z El MENGELINGEN. 0 IETS OVER DON CARLOS Prins van Spanje, Fervolg en slot van het laatste Mengelwerk,') Het ambtelooze leven, tot hetwelk zijn vvreede.vader hem veroordeelde, strookte weinig met den geest en de fyaaruheid van den vurigen en eerzucbcigen D n Car Ik. Reeds in 1565 besloot hij derhalve om, even als Don Jean, het Hof te verlaten, en eene reis naar de Nederlanden, zonder verlof zijns vaders, die de Nederlanders haatie, te ondernemen. Hij verzocht zijnen vader om hem de. Landvoogdij over de Neder landen op te.dragen; doch de norsche Philips had vast besloten, zulks te weigeren; en evenwel was die vraag niet ongepast, want bij zijn vertrek nu de Nederlanden had de dwingeland (1559) plegtig beloofdzijnen zoon derwaarts te zullen zenden. (Zie Wage naarFader- land che HistorieFI. Deelbladz39.) De woede van Don Carlos steeg dus ten top, toen hij in 15d>7 vernam, dat Alba tor dien aanzienlijken post verheven was. Men heeft aan Don Carlos groove feiten gelieven te last te leggen en zoo als meermaals geschiedt (want dit is het gewone wapen der tegenwoordige boosheid) hem als de oorzaak zijner eigen rampen willen aange merkt hebben doch of men hierin de waarheid gehul digd dan of men aan vooroordeel toegegeven hebbe verdiend een zeer naauwkeorig en voor hec bestek on zer Mengelingen veel te uitgebreid onderzoek. De tegen Don. Carlos ingebrag-.e beschuldigingen, laten zich tot drie hoofdpunten herleiden I. Zumenspanning wet de OPR0ERIGKN in de Nei-erlanden en in Granada. II. Toeleg op het leven des Konings. III. Minnehandel niet zijne Stiefmoeder Elizabeth Falois. Deze aanklagcen vinden wij onlangs getoetst door den Heer.,/. P. Arend Lector in de Engelsche en Hoogduitsche Letterkunde -te Deventer in een bii A. 1. van den Sigtenhorst U'tgeko- Wn werkje, hl 79 8vo. Hetwelk zeker zeer vele verdiensten heeftdoch waarvan de resultaten verr# fijn van met onze overtuiging en bevindingen overeen te komen. N S. Bij gelegenheid dat het Snrake/ooze Meisje van Portici oneindig dikrnaals ten toonecle gevoerd wordten ieder, die niet van alle kunstgevoel ontbloot isde onvergelijk- lijk f^aaije decoratien van het llollandsche cooncei in Amsterdam en het onovertrefbaar schoone orclies: bewonderthoezeer dan ook bejammerende dat de beste de eenige vare Zangeres van dat tooneel in die Opera tot scemmelooshe-d verwezen is want de stem van haar, die de mimische rol der Sprakelooze vervuld, is te voln.aakt om zich door één gil alleen te doen hooren, dit mag zij gerust aan zulke mededingster over laten welker geheele talent in gillen en oogendraaijen beslaat) en nu ook het Fransche schouwtooneelhoe zeer in materieclc kunst- ontwikkeling minder, maar in zangkunstl op een paar uitzonderingen na, veel voor treffelijke! dan langen tijd herwaarts den Vesuvius en het aan den voet van dien vuurberg gelegen Napels 'en de zee, die de wallen dier stad bespeeld, ten toon spreidtnu heeft ieder den naam van Masaniello in den mond cioch maar weinigen kennen hem anders dan uit de inleiding eener vluchtige tooneel - vertooningja velen weten niet eens dat de beroemde Duitsche schrij ver Meiszner een ziiner uicmuntendste letterkundige werkzaamheden aan de beschrijving van het karakter diens Ephémeren Konings gewijd heeft. Evenwel heb ban thans allen Napels voor hunne