N fl w budmaar ik wilde hebben dat die irotiche spijtige Enge'achen zien zouden, dat mij hunne goudstukken m alleen tot mijne ondernemingen niet konden aan- drijven." De voor deze Brochure geplaatste plaat van Schciïc Ibrahimuit het eerste deel van Burkhardfs reizen nagedrukt, zegt men ciat sprekend gelijkt. De schoone krachtvolle man behoorde tot die gedaantenwelke men niet weder vergeet, wanneer men dezelve eens gezien heeft. Geschiedenis van het Openbaar Onderwus. Bijdragen uit Hamburgs geleerde Instellingen De viering van het Derde Eeuwfeest der Stads.school voor geleerd onderwijs te Hamburghet Joanneumop 24 Mei 1829, heeft een aantal schriften doe i te voor schijn komen, waarvan er twee zijn, welke, voor de geschiedenis van het geleerde Schoolwezen en Onder wijs in het algemeen van gew'gten dus ook voor lezers die geene Hamburgers zijn, belangrijk zijn. Dit Joanneum is verschillend van eene andere instelling van honger onderwijs te Hamburghet Gymnasium genaamd. De viering van dit fee-c werd namelijk aangekondigd door een Latynsch Programma van den Heer Director en Professor Kraft, Praemissa est disput at io de .loannis Bvgenhagii in res scholastieas emendatas meritisp. 87 4to% hlamburgi 1829. Bekend zijn de verdiensten welke zich Bugenhagen Pomuteranusopzigteüjk de na de Reformatie ingevoerde kerkelijke organisatie, op Welke te Hamburg ook de politieke constitutie gebouwd is geworden, verworven had. Maar zijne verdiensten ten cpzigte van het Schoolwezen waren in Hambnrg niet geringerdaar hij na de afschaffing van her St. Johan- ren Klooster het raar hetzelve genoemde Johanneum of Joarneum «lichtte. De Heer Professor Krajjt geeft daarom een beknopt levefisberigt van Bugenhagen Q ge boren 1485, gestorven in Wittenberg 1558). Niet enkel in Hamborg ooit in Bninswyk. Lubeck, Hommeren en Denemarken regelde hij, op verlangen derRegering, het geleerde Schot lwczen. Vervolgens hangt hij een taie reel op van den ellerdigen toestand der scholen m de tijden vóór deReformat e, en vervolgens wordt aangetoond welke de invloed was dten de Reformatie op het On. óeruijs uitoefende, en hoedanig in het bijzonder de groi dstellingen van Bugenhagen bij de door hem getrof fen inngtingen, zoo wel met betrekking tot de plaat sing cn bezoldigingen der Leeraars, als tot de voor werpen en de wijze van onderrigt, in welke nu ook oe klttfitche lettei kunde mede opgenomen Wérd. Bij - zond r leermk i* hier de, ten öeele utvoerige, aan merkingen uit Klefcker's verzameling van Hamburgsrhe wetten, uitgeirokken eigen voorschrift van Bugenhagen in de plaiduitsche taal. betreffende de organisatie oer klassen van het Hamburgsche oanneum. Bugenhagen doet zich in allen deele als een voortreffelijk ir.an voor her werkdadige leven kennen; en die ook niet ligt aan iem?nd een antwoord schuldig bleef. Toen hem de Magistraat van Lubeck in een overdekten wagen met een eeren geleide terug liet brengen, vroeg hem een Öer geleidersj Zeg mij toch eens Heer Doctor, n was de heilige Petrus, op zijne A|ó«cel reizen, ook wel gewoon in zulk een wagen re rijden?'