1789 tot i8iï. 0 cl, o cj ^2 - t-i cu -c j 5 oj 0 - k c a NEDERLANDEN. nRUSSEL den 18 Augustus. Verleden Dingsdag ochtend is 7.. K. H. de Prins van Oranje alhier aange komen en in de namiddag naar Tervtieren vertrokken, 7, Èxc. de Minister van binnenlandsche zakenis dezen nacht alhier gearriveerd. pc Engelsche Gcznntschaps - Secretaris bij het Hof van Oostenrijkde Heer Wardis gister van hier naar Weênèri vertrokken. Gister is een buitengewoon koerier van het Engelsche Hof deze stad getrasseerd van Londen komende met depêches voor den Hertog van Devoushire te Mosltau. LEVOEN den 20 Augustus. In een particulieren brief van Batavia Van den 14 April jl.met het schip Ar Florida ontvangen, leest men het volgende: Men heeft hier zeer gunstige berigten uit de boven landen ontvangen, Mangko Negro, die met 15,000 man „een de muitelingen opgetrokken washeeft dezelve in combinatie met onze magtzoo veel zulks m onze bovenlanden te doen is, omsingeld; de voornaamste «iteangen zijn door onze troepen bezetmaar men weet zeer weldat er daarom toch nog wel wat zullen ont komen en wegsluipen. De Generaal van Geeu is weder veel beceren blijft in de Bovenlanden. De Kolonel Cochius is dezen ochtend, met de stoomboot en 150 man troependerwaarts vertrokken doch meerdere manschappen kunnen voor eerst van hier niet gezonden worden. Men zal eerst versterking dienen af te wachten uit het Vaderland." MENGELINGEN. turksche R V k VAN abdul hamed, tot op den Vrede van Bucharest. Vervolg van Maandag 14 Augustus 11, De Inspanning van den Groot-Vizier in het uitrusten van een magtig legerscheen veel te belovenmaar In weerwil van den schoonschijnenden aanvang, liep deze, vele jaren lang doorgevoerde oorlog, nogtans zeer ongelukkig voor de Porte af, en, gelijk reeds gezegd isMustapha's plotselijke dood verijdelde de hoogstgespannen verwachtingen. Abdul Hamed. had veel lust, om den oorlog met allen slechts eenigermate mogeiijken ijver door te zetten, doch hiertoe ontbrak het hem aan het vertrouwen des volksen inzonderheid der Jaritsarendie door vrees achtigheid en weerbarstigheid veel daartoe bijdroegen. Na een gelukkig gevecht met eene Turksche afdeeling van het legergreep Romansov het sterk verschanste leger van den Groot-Vizier aan bij Basarsohiken ver- o'.erde hetzelve, in weerwil eener hardnekkige verde diging. Het derde deel van het Turksche leger werd daarbij vernield het andere deel werd gevangen geno men en het geschut en bngaadje ging verloren. Aan den voet van den berg Haemuswerd de Groot-Vizier met het overschot des legers ingesloten en moest met het overschot des legers om de gevangenschap te ont gaan te Reischuk - Kainardschi den nadeeligen vrede reekenenwaardoor Rusland de belangrijke plaatsen AzovJcnikale KertschKinburu en de vrije scheep vaart op de zwarte zee verkreegen de Krim voor onafhankelijk verklaard werd. De Porte had in dezen ongelukkigen krijg onberekenbare schatten, en alleen op het slagveld 200,000 menschen ingeboet, en hare zeemagt, zoo wel als de door von Tott nieuwlings ge organiseerde artilleriewas ten eenemale vernietigd geworden. Hoe hard de vredes-voorwaarden ook wezen mog- tenzoo train de Sultan Abdul Hamed dezelve toch san, dewijl hij Ruslnnds overmngt en de zwakheid van zijn eigen Rijk