oogenen indedaad Napels is waardig bezigtigd te worden. Heeft Delille er niet van gezongen 0 Naples heureux sejour campagnes fortunes De pampresde citronsde myrtes couronnées Que de fois sous les pians O* ar buit es tou jours verts Qui mé lent leur azur au sombre azur des mers J garat uion regard sur ton theatre immense Combien je jouissais Soit que Tonde en sileticc Mo!'cment balat cée et roulant sans efforts D'une frange d'ecu me allait Ceindre ses bords Soit que son vaste sein se gonflait de colère imais d voir le flotcTabord videlégère F av a neer lentement s'allonger et marcher Et boridir tout d coup de roc her en roc her Cet horizon, ce ciel, cette mer turbulente Mon tan*torn bantroulant en montagne cum ante f Enivraient mon etpritmes oreillesmes yeux Et le soir me trouvaient immobile en ces iieux! F Niets, dit verzekeren ooggetuigen kan bekoorlijker, «niets kan schilderachtiger uitgedacht worden dan die bogen van het Littoraledie zamenloopende bij het fort rOeufde gedaante van een hart geven aan de lijnen welke de gebouwen uitmnken, die den zeekant regts en links ten sier.aad verstrekken. De kerken die zich koepelsgewijze verheffen, de huizen zonder daken, welker terassen met heester- en boomgewassen vervuld ei met bloemen opgemaakt, volmaakt gelijken naar tuinen, die in de lucht zweven, en met al het verdere dat wel geschilderd of vertoond maar geenszins be schreven kan worden, aan Napels een onbegrijpelijk levend g en in vele opzigten Oostersch uiterlijk en voorkomen geven. Wanneer men afwaarts komt in de stad, op eene uit gestrektheiddie naauwelijks het zesde gedeelte Van Farijs evenaarc telt Napels viermaal honderd duizend zielen. Napels ismet uitzondering van Amsterdam, raar evenredigheid de ruimte welke die stad beslaat mis .schien de meest bevelkce hoofdstad van Europa. .De Straat van Toledo te Napels is als de Kalverstraat te Amsterdam; wanneer het midden op oen dag is, en alle menschen derwaacs zich dringen, het wemelt er \an menschen en rijtuigen, schitterende equipages en geuceoe karren alles kru.se zich daar door elkander, en de voetganger weet naauwips een uitwesje ce vinden om zijn p^d te vervolgen. In de Cor.ricli welke een soort van zeer naanwe Chai- sen zijn, vineic men veelmaals zesac-ht ja .tien per sonen op velkandcr gepakten wel van verschillende spuinen en geslacht. Monnikken, meisjes, priesters, en soldaten, Sommigen binnen iu geplaatst, andere zittende op de bocmen of staanden achter den.- voer man die onophoudelijk scbreeuwc en mc-t zijn zweep klapcen het paard daarmede onophoudelijk voortdrij vende hetwelk diitmaals. gebrek aan krachten heeft om aan de zweepslagen te gehoorzamen, en die voerlieden hanteren de zweep zo# wild en onbezuisd dat zij menigmaal zoo wel de tweevoeters die getrokken wor den als den viervoeter, die trekt, daann.de treffen,. Het is in waarheid een mirakel, veel grooter dan het vloeibaar worden van het bloed des Heiligen januarius, dat er niet meer ongelukken met aie rijtuigen gebeu ren. Dikrnaals telt men er meer dan hopderd gelijktij dig, alleen in dc straat van Toledo.de langste breed ste en fraaiste van geh.