* Mijn zoon, antwoordde Bugenhagenwafineer Petrus tot w zulke vroome en waardige mannen kwam als uwe Heeren in Lubeck zijn, lieten zij hem oók wel in h zulk een* wagen rilden; maar kwam hij tot zulke lompe onbeleefde snaken, ah gij zijl, dan was hij zeker wel genoodzaakt om te voet te moeten gaan." Van eenen wijderen omvang als deze Uitnoodigings- schrijf is het werk van den Heer Professor E Ph. (.oe lm berg Hist or ia Joannei Hamburgemis235 p. in 8vo. De geschiedenis van een zoo beroemd er. oeiaigrijk, sedert drie eeuwen bestaan hebbend gesticht van open baar onderwijs, hetwelk onderscheiden' in de Litera tuur onvergetelijke mannen aan de»zelfs hoofd gesteld zag, is reeds op zich zelve eene gewigtige bijdrage tot de geschiedenis van het openbaar onderwijs in het algemeen, en zulks te meer. Warneer dezelve zoo uitmuntend uitgevoerd is. als deze. De schrijver maaKte daarbij niet slechts gebru k van gedrukte, maar ook van handschriftelijke berigten, die hem deels door den tegenwoordigen eerwaardigen Senior MinisteriiIVillerding deels uit de rijke verzameling van den voormaligen Corrector dchetelirg, door den Heer Professor Lehman medegedeeld zijn. Nadat ook hier de stichting van het Joanneum door Bugenhagen verhaald is, waarbij, CaputVI,' zijne volledige school orde in het Latijn medegedeeld wordt, geeft hij alle de Rectoren, 20 in getal op, wier namen en wapens op het elegar.ee titelblad, een* kring om de beeldtcnis van Bugenhagen vormende, voor oogen gesteld worden. De eerste, Theophiluswerd weldra wegens zieke lijkheid op rust gesteld onder den tweede Delius verscheen in 1537 van de zyde des Scholarchaats eene uitvoerige school.verordening die alhier volledig afge drukt. medegedeeld wordt. Een hoogst leerrijk ge. denkstuk voor der geest der toenmalige tijden! In 1611 w< rd tevens het Joanneum ook het Gymnasium gesticht, en dit geeft den schrijver, in het 13de caput, aanlei- d ng tot het onderzoekQ»onam vinculoJoanneum et Gymnaseum cor.tineri debeam Eene gewigtige vraag dewijl het nut van zulke middelbare instellingen dik- maals in twijfel getrokken wordt. Plaatselijke omstan digheden en behoefte 1 moeten wel daaromtrent het meest beslissen. In Hamburg is het Gymnasium de eeni- ge instelling voor hooger wetenschappelijk onderwijs. Hetzelve was bestemd om de luister der Stad te zijn zoo als het du door zijne greote mannen ook dikmaals geweest is Wat hebben om van vroegere lijtien n et te ptwagen, een Rcimaruseen Biacheen Ebeling riet gepraesteerri Het Joanneum heeft even als s.i t'eie geleerde scholen, ook zip e bioeijer.de en zijne slechte lijden gehad. Deze instellingen waren bestemd dm de hoofdmiddelen te zjjo cot het levendig houden des werenschappe-IJi-n «indie I» handelplaitsen wel eens pleegt te verkwijnen. „Tot de onheilen met welke het loaniteum te wor stelen had ti eh oord et), behalve de geringe inkomsten der Leeraars, en het verval tier school-discipline ook de aanmatigingen der Geestelijkheiddie eenen der ver dienstelijkste Rectoren, Ifuswedel, zeiluit de stad drevenhoewel hb naderhand weder terug geroepen weid. Ook de onëénigbeden der Leeraars onder ei: kander, en de menigte van Privaat-Instituten, werden dikmaals aan het Joanneum zeer nadeeiig. Eenige tref ft lijk e mannen onder de Rectoren werden door eenen vroegtijdiger! dood. zoo als GotfrP'pigrin i68a, of doot ziekelijkheidzoo als Johann Schuine, in 1708 aan het Joanneum o.mrukc. Boven alien muntte nu uit zij" opvolger, een der grootsie Literatoren der nieuwere lijdenHeeren noemt hem