kende. Hij kon billijkerwijze geenerlei boop voeden om in of door den krijg iets te gewinnen terwijl de voormaals zoo zeer gevreesde dapperheid der Osmannen, sedert langen tijd tot weekelijkheid ontaard was, die dit volk tot het verdragen der in lange veld- togten onvermijdelijke bezwaren en moeijelijliheden schier onbekwaam maakte. Om die reden stond de Sultan ge heel vrijwillig de Bttkovina af, zoodra Oostenrijk dezelve begeerdeen daarom stond hij ook hoezeer na lange onderhandelingende volkomen inlijving der geheele Krim aan Rusland eindelijk toe. De toestemming in deze gevaarvolle vergrooting van het Russische Rijk., svns een onwedersprekelijk bewijs van de toenemende Zwakte der Portedie zeer wel het gewigt dezer ver liezen inzag, welke nu de prooi van haren erfvijand werden maar toch tot weigering den moed niet bezat. Doch toen eindelijk de Keizers van Oostenrijk en Rusland In Chcrson eene zamenkomst hielden en het geen ge heim meer was, dat zij eene uitbreiding van hunne landen op kosten von Turkije afspraken, toen liet zich de vredelievende Abdul Hamed, door het op Rusland ontevredene Engeland, uit zijnen langen rust wakker ma ken en verklaarde aan Rusland den oorlog. De krijg met Rusland moest ook dien met Oostenrijk ten gevolge hebben, daar beide Mogendheden naauw ver bonden waren. Dat die oorlog niet anders dan met groot nadeel der Porte gevoerd stond te wordenwas reeds voortik te zien. AbdulIlamed beleefde het einde van dezen oorlog niet, hij stierf aan vergif, en zijn broeders zoon Selim III. werd zijn troons-opvolger. Deze eindigde den oorlog met Oostenrijkdoor Pruissens bijstand, zonder aanmerkelijk 'verlies, door den vrede van Szistovodoor welken hij Belgrado en het grootste gedeelte van alle veroverde landen terng kreeg. Rusland, hetwelk den oorlog met grootere inspanning van krachten en met greoter geluk dan Oostenrijk gevoerd had, behield in den vrede te Gallat de vesting Oczakov en de landstreek lings den Dniester. liet was de naijver der Europische M< gendheden tégen den aanwas van Ruslnnds en Oostcn- tjts magt, ran welke de Porte hare icdding te danken had, wam zij zelve, inwepöig geschokt en ontbonden 2 3 I S I s-a 1- "G CJ C r- o T5 :=- e O >*_*-» O G G o ei 2 c O <2 O. "O «v» «3 o sc f-c c-j -g cl "5 UZ g S.8 "1 *-> n .5 o G ggg| G. -- "TJ i_i C r- B e g o o c o'n.c - - b 'SAS C na N-1- £0 >£5B.S .2$ g N P a a 5==^ - I 0 u 5 5 C Ai '-H1.5 °u 'is cj ^5 S c: cL 0 Z 8 a sT-sü-S o\s ai 60 §o -g.Sco^g.g=S'l„S >cv°s2§S£g:Ec:0a-g-0 o wa 5 v 5 o <v= c ic Cl-3 E I '.^rüCk' "eciojc; -et •«.■S'SlïSa "S3 3 s S-g 5 c 23 - to GJ CJ „S5«|^S«'§>2g.|g <0 N u d-n O n to S .2? c S 0 e WO ^2 cu e 2:=?^ oS^;- c 5a S«lil^2 •W "••S'g "a r"5"2 2 a s 8-S^ f gwulla S.-3: .2P ja VJ g OJ QJ Sï?2 O 2 5Ó3 -3 O-Gü^O^S^iJ -Tj cu'CQ oueoS uó g o 2d B 1 tij: c O -53 o»' c n i« - NwCyj-'n-S.yj b 8 85.4'sa- b a S c o a..g>'5^-g'° öj ej c •- O •-« bijG, CU *-» bi T3 13 GJ w»s te zwak om vonr haar éigen behoud te waken. In tl e turksche landen., welke in sizie en Afrika gelegen zijn, warena'Ie gemoederen in gisting en de eene opstand was zoodra niet gedempt of een andere brak onmiddelijk op nieuws losen ook in de Europische gewesten was de gehoorzaamheid der Pacha's zeer dub belzinnig. De gewesten werden