fc
A°. 1826.
LEYDSCI IE
MAANDAG
PUBLICATIE.
Burgemeester en wethouders der stad
LEYDEN brengen bij dezen ter kennis vail een
iegelijk dien het zonde mogen aangaan, liet navolgènd,
Bij den Edel Achtbaren Raad dèzèr Stad, gearresteerd
REGLEMENT, houdende bepalingen teger. hei uit
breken van huizen en 'gebouwentot schade en ge-
Vaar voor aanbelende percelen, alsuiéde tot
voorkoming van moedwillige ontsiering der Stad.
DE RAAD DER STAD LEYDEN, gezien heb
bende artikel 3 der wet, van den 18. December 1824,
(Staatsblad N°. 65.) waarbij, de wet van 25 Jtinij
1814, (Staatsblad N°. 73.) omtrent dé slooping der
n gebouwen binnen steden en plaatsen, wordt ingetrok-
ken, en aan de ProvincialeStaten en Plaatselijke
Besturen overgelatenommet in achtneming van
het bepaalde bij artikels 146 en 155 der grondwet,
■■n ter evengemelde zake, zoodanige huishoudelijke Ver-
x ordeningen daar te stellen, als zij zullen vermenen
te behooren."
In aanmerking nemende, dat door Hun Ed. Gr. Achtb.
de Heeren Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, bij
bet Reglement op het sloepen van gebouwen in Zuid-Hol-
iand, door Zijne Majesteit goedgekeurd bij besluit, van
den 8. September 1825, N°. 111, en gepubliceerd den
20. September deszelven jaars, bereids de noodige be
palingen tegen het afbreken van huizen en gebouwen
Zijn gemaakt.
Dat echter de ondervinding heeft geleérd, dat alhier
ter Stede meer bijzondere verordeningen noodzakelijk
zijn, tegen het geheel of gedeeltelijk uitbreken van hui
zén en gebouwenzonder bepaald voornemen van her
stelling of reparatie; tegen het wegnemen of ontdoen
derzelve van lood, ijzer, ramen, goten, pannen, ais
anderzins, waardoor dezelve in eenen voortdurenden
staat van bouwvalligheid geraken; en. somtijds aan de
helende percelen groot nadeel en gevaar toebrengen en
bedreigen; alsmede tegen het openlaten leggen en ver
laten der erven
Heeft goedgevondennaar aanleiding der keure van
den 6. Augustus 1805, te bepalen en vast te stellen;
zoo als bepaald en vastgesteld wordt bij deze:
Art. 1. Niemand zal, onder welk voorwendsel het
ook zoude mogen zijn, eenig huis, gebouw of getim
merte staande binnen deze Stad het zij al of niet aan
publieke straten stegen grachten of pleinen uitkomende,
Van binnen mogen Uitbrekenen van vloerenbalken
binten, zolders, muren, daken, ramén, goten, lood en
ijzerwerk ontdoenten zij zulks voor eene korte poos
én ter zake van verbeteringen of reparatiën geschiede
zonder hiertoe alvorens schriftelijke toestemming van
II.H. Burgemeester en Wethouders bekomen te hebben.
Art. 2. Deze toestemming zullen H. H. Burgemeester
en Wethouderen niet verleenen dan op een schriftelijk
verzoek van den eigenaar der gebouwen en nadat Hun
Ed. Achtb. liet questieuse pand zullen hebben geïnspec
teerd of doen inspecteren.
Art. 3. Ingeval van vermoedelijke overtreding van het
bij art. 1 bepaaldezal deswegens op schriftelijken last
van H. H. Burgemeester en Wethouders, door den
Stads - Architect bij den eigenaar of bewoner van hec
questieuse paii«E behoorlijk onderzoek gedaan worden
en deze na eeng waarschuwingvier en twintig uren
te voren gedaangehouden zijn de noodige toegang
te verleenen en de ve"rl.angde aanwijzingen te doen.
