I i j^n gediend om de Europeeiche oppermagt meer en meer te vettigen. Het aantal der Indische hulptroepen werd den i Mei op 10,000 man begroot. Men vleide zich, dat de b vredigmg in den loop van 1829 zoude zijn tot stand gebragt. Den 14 dezer is het nieuw dok der Stad Gent onder klokkengelui geopend', en liepen onder ar.deren, de Engelsche schepen de He/en met 829 ton vlaszaat, Frcdrika en Paulinabeiden niet zout beladen, onder het levendigts vreugdegejuich binnen. LEYDEN den 20 December. Kr ij gs - berigten. Uit Brody schrijft men den 12 November dat er te Krajowa 4000 man nieuwe troepen aangekomen waren om het korps van den Generaal Geismar te versterken. Het grootste gedeelte van het legerkorps van Silistria jou den winter in de Vorstendommen doorbrengen. Te Odessa werd om oe gevaren der stormen op de Zwarte Zee te vermijden, eene soort van kustvaart ingerigt, ten einde de door Russische troepen bezette plaatsen van Turkijemet leeftogt te voorzien. Van daar meldt men, den 15 November, dat er in die dagen een transport van 6,800 Turksche krijgsgevangenen uit Varnanabij Satonnovaover den Donau waren ge voerd. Uit Semlin berigt men, den 29 Novem. berdat, volgens tijdingen uit Widdin de Groot- Vizier zich met al zijne magt naar den kant van Varna had gerigt, en reeds eene stelling genomen. Hoezeer dit nieuws bevestiging behoefde, werd het nogcans aan hec hotel van den Pacha van Belgrade ge- loofd. Daartegen zoude, volgens de berigten uit Mol davië, het Russisch korps van Schumla in de orame- streken van Varna zijn aangekomen; maar ook dit ge lucht vereischte bevestiging. De Correspondent van Hamburg deelt mede, dat er volgens bijzondere brie- Ven, uit Petersburg te Berlijn ontvangen, een gerucht liep, van 's Keizers Niko/aas vertrek naar het leger. Uit Smyrna meldt men tien 18 September, dat, vol gens berigten van schepen uit de Dardanellen komende, de blokade toen nog geen stand greep. Alle wel onderrigte lieden te Smyrna dachten, dat zij, gestreng gehouden wordende, Konstantlnopole zeer schadelijk zoude zijn, daarAzie, uithoofde van der Turken traag heid. zoo weinig koorn oplevert, dat hetTurk'Ch Gou vernement zelve in 1814 den uitvoer daarvan naar hare eigene eilanden in den Archipel verboden heeft, en men dus uit hetzelve onmogelijk in de benoodigdheid der hoofdstad voorzien kon. Te Weenen beweerde men, den 7 December, dat de Graven Paskewitch eri DiebiP.ch naar Petersburg waren opontbodenwaaruit men besloot, dat men voornemens was, den eerstge- melden een gewigtig opperbevelhebberschap in Hec Emropisch Russisch leger voor den toekomscigen veld- togt op te dragen. De Fransche Gezant de Guille- minot beefc den Heer Fernetti, gewezen Consul te Canea op Kandia, verzocht zich vandaar te verwijderen, ten einde den Turken duidelijk te toonen al den afschuw, welken de plaats gehad hebbende slachting bij de drie verbondene Gezanten verwekt had. De Admiraals wa ren verzocht, de noodige maatregelen te nemen, om verder dergelijke gruwelen voor te komen. De En gelsche Admiraal zou zich naar Canea begeven, ten einde een wapenstilstand tusschen de Turken en de Grieken daar te stellen. Op dit oogenblik vocht men aldaar niet, en schenen de Grieken bevel te hebben ontvangen, om zich tot het