door de Turksche landvoogden^ uitgezogendie echter de gewoonlijke jaariijksche inkomstenop welke de Porte staar mogt makenonder allerlei voorwendsels terug hielden en ook zeer ontoereikende het getal troepenhetwelk zij behoorden te leveren, op de been bragten. In Egijpte, Aleppo en Bagdadbraken achtervolgens dc gevaarlijkste opstanden uitdie zeer moeijelijk en deels door nadee- lige verdragen, weike zeer vernederend voor de hoogste Rijks-regering warenkonden gedempt worden. De door de iiatnnr zoo rijk bedeelde landen van Klcin-Azic werdén allengs tot woestenijen herschapen, en tallooze rooverbenden doortrokken dezelve al plonderende in alle rigtingen; alleopzigt, orde en ondergeschiktheid hadden opgehouden, en het warén alleen nog slechts de onzigf bare banden der gewoontewelke de groote ellendig bestuurde massa van landen er. volkenuit welke het Turksche Rijk bestaat, nog bijeen hielden. Selim III.die het diep verval van zijn Rijk niet kende, wilde den krijg vernieuwen, om den hoon der laatste vredesverdragen te doen vergeten, en hij kon niet dan met veel moeite door de Sultane moeder van zijn voornemen afgebragt worden. De groote Rijks beambten wisten den Sultan vrees in te boezemen voor zijn eigen levensbehoud, en gebruik makende van deze vreesbewogen zij hem tot het invoeren van eenen grooten Staatsraad, die de magt van den Groot-Visier en die van den Sultan zeiven merkelijk beperkte. Selim was met die nieuwe inrigting ingenomen en droeg zelve veel bij om daaraan hechtheid en bestendigheid te geven, en daar Rachid-Effendi de ziel van den Staatsraad, jq -ë was, kon hij nu aanmerkelijke stappen tot verbetering der staatsregelingen van het Staatsbescuur ondernemen. Zijn oogmerk was de schrikbare, en de werkkracht der Regering zoo menigwerf belemmerende, magt der Ja- nitsaren te ontbinden, en in de zaken van staat en oor log naar het voorbeeld der Europische Gouvernemen ten te werk te gaan, waartoe, wel is waar, reeds vroeger pogingen aangewend waren, doch welke nim mer hadden mogen gelukken. Hij liet tot dat einde de drukpersen weder in werking brengen om de verbreiding van nuttige kundigheden te bevorderen eene Ingenieurs-Academie oprigten, kanongieterijen en tuighuizen aanleggen, op de scheepstimmerwerven met oiivermoeiden ijver aan het herstel der zeemagt arbei den en in het leger de Europische krijgstucht invoe ren. Nu ging men allengs over om het janitsaren-kórps in de provinciën te ontbindenhetwelk met groote voorzigtigheid en aanvankelijk ook mee gelukkig ge volg geschiedde, tot dat onverwacht in IViddin zich eenige tegenstand openbaarde, die weldra tot eenen gevaarlijken opstand zich verhefte. Te IViddin name lijk wierp zich Pasvan Oglu, die door den Groot- Vizier zwaar beleedigd was geworden, tot aanvoerder der ontevredene lanitsaren op, verjoeg den Pacha, vereenigde zich met de inwoners van IViddin en bragt welhaast een aanzienlijk teger bijeen, met hetwelk hij de naburige gewesten afliep en zich van vele vaste plaatsen meester ma-.kte. Alle die misnoegd waren ver zamelde hij onder zijne banieren, en zelfs de Grieken wist hij, door toezegging eener grootere vrijheid, op zijne zijde te lokken. De Rijks-Effendi Rachid had het oogmerk om met een groot leger de rebellen te vernietigen