Art. 4. De naast beleBde geburen van een zoodanig
uitgebroken en bouwvallig gemaakt pand het zij eigenaren
of bewonerszullen bevoegd zijn hunne aanklagccn we
gens de overtreding van art. 1 dadelijk het zij monde
ling het zij schriftelijk, bij H. H. Burgemeester en
Wethouders in te leveren en deswegens voorziening te
verzoeken.
Art. 5. De Stadsarchitect zal in 't geval van art. 2
een behoorlijk proces-verbaal zijner bevinding opmaken
en aan H. II. Burgemeester en Wethoudersbinnen
vier en twintig uren na de gedane inspectieter hand
doen stellen.
Art. 6. Burgemeester en Wethouders zullen hierna
den eigenaar van het questieuse pandof zijnen zaak
gelastigden bij zich. ontbiedende gedane aaniclagte on
derzoeken en naar bevind van zaken eenen tijd bepa
len binnen welken het uitgebroken of bouwvallig ge
maakte pand weder zal moeten hersteld en in den vo-
rigen staat terug gebragt worden.
Art. 7. Bij faute van aan dien last binnen den gé
stelden tijd te voldoen, zal den overtreder voor de
eerste reis gestraft worden met eene boete van vijf
en twintig guldens, en hem andermaal namens H. H.
Burgemeester en Wethouders eenen tijd voor de her
stelling' aangezegd worden.
Art. 8. Indien hij dan weder aan dezen last, binnen
den laatst gestelden tijd, niet mogt voldoen, zal den
overtreder hiervoor met eene gevangenis van drie da
gen gestraft worden; alles onverminderd zijne verplig-
ting, om het uitgebroken of bouwvallig gemaakte pand,
weder in den vofigen Of bewoonbaren staat te herscellen.
Art. 9. I11 geval eenig huis of gebouw uiterlijke ken-
teekenen van dreigende bouwvalligheid vertoont, en
voor de naast belende gebouwen, de voorbijgangers of
vnor *c algemeen gevaarlijk is geworden, zuilen H. H.
Burgemeester en Wethouders de herstelling of verbete
ring van zoodanig gebouwaan den eigenaarbinnen
N°, r,4.
COURANT.
DEN »p M E I.
zekeren bepaalden tijd te bewerkstelligenbevelenen
Ba verloop daarvanzonder dat aan dien last zal voldaan
zijn, of wanneer de eigenaars oBvermogen.l niogten zijn
de 'veteischte fSparntien te doen, zullen H. H. Burge
meester en Wethouders zoodanige maatregelen nemen
als bij Hun Ed. Acfi'tb. voor de veiligheid der Ingeze
tenen en 'der belende gcbou'wen, noonig zullen geoor
deeld worden.
Art. io. Alle hnizén én gebdliwen, aan publieke stra
ten, pleinen, stegen, grachten en poorten grenzende,
zullen van goede gotenloopende langs liet dak en.van
daar naar beneden op de straat, üioeten voorzien zijn,
en niemand zal het water van zijn dak langs de muren
'op den pufclieicen grond mogen doen afloopen.
Art. if. Alle eigenaren van huizen en gebouwen hier
ter Stede, in 't bovenstaande art. bedoeld, zullen moeten
-zorgen, dat binnen twee maanden na d'e afkondiging
van dit Reglement, aan de bepaling van gezegd artikel
ieder wat zijne eigendommen betreftvoldaan zij.
Art. 12. Die 11a gezegd tijdverloop zal bevonden
worden aan deze verpllgting, voor zijne panden niet
voldaan te hebbenzal voor ieder pand aldus niet be
hoorlijk van goten voorzienèene boete verbeuren valt
drie guldens, en gehouden zijn, binnen veertien dagen
nagedane aanzegging aan gemelde verpligting te voldoen.