behouden hunner stellin gen te bepalen. Volgens de Engelsche papieren van den 13 December, zoude Kandia door de Engelsche troepen worden bezet, van welke zich werkelijk een groot aantal op de Ionische eilanden bevinden. MENGELINGEN. JAPANSCHE TAAL E N LETTERKUNDE. Vervolg en slot van het laatste Mengelwerk. De Heef Siebold heeft deze werken alle ter zijner beschikking gehad en dezelve met de allermeeste naauw- gezetheid geraadpleegd. In de voorrede of voorloopige aanmerkingen begint Zijn Ed. met te zeggen, dat het hem zeer duidelijk gebleken was hoe onmogelijk het zij, om zonder kennis der op de Japansche eilanden gebruikelijke taal iets goeds of geloofwaardigs té leve ren hetzij betrekkelijk de zoo bijzonder wetenswaar dige geschiedenis van dit volk of beter, om eenige we tenschappelijke kundigheden in de natuurlijke historie- of natuurkunde van dit merkwaardige land zelve te kunnen erlangen of aan anderen mede te deelen, weshalve hij dan ook zoodra niet op Japan was aangelandof hij hield zich met inspanning van alle krachten onvermoeid bezig om de regte uitspraak, de ware spalling, en de Etijmologie der Japansche taaizoo veel als mógelijk te leeren doorgronden. Een moeijelijk werk voorwaar, zegt hijvan hetwelk ik mij ligtelijk zoude hebben kunnen laten afschrikken, zoo niet het gewigtige en belangrijke der zaak, mijnen geest dagelijks als met nieuwe prikkels opgewakkerd had. Want boe dieper hij doordrong in dé Japansche letterkunde, des te dui delijker begon hijbij het vermeerderen zijner kennis in de beginselen dier taalte begrijpen welke heerlijke vruchten van deze letteroefening zouden te plukken zijn. Hij zag toch, dat zelfs die Reisbeschrijverswier gezag nog het meest geldig isveelzijdig dwaalden dan eens aangaande da letterteekenen of het schrift thans 111 Japan gebruikelijk, dan weder met opzigt'toc den oorsprong der taai zelveterwijl de een allerlei onge rijmdheden verhaalde nopens de verwantschap der Japan sche met de overige- Aziatische talen, een ander daar entegen de meest wonderspreukige verhalen doet, be trek kelp de sijntaxis dier taal. Ai hetwelk den Heer vón .Heboid bijzonder aangemoedigd Heef- - nm dit alles door-e.gen onderzoek te leeren kennen en hfonrdccleu, Maar aangezien hij al spoedig begreepdat hiertoe gecne geringe mate van kennis verelschc. werd, niet slechts van de Japansche maar ook van de snderé .in dien ArchU pel gebruikelijke talen zoo heeft hij eenige japanneu geraadpleegd die niet slechts in hunne eigen' taal zepr bedreven waren, maar die ook .de Chineesche en ar.dere talen van naburige volken door en door ver stonden en onder dezen vooral een man die ook iq de meeste Europesche talen bijzonder bedreven, en 'n het algemeen met zulke uitstekende kundigheden be gaafd was, dat men hem ook iq andere landen, in de rij der grooce geleerden eene plaats zoude geven doch dien hij niec durft noemen (om de gestrengheid der Japansche Rijkswetten die alie dergelijke mededee- lingen scipcelijk verbieden), en wiens gemeenzame om gang en vriendschap hij had verworven en daardoor hoezeer met vee! zorg en gevaarde noodige hulpmid delen had weten te bekomen om dit zijn Kort - Begrip der Japansche taalkunde te vervaardigen. De Heer von Siebolddie zijne geleerde