen, zal de expeditie dèn Dey proefondervindelijk bewijzen dat de Fransche natie iiiet tot de klasse der gekorvene diertjes van zijn roof nest behoort.] NEDERLANDEN. Tweede kamer der staten-generaal. Zitting ran Donderdag de\nwten April. Deze zitting waarin men gisteren bepaalde, dat het rapport der centrale afdeeling zoude worden gehoord over de ontwerpen van wet, de rekenkamer en hêt sijndikaat beneffende, heeft geen voortgang kunnen hebben bij gebrek aan een genoegzaam aantal tegenwoordig zijnde leden. De voorzitter verklaart alzoo de vergadering ge scheiden tot Maandag den 15 April. L E Y D E N den 3 April. Kaspar Haüser. Het Dagbald de Hesperus meldt, volgens berigten uit ftutgardt van den 29 Maart: „Men is op het punt van de ai komst van Kaspar Hauser te ontdekken. Zijne moeder zoude eene Hongaarsclie gravin-weduwe wezen die een aanzienlijk vermogen bezit, hetwelk, indien zij kinderen hadop dezelve verstorven was. De eerste onidekking hieromtrent zonde geschied zijn doo,r eenen geestelijken, die, zich in eene herberg bevindende, de zaak zonde hebben hooren verhalen in een naburig ver trek van het zijne. Eene kamenier, thans in dienst van den gtaaf Pheeftop het eerste gerucht, dat er een gerigcelijk verhoor stond te geschieden, deszelfs bescherming komen afsmeken, zeggende, dat deze zaak Ir ar zoude kunnen op het schavot brengen. Men wil, dn de schrik deze vrouw van haar verstand heeft beioofd." bedrag ie] iet eri 1 g- en in. !K nioeuer de Groothertog heeftvolgens de grondwet van het u..v> su- huis en Van het land, de teugels van het bewind aanvaard, en dit den volke bekend gemaakt, bij eene afkondiging, waarin hij het verzekert, de staatsregeling ongeschonden te zullen handhavenen 's lands welpijn onafgebroken, als het dierbaarste voorwerp van alle ziine zorg, te zullen beschouwen; wijders al de amb tenaren in hunne attributen en regten bevestigt. De Groothertog van Hesse-Darmstadt bevindc zich in eenen zorgelijken toestand. Luid het 14de bulletin van den 30 Maart, was den dag tevoren de aanval van de koorts, die tegen den middag ophieldwel op verre na niet zoo hevig en van eenen zoo langen duur ge weest, als den vorigen dag; maar de smnrce, welke Z. K. H. aan den ruggegrasd leed, ten gevolge van het aanhoudend liggen, had in den nacht eene zoo hevige aandoening verwekt, dat men der. noodigen tijd niet lird gehad, om eenen nieuwen aanval van köorts voor re komen; en de zwelling der handen en voeren, door de jicht veroorzaakt, was mede toegenomen. 2 -C QJ 2 3 g s .NO-- g '533 •o g g5 g én c 0 c 0 o S f-i 2 a lü s w far 3 P - 8* :.5 5 3 -SP e 5c J ti, yo w j c «- QJ 1) "S iE? o o S3 if» r: -js 3» •S-gÜo* 2.2 O U - GÜ Hl H - u c 03 i- j= E 2 o O n a a QJ - 'T3ÏJ s N faO Gi Ut n» cl)riuu!:r. - o o -a - s 6 s?-g S 3 S N) MENGELINGEN. Koninkhjk Genootschap van Letterkunde, Te Londen opgerigt den 15 September 1825. De oprigting vkn Maatschappijen en Genootschappen, tot bevordering en uitbreiding van letterkundige en wetenschappelijke beschaving, heelt, sedert de eerste helft der XVlIde eeuw, ongetwijfeld veel bijgedragen om kennis en goeden imaak te doen bloeijen. Het zou welligt der moeite wel waardig zijn, eens opzet telijk te onderzoeken, welken invloed die onderschei den* genootschappen, sedert dien tijd, op de letteren en weren1 o "2 O 11 »|f-slf 2-gJS =-S S fS°P<i;ui2B-§S> H -S o 8 -o e S c Z o 5»._~ .Es,c:£,--c£<LiwN>c:- S'S'a.S'" 2= o e c - o J= 1 bü Q v> N - K OJ -rr a> "O <u c _a coj '-s c2 o aü'a -I e n -5 o o S - V c£ c v. o ,E y 3 «J -a»bD S- S a; -J s .cc' «- "E-0 «et p=-ë 2 g S -D J 0 5 V. a> x aj cj Cu. i en wetenschappen geha'd'hehhe'tf °Pu de u >- fenen. Aanleiding tot deze eedai-h1!»"0^ de" U"°e" i5 September igaVte 1nnJ. or' ecn den welks doel is blorderïTran Zl G,enoo'schaP - of Genera! LiteraturZ?dTU kunde, oudheid en geschiedkunde'- "°or,°ame','k< «»l- heeft. Piet alleen dfor dé f d't genootschap otijae nope. Mn' .ta--*,nsele. geiéer«- genootschappen elders ook het geval Is) bij o.