den aller grootstendoch dit komt wel wat overdreven voor.) Johannes /fibertui Fabriciuseen groot en geleerd man iodfdaad doch die met onzen G.J.Fossius. ip geene vergelijking kon komen Hoe hpt zij, Fabricius on dervond ook het lot hetwelk ovefal en in alie tijden aan knappe menschen te beurt valt, zoo als reeds Cornelius Napos aangeteekend heeft. De twistzoekende geestelijkheid en de naijver zijner ambtgeu ooten maak. ten aanPabriciut helleven zoo zeer onaangenaamdar hij reeds in 1720 zijn leeraars-ambt aan liet Joanneum vaar wel zeideen enkel Professor aan het Cymnastuw bleef. Zijn niet veel minder beroemde opvolger was Johannes Hubner. Hij was goed en gelukkig ook bragt bij het zoo ver om een schoolfonds te stichten maar hjj ver- tnogt noch de eensgezindheid onder de schoolleeraars noch de discipline onder de leerlingen in stand te hou den en het Joanneum ging al meer en meer achteruit. Hii stierf in 1731. Zijn opvolger was Joh. Samuel Mullerdié meer dan veertig jaren aan het hopfd van dit Instituut gestaan heeft. Hij verwierf dén roem van een zéér uitstekend man te zijn j daar hii de Disciplina Schoiastica wederom herstelde en handhaafdeen zoo werd hu ook de wèderHersceller Juin pet Instituut. Ook komt hem nog de vefdienste toe van de sridhting eener Weduwen has voor leeraars. Nog bit zijn leven werd zijn naamgenoot de Conrector Johann Martin Muller tot zijnen opvolger benoemd hij wt-t het aan zien der school in stand te houden tot op zijn dood 1781. Hem volgde Lichtenstcin op De nu volgende uwen waarin bij het plotselijk ongemeen welig bloeijen des handelsen de daarmede verbonden resultaten ae we tenschappelijke zin in Hamburg geheel verdoofde waren voor het .loanr.eum hoogst ongunstig en er was vol komen behoefte aar. een zoo uitmuntend man als Gurlitt was, die van 1802 tot 1803 aan Het hoold dezer achtbare school stond om het Joanneum weder tot die hoogte ie verhtff-n, gelijk zulks, zoo als algemeen bekend isheelt mogen geschieden. De algemeene erkentenis zijner verdiensten in de stadalwaar hii leefde en werkzaam was, geeft de meest gegronde hoop, dat het door hem gegeven voorbeeld ook voor de toe komst, en ook voor andere plaatsen en landen fuec vruchteloos zal blijven. Als bijvoegsel vindt men eene naamlijst van alle lee'aars, die aan bei Joanneum sedert deszelfs stichting werkzaam zijn eeweesc. Deze Historia Joanne!is in zeer keurig Latijn geschreven eene verdienste die in Duiischaid. en helaas! ook in Nederland, dagelijks zeldzamer wordt. Eenè Duitsche vertaling is er bij-, gevoegd. Hét geheel moge strekken, om ook buiten Hamburg te doen begrijpenhoe belangrijk het is wanneer de Gouvernementen zich de beiangen van het openbaar onuerwijs aantrekken en hoe verderfelijk overal en altijd de invloed de geestelijkheid op bei onderwijs werkt. P 5 S K e i C fi S O c. 3 -e - *j 5 ,y tx e tx e g Sbfi, y c c 2 4> -E C JZ 2 «2:2 »z i£ 7>. S. 2 t-sr S -ötf o 0= vi r S-* a. C >»t> D V i C •+r _f~, «i O c "O w O JJ y i K io-s.? I .tï Sfs. n v J "iJ- i, xi 4>«tr 53 «-.SS ■coce:5 .5,^ g.5?ü- i-H.-a.t! «.g.^ü'S O .5 O 4> "O E t 4x: _c N J ."5 u *,5. c ea ■T-. O-1 r- O) W O D O -g 7. «JU,1 4» AJ js: - «j "O - s. - - o-i, - 2 cs££c!;0^S.i.5. - J2 -- B at Si» t 2 S x -8 'SP- v v .iJi 2 e c u. e 5 "o 2i ■ai. j*~o QJ 4» 'C "O c "O w o» 3 o -O Sfs c v. s c E I Qj C_i fti.