n S. N 3 II" V, '-1 N rv. a o o a. o iiSjlSa 5 S. S" a o a- S - 3- 2 w 3 en üit- Hume verzamelingen der nieuwste wetten op de in - gaande regten en belastingeuwellte D. Charles Boyd en James Smyth, van 1821 tot 1825 in groot Svo uitgegeven hebben. Men vindt in dit werk een dubbeid doel beoogd en bereikt: i°. Om zijne landslieden met den praktischen g-ng van het Britsche Tolstelsel' bekend te maken, en 2°. de Beiastingpligtingen door beproefde ervarin gen en bekendheid met de Engelsche ïol-infigtingcn op den daarmede verbonden eti dikmaals iilgewikkelden gang der werkzaamheden opmerkzaam te maken. Dit laatste :s voor alle klassen van den handelstand en van de onderdanen, die met de Britsche Tol- en Accijns beambten' in aanraking komen, zeer gewigtig en van groot nut, omdat die, wegens de veelzijdig, in acht te uemen formaliteiten en voorschriften, tegen ouvoorbe- dachtelijke onwillekeurige, dikmaals in onwetendheid begane overtredingen der wettenals het ware daar door worden gewaarschuwd. Hieruit vloeit, naar de bepaalde verklaring van den Auteur, duidelijk voort, dat, in weerwil van het bij het Engelsch Parlement zoo zeer tot hiercoe geroemde liberale handelstelsel de Tol-inrigtiiigen in Engeland, helaas! maar ie dik maals het algemeen als schadelijk erkende Monopolie stelsel huldigen, en dat de allernieuwste voorschrif ten der Pruisische Tol- en Accijns - wetgeving, in eenen veel meer liberalen geest dan de Britsche, ontworpen en gesteld zijn. Behalve datis het Brit sche Tolstelsel voor de Pruissische en alle andere buitenlandselie belastings - pligten ongelijk minder be zwarend, dan de in Engeland tot verzekering der-te heffen regten als noodig beschouwde en wettelijk voor- geschrcvene mrairegelen. Zonder echter in de voor- en nadoelen der wetten over de Tolstelsels verder te tredenis het echter van belang om tot daarïtelling en heoordeeiing van dit werk hetwelk door Dr. Fried lander over de Tolwetten in het licht gegeven is het een en ander mede te deelen. Dit werk verdeelt zich in zeven Afdeelingen welke alle gezamelijk door de allerwege aangehaalde aller nieuwstedoor Koning George IV. in 1825 bevestigde Parlements.akten gestaafd worden. De eerste Afdeeling handelt van de Administratie, de tweede van de Algemeene Tol - ordonnantie van 25 lulij 1825. Dit is door vele Manifest-voorschriften en formulieren over Waren en Sclieeps-declaratien ver- vergezelddie gezamelijk door Dr. Friedlander, door onderscheidenonder den tekst geplaatste Aktenvol. ledig opgehelderd worden. De goederenwelke bij/ den in- en uitvoer aan beperkingen onderworpen zijn, worden bij name opgegeven en "naar de deswege te/ nemen maatregelen1, verwezen;. De derde Afdeeling behelst voorbehoedende maatre gelen tegen den Sluikhandel. Deze zijn met zoo veel! juistheid en scherpheid-opgesteld dat er geene moge lijkheid schijnt te bestaan, on> den Sluikhandel aan een/ of ander gedeelte der kusten van de Vereenigde Rijken laat staan van een Britsche zeehaven uit te oefenen.. In de vierde Afdeeiing wordt gehandeld van de Acte- van Navigatie; Dit isnamelijk de 109de Pariements-- acte van het-6de jaar van Koning George IV., in welke-' de bepalingen ten deele uit de sedert 170 jaren reed s' bekende Cromwelsehe Acte van Navigatie ontleend zijn,, {Het vervolg op de volgende blades.').

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1828 | | pagina 3