Verhandeling geschreven en gedagteekend heeft uit zijn Museum op hec eiland Dezima bij Nagazaki zegtdat hij door eigen onderzoek bevonden heefchoe zelfs de n^eest beroemde schrijvers gedurig in misyattingen vervallen zijndan eens met opzigc tot de letterteekenen die thans in Japan in- gebruik zijn dan weder betrekkelijk dq verwantschap der Japansche met de andere Aziatische telendan ook eindelijk wanneer zij over de buitengemeene syntaxis dier verwonderlyke taai handelen. Alle deze onderwerpen hebben een wijd veld geopend voor de geleerde onderzoe kingen van den Heer von Siebold. Waartoe hij geene moeite of vlijt gespaard heeften daar hij al ras be greep, dat hiertoe eene meer dan gewone kennis der Japansche taal vereischt wordt en daarbij ook van de overige talen welke in dien Archipel gesproken wor den zoo heeft hij gewis zeer wel gedaan dat hij zich door de kundigsce mannen van dat Rijk hééft doen voorlichten. Het Japansche Alphabeth bestaat uit 47 letters, welke door cweederiei soort vkn letterteekenen aangeduid wor den waarvan de eene mannelijkde andere vrouwelijk genoema wordendie van de eerste soorc worden ge naamd Katakanadie van de laatste soort Hirakana Jamaiokana en Manjookana, en hebben naar aanleiding dier benamingenonderscheidene gedaanten. Deze lètcerteekeuén 'nu worden perpendiculair geschreven in kolommen van de regeer- naar de linkerhand, coeen mee een penseel uit riet en haartjes van een hert somtijds ook van een haas gemaakt, en de inkt, diezjj gebruiken is de teeken-inkt of zoogenaamde Oost-In dische. De Japansche inkc, zegt de Heer von Siebold, schijnt op dezelfde manier zaamgesteld en vervaardigd te wof-den ais de Chineesche, evenwel erkent de even-, genoemde Heer dat het hem nog niet had mogen ge lukken om de eigenlijke manier dier vervaardiging met volkomen juistheid te kunnen ontdekken. De beide bo venvermelde lettersoorten schijnen uit China afkomstig. De oorspronkelijke teekenen Manjookana zijp zuiver Chineesche, door Chinezen uitgesproken, hebben zij ook dezelfde klanken die zij in hec Japansche Alphabeth. voorstellen, maar hec is er zoo verre af, dat zij bij dé Chinezen als letters aangemerkt wordendat zij vee) meer als zakelijke teekenen of beeldendat is, die noch letters r.och woorden zijn maar die zaken en denk beelden uitdrukken beschouwd worden. Hetwelk dan ook de reden is dat, wanneer Chinezen die teekeni in het Japansch Alphabeth lezen zij wel den klank of het geluid der Japansche woorden uitsprakendoch geenszins den zin welke die woorden {ft het Japansch hebbenaan zulke Chinesche Jezers kenbaar maken. Doch dewijl die teekenen, welke allereerst uit het Chineesch overgenomen zijn zeer ingewikkeld en za. mengesteld en moeijelijk waren om geschreven te wor den heeft men dezelve allengs meer en meer begonnen te vereenvoudigen, en Zoo ziin dan de teekens die Ja- matokana heecen reeds van «hinderen omvang gewor den, die welke Hirokana genaamd zijnal weder meer verkorten eindelijk diewelke onder de benaming van Katakana bekend staan, zijn He allereenvoudigste, en heeft het meest .overeenkomst met gewoon schrift. Wat den tijd betreft wanneer die karakters allereerst uit China naar Japan zijn overgebragf., houdt de Heer van Siebold het daarvoor, dat