-el Napels, en die wezenlijk met de schoonste hoofdstraren der voornaamste hoofd steden van Europa wedijveren kan. Op de beide zijden dezer straat vindt men eene menigte kleine beweegbare winkeltjes waarop vruchten, en andere eetwaren, en voorts allerlei koopgoederen vei! geboden worden mee-tal door vrouwen, die dikma3ls een of twee kin deren aan de borst hehbeu hangen, terwijl drie of vier andere kinderen 'aan haren schoot spelen, die niet zel den een onaangenaam getier en geschreeuw maken. Bij het gezigt van dien overvloed van góederen en van die overbevolking welke la. gs alle ziicien en in alle figtingen de straten als 'c ware doorstromen ondervindt de beschouwer alles behalve aangename gewaarwordin gen. De Napolitanen hebben schootje regelmatige ge laatstrekken maar niet zeer levendigeigenlijk meer iets Afrikaansch dan Europisch vertponende. Men wil, dar de vriendelijke glimlach le sourire die gaaf, welke aan den mensch bij uitsluiting' boven alle dieren geschonken is, nimmer op hunne lippen zweeft, of hunne wangen vervroljjkend verlevendigt, maar dat.zij daarentegen hunne oogen kunstig zementrekken hetwelk aan hunne aangezigten in plaats van eene soorc van welwillendheid en bevalligheid een onaangename gewaar wording van geveinsdheid en valschheid doet geboren worden. Hoe meer een Napolitaan karig is in het denken des te milder is hij in woordenjJiwe levendigheid bestaat in eene vermenigvuldiging van gebaren, in bet aanhou dend bewegen zijner armendie hij even ais .de Negers bezigt om de armoede der taal aan ce vullen. Maar de gelaatstrekken van den Napolitaan blijven onbewe gelijk en onaandoenlijk te midden der hevigste bewe ging van zijnen geheflen persoon. Met, eene verhevea gestalte en wel gevormde leden, heeic hij echter eenen weeken verwijlden gang, loopt doorgaans niet kromme knieën voorover en met het hoofd gebukt; men zoude zeggen, dat zij cje oogen niet hemelwaarts durven op heffen en als net ware beschaamd zijn over de wonde ren der natuur die hen omringen1. Opent de Napoftaan den mondhet is om de lafste pligtplegmgen en de overdrevenuste betuigingen van verknochtheid, dienst vaardigheid en ootmoedige onderdanigheid uit ce spre ken, die men zich verbeelden kan. Men zoude in verzoeking geraken om hem dan ce zeggen: wel, onge lukkige hebt gij om beleefd te zijn, .geen ander hulp middel dan u zeiven laag en vernederend aan testelLn? Mo t men terugkomen van die ongunstige indrukken die ^>11 den eersten opslag tegen dit volk voorinnemen Is dit volk onwaardig om dit schoone land te bewoner Zou welligt de tegenwoordige Napolitaan van uitheem- schen stam zijn? Dit zijn vragen móeijelijk om te beantwoorden, maar wanneer men "de geschiedenis en de tegenwoordige zeden van dit volit, zijne civilisatie zoo als dezelve thans is, zijne 'gebruiker en politie» gedrag gedeslaat, dan vindt men veelligt de oplossing. s I •Si e o 'O Z> - s ~o 1* K (ÏSÏ^S, -T- •U's a O -a. w ■Q s O <**4 At "31 "5 Ti 3-3 "Sc e 3J> do - S u ~a Z) s- -r: c .y iF -a a» OT3 "5 2- e v- 3 S? 0 c O N fi 'sS G -O C3 l> O iyj r- 3 5 2. V S 5 c w .5 t* Os ui td C 'Z J S o u H. 2 2 j w Z 'O tó Ct VI a O a Q !t n u :si.t o ^2 l Set» •a c 4 ra j- S S Z-S E >c c Z, S x 5 S E 2 c E'^ 1 il t3 .bJiai 5 s O .■;i^snhs"s u Jr O u. --rt JÜ -• V' 0 13 au «v e? T5 R. iy. s c Z c <v N c K ê-S •- c r, u 0 2 ZJ ai E u ï-tJ.: u •- C ce Al" 05 uc e a. o *0 -g »- 8 v N f— S F ÖJ E g a^ o o Jï *5 s-S' a-S •t'p O 5"0«« <U O <u lïXj ^4 I- -G O :s? s 0 -- 's 's i 3 a O O 4> 5» 5 i 5 G 4> Q. o '5c"3 -5 o -c O 1» w 6 E O jj t; O 0 O U. - s - Sc o Cl.