— 4J 4_, M 1- c: o O "X C ~JL J* 2 s8-! .8? Sj-ö-ïgs^sSg-S E .S w'E c N - Si ^o"ö.ïcoc-N[;o:i''v 2-VÏ>f« E -VEÜ - i- o o c ^SüS-S-E'al>. s -S Q «??0f=r- E x g o c -O M O ei O a r. gj O t £-° «S--5 W) c 0 o> CL «aC «D 4» Z er. J2 e e o Si e 41 O Z- O F. 7 w S u r» -3 w w «T u u ys i- u «j .r n Ct£ c J= O t: 41 •- A C I - E - E-ÏL. - mN-C s W" - M O •Sci. Stef13 o. r 5 sï oSi"» ^T. cVO^:y-i-»-0 ~z -J F-V. c - CX g tiZ o - ai w- O C o o Tafereïlen uit st. Petersburg. I. Nieuwste Plaatsbeschrijving Voorzeker behoort St. Petersburg heden onder dé hoofdsteden van Europa, welker kepms boven die vari vele anderen in hooge mate belangwekkend is. Het ontbreekt wel niet aan vroegere plaatsbeschiijvingen doch de schier dagelijks toenemende veranderingen en verbeteringenwelke die Rossische Keizer-stad Onder gaat, maken dat de beschrijvingen, hoe snel zich de zelve ook opvolgentelkens onvolledig worden. Het is over hét geheel een eigenaardig kenmerk van onzen leeftijddat de hoofdsteden eu Residentie-plaatsen een zoo spoedigeri en buitengewonen aanwas bekomen, als nimmer bevorens in vroegere tijden. Een natuurlijk gevolg daarvan is, dat bij de groote veranderingen, welke daaruit ontstaan, vroegere beschrijvingen, hoe veel waarde zij ook, voorden tijd, waarin zij verschenen, mogen gehad hebben spoedig tot niet veel meer dan Intiguiteiten geworden Zijn. In Petersburg zeive ont breekt het nog aan eeD' bruikbaren wegwijzer. Hier kwamboven én behalve dé oorzaken welke zjj met andere hoofdsteden gemeen heeft, nog eene bijzondere bij, waardoor de aatiwal en uitbreiding dier stad, in de qongstverloopen tientallen van jaren vermeerderd werd -a» aé groote brand namelijk van Moscou. Hoe ongemeen sedert dat tijdstip de volksmenigte van Petersburg toe- Dam, is nit openbare berigten reeds lang bekend. Het is dus eene ware vervulling in de bejioeftén des oogenbliks welke de tijdgenooten te danken heb ben aan den Domheer Doctor Meyerdie in 1829 bij Nestier te Hamburg I Deel 4S4 tiladz. 8vb. heeft jn het licht cezeveni DA: stellur.gen aas Ruslands Kar er - stad: und ihrei UmgegendbisgrosN-wgo'i odim oliiner 18-8. Tafereelèn uit Rusla d-s Keizerstad en de Laecs reek rondom deze.ve tut Novogorod, in d-'ri z> mi 1 1828." De naam van den -chrijver. die seden zijne Tajereelen uit Italtc Dunte langen aus /ra ten reeos d. ur nu et gc-uiks.iurtige schrtt.ei. beroemd o, levert reeds op z ihzelven bij voorraad eenen voldoenden waarborg dal liiei van ge-.-ne droge beschrijving eu blo'ote optel- JJet vervolg op dc» kant van dcove blüdh.jf b-a E 5 - o Ef c gij'.ï g-a E ïf-ïï E i- 5 g c ÏS "g 2 si - <D 6.-C 5 o £°S e-- fc. nj a SJO O I V V -= - be- - 54»- B* B «j «j z i I bo c E I t'c'fs.s ->-= T. O m w O X» ct Z E Od 4>- g 2' <s> bx O -■SSsS o Eic e 2-S.o.s 5-S S fl, - J- '4» Jé e O «U - -41- 4» 0 0 2* o sn c s 3 0 E o £-w w. - «cc i w o' O-N O O E -r- !C m qj*'" u'4 r, Jr -2 Ë'S - sS-s-s *0 .^4».^ ---,7 u:S.-5 ■■§<0X:M f?» -si s-^.H8i-1ars5«f5 ^ü-ü^"5-2 >-C «Ué'c V e-l- -.»53 - c 0 f, :9"fi .v ïzs 1-1 -tl -o -c-a S 0 o c -C c - i ISli! IlHfiiU? I c 4> S-§! «ti 4J c v. SJ c a> c c «I C w 4) I n f C tx S -c c 5 c i» CX V s c c Ie -tl - k- S( 4» - HJ 3 tl CJll .4*4^ 4z ai o c 7

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1830 | | pagina 3