dezelve door Volkplatj. ters die wel, volgens de Japansche jaarboeken, onge veer 209 jaar voor Chrissus en vojgens de Chjnesche geschiedschrijvers .247 jaren voor Christus, onder (ie Chineschè Sino Sik'wo geëmigreerd waren tegelijk met andere wetenschappelijke kunden ers zeden der Chine zen, naar Japan overgebragc zijn, die vervolgens in het Jaar 57, na Christustoen de Japanners naar China ge reisd zijn met eene menigte kundigheden derwaarts henen cerug gekeerd zijn en meer vastigheid bekomen hebben. Na verloop van tijd echter, wordt er in de Japansche jaarboeken met den grootsten roem gewag gemaakt van eenige mannen d e zich bmerebe de beschaving en uit breiding hunner Vaderlandsche Ual bijzondere verdiens ten verworven hebben. Zoo zijn de teekenen Hirakana omtrent 1023 jaren geledén door eenen zekeren Priester Kobo genaamd ingevoerd die daarna op hoog bevel van den Daili naar China gezonden isom de taal van dat Rijk door en door te leeren. Deze Kobo is, 1051 jaren geleden, in de provincie Sanogi geboren en vóór 990 jaren te Kooja gestorven, op den berg Kii, alwaar, zoo ais men verhaaltnagenoeg duizend tempelen tér zij ner eere gesticht zqn. Men geloofd onder hec volk dat hij niec gestorven ismaar altijd nog op den top' van den berg rónddooid. Volgens deze onderscheidene manier van schrijven der Japansche letteren, is ook de wijze waarop men daarvan gebruik mdaktonderscheiden. Het mannelijk 1,. nanet worde geljruikt in boeken en geschriftend a tot de kunsten en wetenschappen betrekking hebben met lusschenvoeging dat zakelijke leekenen van de Hei vervolg op ae kant van sdzd iiiaai. ss "2 .u"5 s -"is* «S.S °;.s s s-3 -3 SfN -3 s r- 7. CTJ-r-, 0J OJ TJ-Q "TJ - J-S-2» *2 *3 S Z 9 2 ri 11 O F5 f o ia» •5*5 O <u OJ r- >tD 1 3 O o 2 S -o o "O &S J <u tuoko s_ uJi k, O o i a a o a. u .5 rt C t- c N bD P er~ c: aj uD «4 cj c V 4S S i2 73 - o s .a sl ts 6 ss I 2 31-3.3 s l „sf-S Z'-='«iSgSo-3Sgs.|!»§» C u. 2 3 i> 5 «e Jö -T3 S 41 C 3 C T3 OJ fclO 5 Dik S -O OJ V ,bD !- .1 ï'oc «.„OM, NJ a» QJ c a a a» s;g s c D -O C u u li te 5", 41 u O er* u r 31 C O 3' Z S 5 H i-S-S t- eg «l'saisl'ül "c •r.kSlr.'1 - =-'&0 - 4) -O CC <n 2 J7 c. O E os O» LT3 »-» WJ bC Q T- E Ji -o e Sïï 4) a> bijs v jz s sï O l-is-s siS'g c c Zo E S1.- *r3 c uCfc^»--r3aOt-(U V» O 5J O 11 TJ *5 R CC 3 M 4J 1» C 4> s 6 O gJ 0)^3 (o-"-? J21 g S 1' «C°SïrJS ^3 P r. ja 4> •5 2 c - G- QJ 4) 'ZJ - ter •SF ES» •o u. *5 - g C 2 cv bJD --<3 ïc 2 n. (j 1 bX) d) "O ex. X o c m k- c 01 "o C -n 3 K c -Jj o| 'S-SSs^ u|f5 c CJ 4J 2 -S o -o "5 jï 3 ft .SP o 'g- n r» "tu «J 6D 4) p. —•>'^3 L. <L> b) OJ ...tl* - qj 13 JvZ tL OJ fcfiQ rt fï3 '6 S o c S »o 3 i" i J 5 s S a 2 M agEi=^osü - 2 °.SÏ 05 .-e r oj x: QJ t— OJ Vta. r- OJ "Q {-• OJOJ-U-C^ O?, •- Jt5 n u bc s - c O Ö.S^QJ cc aj *- c b£ 2 2 - c<2 - S«c M u - - «u s S J - 051 r» C C T3 w qj 2*2 SE 2 - 5 2 e| jr C - c 3=5- 2 -5 -o •S - I 'S -SS'E •S u 2 qj sa; w -.■"la •§..5 -g "P bc C .Si' N Cl H) k( - "O XL •-* a. 5 a> o ja o K C u {J -d a .N c OJ rey-1 *-• JZ ut - E SU - E -o w QJ U 4J fc* Q> "O Ji bO 2 '2 a -T3 Ou,- EU rt «S 'E >•^0 c e r; >- u- O -Ë» Si O bc-; r— 13? u f O CJ 4) 1. O o jo 2 0-0 WJ-U Q S I •5 5?.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1828 | | pagina 3