re a
c
Eenige tieke oBciereo (fa «e Tooia» erafefcetiM.
B'i bun|vertrek begonnen de ziekten in hevigheid te
verminderen. Het eerste konvooi der expeditie van
Morea, wordt tnsschen den ao. en 30.'te Toulon ver
wachthet bestaat uit 1100 zjeken. In bet geheel,
denkt men, dat het contingent troepen, die op dit
«ogenblik uit Morel terug komen, 5000 man bedra
gen zal.
Een brief uit Rio-laneiro, van den 37 november,
meldt, aat de troepen van Buenos-Ayrerbij het ont
nomen van het braziliaansch grondgebiedniet naar
hunne haardsteden zullen tertigkeeren maar naar Paragay
trekken om er den dwingeland Francis 111 te verdrij
ven en dien ten gevolge den ongelukkigen Bo/npland
tan zijn vad-rlsnd terug te geven.
Den 21 jannarij. De graaf dc la Ferronnayt, mi
nister van buitepiandsche zaken, is dezen morgen ten
10 ure noarjNtcy vertrokken. 7.. Exc. is vergezeld
van jonkvrouwe de la Ferronnayt en twee leden van
Zijn geslacht.
NEDERLANDEN.
BRUSSEL den 33 jannarij. De Tweede Kamer der
Staten-Genetaal is vergaderd geweest ten getale van
58 leden en dus twee boven de strikte meerderheid
om te kunnen besluiten. In deze vergadering is eene
Koningrijke boodschap ontvangen benevens twee ont
werpen van wetwegens de geregielijke indeeling van
de provinciën Luik en Henegouwenin plaatse der
genenwaarmede de Kamer vermeend heeft zich niet
te kunnen voegen. Het derde voor de indeeling van
Westvlaanderen in plaats van het vorige in te zenden
wordt eerstdaags verwacht.
Een tweede boodschap vanwege Z. M. ingezonden,
brengt onder de oogen van Hun Ed. Mog. eene nieuwe
afgezonderde redactie dier artikelen van de op den
3 october voorgedragene transitoire wet, welke betrek
king hebben tot het overgaan van de thans bestaande
tot de nieuwe wet- ordeuit consideratie voor de ge
maakte aanmerkingen van sommige der afdeelingen dat
de bepalingen, tot het gemelde overgaan betrekkelijk,
niet konden worden aangemerkt als tot het transitoire
zegt te behooren,
Z. M. verklaart tevens met genoegen van deze gele
genheid gebruik te maken, om de Kamer ie kunnen
becigten dat van zijnent wege maatregelen zijn geno
men oin zonder de aanneming van het wetboek van
atrafregtaf te wachten, en in het vertrouwen dat de
wet vobr de strafvordering nog in deze zitting zal
kunnen worden tot stand gebragtde wetboeken voor
het burgerliik regt, voor flen koophandel en voor de
burgerlijke regispleging alsmede de wet op do zamen-
«telling van de regterlijke magt en het beleid der justi
tie, op den eersten janurarij 1830 in te voeren en in
werking te brengen 1 en dat de noodiee bevelen zijn
gegevenom al wat deze voor Nederland zoo gewig
tige gebeurtenis moet voorafgaan, voor te bereiden,
met bijvoeging, dat, zoo het tijdstip der aanneming
van het thans in deliberatie zijnde wetboek van straf
vordering de invoering op den bestemden termijn mogt
verhinderen deze invoering van de aangenomene wet
boeken in alle geval binnen de acht maanden volgende
op de aanneming van de eerstgenoemde voordragezal
kunnen plaats hebben.
Een boodschap der Eerste Kamer meldt de aanne
ming van aan dezelve medegedeelde ontwerpen van
wet, welke bij de Tweede Kamer waren goedgekeurd
geworden.
Een aantal verzoekschriften meerendeeis betrekking
hebbende tot de belastingenzijn naar de commissie
verzonden en heeft deze commissie", bij monde van
<rer heer Schonereldrapport uitgebragt op eenige
pennenreeus vroeger aan de Kamer ingediend
als, onder andere, van bierbrouwers van Rotterdam,
Dordrecht, BreukelenMaarten, enz. tegen eenige
verhnoging van belasting op het bieren de beide
petitiën zullen worden gedrukt en ter griffie nederge-
legd; van zontzieders van Luik, insgelijks gerigt tegen
eenige verhooging van belasting op het zout.
