A*. 1825.' LEYDSCHE N°. 66, COURANT. ImIF s 5 I'S ^HSI fii,: V R IJ D iA O FRANKRYK. 4j %ARVS den 3a Mei. Èergister heeft de Kóning \J 7-i.jne plegtige intrede te Rheims gedaan. Té Tinqueux vónd Zijné Majefteit de Prinfenen daar vormde zich de treinmet welke de infógt gefchieden moest» Bij hét uitrijden van Fismes naar Tinqueux en afdalen van de hoogte, inhetoógenbiik dat de batterijen van het gefchut der gardewelke in eene valleilinks van den weg geplaatst warenvuur gavenzijn de paarden van het rijtuig waarin de Hertogen van Aumont en Damasen de Graven van Cosfé eiï Cuiial zich bevonden, gefchrikten op den hol gegaan, Het rijtuig is verbrijzeld, en de Graaf Curial heeft daarbij het fleutélbeen gebroken en zijn regeer oor gekwetst door het gebroken glas van het portierde Hertog van Damas is gevaarlijk gewond beide zijn naar Fismes overgebragt en aan de zorgen van eenén der Geneesheeren en van den Chirurgijn des Konings toebetrouwd. De Hertog van Aumont en de Graaf Cosfé hebben kneuzingen aan het hoofd bekomen, doch de reis naar Rheims kunnen vervolgen, waar zij door de bij Z. M. gebleven genees- en heelkundigen opgepast worden. Z. M. zelfheeft het grootfte gevaar gèloopen «ene zeer zware echo, het geluid der kanonfehoten verdubbeld hebbendezijn ook de paarden van zijn rijtuig doorgegaan, en men is niet dan mét de uiterftè moeite geftaaed met ze te bedwingen. De Koning is ten uicerfte aangedaan geweest over het ongeluk waarvan hij getuige Was geweesten vergetende hoe veel gevaar hij had geloopen om er zelf het flagtoffer van te worden, heeft hij zijne levendige deelneming betuigd aan de Hertogen van Aumont en Damas, en aan den Graaf Curialen zijne reis niet willen voortzetten alvorens zich verzekerd t® hebben, dat zij geen onmiddelijk gevaar liepen. Van Tinqueux begaf Zijne Maj. zich ïn ftatelijkert óptogttusfehen de aan weerszijde van den weg ge- fchaarde gardens en linie-troepen, naar Rheims, waar Hoogstdezelve aan de poort door de departementale en plaatfelijke Autoriteiten opgewacht werd. Na eenige aanfpraken, waarover Zijne Majesteit Zijne hoogfte tevredenheid betuigde, trok hij, onder het gebulder van het gefchut en het luiden aller klokken ter ftad inZich regelregt Haar de hoofdkerk begevendeWaar Hij door den Aartsbisfchop en eene talrijke Geestelijk heid in plegtgewaad ontvangen is. Z. M» werd ver volgens in procesfie naar Zijn bidgeftoelte geleid waar Hoogstdezelve, omringd van de Prinfen, de Kardinaals, AartsbisfchoppënBisfchoppen en Aalmoezeniers plaats nam. Na dat nu ook alle Ministersde deputatien eii óverige ter bijwoning van de plegtigheid genodigde per- fonen hunne plaatfen genomen hadden, werd de Vesper door den Aartsbisfchop van Rheims aangeheven, en toen dit geëindigd waseene leerrede tiitgefproken door den Kardinaal de la Fare, naar aanleiding van Jefaia 61 vers 1 Dé Geest des Heeren it op mijcm dat de lieere mij gezalfd hééft" De Kardinaal eindigde zijne rede voering met de bede, dat, zoo de rampen, die Frank rijk gedurende de omwenteling ten deel zijn gevallen, het voorgevoel en de vrees voor dezelve, die hij den 4 Mei 1789voor den Koning en de Staten-Generaal fprekendegeuit hadverre overtroffen haddenthans ook de zegeningen op hare beurt zijne wenfchen en verlangen voor het welzijn van den Koning en het land lïiogten overtreffen. Nu werd het Te Deum gezongendat Zijne Maj. ftaande aanhoórde en gedurende hetwelk de Aalmoeze niers 's Konings gefchenken en offeranden op het altaar bragten, behalve een reliek van het ware kruis, het geen Zijne Majesteit zelve offerde op het altaar neder- legde en kuste. Hiermede eindigde deze godsdienst oefening en de Koning werd weder in ftaatfie ter kerke dit en naar het Aartsbisfchoppelijk paleis geleid. Hier werd door den Koning het kapittel van Rheims niet den Aartsbisfchop aan het hoofd, de militaire, burgerlijke en regterlijke magten ontvangen, die vervolgens ook aan de