- stukken, van welke men zeggen Ran, dat zij in de daad het gebied der let teren en wetenachappen verruimenmenig ander van geringere waarde gevonden zal worden. De titel dezer verhandelingen is: Transactions of the Royal Society of Literature of the United Kingdom. Vol. I. Part. I. 227 bladz met 20 steendrukplaten. Eene der belangrpste verhandelingen is die van C. Torke en IV. M. Leake, over eenige Egyptische monumen ten in het Britsch Museum, en andere verzamelingen. Men heeft dadelijk moeten erkennen, dat de Egyptische Archaeologie of Oudheidkunde door deze verhandeling (het 16de nnmmer in dit deel) wezenlijk verrijkt is. De monumenten of gedenkteekenen zijn op twaalf ta bellen of schetsen afgebeeld, en naar het Toung-Cham- pollionsche stelsel verklaard, naar dat stelsel, welks grondslagen men steeds meer en meer eenstemmig als gewin, zeker en veilig begint te erkennen, niettegen staande de buitensporige uitbreiding en aan het won derbare grenzende onfeilbaarheid, waarmede het zich van de oevers der Nijl tot herwaarts over, voor de oogen van het verbaasde Europa ontwikkelt, bjj me nig eenen van deszelfa allervroegste vrienden, eene met bedenking vermengde vreugd verwekt, Eene zeer veel dank verdienende toegift zijn de Grieksche opschrif ten uit Egypte enNubië, inzonderheid die, welke reeds vóór dat zij alhier in bet licht verschenen, beroemd geworden warenwelke Bankes eu Salt op het scheen been van een' der Kolossen voor het gróótste rotsge- denkteeken van Ibsambul afgeschreven hadden. En waarvan de zin en beduidenis hierop nederkomt: Daar de Koning Psammeticho naar Elephantine ge- komen was, hebben dit opschrift, zij die met Psam. n meticho gezeild hadden, en tot voorbjj Kerkis (waar- schijnlijk Ibsambul) gekomen zijn, zoo verre de rivier opwaarts voor schepen bevaarbaar is, laten inhouwen. Een vreemdeling Oechepotasimtoeen Egyptenaar Amasis; deze inscriptie vervaardigden Damearchon Amobichosen Pelephosdc- zoon van Ludamos." Hoezeer tot eene volledige beoordeeling dezer in- acriptie een fac simi/e ontbreekt, zoo wordt doch reedi uit deze mededeeiing blijkbaar, dat bij den naam van Koning Psammeticho alhier niet moet gedacht worden aan den stichter der Saitische Dynastie van dien naam. Dit is bewijsbaar uit orthographische en grammaukale gronden, welke de beschouwing dezer inscriptie zeive. aan de hand geeftdochwaarvan de ontwikkeling ons bestek rlhter niet toelaat. De uitgevets hebben niet het volkomenste regt aan eenen nakomeling van den ouden Psamusetichus herinnerd die ook mede dien z. lf- den naam nroeg en zich Konir.g van Egypte uoeuide. Het vervolg op den kant van deze bladz. c 4> e o c 5 2 C O li 0> "O Xi u-Me 7- ~Z <U <1> ÏQ' 'Si w - «J 4» o n «j "u l ~g -O j 2 s .S o v u u a> qj ."5 *3 t f N C E S be - p B-o 5 3 c< c T <u tiD ess (j .Si »a> 5 vj: -v O w 5 S cj 4j "o v 2 4> o OjD E3 S-O 'J» •°-u .«««si ..5 «5 B u 2 5 "H S a S. qj v b «I bc'; 3 qj 2 QJ T3 _S E c ui c, -o Jw *5 V C "Q i D V. CJ .ti s j o o 5 :.e c 1 QJ 3J X Qcs X 2 w -- r Cc n qj <u U qj m qj .s- r *1 tf ^>5 bfjr e C -y Jr c jj c b(r X Ct S 5 iZ* ...u s I - S 41 g-Szi S oj 1513.8 5 O-OS 3 "CTJ Tj U EC C "5 S* S o q> o) *- •c i B S.2 6-3 S-c Es s5 s ÖSÖC-5 "2 s s ST! J "r SS-S-S bX)^ rt «j o x *T3 k. to «j c qj JC C"0 a, J* w :sr- w a j= o •2,qj «n qj "3 qj is qj qj -o o qj ja t3 «u c a» o -r- qj cs si o m c C3 c ■ZZ QJ •O •c-a QJ bt G Zz. QJ x - qj 00 S 5 - 5-lü| "ll b 1 -3 TB 2i u .1 - 'U el O ÏO bo «50 o «s qj 5 5 5 qj-S - o.- ^cV»>cQJaj 2"'C x u 5- Sfs s jï-S2 Ss 2f_ <kj "T3 w 5 L Si X c .E 1 •S Q? j c l. d a> a> jzc qj bc.2 •C a X qj s"S< •S£ c -- 8°i| El (U b c a O QJ u v u O 4, Jk a_c TO X AA O 'SZ w QC"Ï g >-a ti o -£> b£{x3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1830 | | pagina 3