De heer de Brouckert heeft, als lid der commissie,
voorgesteld om eene petitie van inwoners van Rous-
selare Westvlaanderen tot intrekking van de veror
deningen van 1815ter griffie neder te leggen, en
heeft al* lid der Kamer, nog eens over dat onderwerp
uitgeweid- Hij heeft zich bij die gelegenheid beklaagd
over bet misbruik hetwelknaar zijn inzien in de
.lsarste tijden van deze besluiten is gemaakt. Mi) heeft
hevig gesproken tegen sommige ambtenaren van het
openbaar ministerie en vermeend dat dezelve zich niet
alleen beleedigingen zouden hebben veroorloofd tegen
h. schuldigden maar ook tegen leden der Kamer. Hij
heeft zich tevens beklaagd over aanvallen van de zijde
van bladenwelke hij vermeendedat onder den in
vloed van het ministerie worden geschreven, en heeft
geëindigdmet zijn verlangen te kepnen te geven dat
dergelijke misbruiken, onder betere wetten en betere
regierliike instellingen mogten ophouden.
De heer Surlet de Choquier heeft nog gesproken over
de beraadslaging van maart 1818, als wanneer eene wet
toi stand is gebragtweljte moest strekken tot vervan
ging van de verordeningen van 1815 en heeft beweerd,
ua: de Kamer destijds kwalijk is ingelicht geworden.
Ook hij vermeende, det, met de invoering van nieuwe
Instellingen, de regterlijke magt eene onafhankelijkheid
zoude erlangen welke de grondwettige orde van zaken
ter waarborg moest verstrekken.
Ook dit verzoekschrift is ter griffie nedergelegd, en
zal worden gedrnkt. Dergeljjk besluit is mede geno-
wen betrekkelijk eene gelijke petitie uit Verviers, en
de bijeenkomst is, zonder bepaald adjournementge
veheiden.
LEYDEN den 15 januarij. Bij besluit van Z. M.
van den 16 dezer, is de Wel - Encl Gestrenge Heer
Mr. L. DOZY lid van de Regtbank van Eersten
Amleg alhierbenoemd tot Presidentin plaats van
veulen den Wel - Edel Gestrengen Heer Mr, O. van
UaLTERKN vak vtizkzt en Sluipwijk,
MENGELINGEN.
RUSLAND
in het midden der XVIIde eeuw.
Wanneer men elders wetenschap en verlichting tegets-
werkt, dan i> het voorzeker eene troostrijke gedachte
dar in een Riik: hetwelk eerst sedert honderd of hon
derd en vijftig jaar zich uit een poel der barbaarseh-
heid naar boven geworsteld heeftdoor-de santienliik-
sten des landa schatten, noch moeite gespiard worden',
om alle soort van wetenschappelijke onderzoekingen te
bevorderen, Dit is het gevai in Rusland, «n behalve
zoo vele andere bewijzen d,e voor deze stelling bestaan
is er weder een nieuw aanwezig, in het ten verleden
jare door den druk te Petersburg algemeen gemaakte
werk van .iurnstinPrijhecr van Meyerberg en zijne
reis naar Ruslandhenevens eene door hem op 'die
re'» j» w'eeg gebragte verzameling van beschouwingen,
gebruiken, beelden, enz.; door Fredeuk .Idelnng. 'Kei
zerlijk-Russische werkelijkeh Staatsraad en Ridder; te
Petersburg, 1827, 338 bladz. 8vo.herévens een At.
las in het grootste folioformaat, met 64 gelithogra-
phieerde bladen.