Het vervolg in een volgend Nomnterj
s S.s
c „5
N
- c
•5^3
CJ O öj
3 S "2
cj 5
c *- 5
c: CJ
c V
O bo
X? tx£
S-STsI'S O
<3 CJ r- *3 er
-3 O O S
2 bD.Ü O co
'S s £P.O V *2
cn «.r o S
ur er r- Or
'E'iS. s
0 -
CJ bï
z
QJ
•c •-
CJ 3 O
o t-
ri- C «G
C U t-
►O 0 ro er cj
Ad Cj O
<u 11 rrr1 bo
.Er'CS X
nü so 5!
r?-3 :e^e: ba
c' N c: e-j.er *>- c
t—S
/-v' o 'bzt u.
CQ 5: *-•£ br:=n TJ
o galij c N 2 .5
c er N
o lil
S|ü g-g
0 5J P3 a bft o- c
Q SP V. c *-
S
;n
13 M N
t- CJ esj
- M
O 3
r— O
oU
-G CJ
s Z
s I
bD O
O 2 N
n CJ u -CJ
S fe
g O bp
n: o
n 3 u
O rt
-O c
G U
2^ -S
ed c O
;>r» cj a
c o
CJ T3
cj cr
s w e
cj f2 -bo
V bE—kd C 2
rr; O C 3 O O N -J
•2 o o
Sï t: SAi S
S aÖ tn 0 g
es 5r CJ
E e'SÏ.SU "-o
cj E .i:
gos-g3g.S«
g-g g
1 ESS'vi'S'HS c
"1 CJ CJ CJ
bO O *-* O
er u,
o
r- OJ
Br <u cj
U R K
E.
KONSTANTINOPOLEN den 25 April. De Porte
heeft gister de officieele tijding ontvangendat de onder
neming van den Kolonel Fabvier tegen Negropont geheel
verijdeld en zijn korps geregelde Grieltsciie troepen
grootendeels verslagen is. Deze onderneming scheen in
den beginne een gunstigen uitslag te beloven; Fabvier
had door zijnen rasschen 'en onverwachten aanval de opene
Stad Karijsto vermeesterd, van waar de Turksche be
zetting onverwijld de vlugt nam naar de citadel. Terwijl
dat Fabvier zijn tijd met vruehtelooze aanvallen op die
vesting verloor, en zijne levensmiddelen en voorraad,
welke door zijn lang verblijf in de vlakte van Marathon
reeds zeer geslonken was opteerdewerd hij plotsling
overvallen door Omer-Pacha, den ICouiniandanc van
Negropontdie met eene talrijke bende ruiterij tot
ontzet van Knrijsto opkwam. De Grieken schijnen alle
maatregelen van voorzorg verzuimd te hebben want
zij zijn volkomen verrascht, omsingeld en, ondanks
hunnen moedigen tegenstand grootendeels nedergesabeld.
Het gelukte den Kolonel Fabvier zich inet ongeveer
400 man door de Turken heen te slaan en een klein
eiland of klip, Stura genaamd, te bereiken, waar hij
verscheiden dagen lang het grootste gebrek leed en zich
tegen, de overmagt der Turken moest verdedigen. Ein
delijk werd hijmet het,zwakke overschot van zijn korps
door eenige hem ter hulp toegezoiidenê vaartuigen op
genomen en naar T ij tl e vervoerd. Sommige zeggen dat
Fabvier, na deze mislukte poging besloten zoude hebben
om Griekenland te verlatenen daarvan in een brief aan
de Grieksche Regering kennis hebben gegeven. De Porte
heeft over de gebeurtenissen van Negropont een rapport
publiek gemaaktwaarin het verlies der Grieken op
ruim 1000 man begroot wordtbehalve verschelde
kanonnen vaandels eriz.