en dan plotselijk voor Kemstantinopolen te rukken en de ontbinding van alle Janitsaren te eischen en te bewerken. Zijn vroege dood verhinderde de uitvoering van dit stoutmoedig maar doelmatig ont werp, en de overige leden van den Staatsraad haddén noch moed noch bekwaamheid genoeg om hetzelve door te zetten. Men achtte het veiliger om met de oproer lingen en met hun hoovaardig opperhoofd Pasvan Oglu in onderhandeling te treden; deze stelde als eerste voor waarde op den voorgrond: de herstelling van alle oude inrigtingen te IViddin, en inzonderheid de wederher stelling der Janitsaren in alle hunne regten en vrijdom men, en toen dit alles ingewilligd werd, eischte hij nog het Stadhouderschap van IViddin voor zich zeiven en verwekte aanstonds eenen nieuwen opstand, toen hem dit aanzoek niet bewilligd werd. De Porte stelde vruchteloos hare gansche magt in beweging om dezen opstandeling te overweldigen; hij werd steeds magtiger, en toen nu nog bovendien de Franschen eene landing in Egypte deden, moest Selim III. dezen Pasvan Oglu het Paschalik van IViddin met drie paardestaarten aan bieden, opdat bij eenen langeren oorlog de overige provinciën van het Turksche Rijk in Europa niet mede in opstand zouden geraken.' De inval der Franschen in Egypte bragt een verbond der Porte met Rusland en Engeland te weeg, waaVuit een oorlog tusschen de Turken en Frankrijk volgde, Lij welke de Ottomannische Porte gemeenschappelijk met de Russen tot bevrijding van Italië, en met de Russen en Engel'chen gemeenschappelijk tof bevrijding van Egijp te streden. Deze buitengewone staatkundige betrekkin gen maakten de oudste en felste vijanden der Porte tot ^5 o"^ hare bondgenooten en verwierven door een aanval op hare provinciën, een zeker gewigt onder de Euro- g 0.2 S pische Mogendheden, hetwelk haar anders nimmer zou- u 3 g.2 c «"l'g J de te beurt gevallen zijn, doch hetwelk ook, daar het g3S(S.u'§ S.° s-13 c"0 c slechts het werk- van een toevallig oogenblik wasg'u<u.M^'''!§&0g4c:':'S geenszins van duur kon zijn. Nadat de Fransehen Egypte o Q 3 g n'o°-§ „"8 geruimd hadden, kwam de vrede tusschen de Porte en o g 5 o Zj o -2tg.2 rj Frankrijk weldra weder tot stand, en nu nam het Turk- 0 S o 5S nQ -3 3 "5 sche Rijk op aanstoking van Frankrijk wederom eene o o g R, .c cq li 3 -g vijandige houding tegen Rusland aanwelke ten laatste zoo dreigend werddat Keizer Alexanderom niet door een aanval verrast te worden, in allerijl een krjjgsleger bijeen deed rukken en daarmede een inval op hef Turksche Rijksgebied ondernam. Qljet vervolg op de kant van deze bladzij O "If -rs S; o •S S>Ea g-gt- - g •o o w 1- O p *-• T3 CJ - ba Q i~ -G 2 SiÜ o I s 5 V cj s f 1 T siloos-«rib - en: o J3 T3 U -O ChO °|-S O S 3 c "O OJ O CJ e •S-SPo-p 1/5 b.0 cj.- o. 'g-S o e -c g *g o --O g 3 4= .EP a. 6 =f 3 S 3 v. S cj o E_ c/ï s- t/5 cj C 0 0 S C cjH-O O bD C J3 "Tl 33 2 '5ó o '5 S "5 15 -"3 £rn c~ o o SS g 3^Jüt I-S l iü-SSBg.aQ O -= O QJ N r. o^Sc bDJS C3 .G c o cj _e -bi U E e/5 CJ LS u u, n 3 S t0 S 5 P 0 o J: g>3 S 3 V- u P ét X5 T3 fc tfl bf "2 "o 5 g! o «-»1* ba s-óii o gjg-g 25 s bi) 'jü 3 c Ji vpjf-r.1 S3 'r: u» t .»s 0 T3 Cj -> g ^GJi-S._. ta 0 r* - G-CJ 3 U Q5 ba

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1826 | | pagina 3