Dit werk. voor den toestand van Rusland in het
midden der XVIIde eeuwzoo bijzonder leerrijkheeft
het publiek te danken aan de onbegrensde milddadig
heid van den voor kunst en wetenschap on Vermoeiden
Rijks-Kanselier Graaf Rotnanzowhoezeer hij de vol-
tooijing van hetzelve niet beleefde, welke eerst door
zijnen mei hem gelijkgezinden broederden Graaf Sergei
Petrowitsch, tot stand kwam. De Vrijheer van Meyer-
berg (bevorens von Meyern genaamd stond in dienst
vin Keizer Leo otd I. 'en werd door dezen veelvuldig
in gezantschappen gebruikt. Hiertoe behoor ook dat
naar Moskou aan den Czaar /Hezei Michailovitschin
de jaren 1661 en 1662, waarvan her doel was: de
bijlegging van de geschillen en den teenmaligen oorlog
tusschen Rusland en Puien, waarvan de oneenrgheden
over de Kozakken de aanleiding en het onderwerp
uitmaakten, welk gezantschap echter deszelfs doel niet
bereikte. Eene Latijusche beschrijving zijner reisdie
ook in het Fransch vertaald, maar die zeer zeldzaam
verkrijgbaar geworden is, gaf Meyerbergzelfs zonder
jaartalwaarschijnlijk in 1679 uit. Meyerberg had
echter in zijn gevolg, een' goeden teekenaar, met
name Storn of Stornodie van alle merkwaardigheden
teskeningen vervaardigde. Daaruit ontstond eene ver
zameling, welke op de Koninklijke Dresdensche Boe
kerij bewaard wordt. De Rijks Kanselier verkreeg
het verlof om dezelve te laten afschrijven, om door
steendruk te laren bekend malteu. Dit geschiedde,
en de uitgave werd nu aan den Heer Staatsraad ide-
lung opgedragen; die zich van dezen last op de
roemrijkste wijze gekweten heeft. Hij geeft:
I. Eenige berigten over Meyerbergs persoon; ge
boren 1611 en gestorven In 1668 te Weenen, alwaar
hei grafschrift in de St. Michaels-kerk de hoofdbron is.'
II. De reis van Meyerberg en het staatkundig doel
derzelve. Hetzelfde als lneiboven reeds met een paar
woorden aangeduid is. De reis ging over Silesien,
Prtiitsen en Koerland; om van Polen niet te spreken.
'III. Verblijf en onderhandelingen te Moskan. Hier
worden de outvangst en onderhandelingen iii dne hoofd
stukken beschreven met'naanwkeurigheid.cn deze beschrij
ving verdient wel vergeleken te worden met die,
welke onze verdienstvollé landgenoot de Heer Scheltema
van gelijksoortige plegtigheder. in zijn werk over Rus
land en de Nederlanden in het Eerste Deel gegeven
heeft. Inderdaad deze afoeeling vtin dit werk is'hoogst
belangrijk om de toenmalige gesteldheid van het Rui'
sische hof en den gezeihgen toestand aldaar te. dien
wortjen de ontvangsten .onderhandelingen in die hoofd-
tijde re leeren kennen. Wanneer iemand uit dat ge
zantschap 'ziek -werd vo id- men in die hoofdstad geen'
geneesheer, behalve de..drie lüfartzen van den Czaai,
De onderhandelingen dié het hoofddoel der gezant-
schaps waren, konden geen gevolg hebben, om dat
Koning Johann Casemir van Polen te fier was om
eene Oostenrijksche tusschenkomst of bemiddeling ie
willen aannemen óf dulden.
IV. Meyctberg's reuberigtte weten: slechts letter*,
kundige berigten over zijnen persoon en betrekkingen.
Want het officieele rapportdoor hem aan den Keizer
ingeleverd, ligt nog bij de. Keizerlijke aroniven.
V. Ophelderingen of toelichtingen tot Meyerbergs
reis betrekkelijk.