De' strooptogt ,_c1oor eene afdeeling der Grieltsciie
-vloot, onder Vasso Braicovich tegen Baijrut en de Sijri-
sche kusten ondernomenis mede ongelukkig voor de
Grieken uitgevallen. De dappere tegenstand der inwo
ners én de aankomst der troepen van den Kiajn der
Pacha's van Saidahebben hen gedwongen 0111met een
verlies van 50 dooden en gekwecsten, af te trekken en
zich weder in te schepenwaar op zij zonder op
Cijpros of Rhodus te landen, zoo als men gevreesd had,
naar den Archipel terug gekeerd waren en Sijra bedreigd
hadden, waar zij door de Fransche Contre-Adniiraalde
Rignijwerden uitgenoodigdom naar Negropont te
zeilen, toaar Fabvier, op de rots van Stura omsingeld,
tot het Uiterste gebragt was. Hierdoor werd Fabvier
o jz
CJ CJ O Cj
'"O C
QCJ S (3 c CU 2" fc-P C3
'■8 c- e-.5»ls~dv2>«.-u
s
.s §•- S^ÜQ
g CJ p CJ B'S O'öi ct: O
>w*a «WT3.ISO >u N -S2>bo
o-cd
-S g S..Ï5
o g g—
©«Pot»-»
t- S
T3 O d
g O E CJ cj
3 êóo gg
g ><2
Q B
tr-( qj
3 "O
t3 a
O to "G W
o c x*
XI c o S «u "5 0
0 - CC 0
CJ G f CJ O--
- m st.-
CJ
n «i-o
3 o o -G
-g *- 5 2-°-* c -
C p
•G 3 CJ
CJ J-. *3
3 *0 5 o a
"So
o -
n 2 CJ
T3 J3 *- (J^EÜ
S U R U7j
s s c 3 0 "e?
si
odj.hS
1 dj u 0 2 5 UT3
- fe cl, CJ
O r. W ^.^3 CJ ■- ej X 3
»i-2S SVooEe J
>-> fcDCO 3 3"
P 0 5 o SÜ
- 3 2
<JJ erj-Q
S
bpo j> ft-5
- qj'U S V) E U Tl ri
O 3 g C/3
oj „X C 0 0
t- 3 CJ ter1
3
t-, T3
-O cj Jri c>
5: cj Hl 0 'd
G r-3
2 .SP.SPw S r, .2 2 2
o p - a E 0 e a tn
o O ,J g 5-
-r- u 4) tf m
CJ
'J
2
zoüden herstellen.
DUITSCHLAND.
FRANKFORT den 23 Mei. Volgens particuliere
brieven van Weenenheeft de Porte de drie eischen
waaruit het ultimatum bestondtoegestaan en reeds
den 4den de servische gedeputeerden doen in vrijheid
stellen bevelefi afgevaardigd om eindelijk Moldavien
en Wallachijen te ontruimen en commissarissen benoemd
óm naar de grenzen te gaan en aldaar mét de Russische
commissarissen de verschillen tusschen beide Mogend
heden te vereffenen.
De Porte beeft aan de vreemde lègatien kennis gege
ven dat de Sultan tot zijne gevolmagtigden benoemd
heeft Hadi-Effeudi, gewezen directeur der kanselarij
Van den Divan en Ibrahim-Effendieen der leden van
'het wetgéMbnd Ligchaam mét bevel om zich te begeven
naar de j^aatsdie door het hóf van Rusland zal aan
gewezen worden.
Van Bucharest schrijft men den 9den dat aldaar door
een Tartaar, die den sden van Konstantinopolen ver
trokken wasaan den Hospodar een brief van den
Hel vervolg op de kant van deze bladz.j
n a
6
z
CJ e cj u. rri r*
-3 rt fc£> CJ CJ n rl 2 J-
m n a CJ 2L -j».
- ra g 5 o 'i 0| CJ g -
g 0^:3» rt o T> 5 'ej. CJ
ÜuN.2o-UuCNOhll>üJ3 *2*