-mik - mlfin 6t%~ 3 |ii! !t|Ii sïlÜÏSi s-5r- den Staatsraad Graaf Be ranger en den Staatsraad Cornet- Dincourt. Men verzekert dat de vier gebroeders Rotfchild, die Zich op dit oogenblik in deze Had bevinden, een ge hoor bij den Minister de Villèle hebben gehad, welke niet minder dan zes uren zoude geduurd hebben. Volgens de jongde brieven van Madrid, bevinden zich de Koning en de infanten voor ais nog op het kasteel St. Ildcf'onfe men wil echter dat het Hof zich fpoedig naar hgt Prado Zal begeven vermits de Koning weder nieuwe aanvallen van jicht heeft ondervonden. Het Gouvernement had depêches ontvangen-, volgens welke er onder 'de Mexiknanfche troepen een opltand zoude uicgebariten en verfcheide hunner opperhoof den- door de foldaten vermoord geworden zijn. De 5 pCts, zijn, met het genot van 22 Maart 102 fr. 45 c. a contant en 102 fr. 65 c. tegen ultimo; dé 3 pCts.met het genot van 22 Jnnij75 fr. 65 c. a contant en 75 fr. 75 c. tegen ultimo. De Bank- Actien 2190 francs, NEDERLANDEN. 's GRAVENHAGE den 6 Augustus. Gister och tend ten 8 ure is Zijne Majesteit de Koning, verge zeld van Hoogstdeszelfs Opperftalmeester, in volkomen tvelftandin deze refidentie aangekomen. LEYDEN den 7 Augustus. Morgenmaandag op den middagzal Z. M. onze geëerbiedigde Koning de Ten- toonilelling te Haarlem met Hoogstdeszelfs tegenwoordig heid vereeren en in die Stad overnachten. Woensdag zal Z. M. op het Paleis in 's Hage audiëntie verleenen. Men verneemt dat de fchndedoor den noodlottigen brand te 's Gravendeel veroorzaakt, op circa 200 dui zend guldens begroot Wordt. MENGELINGEN. NE CROLOGIE Levensberigt van Mr. J. M. KEMPER, gegeven door den Baron de Stassart, voormaligen Prefect van het Departement der Monden van de Maas In Nederland is maar eene stem .geweest., die door duizend monden herhaald is geworden bij den dood van den vereeuwigden Kemperdoch ook buiten Neder land heeft althans het Regtsgeleerd publiek aan dien voortreffelijken Staatsman en Geleerden die hulde ge boden, welke hem zoo regtmatig toekomt. De Themis of Bibüothèque du Jurisconsultswelke te Parijs uitkomt, geeft in de onlangs in het licht gegevene Sixième Li- vraison du Tome Vllme 1825, eene Notice sur Mr. Kemper welke ons en om haren inhoud, en om den Auteur, van welke zij afkomstig isdubbeld waardig schijnt om ook meeralgemeen in onze gewesten gekend en ten dien einde in de Hollandsche taal overgebragt te worden. Wij deelen dit stukom zeer begrijpelijke redenen geheel onveranderd en zonder teregtwijzingen mede. De Themis was eene,hulde schuldig aan de schimmen van den geleerden Professor Kemperzij komt heden om dien geheiligden pligt te vervullen. Jan Melchior Kemper, geboren den 26 April 1776 te Amsterdam kreeg zijne eerste opvoeding bij zijne Grootmoeder van Moeders zijdedie zeer ingetogen leefde te Haarlem. Deze achtingwaardige vrouw schepte behagen om den deugdzamen aanleg te ontwikkelen, dien zij in hem ontwaar werd. De jonge Kemper na dat hij alle hulpmiddelen uitgeput hadwelke de latijnsche scholen -te Haarlem voor de letteroefeningen opleverdeging hij zijne geleerde opvoeding volmaken in zijne geboortestadonder de bekwame Professoren van Ommeren en IVyttenbachen werd weldra onder de uitmuntendste-hunner leerlingen gestelcf. De geleerde Craswiens Vriend hij al spoedig werd, was zijn Hoogleeraar voor het Regt. De Dissertatie De Juris cmsultorum Romanorum principio quod contra bonos mores fiat, id Jure ratum esse non oportere, welke hij op de luisterrijkste wijze verdedigdeverschafte hem den graad van Doctor in de Regtsgeleerdheid aan de Leidsche Hoogescboolin 1796. Zijne Stadgenooten •tork bij hem aangedrongen hebbendedat hij in hun midden hec beroep van Advokant zoude komen uitoefe nen zoo