-— 'C E Ir, N Q O o t> 3 E E ?d - "O n - o »i Gt a U. T3 G- JZ i* go Se 3 - a, 2 6:3.5 3 MJEX:J2J5 bcZiG:-a^= -.'-a ra O 41 41 iè. g G 1> 5> ^5 a, C J- O O - O 1> tj; «II 5 c zj 2i c 5 31^ '3 S K .Eïoï. '5 g •- a! jr VSC0- - u - i< i u '-■a 8 "■5 -c <u y a c c ZJ ra "T3 3 T3 O 3 f O o c. *- cJ E <t> "O E c: •- S öi a B B ws «J c 'i HERCULANUM eh PORTICI. Scilicet et tempus veniet cum f tubus illii Agr ico lair.curvo ter ram molitüs aratro Excesa iuveniet scabra rubigine pi la A ut gravibus rost ris gale as pulsabit inanet Et effossis grandia mirabitur ossa sepulcris, VlEGILIUS. Het wa« ee,n landbouwer die, met zijnen ploegkouter op het kapiteel eener zuil stotende, het eersc 111 1689 de stad lierculanum wedervo. d; maar er verliepen nog wel tachtig jaren, onder d*1 regering van Karei lil eer dat men een begin maakte met het doen van op delvingen. Twee steden, de eene boven dé pudere; ziedaar het verschijnsel hetwelk Portici en 'erculdmiw ter beschouwing a'anb.edep: de eerste is als het ware de bovenste verdieping der tweede. Sé'dert de uitbar sting van den berg Vesuviusin het 79-.ee jaar onzer jaartelling, tijdens de regering van Titusslaapt bec Herculanum met al deszelfs oudheden in de ingewan den der aarde; want uithollingen (excavatieswelke men daarin heeft aangebragt, zijn zoo ©.merkbaar, dat zij den langen slaap dezer weleer zoo schoone als bloeijende stad nog niet kunnen storen. Santo Domingoin zijne Tab lelt es Napolitaines7 egt, dat de SoMvcreinen eenen verregaande ijver hebben om de zaken hunner onderdanen te doorzoeken; (/ff Sonverains ont un zèle extréme pour jouiller dam les poches. des peuplesmaar als het er op aan komt om de aarde te doorzoeken, die schatten van wetenschap- pelijke kunstkennis bevat en weiker opdelving' hét'ge bied van het rijk der gedachten zoude uitbreide-u ,3 dan. leggen de Herders der volken grooce lusteloosheid aan; den dag; (dit moge elders met eenigen schijn 'gelegd kunnen woiden, in Nederland zijn spreüei dé béwtizen, vat) bet tegendeel vooras» cien.Het is als vreesden het vervolg ic éen vau deze biaaz.) ra e E ce-5' S - :g E ^"5 m N >u c5 ra u. O 6 ?.Hx "O u s •5 tx c n tc <u I <D ZJ «v M 3 £.2 "O s O N Cu ra O C I 5 s :s -c c O rr. <u o <U v £2-5 s 0 c aSs-l; s "3. c W) c KA OJ be o g 0 5 ^"c <v 5 ta: 5 u ■C - K-T3 «Ta-O ."2 E'JJ- "V - 'JT C O -O 2 CJ G G m o fa .E. o -ad N C CJ r V O a o -o -O -g 5 s X3 ra e G - >00 u G <U oj J= C c s - O cj s: i - Gr K OJ ra O -t«3 O».- •o S -U'*c slat G 0> 3 H a.-"2 v- C G o o ra <w E r"u r 4> O O S S? Si hcj= "G 5 e C C bo - .E,"E S'^ 3 w 5 3 C 7 -T3 1' tac c - e Sj ^51 SE K. .r -T3 O - AS S n U." 2 G - bc K. •- 1' -OJ- =- bc - «J C - D 4» <U 5 *- i_ 43 M IsHio - n-~2 a> o »an o; ic E -ON c 3 fi =1 s - r, U «I U - e c ju ra OLJ Ai -O k. t>C^2 5 e3 V -rT*5 I g- aC oj *a <o r a o 1— ws o lm ZJ OJ 4J "O «j JC i g '3* 7 J S d ie C o o y zj. - "i 2i O - «j ■«- -a Ou o, 3 »- k. j J-- O,-- w CJ S "=■3 oï c °"o y o ;g a -. "-S- =f V O 'S EB 3 0 c 15 5^.4^5 «V. O n 5» O •ti.."3 -r". oj *5 o»-. 2*11_ je n£ g f: B o o" ts5i4"05ll8of, g'K S'- if S j=. o c bp e 3 w 0 S*v M CC u i O o fSS 5-tr-l ^1 S

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1829 | | pagina 3