Prinfen en Prinfesfen werden voorgefteld. Des avonds is de geheele ftad geïllumineerd geweest, «n hebben er bij den Maire en andere municipale auto riteiten maaltijden plaats gehadop welke de hóoge perfonen, die tot bijwoning der Krooning geroepen zijn genoodigd waren. Gister heeft de plegtigheid der Kröoning en Zalving plaats gehad. Reeds des ochtends ten vijf uren waren de deuren der Hoofdkerk als belegerdten zes uren ■werden dezelve geopenden een half uur daarna waren atle de tribunes bezet. Ten half zeven ureft begaf zich de Geestelijkheid dèrwaardsde Aartsbisfchop van Rheims naderde hetaltaar voorafgegaan van de Bisfchop pen van Soisfons en van Amiens, de functien van diaken eh onder-diaken waarnemendeen van den Aartsbisfchop van Befanconden Aartsbisfchop van Bourgesde Bisfchop van Autun en den Bisfchop van Evreux. De Kardinaals de Ciermont-Tomierre en de la Farevan het kapittel voorafgegaan, gingen den Koning in zijn appartement zoeken, en met den Dauphin, den Hertog van Orleans en den Hertog van Bourbon aan het vertrek genaderd zijnde klopte de Opperzangmeefter der Hoofd kerk aan de deur, waarop de Prins de Talleyrand met luider fteininc vroeg wat wilt gij Dit werd (loór den Kardinaal de Cleruiont Tonuerre beantwoord "met de woor- Im tc W fa V -£2 g. 8 ei Sve.ao "O DEN 3 JU N IJ. den.! Wifbegeeren Karei X.dien Godons tot Keninggegeven heeft. Daarop werden, de deuren .geopend en de beide Kardinalen naderdenZijne Majesteit met eene diepe buiging. Een defZelve b'ood Hemonder het doen van een gebed, het wijwater aan, waarna de beide Kardinaals den Kóriing in plegtigen optogt naar de kerk geleidden. Aldaar aangekomen zijnde, begaf Zijne Maj. zich, onder het uitfpreken van verfcheide gebeden, naar den voet. van het altaar, waar Hij nederknielde 'en 11a het eindigen dier gebeden, werdt Z. M. door de beide Kardinalen naar den voor' Hoogstdenzelven be- 'ftemdeft Zetel geleid, hebbende de Dauphin, de Hertog van Orleans en de Hertog van Bourbonaan zijné regter- zijde en de Kapiteins van de Gardes du Corpsde Hertogen van Luxemburg en van Havre aan zijne linker zijde en achter zich. Alstóen rigtte zich de Aarts bisfchop van Rheims op cn bood Z. M. het wijwater aan, die zich ontblootte om hetzelve te ontvangen; Vervolgens bragt hij de heilige Ampoulle. Na hetaltaar en den Koning gegroet te hebben hief Zijne Eminentie het Veni Creator aan vervolgens naderde hij den Koning met het H. Evangelie in de hand, hetwelk hij Z. M. aanbood met de formulieren van den eed. De Koning deed, Zittende en met de hand op het Evan gelie, de volgende Zalvings-eedIn tegenwoordig- heid van God beloof ik aan mijn Volkom onzen Heiligen Godsdienst te handhaven en te vereeren zoo als het den Allerchristelijkften Koning en den oudften zoon der kerk betaamdom aan alle mijne Onderdanen geregtigheid te doen wedervarenen eindelijk om te «egeeren overeenkomftig de wetten van het Koningrijk en van het conftitutioneel Charterwelke ik zweer getrouw te:zullen nakomen; daartoe heipe mij God en zijn heilig Evangelie." Vervolgens deed de Koning den eed ais Opperhoofd en Sóuverein-, Grootmeester van dè Orde van den Heiligen Geest en als Grootmeester van de koninklijke en militaire Orde van den Heiligen Lodewyk en van de koninklijke Orde van liet Legioen van Eer, welke hij beloofde tê zullen oefchermen en handhaven. Twee keer werd den Koning de degen Van Char lemagne overhandigd en bij de tweede óverhandiging overreikte hij denzelven aan den Marfchalk de Coiiegliano, onder het lezen van verfcheidene gebeden» Na dezelve werdtde St.AmpouUe geopend, waaruit de Aartsbisfchop een weing olie deed druppelen en mét heilige room vprmengde. De Koning werd naar den zetel van den Aartsbisfchop geleid cn ontving de zalving op de kruin des hoofds, op de borst» tusfehen de beide fchouders, op den regter en Op den linker fchouder en in de bui ging der beide armen. Na de zeven zalvingenwelke