stemde hij daarin toemaar nogtans met het verlangen om zich bij vervolg van tijd aan de loopbaan van het onderwijs toe te wijden. Holland, medegesleept zijnde in de staatkundige ver voering om zoo te sprekenwelke geheel Europa bedreigde, was het tooneel geworden van aanhoudende bewegingen. Kemper, die de voorstander eener wijze vrijheidmaar de vijand der volksmenners wasstond meer dan eene worsteling tegen deze menschen uit. Ook was het alleen aan den zegepraal van de beginselen eener heilzame gematigdheid, in 1799, dat hij den leerstoel van het burgerlijk en natuurlijk regt te Har derwijk verschuldigd was. Hij bekleedde dien tot in 1806toen Cras het verlangen te kennen gaf om door bem vervangen te mogen worden in het onderwijs van bet Burgerlijk Regt aan het Athenaeum te Amsterdam. In 1809, ging hij ter voldoening aan den vleijendsten tandrangde Professorale waardigheid te Leyden in het Regt der Natuur en der Volken bekieeden. Het jaar daarna gaf hijonder de regering van Lodewyk Bonaparte, eene uitgave van het. Lijfstraffelijk Wetboek van Holland, met eene Inleiding en eenen Kommentarie, welke met toejuiching in de pleitzalen ontvangen werd. De nationale onafhankelijkheid was altijd voor Kemper een voorwerp van Godsdienstige vereering geweest, en reeds van 1806 af, in de Verzameling van Hollandsche Blieven, die onder den. (luijer der naamloosheid door een' Amsterdamschen Boekvefkooper uitgegevenon eindig veel gerucht maakte, verklaarde hij zich tegen den invloed, welken het Fransch Gouvernement al meer en meer trachtte uit te oefenen op de Bataafsche Republiek. Zijne wanhoop rees ten top, toen hij zijn Vaderland i'ngelrjft Zag in het wijd uitgestrekte Keizerrijk van Napoleon. Na den vernielenden Russischen Veldtogc vatte hij liet ontwerp op 0111 gebruik te maken, zoowel van zijnen invloed, op de jeugd als van zijne talrijke betrek kingen, ten einde dien staat van zaken te, doen veran deren. De slag bij Leipsig deed zijne hoop aangroeiden. Eindelijk In de maand November 1813bespoedigde hij door alle middelen waarover hij beschikken kon, de volksbeweging der Hollandsche insurreccie; hij onder steunde krachtig de Héeren van Ihgeudorp en van der Dfijn, die zich aan het hoofd gesteld hadden van het provisioneel Gouvernement hij bepaalde ook het be sluit. der stad Amsterdam ten einde geraeer.e zaak te maken niet 's Gravenhagéén van dien oogenblik bestond er. niet meef,..dnn. e«»i-vge;ug.bestuur van zaken. De Prins vjin Oïarije was, bij zijne terugkomst in het onzekere welken, titel hem meest voegde aan te nenien; Kemper droegmeer dan iemand anders bij, oin di.en Prins den titeljvan Souvercin Vorst te doen ver kiezen bóven dien van Stadhouderom dat 'de eerstge- melde minder, vatbaar was 0111 aan de oude oneenig- hedgn te doen herinnerenen meer overeenkomstig met.".'de behoeften des óögénbliks.. De waardigheid van Rector Magnificus der Leidsche Universiteithet Collier van Commandeur der Orde van den Nederlanctschen Leeuw, brieven van Adeldom en de aanstellihg tot Staatsraad in buitengewonen dienst, werden aan dezen moedigen Staatsburger toegekend ter belooning der dieusten die hij aan het Vaderland bewezen had. Kemper nam het grootste deel. aan de organisatie der Universiteiten en Latynsciie scholen. Benoemd zijnde als lid der Commissie, belast met liet voorbereiden der wetgeving van het Koningrijk der Nederlandenredigeerde hij het concept Burgerlijk Wetboek. Dit werkhetwelk te veel van het Fransche Wetboek afweek scheen gebrek aan orde en nnauwkeurigheid te hebben. De diepe kennis en het verlicht oordeel van den maker van dat Wetboek, kon den hetzelve niet beveiligen tegen onbetamelijke beoor deelingen. Er was iemand die Kemper aanspoorde om stappen te doenten