VI. Een heiangriik bijvoegsel; namelijk: een uittrek
sel uit Engeibtrt h'imp/ers zoo wordt hij daar ge
noemdDiarium ot dagboek, 1683, van Moskou naar
Astrakan. Het Manuscript behoori tot die, welke Hans
Slo ne eens gekocht heeft, en ligt alzoo in het Brii-
ache Museum bewaard. 1
Hier zag het de Heer Staatsraad Adelung in het jaar
1814. en naauwlijks had hij den Graaf Rotnanzow be-
rigt daarvan gegeven; toen deze dadelijk eene kopie
daarvan liet nemen. Hieruit is een hoofdstuk de reis
van Torstrok, in de oramestreken van Twer naar Mos-
kow, onveranderd afgedrukt. Dit stuk is half in net
Hoogduitsch, half in het Latiin geschreven, naar mate
dat aan Kdmpfer de eene of de -andere dier uien in
de pen kwam. Hoogstbelangwekkend ia zijne schilde
ring der beide jongere Czaren (Czarowitzer) Ivan en
Peter. Iran, de oudste, zat sehier zonder bewe-
ging met nedergeslagen oogeo, en deze nog meestal
met de slaapmuts, die hu daarover trok, bedekt,
"7»
Om
-
m "S 2 -
O 0 o O i
»a T E O 6»,
u n (j a o
"-"Sa. Q
S b7=
5 - jI
- d5 -o *3
"-•SiS-ö-g *s
Z 0 "O
5*2
O
«2
C e'-c «JE- 2
-- „-a -c 5
f= O -= 2 -5^
<D obf 5
c *5 e 2 u
•n -G «1 R->
a-* t O (I V,
g rt O n
2 .2
m.S S o "R K a'5? o S-
/-r t< fj - utji-i)n,, o®
c 2 N t c -2 C
e- s. J* «S "O -S* O r-
«c - 'j - T3ocr,M ar-ji5ï
wc y.
c*Cr.ÏR3 w
S ol s "-Ï 5 z~?>
g jo O M| O B r, -E -a ru
CL 'c "O 08hi *-«s
V. -4^'^
y i
S5i.
gr'-
o> bf'jc»
CJ gj
N bfi bC O -c
4) e
u o
J= C C C U - I
2^3 C O C 9 j F
Sot|s.E"*-ï
5 C (U 3 N
'.N u c 5.E E
■g 2
fX I
CJ
-c
W M M
J72
Kg 2 C
r o c?
GUJ«
IV) V t- -G —1
c 0-5-
Cj U
C ua t»C"L
V v S n
e
<v
e c
O -
CJ
E-=
CJ
'I?
gü
s
v 2
n
*r m
O-S JU O 01
O -- :D «J NJ
JZ s- "O C CJ
At O cc *0 C T3
CJ
•YJ C
U ll V
re
«e cm.
T\ «-•
CJ
"O ;^t!cit)j5N>
Zi C
s-«
"=<U 1 U Nj u 3 81
c O J- o
■si"gSl'o" a—-
CJ
M
«J (ifl as
W -T5 "O C> ft|
- c
t "tj se P
tii
H
S CJ CJ ré iH. 5*'
-=vw"'-a"P,-c 2
'O g II s
2"° SrS-gSP
U3."'
7.
O
ja* bC
s
g E jni Cd '3 3 5
O 2' a
e"£ 2 -u -2 1At CJ-
o
c*"? c Ï5 'i - ^2
Sl'-. -"eKOoö§
J.-" -5
x c
r-
CJ 2b
CJ B
CJ U 1
ïl "E1
c O
K-srcvoa,!-1-w-cw.
- O o o «J W X
3 n o cj q
Sr iL c
bL e
"EJiu
S'
cj
Z
e
j s s
-c
r. 11 -= t Z
Sr -
O'
1
C f
O o c p, N roe A-T3
►-> S «I 11^
€j m£ *jt e
v, ö- o -5 cj *f* 'jz '5 cj
O >d u C
d u C B C 5; tj} CJ CJ
Cj e; TI '.H. K _*o
«Cv -C - rT 51
:s»-»b cj c c r~ u - -
25
.s s--\-;.5S'
J5 2'--^ J i aclls Sl
■UZIOVC^ÏJÏ' S s O g
2z* r „«.-s e-°-
CQ lr c S a tüi 'B £3-
L U t <2 CLOCJCJai;^!
I K
"i st! s.c!I;p.«*-sr
3 s -b o-o. - o -c s-o.'c
De jongste Petermet opgerigten hooide, vtij en e 8-o: ~C n
open gelaat, nam zijne wondere schoonheid door m n,2 fö ig tt-js-si
aangename gebaarden met bet purper des altijd Ie-
vendigen bloeds, hetwelk hein bij aan- en toespraak
steeds tot onder de oogen klom, bij alle om- en
bi) siaatiden, steeds zoodanig voorzich in en boeide
alie zoodanig aan zich, dat, wanneer die Vorsi eene
jonkvrouw uil de mind.re standen, ea niet Keizer-
l^ite of fCofnrHlile Prtusesser, n ziji e tegecwooï-
jticc verruig tg> dem kant- vu» desa blaat,.p.