onder het uitfpreken van veelvuldige gebeden plaats had den» werdtden Koning in het aantrekken van de tunique en liet opperkleed door den Groot Kamérheer geholpen en knielde vervolgens andermaal Voor den Aartsbisfchop neder, die hem de laatfte zalving op^de beide palmen der handen toediende. De Aartsbisfchop nam hierop den Koninklijken Scepter van het altaar en legde den- zelveii in 's Konings regterhand, terwijl hij hem daarna de hand van juftitie in de linker overreikte. Vervolgens nam de Aartsbisfchop met de beide handen de Kroon van Charlemagne van het altaar en plaatfte hem op het hoofd des Koningswaarbij hij door de Prinfen gehol pen werdt. Aldus de plegtigheid afgeloopen zjjnderigtte de Aartsbisfchop Zijne Maj. op en geleidde hem naar zijnen troonwelke in het midden der Kerk was opgerigt. Toen de gebeden geëindigd warenmaakte de Aarts bisfchop eene diepe buiging voor Zijne Maj., wieii hij kuschte, en zeide met luider ftemme: Vivat rex in aeternumhetgeen door de Dauphin en de Prinfen her haald werd. Ni öat de Koning de. Kroon van Charlemagne niet eene andere had vcrwisfeld, verliet Zijne Maj. de kerk onder de kreet vanleve de Koning! leve de Bourbons! Men kan zich geen denkbeeld vormen van de bui- tengemeene geestdrift, welke gedurende deze plegtig- tifiheid geheerscht heeft. Heden zal Zijne Maj. alle de perfonen ontvangen, die bij de Krooning tegenwoordig geweest Zijn. De Hertog de Damas en de Generaal Curialbevinden Zich veel beter. Van Madrid fchrijft men dat het Gouvernement nog niet fchijnt gedaagd te zijn in het vinden van fond- feil waaraan het gebrek dagelijks nijpender wordt, De 5 pCts. zijn lieden lot fr. 30 c. a contant en tót fr. 35 c; tegen ultimo dezer; de 3 pCts. 74 fr. 70 c. a contant en 74 fr. 75 c. tegen Ultimo dezer. De Bank-Actien zijn 2195 ff; NEDERLANDEN. BRUSSEL den tften Junij. Zondag avond heeftZ. M. den Schouwonrg weder met Hoogstdeszelfs tegenwoor digheid vereerdverzeld door Z. K. H. den Hertog van Clarence. De eenftemmigfte blijken van genoegen vertoonden zich bij het wederzien van Z. M.vviens geZóndhéid' thans gêheel herfteld is. Eergister is er groot diner ten Hove geweestop hetwelk de Hertog en Hertogin van Cambridge tegen woordig warén. C Het vervolg op ie kant van deze iiadzf) O K cC CJ 'S 5 'gE sSalSÏl:- .0 "3 G aj ia u -•£>03 2 o r o n *5 CJ w.** O -Q o .2 u 0 C7 2 cj.2^N O 13 -r-* «-■ ft; ii Ga b 2 •S o JË g> fr S» n-o' E. c fc s p T3 C - s cl O "O S f -55^ a C 5 kJ T=3 O ^3 c -Th vj 01 c 2 Js üo t rs x ;egS.s o c 'U co- O :-ri 2 3 t-fc O X S a 3 a bD O *-> «-f, t— S O CJ op O g Si's SoSgsi C CJ CJ CJ "O "O «2 c» f t- f* bj) S 8 s^l-l I 11^2fr| u c«2 'ja <L> 5 S 1 t t; - cj S' 'd S "ü'g g „V O "t cJk a. |^_o- e -S;T> b0t: C o cs s3C' c i 53 O N CJ v c O c CJ f3 8 N Ti m s n a iu o J®P" t CTX c 5 x o*'S S u R O E u tJTJ O J -H CJ «-Cu; cj -r T3 -u >.S i-t QJ t/i SH u •J q> S i-i AU CJ C N ^.1 "I &s|- a^l O T3 CJ 2 »- CJ 33 CJ m O C T3 ES,..» CJ CJ 5=5 r- M c K Jl-i t O u, 0 o V is 2 a> CJ -o o G S c: :=•- o 1 o H S o\ g tl .tJ bfi ,<w s .5 CJ J, CJ O 5J W 5 M* cj x b CJ - o - E O G sï ®7! o fcD K 'rt .S f O r» cj 5 Sf S o .50 s <5 i S "3 S R R V 5CJ CV' '7Z C 5 biO CJ N. 1- -73 «-» CJ G V3 c O Cr.' C CJ SN u y ..2 .s S2 O G ca .ta s fr S a 5 ad -3 SP MO ■u 5^ K X ccO i .N lk" *45 Oo TI w N z ^9 2 A K i- S S cj 35; 5^^ J t; jrj N o o Cl w g rt C! J So»S o O 5(v a,,3a« CJ cr\ o ut CJ a-c 2: X C 3JJ ?-i N cj i-. hn *J oj N.g •Ï^O 14 bo o 22 113 <U: a S ert SC **-• O •2 p AÜ C N bD> C 5 CJ co CJ t-* 1 cj N -tg O CL G CJ rt -G O fcD l-s V c Cj "O CJ 10 5 o 0*0 -co c CJ 2 3i° CJ bo CJ G s a "aJ '••re cj v tO O-2 i <2 O" cj 13 cj cxj g E >4,2 fi O 13 ,73 15 vw- Cu, 1 .ic K ci •-> N bpS - o H G a .2 o '3 G-J 'H O •- 13 hD* O "öj CJ-2 B ,r* K L :g» n PQ ep N 2"cjN^'CJ>'2 S'k s - 1.^ - «-J CJ CJ-f S CJ G O 1 w" 445 ui -> r= Jt/-—e-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1825 | | pagina 1