einde de stoutmoedigheid te beteugelen waarmede onderscheiden Journalisten zich veroorloofd hadden om hem in die omstandigheid aan te randen. Ik zal snij wel wachtenzeide hij van zulk eenen maatregelde vrijheid van drukpers is eene zoo goede zaakdat sneu dezelve moet weten te eerbiedigenzelfs j tót inhare mitst appels. Door de Prqvincie Holland afgevaardigd zijnde in de Staten-Generaal-gaf hij aldaar menigvuldige bewijzen j van de uitgebreidheid én verscheidenheid zijner kundig heden zijne- voordragt was levendiggemakkelijk medeslependeen nooit dit is eene 'geregtigneid welke men hem moet laten wedervaren j is eene onheusche personaliteit uit zijnen mond gegaanniet tegenstaande de warmtewaarmede hij zijne antwoorden (jrepliques) voor de vuist uitsprak. Schijnbaar genoot hij eene volmaakte gezondheid toen hij, door eene beroerte getroffen, deneojulij 1824 plotsejijk ontrukt werdaan de teedere liefde van zijne Echtgenoote en vijf kinderen, waarvan hij zoo geheel teregt vergood werd. Niemand vereenigde in meerdere mate de hoedanigheden van hart en verstand dan Kemper. Als Lid van een groot aantal geleerde Genoot schappen en van het Koninkl. Instituut te Amsterdam, sedert deszelfs oprigting ("1808), heeft hij eenige latyn- sclie Verhandelingen in liet licht gegeven, waarvan dfze de voornaamste zijn: De jure naturae immutabiliet aeternoin 8vo Harderwyk 1799. De Prudentia civili in promovenda eruditions, inSvo Harderwyk 1800. De lit- terarum studio, calamitosis reipublicae temporibus optinio solntio etperfugiirg-mJSvo Harderwyk 180S. DePopüik rum Legibics, optimis incresceutis vel decfesientis hutnani- tatis indiciis, in 8vo Amsterdam 1806. De disciplinarian moralknn praestantid cum ceteris disciplinis comparatd in 8vo Leydqn 1809. De aetatis nostrae fa/is exemplo gentibus ac praesertim Belgis numquam negligendo, in 8vo Leyden i8i<5. Redevoeringen in.de Hollandsche taal over verschillende onderwerpen, opgedragen aan den Souvereinen Vorst, 1. Deel 8vo Amsterdam 1814. Aanmerkingen op onderscheiden punten van het Fransch Regt, in eene verzameling, ten titel hebbende: Annates de la legislation franpaise a I'usage des Départemens IIol- landais 5. cahiers. Hij was het ook die de Lijkrede op Professor Cras in Felix meritis te Amsterdam heeft gehouden. Zijne Verhandeling memoire noemt het de Heer Stassartover den invloed, dien de staatkundige gebeurtenissen in de Godsdienstige en Wijsgeerige be grippen sedert 25 jaren uitgeoefend hebben op de verlichting, den Godsdienst en de zeden der Volken van Europa, in 1818 bekroond door Teylers Genoot schap. En zijne Proeve over de noodzakelijkheid van Godsdienstige begrippen en derzelver beoefening, met betrekking tot de zedelijke deugden. Baron de stassart, Lid der Staten-Generaal van het Koningrijk der Nederlanden. g -ë -= O 0,8 S "k O O 3 S O S O O - - -- - 5 O IJ - .5 g o" S a'>- S -*3 1 a s| •s <uk 'r, 2 N So 2 -ie '3 o - oSC.»S5,S2-5s4- tnjn osIt: "zi S 5 - tïiPJFI! s S3 gu j o"5^>|..|ga5 5#S^ g elil»s 2 5-5 -„Ha-i O -ö3.9 k -.„■S ui«!jSö "2. rj~s I-rs-f DWALINGEN e n VOOROORDEELEN. Dwalen is menschelijk. Dit is honderde malen gezegd en wordt dagelijks door nieuwe voorbeelden bevestigd. Een geleerde EngelschmanDoctor Brown merkt aan, dat onzer aller Moeder Eva, indien zij haar oordeel gebruikt had, nooit in den strik zoude gevallen zijnwelken de duivel haar spande. Maar 'Het vervolg op de kant van deze bladz.~) Dit is niet de opinie van den Uitgever der Themisdie begonnen is om het èieiuve Burger lijk Wetboek der Nederlanden te onderzoeken. Aanteekeiiing van den Uitgever der Themis ea: a - - rIJ siïl a 3 f,0 3 £^2 s si! a?l s 5 =- j?, - s1 z, s

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1825 | | pagina 3